zaterdag 31 maart 2018

Eindstreep: maart 2018



Het is gelukkig 'gezellige drukte'. 'Afterglow' is al tijden uitgegroeid tot 2,5 uur en dat geldt eveneens voor 'The Vinyl Countdown' op de zondagavond. 'Do The 45' is intussen tweemaal op rij goed voor vier uren en een kwartier en daar wil ik geen traditie van maken! Ik ben nu helemaal klaar om mijn nestje in te gaan maar moet eerst de maand nog even besluiten met een 'Eindstreep'. Die hou ik vandaag extra kort. Totaal zijn er deze maand vijfendertig singles bij gekomen waarvan negenentwintig voor de Blauwe Bak. Ik reken alleen 'Happiness' van Pointer Sisters tot een 'dubbele' single. Ik twijfelde immers bij de aankoop of ik hem al niet had. Ik zou eerst de kwartalen van de afgelopen jaren hebben willen behandelen maar heb op dit moment niet zoveel trek in dat rekenwerk. Het eerste kwartaal levert 69 singles op waarvan precies 50 voor de Blauwe Bak en totaal drie dubbele singles. Dan een top tien van deze maand. Daarbij wil ik de singles uit Steenwijk niet over het hoofd zien en dan kom ik uit op de volgende lijst.

1. Footprints On My Mind-Annette Snell

2. I Don't Want To Leave You-Little Hooks

3. Today-The Motors

4. Always Together-The Dells

5. Check It Out-Friends Of Distinction

6. The Real Thing-Buddy Ace

7. Dum Dum Girl-Talk Talk

8. Forget It-The Sandpebbles

9. See You-Depeche Mode

10. Lonely Room-Love, Peace & Happiness

vrijdag 30 maart 2018

'A Sunday night in The Coppermill'



Ofwel, de 'werktitel' die ik al geruime tijd geleden heb bedacht en die ik komende zondag eindelijk kan gebruiken. Je zit per slot van rekening bij een Engels radiostation. Voor een Nederlandse omroep had het dan 'Een zondagavond in De Koopermolen' geheten en dat is ook waar dit verhaal over gaat. De Koopermolen is een café in Sneek waar ik in de jaren negentig vele uren heb doorgebracht. Helaas is het niet terug te vinden op Google en dan kom ik terecht bij een 'bekende naam'. Als ik me niet vergis, heb ik in 1992 nog gesproken met de fotograaf. Hij zit dan in de organisatie van het concert van Pater Moeskroen op koninginnedag 1992. Zijn laatste activiteit is van 2012, maar heeft een erg leuke website (harmrozenberg.punt.nl) waar hij foto's maakt naar aanleiding van zwart-wit ansichtkaarten van Sneek. Daar vind ik ook de bovenstaande foto en alle 'credits' gaan uiteraard naar de fotograaf! Het horecapand aan de linkerkant, dat is de locatie waar eerder De Koopermolen was gevestigd. Ik trek mijn uitgaansklofje aan, smeer wierook op mijn kin en ga nog eens op stap in 1992.

Wierook op de kin? Euh... ja... Ik heb altijd begrepen dat wierook een soort van parfum was, niet dat je het moest branden. Ik heb dus een flesje wierookolie gekocht en dep daar iedere zaterdagavond mijn zakdoek mee in. Ik heb nooit klachten ontvangen, maar achteraf gezien moet ik er niet meer aan denken. Het uitgaans-kostuum is grotendeels gelijk aan het schoolkostuum. Ik ben dan net aan de 'skinny jeans' begonnen, hoewel die naam in 1992 nog niet wordt gebruikt en het gewoon een loeistrakke spijkerbroek is. Een nieuwe broek trek je aan als een legging, liggend op bed. Na een wasbeurt heeft het de vorm gekregen en wordt het aantrekken een stuk eenvoudiger. Ik heb een wit t-shirt met een opnaai-embleem van Pink Floyd en een zwarte met The Cure en verder heb ik een paar t-shirts van Friese bands. Houthakkershemd zal vast ook erg populair zijn geweest. Hoewel? Mijn ouders weten dan nog niet dat ik rook en ik herinner me dat laatste kledingstuk vooral omdat het handig is om de pak shag in de borstzak te hebben. Ik ga in Sneek 'op stap' als muziekrecensent van het Sneeker Nieuwsblad. Het duurt een jaar eer ik ook wel eens 'gewoon' naar een kroeg ga in Sneek. Als de Friese feestband Wiegel's Wjukkelmasine (een Friestalige variatie op Jefferson Airplane: Wiegel's Helicopter) een tournee doet langs watersportplaatsen met een zeiljacht, ben ik op twee plaatsen present: Woudsend en Sneek. Op een woensdagavond treedt de band op in De Koopermolen. Na afloop van het concert zie ik een dj in de hoek van de zaal cd's draaien en er wordt volop gedanst.

De Koopermolen organiseert dan regelmatig concerten. De gemeente is dan echter begonnen met de metingen. Daarbij gaat het selectief te werk: Alleen de gelegenheden direct in de buurt van woonruimtes worden getoetst. De Koopermolen is slecht geïsoleerd terwijl de panden boven de winkels bijna allemaal worden bewoond. Er treedt op dat moment een Sneker rockband op als de gemeente de eigenaar sommeert om meteen te stoppen. We zetten aan de bar een comité op om dit 'aan te vechten', maar bij de derde concullega van De Koopermolen zakt me de moed in de schoenen. Het is in het belang van niemand dat De Koopermolen concerten mag houden. De gemeente is rechtlijnig: Of je isoleert de zaak of je mag geen concerten meer hebben buiten de Sneekweek en de jaarlijkse kroegentocht. Ik kom in deze tijd, oktober 1992, redelijk vaak in De Koopermolen. Op een gegeven ogenblik trek ik de stoute schoenen aan.
,,Mag ik eens kijken tussen de singles?". Sjaak loopt al naar de dj-hoek toe en overhandigt me de stapels singles. Mijn ogen puilen uit. Veel eind jaren zeventig en begin jaren tachtig en tachtig procent erg leuke platen! Zelfs voor iemand die tot zijn oren in de jaren zestig-muziek zit.
,,Hoeveel schat je dat het er zijn?", vraagt Sjaak. Oei, dat is moeilijk voor mij. Ik ben namelijk helemaal niet goed in schatten. Ik moet toch een poging doen.
,,Ik schat een stuk of vijftig". Sjaak gelooft me hoewel het achteraf méér dan honderd zijn.
,,Voor een geeltje mag je ze hebben". Dat kan ik niet zomaar op de fiets mee hebben en dus moeten we een afspraak maken zodat ik met de bus kom. Voor vijfentwintig gulden word ik de eigenaar van de singles. De dj-hoek verdwijnt ook niet lang daarna.

Natuurlijk kan ik als een soort van Theo Koomen zonder camera op de radio een verhaal ophangen over een 'spannende' kroeg, maar nee... laat me bij mijn observatie houden. De Koopermolen is het soort van café waar je, buiten vijf stamgasten, 'toevallig' komt aanwaaien op een zaterdagavond. Het is bijna nooit écht druk in de zaak, zeker niet vroeg op de avond. Het heeft geen eigen identiteit. Het zijn niet liefhebbers van een bepaalde levensstijl of muziekgenre die steevast in de Koopermolen zitten. De muziek zit tussen mainstream-pop en 'classic rock' in. Ik zal nog eens de barman 'stangen' op een Sneekweek-avond. Op de bierviltjes staat het recept van 'Kahlua Milk', een likeur met warme melk. Ik weet dat hij een melk-kokertje heeft en bestel het de halve avond door. Dan is het wél druk en heeft de barman natuurlijk helemaal geen tijd om melk te koken voor een shot.
,,Morgenmiddag om twee uur kan jij een Kahlua Milk krijgen en nou opgedonderd".
In 1997, het laatste jaar in Sneek (en Jutrijp), kom ik nog erg vaak in De Koopermolen. Ik ben op dat moment een vaste bezoeker van het 'clubhuis' van 'Youth For Christ' (ook een tijdelijke opvlieging) en leer daar onder andere poolbiljarten. Ik kan het op een bepaald moment erg goed vinden met een jongen die 'op zaterdagavond ook best een biertje mag drinken van de Here' en we spreken meestal af in Het Pakhuis rond sluitingstijd. Daarna gaan we naar De Koopermolen om de rest van de avond te biljarten. Op zondagmorgen zijn we beide weer present bij de kerkdienst. Naarmate de zomer vordert, verwatert de vriendschap en op een zeker moment kom ik helemaal niet meer in Het Pakhuis of de kerk. Zo'n avond biljarten zal de laatste keer zijn geweest dat ik in De Koopermolen ben geweest?

Ik weet dat Sjaak ná De Koopermolen iets van een restaurantje is begonnen aan de Wijde Noorderhorne. De kroeg wordt op een bepaald moment grondig verbouwd en krijgt een andere naam. Als de deuren gesloten zijn, is het geluidsdicht. Op zomerdagen staan deze wagenwijd open en staat de radio op een niveau dat de Sneker rockband nooit niet uit haar versterkers zou kunnen krijgen. Komende zondag ga ik in de uren van 'The Vinyl Countdown' nog eenmaal terug naar De Koopermolen met een selectie van de singles die ik daar in 1992 heb gekocht. Verwacht veel jaren zeventig en tachtig, hoewel er ook een paar 'oldies' tussen zitten en zelfs een paar 'nieuwe' platen uit 1990. Jullie zijn uitgenodigd, vanaf 23.00 uur 'onze tijd' op Wolfman Radio. Dat geldt natuurlijk ook voor morgen: Dan het Numero-label en de platenlabels die met een 'O' beginnen uit de soul-collectie.

Eretitel XL: 'Consolation Prize'



Waarom moeilijk doen als ik het makkelijk kan? Vaak staat 'makkelijk' niet in mijn woordenboek. Ik kan zelf niet zo goed verklaren waar het vandaan komt. Wellicht dat het iets met mijn vertraagde motoriek van doen heeft, dat ik al gewend ben om dingen omslachtig te doen en dat 'moeilijk denken' daar ook bij hoort? Het is iets meer dan drie jaar geleden dat ik ben begonnen met 'Listen Carefully I Shall Say This Only Three Times', de rubriek in 'Tuesday Night Music Club' welke sinds een jaar het onderwerp is op de donderdag (of soms vrijdag). Nog steeds kom ik titels tegen waarvan ik denk: Waarom heb ik die niet eerder gehad. Neem afgelopen dinsdag als voorbeeld: 'I Need You'. In 'Listen Carefully' laat ik Paul Carrack, Pointer Sisters en America weerklinken, maar ik zou wellicht een show gevuld kunnen hebben met 'unieke' liedjes met de titel. Soms zitten er onwaarschijnlijke titels tussen. Ik maak in 2009 kennis met Julie Doiron's 'Consolation Prize' en pas een jaar of twee later met het nummer van Sharon Van Etten. In de zomer van 2016 ga ik eens zoeken of er niet héél toevallig een derde 'Consolation Prize' is te vinden. Het levert maar liefst twee liedjes op welke beide even goed zijn in mijn beleving. Voor één keer doe ik 'Listen Carefully' met vier liedjes en dat herhaal ik vanavond in de 'Eretitel'. De titel is 'Consolation Prize'.

4. Orange Juice (1982)
Het is niet alleen een speciale 'Eretitel', maar ook een bijzonder lastige. De top vier die zich nu gaat ontpoppen zou op een ander moment er heel anders kunnen uitzien. Orange Juice is niet onbekend met het fenomeen 'Listen Carefully'. Ik heb de band eens eerder gebruikt voor de titel 'I Can't Help Myself' waarin Edwyn Collins tevens een verwijzing maakt naar het liedje van The Four Tops. Juist, Edwyn Collins van de jaren negentig-hit 'A Girl Like You'. Hij is in de vroege jaren tachtig de frontman van Orange Juice, een indie-band dat haar platen uitbrengt via het Postcard-label. Ik moet het nummer niet teveel willen beschrijven om het me niet nóg lastiger te maken. 'Consolation Prize' zou immers even gemakkelijk een trotse nummer 1, 2 of 3 kunnen zijn. Ik wil tóch maar vast houden aan deze volgorde en dus moet het de nummer vier worden.

3. Lesley Gore (1964)
Tot mijn grote vreugde vind ik eveneens een jaren zestig-plaatje voor tussen de eigenzinnige singer-songwriters. Lesley Gore is natuurlijk het bekendste van haar grootste hit: 'It's My Party'. Ze maakt in de jaren erna nog ontzettend leuke singles. Bijzonder detail: Lesley wil in 1966 het hagelnieuwe 'A Groovy Kind Of Love' op de plaat zetten, maar dat ziet haar platenmaatschappij niet zitten. ,,Een jong meisje hoort niet over 'groovy' te zingen", is hun oordeel. Wat Mercury in 'groovy' heeft gehoord, zullen we nooit weten. Wél dat het nummer wordt doorgespeeld naar The Mindbenders en dat de rest geschiedenis is. Er hebben sindsdien talloze zangeressen het nummer vertolkt en er heeft nimmer iemand een vraagteken bij geplaatst. Hoewel Gore zeer geschikt is voor ballades en dat meerdere malen doet, is 'Consolation Prize' een dans-nummer als 'It's My Party'. Het is de zeer welkome nummer drie in deze 'Eretitel'.

2. Sharon Van Etten (2009)
Het is ergens in 2010 dat ik eens de website van Espers eens flink ga inspecteren. Ik zoek naar de concert-historie en dat vermeldt eveneens de groepen en artiesten waarmee het heeft opgetreden. Aan de hand van Youtube ga ik zo nieuwe muziek ontdekken. Sharon Van Etten is daarbij een opvallende naam. Van Etten is namelijk een vrij algemene naam in Steenwijk en omstreken. Ik kom op mijn postronde in Steenwijk nog geregeld bij de Albert Heijn in de Oostermeenthe en dit wordt eveneens gerund door een Van Etten. De piratenzanger Frank Van Etten is helaas ook geen onbekende. Sharon heeft uiteraard haar 'roots' in Nederland, maar ze is zelf geboren en getogen in Amerika. Eén van de eerste liedjes die ik hoor is dit 'Consolation Prize'. Een paar weken later koop ik haar nieuwste, 'Epic', op de associatie met 'Consolation Prize' en heb daar geen minuut spijt van gehad. Recent heb ik het album herontdekt en het maakt niet uit dat ik al duizend keer naar het album heb geluisterd, het blijft me kippevel bezorgen! 'Consolation Prize' is de aanleiding en mag dus op twee. Dat is bijna de eerste plek behalve dat deze moet gaan naar de échte winnaar van het stel. En dat is, op dit moment...?

1. Julie Doiron (2009)
Het is komende maandag negen jaar geleden dat ik een punt heb gezet achter de alcoholische versnaperingen. Ik hoop het dit weekend nog te kunnen 'vieren' met een fietstochtje. Dag en nacht verschil. Het weglaten van de biertjes maakt dat er een periode vóór en na is. Een paar weken later zie ik het nieuwste album van Julie Doiron bij de platenzaak. Ik heb haar 'Goodnight Nobody' ooit 'aangesmeerd' gekregenen leer het pas een jaar later mondjesmaat waarderen. Een sfeerrijk album, maar toch een beetje té zwaarmoedig naar mijn smaak. Dan is het april 2009 en sta ik met de hoes van Julie's nieuwste plaat in de hand. De kleuren doen bijna pijn aan de ogen en ik kijk vol verbazing naar de bizarre titel: 'I Can Wonder What You Did With Your Day'. ,,Die móet je horen", is het advies. ,,Het is héél anders dan haar vorige platen". Bij Julie zal nooit bekend worden wat er zich heeft afgespeeld. Ze klinkt alsof ze 'het licht' heeft gezien. Dat ze de partner van haar leven heeft gevonden. Alsof ze is bevallen van haar eerste kind en het allemaal zonniger in ziet. Het is echter geen van de voorgaande suggesties maar de ware toedracht blijft onbekend. Niet zeuren en lekker genieten van deze super-opgewekte en knotsgekke plaat. 'Consolation Prize' duurt slechts twee minuten en is één van de 'hardste' nummers van de plaat en met zelfs nog een klein hoorspel in de brug. Het is op dit moment de ultieme 'Consolation Prize', maar het kon er over een uur heel anders uitzien...

Volgende week zou ik wederom vier titels kunnen doen, maar helaas is het na drie liedjes al een doodlopende straat.

woensdag 28 maart 2018

Het zilveren goud: maart 1993 deel III



In de vorige aflevering hebben jullie kennis gemaakt met Peter. Hij zoekt via uitzendbureau Start iemand op afroep om hem te assisteren bij het plaatsen van kanteldeuren in garageboxen. Hoewel de eerste keer ons beide niet is bevallen, besluit hij het nog eens te proberen. En daarna nog eens en nog eens. Het gaat de laatste keren vaak buiten Start om en dat is precies hoe hij het wil spelen: Zwart, onverzekerd en dergelijke. Vaak belt hij 's avonds om half zes om te laten weten dat hij me de volgende dag kan gebruiken. Dat is zéér ongeregeld en dus moet ik intussen nog steeds blijven rond kijken naar een andere betrekking. Het is een dinsdag in maart 1993 als ik weer een ronde langs de uitzendbureaus heb gemaakt dat ik de dag laat eindigen bij Golden Years. Deze is inmiddels verhuisd naar de overkant: Het oude pand van Sunrise Records. Op de plek waar de 'stuffies' werden gebruikt, heeft Klaas nu zijn werkplaats. De winkel is nog net zoals in de tijd van Sunrise. Hij biedt me deze middag een doosje singles aan waar ik wel eens tussen mag sneupen. Ik herken enkele platen als 'de singles van een gulden' van Twister, de partij waar ik in 1989 wekelijks door heen worstelde. Om een lang verhaal kort te maken: Over twee maanden neem ik de volledige partij over en dan krijg ik het 'druk' met 'Het zilveren goud'. Op deze dinsdag zoek ik een stapeltje uit die ik nog per stuk moet afrekenen: Allemaal singles zonder fotohoes en sommige in een twijfelachtige staat.

Ik heb de partij vorige week al afgetrapt met de nummer 1120: Het origineel van 'You Got Me Anyway' van Sutherland Brothers & Quiver. Ik noem dit 'het origineel' omdat ik ook de 1977-persing met fotohoes in de collectie heb staan. Zoals gezegd zijn sommige platen in een ronduit beroerde conditie en dat is geen wonder. Ik ga reeds sinds 1989 door deze bakken en wie weet hoeveel andere verzamelaars er tussen hebben gesneupt? Het aanbod is zeer divers: Jaren vijftig tot en met 1989/90. Op deze dinsdagmiddag zoek ik alvast de krenten uit de pap. Laat me de eerste vijf aan jullie voorstellen.

1121 Ain't Got No - I Got Life-Nina Simone (Duitsland, RCA Victor, 1968)
1122 Snake In The Grass-Dave Dee, Dozy, Beaky, Mick & Tich (NL, Fontana, 1969)
1123 Jolita-Rob Hoeke Rhythm & Blues Group (NL, Jolita, 1968)
1124 Hold Down, Mother One Ton-The Kingstonians (NL, Negram, 1970)
1125 Longing-Danny Street (UK, CBS, 1967)

Nina Simone, Dave Dee en The Kingstonians heb ik later mét fotohoes gevonden. The Kingstonians is een stokoude reggae-single waarvan de b-kant, 'Sufferer', achteraf gezien de grootste klassieker is in het genre van de skinhead-reggae. De plaat is op het flinterdunne Negram-vinyl en 'golft' daardoor een beetje. Het geeft zo'n reggae-single alleen maar meer karakter en dit oude exemplaar wacht op een enkele reis naar Engeland. Danny Street is een geval van 'leuk op papier', maar het is nogal een 'crooner'.

1126 Sea Side Shuffle-Terry Dactyl & The Dinosaurs (UK, UK, 1972)
1127 Far Far Away-Slade (NL, Polydor, 1974)
1128 The Letter-Fickle Pickle (NL, Explosion, 1972)
1129 Get Ready For Love-Paintbox (NL, Young Blood, 1970)
1130 The Things We Do For Love-10CC (NL, Mercury, 1976)

Terry Dactyl heb ik later als Nederlandse Decca met fotohoes gekocht, hetzelfde geldt voor een Belgische Slade. Paintbox koop ik omstreeks 1995 met fotohoes en deze heeft tot een jaar geleden in de Blauwe Bak gestaan. Dat komt omdat het nummer voorkomt op de 'Northern Soul Jukebox'-dvd die me vanaf 2012 enkele jaren zoet houdt. Waarom de platen zo kriskras door elkaar staan en waarom de Fickle Pickle-singles niet samen worden genoemd? In de eerste jaren van het verzamelen probeer ik de exacte volgorde aan te houden van welke single ik het eerst heb uitgekozen enz. Ziekelijk!

1131 Fool For Your Loving-Whitesnake (EEG, EMI, 1990)
1132 Love Is Just A Four Letter Word-Joan Baez (Frankrijk, Vanguard, 1969)
1133 Isn't It Time-The Babys (NL, Chrysalis, 1977)
1134 Watching The Detectives-Elvis Costello (NL, Stiff, 1977)

The Babys heb ik later mét fotohoes gekocht. Qua staat zijn de meeste Chrysalis-singles inwisselbaar. Een technicus bij de lokale omroep van Sneek leert me het eens en het is me sindsdien gaan opvallen: Gewone Europese Chrysalis-singles zijn erg vatbaar voor 'cue burn', iets dat je normaliter alleen treft bij styreen-singles. Hij raadt me dan ook ten sterkste af om Chrysalis-singles scherp te stellen door ze terug te draaien. Het zijn niet exact dezelfde singles als waar ik in 1989 doorheen blader bij Twister, want Whitesnake (bijvoorbeeld) wordt op dat moment nog mét fotohoesje uitgeleverd bij Looper of Minkema. Het overgrote deel van de partij die ik in juni koop, zijn 'oude bekenden'.

1135 Maybe I'm Amazed-Fickle Pickle (NL, Philips, 1970)
1136 Lovely Loretta-The Buffoons (NL, Imperial, 1968)
1137 Seagull-Love Sculpture (NL, Parlophone, 1969)
1138 Out Of Sight Out Of Mind-Shocking Blue (NL, Pink Elephant, 1971)

Fickle Pickle koop ik in 2014 in een betere staat, maar nog steeds geen fotohoes. Love Sculpture verkrijg ik in 1997 beter dankzij de Duitse persing op Odeon en bovendien heeft deze een fotohoes. Bij Shocking Blue heb ik mijn twijfels, het fotohoesje komt me wel erg bekend voor... Volgende maand staan 48 singles op het programma. Ik heb eerder vanavond besloten ze uit te smeren over de vier woensdagen: Twaalf singles per week en 'updates' voor wat betreft de twaalf ambachten.

dinsdag 27 maart 2018

Week Spot: Barbara Mason



Ik heb me zaterdag voorgenomen om de letter 'M' af te maken in het alfabet van de platenlabels. Dan zijn de eerste drie uren net verstreken en zie ik dat ik bijna aan het eind ben. Verrek, ik had er net zo'n zin aan... Dan kijk ik even bij de letter 'N' en zie dat ik slechts negen singles hoef te draaien voordat ik bij de catalogus van Numero kom. Ik besluit deze negen bij de show van zaterdag te gooien, zodat ik komende zaterdag Numero plus de 'O' kan doen. Inclusief Old Gold, Outta Sight en nog een paar 'reissue'-labels. Pas als ik klaar ben, realiseer ik me dat er een nieuwe toevoeging is welke op een label is dat met een 'N' begint. Jullie raden het al: Het is onze nieuwe Week Spot. Na jaren van trouwe dienst op Arctic en vóór haar verband met Buddah, maakt Barbara Mason een paar singles voor National General. In februari 1971 ziet de single 'When You Look At Me' het levenslicht. Omdat deze kant nauwelijks te draaien is, ontdek ik dan de b-kant en deze is nóg lekkerder: 'I Should Be Leaving You' van Barbara Mason is deze week de Week Spot.

Afgelopen vrijdagavond heb ik pijnlijke momenten doorgemaakt. Alleen Love Committee gaat in de jaren zeventig-bak, maar de overige 27 moeten ergens een plek krijgen in de Blauwe Bak. Dat betekent eveneens dat 27 de reserve-Blauwe Bak moeten verlaten en terug in de 'algemene' jaren zestig- en zeventig-bakken. Het is zweten en soms doet het erg pijn, maar de klus is geklaard! Daarbij kan ik nog melden dat Friends Of Distinction een 'inhaalmanoeuvre' heeft gemaakt en in de koffer staat. Barbara Mason is zonder twijfel voer voor de Blauwe Bak-koffers. De aanwinsten tot nu toe dit jaar geven me nog weken Week Spot-plezier, zeker als ik klaar ben met de label-specials. Barbara heeft de Week Spot als een geluk bij een ongeluk.

Barbara Mason komt op 9 augustus 1947 ter wereld in Philadelphia. In haar tienerjaren ziet ze zichzelf niet op een podium liedjes vertolken en gaat de showbiz in met het idee om songs te schrijven. Vanaf 1964 is ze echter geregeld achter de microfoon te vinden en haar derde single is een schot in de roos. 'Yes I'm Ready' introduceert het ietwat brave meisjes-geluid van Mason bij een breed publiek. De single schopt het tot een vijfde plek op de Billboard en nummer twee in de R&B. Het levert haar nog een paar hits op maar Arctic, eigendom van een populaire radio-discjockey, overleeft het avontuur niet. In 1970 komt ze bij National General. Dat is een filmmaatschappij dat het ook even in de muziek probeert als variant op de platenmaatschappijen die films gaan maken. Mason maakt een album en vier singles voor National General, maar geen van de platen verkoopt genoeg voor een notering op de hitparade. In 1973 kan Mason aan de slag voor Buddah. Ze heeft haar stijl drastisch aangepast. Ze zingt zéér gedetailleerd over het liefdesleven en neemt nergens een blad voor de mond. Soms schakelt ze zelfs over naar een 'rap'. Mason schrijft het merendeel van haar liedjes, maar heeft in 1973 een grote hit met een Curtis Mayfield-liedje: 'Give Me Your Love'. Het wordt eveneens door Curtis geproduceerd. Er volgen wederom een paar hits en gek genoeg loopt in 1975 haar contract af bij Buddah. Mason komt daarna moeilijk aan de bak. Ze heeft nog een paar kleine hits voor héle kleine labels. Eind jaren tachtig zet ze een streep onder haar loopbaan als zangeres.

Vanaf dat moment gaat ze zich weer bezig houden met het publiceren van haar liedjes en maakt in 2007 een cd. Het is pas sinds de laatste jaren dat ze weer het podium opzoekt. Sommige optredens zijn stijf uitverkocht.Het is een single uit de 'soul pack' en is daarmee uitzonderlijk goedkoop geweest. Leuk om even te kijken wat het me anders zou hebben gekost? Dan moet ik uiteraard uit gaan van een exemplaar waarvan beide kanten goed zijn te draaien. Voor de oplage met het donkerblauwe label zie ik de 'duurste' voor vijftien pond en de goedkoopste voor drie dollar. Als ik dan een prijskaartje moet hangen aan deze? Mark verkoopt platen vanaf zes pond per stuk en ik denk dat Barb dat voor deze kant ook zou kunnen opbrengen.

Raddraaien: Gloria Taylor



Het is een luxe-probleem. Straks ga ik de kersverse Week Spot aan jullie voorstellen en deze serie draait bijna even lang als 'Raddraaien'. Jaren geleden is het nog een uitdaging om een 'Raddraaier' te kunnen kiezen uit de Blauwe Bak maar na zes jaar wordt het steeds lastiger. De platen waar 'iets' over valt te schrijven, zijn vaak al onderwerp geweest. Toch moet ik vandaag weer een poging wagen. De 52e single uit de tweede rij van de tweede Blauwe Bak-koffer. Voor de zekerheid ook even kijken bij nummer 104 en de zesde (er staan 150 singles per rij), maar ik heb alle drie de artiesten al eens bij de horens gevat. Dan maar terug naar de eerste. Gloria Taylor gaat zich vanaf 1972 Gloria Ann Taylor noemen en heeft met die naam een Week Spot op haar conto gezet. Vandaag staat ze in de schijnwerpers met een single uit 1969: 'Grounded'.

Waar en wanneer? Vrijdag 9 september 2011. Nee, daar hoef ik niet lang over na te denken. Ik vier op dat moment mijn 'vakantie' nu ik eindelijk weer wat geld in de achterzak heb. Het is té laat voor een fietsvakantie en dus doe ik dagtripjes met vooral veel vinylsingles als souvenir. Deze vrijdag ga ik naar Utrecht om iemand een single te schenken. Dat is een wat onpersoonlijke ervaring en achteraf gezien had ik liever iemand anders blij gemaakt met de plaat. Ik loop het centrum op zoek naar de platenzaken. Tot mijn grote verrassing houdt één winkel een grootscheepse uitverkoop. Daar doe ik flink boodschappen voor wat betreft de soul. Ik betaal veertig euro voor een doosje met tien singles: 'Action Speaks Louder Than Words'. Twintig nummers uit de catalogus van SSS International. In geval van 'Grounded' zijn 'part 1' en 'part 2' samengebracht op één kant in een beetje een slordige mix. Het mag de pret echter niet drukken want het is een zeer fraaie verzameling. En 'Grounded' mag dan te boek staan als 'Southern Soul', maar mag van mij even goed in de Northern Soul.

'Action Speaks Louder Than Words' vormt voor mij het entreebewijs naar de 'rare soul'. Ik ben dan al erg geïnteresseerd geraakt in een maandelijks soul-feest in Keulen. Ik wil in september maar dan wordt mijn pinpas ingeslikt. Een maand later ga ik opnieuw naar Keulen en nu maak ik het feest wél mee! Niet dat ik veel van de gedraaide muziek (her)ken en het maakt me nieuwsgierig naar de diepe oceaan die 'soul' heet. Een maand later heb ik een aanvaring met de folky singer-songwriter en dan ben ik er helemaal klaar voor: Ik verlaat de folk een tijdje en ga me uitsluitend richten op de Northern Soul. Inmiddels ben ik de Northern voorbij en verrijk ik de verzameling met Southern Soul en andere subgenres van de soul. 'Action Speaks Louder Than Words' heeft voor iedere stemming de juiste plaat en enkele schijven zijn 'alltime favourites' geworden. Gloria Taylor staat bijvoorbeeld nog altijd in de Blauwe Bak-koffer met dit 'Grounded'.

Ik haal Wikipedia erbij om toch maar wat informatie toe te voegen en... dan ben ik opeens stil... Ik lees dat Gloria op 8 december is overleden. Daar heb ik helemaal niets van vernomen! Gloria is geboren op 13 september 1944 in Dehue in West Virginia. Ze is zelf al moeder op een jonge leeftijd en ze begint in de vroege jaren zestig met zingen in clubs om brood op de plank te krijgen voor haar kinderen. In 1968 komt ze onder contract bij SSS International en in 1969 lijken de geldzorgen even weg als 'You Got To Pay The Price' uitkomt. Het is haar grootste hit. 'Grounded' schopt het in 1969 tot een 43e plek op de Amerikaanse rhythm & blues-lijsten. Het is rond dezelfde tijd dat Shelby S. Singleton, eigenaar van SSS International, de Sun-catalogus koopt van Sam Phillips. Hij raakt daarmee de interesse voor SSS kwijt en in 1970 strandt het schip. Ze verhuist met manlief en producent Walter Whisenhunt naar Californië en keert in 1973 terug als Gloria Ann Taylor. Haar opnames voor Selector Sounds blijven in eerste instantie onopgemerkt. In 1974 verschijnt een 12"-EP en deze raken ze aan de straatstenen niet kwijt. Ruim veertig jaar later is zo'n EP grofweg duizend euro waard en ook de singles zitten nog steeds in de lift. Ik koop in 2013 via een Facebook-pagina 'World That's Not Real' van iemand uit San Francisco. Wat kost dat? Iets minder dan vijftig euro inclusief verzendkosten. Dezelfde single doet inmiddels 150 euro. Eigenaren van de originele 12" proberen het krampachtig tegen te houden, maar het gaat gewoon gebeuren: 'Love Is A Hurtin' Thing' is inmiddels opnieuw uitgebracht als vinyl en cd. Het origineel heeft niet veel last gekregen van waardeverlies.

De hernieuwde interesse in 'Love Is Hurtin' Thing' bereikt ook Taylor die eerder verbaasd is over de interesse in haar oude werk. Ze kondigt aan dat ze weer gaat optreden, maar daar heb ik eveneens niets over gehoord. Naar het schijnt is ze op 8 december 2017 in de staat Ohio overleden. Taylor is slechts 73 jaar geworden.

maandag 26 maart 2018

Hier en nu: Caroline Says



Ik wil mezelf vooral niet op de borst kloppen, maar ik heb ontzettend veel muziek tot mij genomen in het leven tot nu toe. Ik heb me soms een periode als 'fan' gedragen van een bepaalde artiest of genre en soms lijkt het alsof ik de weg helemaal kwijt ben. In de jaren negentig luister ik met de oren van een recensent, meer recent luister ik als radiomaker. Niet dat dit heel veel verschil maakt, want het 'juiste' geluid raakt me altijd ook al is het soms niet zo geschikt voor een radio-uitzending. Je kent je klassiekers, je hebt een paar 'alltime favourites' en dus zou het wel eens klaar moeten zijn met de muziek? Gelukkig niet! Je kan op een onbewaakt moment opeens een album tegenkomen dat de aandacht trekt en waarvan je slechts tien seconden hebt gehoord en het dan al in het winkelmandje hebt gelegd. Dat is wat vorige week gebeurde toen ik 'No Fool Like An Old Fool' heb leren kennen, het tweede album van de band Caroline Says. Dat album wil ik vanavond in het zonnetje zetten op Soul-xotica.

In de weken na de hersenschudding in 2009 koop ik opeens even heel veel cd's. Bij Free Record Shop in Steenwijk bijvoorbeeld. Daar vind ik ook deze 'twee-voor-de-prijs-van-één' van Lou Reed. Het zijn gewoon twee reguliere albums met een speciaal vervaardigd kartonnen geval om de cd's samen te houden. Ik twijfel wat de andere cd is geweest, maar ik vermoed dat het 'Sally Can't Dance' is geweest. De andere is 'Berlin' en dat album heb ik een aantal keren gedraaid. Ik kan me de eerste keer nog goed herinneren. Ik loop die morgen, voor de lol, vanaf Steenwijk via Nijeveen naar Meppel. Daar pak ik de trein terug. De discman en cd's houden me warm tijdens de koude wandeling. Ter hoogte van Nijeveen maak ik kennis met 'Berlin' en eigenlijk had ik geen beter decor kunnen kiezen. Het is koud, grijs en miserabel. Dan heb ik het over het weer, hoewel het ook van toepassing kan zijn op het album. 'Berlin' is een rauwe observatie van de zelfkant van de maatschappij. Caroline keert tweemaal terug op het album met een 'Caroline Says'. Ze is niet de eerste die iets mag zeggen van Lou Reed: Tijdens en na Velvet Underground maken we al kennis met Candy en Stephanie. Toch maakt Caroline de meeste indruk. Ze verdooft zichzelf om het leven te vergeten en vergeet ook steeds de pil te nemen of andere voorbehoedsmiddelen toe te passen. Op 'Berlin' verliest ze niet alleen weer haar kinderen, maar verliezen we ook haar leven. 'The Kids' is één van de meest rauwe nummers die ik ken en luister eigenlijk liever niet. 'Caroline Says' is een monument binnen de muren van het album 'Berlin' en het is geheel terecht dat dit voortleeft in een bandnaam.

Zo komen we bij Caroline Sallee en haar band Caroline Says. Brad, David en Maud zijn de overige boosdoeners. De liedjes zijn echter afkomstig van Caroline. Het eerste fragmentje dat ik hoor laat meteen een brij aan geluidslagen horen. Daar ben ik meteen voor te porren en haal het complete album binnen. Het kan slechts één nummer zijn en dus neem ik het risico. Ik heb vrijdagavond het album integraal gedraaid en... goed gegokt! Caroline Says is een kwartet uit Austin in Texas en 'No Fool Like An Old Fool' is het tweede album van de groep. Het is pas verschenen en krijgt nu al lovende recensies van onder andere Pitchfork. Soul-xotica mag eveneens worden toegevoegd want van mijn kant evenmin een wanklank. Sterker nog: Ik onderschrijf de recensie van Pitchfork helemaal! Het wiel wordt nergens opnieuw uitgevonden, maar er wordt 'iets' toegevoegd waardoor het album opeens heel erg 'nieuw' klinkt. Ik wijt het aan de shoegaze-achtige structuren welke als een soort van purschuim tussen de vocalen en de drums zit ingemetseld. Het brengt de groep zelfs dichter bij Lou Reed en Velvet Underground.

Nadat ik het album heb gekocht, valt me opeens nóg iets op. Kijk eens naar de titel van dat tweede liedje! Het zal toch niet waar zijn? Nee, het is niet waar, het is een nieuw liedje met een zeer bekende titel: 'Sweet Home Alabama'. Het heeft niets met Lynyrd Skynyrd van doen, maar is wel het eerste nummer dat ik van het album op de radio draai. Normaal gesproken schrijf ik pas een 'Hier en nu' als ik het album tenminste twee of drie keer heb gedraaid, maar dat wordt hem niet voor vanavond. Vandaar dat de opvallende momenten niet zijn blijven 'hangen', maar het is een gegeven dat ik vol spanning een minuut wacht en dan erachter kom dat het album is afgelopen. Het is dat soort van album voor mij: Net als bij Bedouine heb ik geen bezwaar om het album twee of drie maal achtereen te horen. Dat gaat de komende maanden vast nog wel eens gebeuren!

zondag 25 maart 2018

Dorpsmensengemeenschap



Ik kom net terug van een wandeling door York. Ik zoek namelijk een foto van de voormalige YWCA in York. Ik meen dat ik een jaar geleden nog eens een foto heb gezien van de afbraak van het pand. Dat moet in de jaren negentig zijn geweest. Ik kan geen foto's vinden met de verschillende zoektermen en dus ga ik maar 'wandelen' in Google Maps. Water Lane is kilometers lang en dus moet ik eerst maar eens bepalen aan welk eind ik moet beginnen. Ik besluit in te stappen bij de Clifton Methodist Church, de kerk waar ik de eerste maanden in York veel kom. Vanuit daar kan ik het niet missen? Ik kom uit in Water Lane en kijk dan naar links. Ik zie het bovenstaande gebouw: Een bejaardencentrum. Nu twijfel ik erg sterk want volgens mij had de YWCA méér verdiepingen en was het daarom 'smaller' van opzet. Het is evenwel de juiste locatie en dus moet ik het maar doen met deze foto. Ik geloof vast dat andere residenten langer op de wachtlijst hebben gestaan. In mijn geval is de bemoeienis van Tony van het Leger Des Heils erg invloedrijk geweest. Ik heb slechts drie weken moeten wachten tot een kamer vrij komt in de YWCA. Het is fijn om na een paar weken weer een klein beetje privacy te hebben, maar het is desondanks nog steeds werk aan de winkel!

Ik neem aan dat ik de Village People niet meer hoef te introduceren? Dankzij hen kennen we allemaal de 'YMCA'. Een afkorting voor Young Men's Christian Association. Natuurlijk is er ook een vrouwelijke tegenhanger en deze is afgekort tot YWCA: Young Women's Christian Association. Het verschil tussen beide is dat beide geslachten welkom zijn in de YWCA, mits ze voor een bepaalde tijd op hun eigen afdeling zijn. Er is dus een mannen- en een vrouwenvleugel. Zogenaamde 'bedsits': Een kamer met ruimte voor een bed, een kast, stoel en tafel. Het heeft een kleine wastafel. Douche en toiletten zijn gedeeld en op de gang en ook is er een gezamenlijke keuken. Daar moet je wel weer je eigen potten, pannen en bestek voor hebben en deze kan je bewaren in de afgesloten keukenkastjes. YWCA is evenals de mannelijke evenknie een 'beschermde' woonvorm. Niet in de zin van begeleiding, maar een buitenstaander kan alleen binnenkomen of je spreken voor de telefoon als deze je kamernummer weet. Je bepaalt zelf wie je kamernummer krijgt en wie niet. Zonder kamernummer is geen contact mogelijk. Ach, de YWCA bestaat al lang niet meer en bovendien is het twintig jaar geleden: 'Gerrit Louwsma, J5', geeft jullie toegang tot mijn drempel.

Ja, zeker weten! Het bejaardencentrum moet nieuw zijn gebouwd want de YWCA heeft meerdere verdiepingen. ,,Hoe meer naar boven, hoe gekker", vertelt iemand mij eens en het klopt. Ik zit op de bovenste verdieping en daar kun je een boek over schrijven. Buurman links heeft pas een cd-speler gekregen en één cd: 'Greatest Hits' van Bob Dylan. Ik hoor in deze paar weken tenminste 500 keer 'Blowin' In The Wind'. Buurman rechts ken ik van de straat. Ik doe nog eens 'een afleiding' voor hem zodat hij een doe-het-zelf-zaak kan leeg roven, meer omdat ik bang voor hem ben. Hij overtreedt alle regels van de YWCA, maar ik hou me stil. Zijn vriendin, uit de vrouwenvleugel, is bijna iedere nacht bij hem in de kamer en regelmatig trillen mijn ramen door hun seksuele activiteiten. Verder heb ik nauwelijks reden tot klagen: Een mooie kamer op loopafstand van het centrum. En, niet onbelangrijk, erg goedkoop! Toch valt het niet mee. Ik heb zelf al een paar weken geen geld meer en met de acceptatie van de YWCA hebben Father en de Methodist Church beloofd om de huur te betalen. Ik kan het Father niet kwalijk nemen, maar ik moet op een bepaald moment aankloppen bij de predikant van de Methodist. Het is vlak voor Pasen en ik leg hem mijn situatie uit. Ik krijg twintig pond voor een week huur en twee pond voor mezelf. Ik schaam me er niet voor, maar ik betaal geen huur en leef een paar weken van deze tweeëntwintig pond. Na een maand verlaat ik de YWCA en heb eens begrepen dat de Emmaus, zonder mijn medeweten, alsnog mijn huur heeft overgemaakt omdat 'het zo'n goede organisatie is en we die niet moeten duperen'.

Werk aan de winkel! Mijn dagen zijn gevuld met sollicitaties. Met eentje lijk ik even succesvol. Het is een pub in het dorpje Shiptonthorpe, hemelsbreed tussen York en Hull. De bardame is een weduwe van in de zeventig. Tot een paar weken ervoor heeft ze de zaak in haar eentje draaiende gehouden, maar an een val heeft ze last van haar been. Bovendien is ze bang geworden voor inbrekers en dus zoekt ze een medewerker die eveneens boven de pub wil wonen. Dit is té mooi om waar te zijn? Ik geef mijn kamernummer en moet meteen vermelden dat het lastig is om contact te vinden. Als iemand 'vergeet' het op te schrijven bijvoorbeeld... Ik leef een paar dagen in de hoop dat het goed gaat komen. Ik merk niks van telefoontjes of notities. Ik fiets die zondag naar Shiptonthorpe om te ontdekken dat ze me niet kon bereiken en dus voor de tweede kandidaat was gegaan. Ik huil mijn zakdoek vol en krijg zelfs een knuffel van haar, maar het is niet anders. Ik ben al eens afgewezen voor een uitkering, nu wil Tony een tweede, goed doordachte, poging ondernemen. Ik spreek met hem af in een pub. We maken de paperassen in orde en ik lever het de volgende dag in bij het arbeidsbureau. Woensdag voor Pasen zal ik horen of ik in aanmerking kom voor een uitkering en krijg eventueel meteen een voorschot mee. Wat kan er mis gaan? Dat zal ik pas een jaar later ontdekken, maar moet op deze woensdag andermaal vernemen dat me geen uitkering wordt toegekend. Feit is dat ik alleen een postadres heb in York, verder sta ik tot maart 1999 ingeschreven in Jutrijp. Dat is té minimaal voor een uitkering. Ik had plannen gehad om de Pasen in Nederland door te brengen en plots ligt het weer aan duigen.

Nog spectaculaire verhalen over de YWCA? Ik denk dan meteen aan de brandoefening op donderdagavond om zeven uur. Dat is zo'n traditie dat ik één donderdag pretendeer het alarm niet te horen. Even later bonst iemand op mijn deur. Het is een brandweerman. Nu blijkt een verdieping lager een pan met eten in brand te staan. Er komt een berisping op mijn blanco kaart. Wie de spaarkaart vol heeft, mag vertrekken. Twee keer het alarm negeren is genoeg! Hoe kan een mens leven zonder geld? Goeie vraag! Iedere kamer in de YWCA heeft een koelkast. 's Ochtends ga ik immer naar de 'Carecent' voor mijn ontbijt. 's Avonds is de 'bread and soup-run' op steeds een wisselende locatie. Zij krijgen de verpakte boterhammen van drogisterij Boots en ik mag de overgebleven boterhammen naar huis nemen. Soep, brood en cornflakes. Dat staat gedurende een maand op het menu. Ik mag zo nu en dan bij Father aanschuiven voor een goede maaltijd en zo heb ik nog een paar adresjes.

De tegenslag op het arbeidsbureau komt hard aan. Ik ga meteen naar het Leger Des Heils. Tony slaat de handen voor de ogen als hij me ziet. ,,Neem een kop thee en kalmeer eerst een beetje", zegt hij. ,,Je moet me even een half uur tijd gunnen en dan kom ik bij je". Een collega ziet dat een sigaretje me vast goed zal doen. Een half uur later gaat Tony naast me zitten.
,,Heb je wel eens van de Emmaus gehoord?". Ja, daar heb ik van gehoord! Ik heb van Popkelder-collega Jan eens een paar singles gekregen die hij in Frankrijk had gekocht en deze hadden prijsschildjes van een Emmaus-winkel. Maar wat heeft dat met mij van doen? Tony begint te praten maar ik kan mijn aandacht er even niet bij houden. Ik vang evenwel een paar woorden op: Werk, onderdak en geld. Meer hoef ik ook niet te horen. Engeland heeft op dat moment een stuk of zeven gemeenschappen. Ik laat Londen 'vallen' alsook Noord-Belfast. Tony belt de andere gemeenschappen op. Mossley is positief. Tony moet dagelijks bellen en als er plek vrij komt, moet ik binnen 24 uur in Mossley zijn. Op donderdag 16 april 1998 komt het verlossende bericht: Er is een kamer vrij in Mossley. Ik ga inpakken en heb met Tony afgesproken dat ik vrijdagmorgen om elf uur bij hem ben. Hij zal me naar het station brengen. Ik moet, in principe, vóór zes uur in Mossley zijn. Het YWCA-avontuur heeft dus nauwelijks een maand geduurd.

vrijdag 23 maart 2018

Singles round-up: maart 5



Ik heb in 2015 voor de laatste keer een Blauwe Bak Top 40 samengesteld. Ik heb het altijd stug vol gehouden, ook al zijn er kwartalen dat ik nauwelijks 'interessante' platen koop en toch een Top 40 samenstel. In het tweede kwartaal van 2015 kom ik wederom niet aan veertig titels en daar blijft het bij. Zoals vorig jaar zou het toch al stuk zijn gelopen. Ik zou volgende week met gemak een Blauwe Bak Top 40 kunnen maken, maar het is het leukste als het wordt voortgezet. Ik kan niet ieder kwartaal een 'soul pack' kopen plus de reserveringen bij Mark betalen. Wellicht dat ik het 'voor de lol' ga doen en dat jullie er niks van gaan merken. In ieder geval geen vier dagelijkse berichten met een aftelling van tien en een podcast-link in 'reacties' want die tijd hebben we wél gehad. Qua lijstjes kunnen jullie in juli wederom een Gele Bak Top 100 tegemoet zien want dat is een leuke traditie aan het worden. Vandaag het slot van de 'Singles round-up' van deze maand. Ik heb een paar singles hoog op het verlanglijstje (en in het winkelmandje van Discogs) maar zal deze bewust pas in april afrekenen. Het is mooi geweest deze maand! Hier zijn de laatste zeven uit de 'soul pack' van Mark.

* The Unifics- Dawn Of A New Day (US, Fountain, 1971)
Voordat ik begin: Buiten The Winstons om heb ik deze platen nog niet gedraaid en dus wordt deze 'Singles round-up' een eerste indruk. Ik heb eens geluk gehad met een half-verrotte single van The Unifics. In 2014 koop ik nog singles bij Marcus en hij biedt me The Unifics aan als kassakoopje. ,,Verwacht niet veel", zijn de woorden van Marcus. Klopt! 'Court Of Love' is nauwelijks te draaien, maar... niemand heeft het over de b-kant gehad! 'Which One Should I Choose' wordt één van mijn favoriete soul-plaatjes uit de Blauwe Bak. Ik heb de single op Kapp vorige week nog gedraaid in 'Do The 45'. De titels van beide kanten geven een indicatie. 'Dawn Of A New Day' is op een aangename manier suikerzoet. Het zou afkomstig kunnen zijn van de gebroeders Brown van The Chymes/The Star-Tels en de varianten op hun bandnaam. Voor wat betreft de conditie: Ja, hij is té luidruchtig voor een gemiddelde single van zijn Facebook-pagina, maar bovendien luid opgenomen en dus te genieten. Op de keerzijde staat '(Working My Way Back In) Funky Thing'. Dat heeft inspiratie opgedaan bij The Temptations en hier kraakt de plaat té hard. Maakt niet uit: 'Dawn Of A New Day' mag naast 'Which One Should I Choose' in de Blauwe Bak!

* Unlimited Four- Walk Away Lover (US, Chanson, 1970)
Voor wie tientallen, misschien honderden, voorbeelden van 'group soul' heeft gehoord, ontdekt al snel een bepaald stramien. De lage mannenstem die alvast even uitlegt waar het over gaat waarna de overige instrumenten invallen en dan de rest van de groep. 'Walk Away Lover' is daarvan een sprekend voorbeeld. Een niet onaardige plaat maar ik heb het gevoel alsof ik het al honderd keer heb gehoord. Het vinyl is erg luidruchtig vooral in het tweede stuk van het (korte) plaatje. Even rustig aan doen? De keerzijde heet 'Slow Down'. Toch is het meer upbeat dan de a-kant. Een beetje funky met, opnieuw Temptations-achtig, iedere stem even solistisch een zinnetje. Niets minder luidruchtig dan de a-kant en toch is 'Slow Down' mijn favoriet van de twee.

* Oscar Weathers- You Wants To Play (US, Top & Bottom, 1970)
Ik heb jaren geleden Van McCoy al eens een plekje gegeven in de 'Beeldenroute' (5 juni 2014, om precies te zijn). Voor McCoy gaat begin jaren zeventig iedere deur open. Hij heeft bijvoorbeeld de re-activatie van het Okeh-label op zijn naam staan en mag van Columbia zijn eigen label opzetten: Date. In 1970 raakt hij betrokken bij een platenmaatschappij in Philadelphia: Top & Bottom. Ik heb reeds twee singles op dat label en beide zeer fijne McCoy-producties van Brenda & The Tabulations. In het geval van deze van Oscar Weathers is McCoy alleen als schrijver en producent aanwezig op de b-kant, maar laten we eens beginnen met 'You Wants To Play'. Dat is bijna een blues en het raakt me niet. Snel over naar 'The Spoiler'. Van telt hoorbaar af en daar begint het feest. Een orkest dat de toon zet en Weathers die hier wel overtuigt. Over de conditie van de single kan ik kort zijn: De kleine kraakjes zijn 'liefde' en het overstemt nergens. Een leuke aanwinst! (Edit: Ik zie net dat 'The Spoiler' het woord 'plug' op het label heeft staan, het is een witte promo. Toch vertelt 45cat me dat 'You Wants To Play' de a-kant is van het schijfje).

* The Whispers- Feel Like Comin' Home (US, janus, 1973)
Bij deze van The Whispers zijn we snel klaar als het gaat over de conditie van de plaat. Het is de 'witte' promo en dat is meestal vinyl. 'Issues' zijn op styreen en die hou je niet goed. Ik heb dus liever een demo met krasjes dan styreen met 'distortion'. 'Can't Help But Love You' heeft het een paar maanden geleden al laten zien: The Whispers doen erg leuke dingen omstreeks 1973. 'Can't Help' begint bijna 'klassiek' om daarna door te gaan als melodieuze soul. 'Feel Like Comin' Home' heeft een 'sweet soul'-intro en dan gaat opeens het tempo omhoog. Het wordt een zeer fijne danser! Op de flip staat 'I Love The Way You Make Me Feel' en dat neigt naar funk en blues tegelijk. Pure crossover-magie!

* The Winstons- Color Him Father (US, Metromedia, 1969)
Een hele echte 'klassieker' in dit pakket en 'gereedschap' voor de crossover-dj. Ik heb het echter nog niet in de koffers staan en dat heeft een reden. De single is op styreen en het merendeel lijkt finaal stuk gedraaid. Het exemplaar dat Mark heeft uitgezocht, hoort tot de betere voorbeelden die ik heb gehoord. Het geluid is 'schoon'. Ik heb nooit willen investeren in schoonmaakmachines, maar misschien zou je deze kunnen 'upgraden'. Aan de andere kant: Stof beschermt tevens de 'tere' groef van styreen en voor goedkope platen als deze zou ik geen vloeistof morsen. Hoe zat het ook alweer met de b-kant? 'Amen, Brother' is gewoon een instrumentale versie van 'Amen', maar... Vier maten van de drums in de brug van het nummer duurt precies 5,2 seoonden, maar deze vijf seconden hebben veel betekend voor de muziek. Het is namelijk het muziekstuk dat het meest is gesampled. Een 'loop' van de zogenaamde 'Amen Break' vormt de basis van menig hiphop- en drum'n'bass-nummer. Leuke bijkomstigheid is dat het ook nog mee kan in de gospel-set!

* Robert Winters & Fall- Magic Man (US, Buddah, 1980)
We eindigen de 'Singles round-up' in de jaren tachtig met twee singles uit dat decennium. Eerst de combinatie van Robert Winters met Mark E. Smith? Nee, de groep heet écht Fall en niet The Fall. Het bewijs hoe gevaarlijk het is om styreen in te schatten. Aan de buitenkant is niks te zien, maar de 'groove wear' is duidelijk aanwezig op 'Magic Man'. Het is mierzoet, midtempo en het weigert me ergens te raken. Zullen we eens zien wat de 'distortion' veroorzaakt? 'One More Year' is inderdaad een stuk dynamischer dan 'Magic Man'. Lekkere post-disco en hierdoor mag het toch nog in de Blauwe Bak plaats nemen.

* Bobby Womack & Patti Labelle- Love Has Finally Come At Last (US, Beverly Glen, 1983)
Tot een paar maanden terug heb ik nog nimmer gehoord van Beverly Glen en nu heb ik dan twee aanwinsten op het label. De andere is 'What About My Love' van oudgediende Johnnie Taylor. Bobby Womack is van dezelfde stempel en kan in 1983 eveneens terecht bij het label. Patti doet alleen mee op de a-kant. Het styreen heeft goed geleden en blijft zelfs steken in het begin. Ik neem aan dat Mark hem in het pakket heeft gestopt voor de b-kant. Het is best een sfeervol nummer, maar dit kan nog niet de reden zijn voor een plaatsje in de koffer. Bobby doet solistisch 'American Dream' op de keerzijde en dat opent met de stem van Dr. Martin Luther King. Dat heet bij mij 'een goede binnenkomer'. Wat blijkt? Bobby heeft geen partner nodig, hij komt pas echt los op 'American Dream'. Definitief de betere kant. Heeft iemand de score bijgehouden? Ik denk dat de b-kantjes vooral hebben gewonnen in de laatste afleveringen van de 'Singles round-up'?

donderdag 22 maart 2018

Eretitel: 'Wings Of A Dove'



Ik had vorige week beloofd dat ik driemaal in de maneschijn zou dansen. Het ligt hem niet aan de verwachte mist of het feit dat de maan nog niet vol is, maar ik moet hier vanaf zien. Ik heb destijds bij 'Listen Carefully' een paar maal een foutje gemaakt en bij het maken voor het overzicht van de 'Eretitel' heb ik deze fout over het hoofd gezien. Het zou gaan over 'Dancing In The Moonlight'. Vreemd genoeg met de cover van Toploader en niet het origineel van Boffalongo of de betere cover van King Harvest. Dat is niet eens het grootste bezwaar. Smashing Pumpkins is het derde wiel aan de wagen en het is pas tijdens de uitzending dat ik ontdek dat dit een live-cover is van het nummer van Thin Lizzy. Gelukkig klinkt het wel flink anders dan dat van Thin Lizzy, maar het zijn geen drie 'unieke' titels. 'Dancing In The Moonlight' kan worden geschrapt. De volgende is een 'Listen Carefully I Shall Say This Only Four Times' en die moest ik volgende week dan maar doen: Een 'Eretitel' met vier kandidaten. De keuze voor vandaag valt op 'Wings Of A Dove' en dat is de titel die ik vandaag ga behandelen.

3. Dolly Parton (1970)
Blogspot-collega Derek See heeft me al eens kennis laten maken met een onvervalst stuk girlgroup-pop van de hand van Dolly Parton, maar ook qua het 'traditionelere' werk zal ik altijd een zwak houden voor Dolly. De vele covers ten spijt maar er is geen enkele andere artiest die me zo bedroefd kan maken met 'Jolene' als Dolly. 'Coat Of Many Colours' is ook zo'n nummer dat voor mij altijd fier overeind zal blijven staan. Nee, ik ben niet bekeerd tot de country, maar vroege Dolly Parton mag altijd. Ik zet dus ook zonder enige schaamte 'Wings Of A Dove' van Dolly in 'Listen Carefully' en nu in de 'Eretitel'. Toch is de derde plek wel het hoogst haalbare voor mevrouw Parton.

2. Madness (1984)
Volgens de kaartenbak de tweede single in mijn verzameling, maar dat klopt niet helemaal. Ik krijg 'Disco Duck' van DJ Scott (mijn nummer vijf) als we mijn oudste broer ophalen van zijn stage-adres in Denemarken en dat is de zomer van 1983. Eigenlijk zou dat de tweede single moeten zijn. Hoe dan ook: Mijn platenverzameling begint met Madness en dan vooral de actuele singles. Voor mijn familieleden is het een geluk dat Madness niet meer zo populair is als een paar jaar ervoor waardoor de platen binnen de kortste keren voor een rijksdaalder worden aangeboden. Madness wordt door Sinterklaas het huis binnen gebracht en dat moet in 1984 zijn geweest. Toch staat het niet bovenaan in deze 'Eretitel'. Dat laat ik over aan een ware legende!

1. Bob Marley (196?/1976)
In 2016, als ik de 'Listen Carefully' doe, is Bob Marley de hoofdartiest van de Specialized-campagne. Ik heb niet zo heel veel van Bob Marley & The Wailers. Eén van de dingen die ik heb, krijg ik van iemand in De Buze. De elpee heet 'Early Years' en noemt ook Peter Tosh op de hoes. Het zijn stoffig klinkende opnames van Marley en zijn gevolg uit de jaren zestig. Toch kan ik nergens informatie vinden wanneer het oorspronkelijk is opgenomen. Gokje? Ik ga voor 1964. Het komt echter pas in 1976 voor het eerst op de markt middels de hierboven afgebeelde elpee. 'Early Years' verschijnt een jaar later en sindsdien is het album nog een aantal keren 'gerecycled'. Het rauwe harde geluid van 'Wings Of A Dove' is eentje die ik zeer goed kan waarderen in de reggae en dus mag ome Bob vandaag op 1 met zijn 'Wings Of A Dove'.

Volgende week dus een 'speciale' aflevering van de 'Eretitel'. Van sommige titels zijn er tientallen verschillende liedjes en vaak zitten daar ook een paar forse hits tussen. Er heeft bij mijn weten nog nooit een plaat op de hitparade gestaan met de titel 'Consolation Prize' en daar vind ik al snel vier verschillende liedjes van. Omdat ik geen keuze kan maken maak ik een uitzondering en dat doe ik eveneens volgende week.

woensdag 21 maart 2018

Het zilveren goud: maart 1993 deel II



Je hoeft tegenwoordig maar een folder van een kledingwinkel open te slaan en ze staan in diverse varianten onder de damesmode: Bloesjes met bintlintjes. In het begin vaak nog met lusjes waardoor je het lint kon duwen en waardoor het op de plek bleef zitten. Tegenwoordig denk ik dat bij veel van deze shirts en tunieken het lint meer weg heeft van een riempje dat je op verschillende hoogtes kan dragen. Waarom begin ik het tweede deel van 'Het zilveren goud' over damesblouses en tunieken. Hadden wa dat al niet zes jaar achter ons gelaten? Welnu, ik heb twee maanden geleden bericht over mijn eerste baantje bij de zuivelfabriek en vorige week de kanteldeuren even snel genoemd. Ik zie nu dat we deze week écht op het territorium van de garagedeuren komen en dat betekent dat de overige baantjes de voorgaande weken hebben plaatsgevonden. Eentje staat me nog erg goed bij: Een ondernemer heeft een flinke partij damesbloesjes ingekocht. Het vreemde is echter dat de kledingstukken bindlintjes bevatten, maar dat er geen lusjes zijn bevestigd. Wie zou in 1993 trouwens ook met een bindlintje willen lopen? Het is onze opdracht om de verpakkingen te openen, het lintje zorgvuldig te verwijderen en het shirt weer kreukvrij terug in het plastic en in de dozen te stoppen. We hebben allemaal een bepaald aantal dozen en gaan dus evenveel verdienen. Ik ben een uur van tevoren klaar met mijn voorraad, maar... dan mag ik nog niet naar huis. ,,Ga maar een collega helpen". Dat doe ik en help zo een jongen zijn voorraad weg te werken. Dan komt het tot de beloning en wil de opdrachtgever me niet voor meer betalen dan de oorspronkelijke voorraad. Gelukkig is de jongen schappelijk en geeft me vijf gulden uit zijn envelop. Ik fiets meteen door naar Randstad om te melden dat ik hier niet terug ga komen. Ze geven me gelijk.

Het is een woensdagmiddag als ik weer een rondje langs de uitzendbureaus maak en ik snel moet beslissen. Start heeft iemand nodig die morgenochtend al wil assisteren bij het plaatsen van kanteldeuren in garageboxen. Ik hap toe en sta de volgende dag om half acht paraat om opgepikt te worden. Peter rijdt in een stoere terreinwagen met huif. Genoeg ruimte voor het gereedschap want de deuren zélf worden per vrachtwagen op de plek gebracht. Het werkterrein is dan voornamelijk de nieuwbouw in Almere. Hij doet ook werk voor particulieren maar schrikt ervan terug om mij mee te nemen in verband met mijn uiterlijk (hij heeft een gruwelijke hekel aan mijn lange haar). Het is niet het enige verschil in opvatting: Ik kan Peter eenvoudig beschouwen als 'baas' omdat we helemaal niets gemeen hebben. Hij heeft zelfs geen sterke muzikale voorkeur! Het is een drama dat een lang vervolg zal krijgen. Peter verwacht geen opleidingen of ervaring, maar eist 'handigheid'. Tja, dat is nooit mijn sterkste punt geweest. Onhandigheid wel! Zo stap ik per ongeluk op een drempel van een nieuwe garagebox en zak met mijn laars weg in het natte beton. Tóch heeft Peter één ding gezien dat hem erg goed bevalt: Ik doe mijn opdrachten zonder teveel klagen. Dat betekent dat hij soms onmogelijke dingen van me kan en durft te vragen. Wellicht volgende maand meer daarover want het werk duurt tot eind april. Hij probeert wel toenadering te zoeken en nodigt me op eens uit de volgende dag mee te gaan naar een particulier. Degene is toch niet thuis als we de deur komen plaatsen. Op de terugweg tref ik ook nog zijn baas en die wil me niet eens in huis hebben! Peter weigert aanvankelijk uit te betalen deze vrijdag, maar moet me dan toch tevreden stellen met een tientje. Toch nog een pakje shag!

1103 Spaceman-Bolland & Bolland (NL, Negram, 1978)
1104 Mighty Mighty Roly Poly-Mal (Duitsland, RCA Victor, 1972)
1105 Want Er Is Niemand-Armand (NL, Fontana, 1966)
1106 Distant Shores-Chad & Jeremy (NL, CBS, 1966)
1107 China Grove-The Doobie Brothers (NL, Warner Bros., 1973)

Bolland & Bolland is de laatste van de vlooienmarkt waar ik het vorige week over heb gehad. Mal komt uit een boeken- en platenwinkeltje in de Scharnestraat in Sneek. Ik ben daar in juli 1992 al eens geweest voor een stapeltje (onder andere Witchwhat en Wallace Collection) en zal gedurende 1993 nog een paar maal terugkeren. De overige drie komen van Golden Years. Armand is daarvan de duurste, die kost een tientje met fotohoes. De overige singles hebben neutrale hoesjes, ook al heb ik nog eens een 'upgrade' van The Doobie Brothers gekregen van Peter (van Singlehoesjes.nl) en deze heeft wel een fotohoes. De nu volgende singles komen van een kleinschalige verkoop in het verzorgingshuis Frittemahof in Sneek. De nadruk ligt op handwerkartikelen maar het heeft ook een bakje singles staan. Daar vind ik het volgende:

1108 Hearts Of Stone-Bill Black's Combo (UK, London, 1960)
1109 Movin'-Bill Black's Combo (UK, London, 1961)
1110 Red River Rock-Johnny & The Hurricanes (NL, London, 1959)
1111 Let's Dance-Chris Montez (NL, London, 1963)
1112 Baby I Love You-Andy Kim (NL, Dot, 1969)

Dat is nog niet alles, maar laat me het bij maximaal vijf houden. In eerste instantie geen fotohoesjes maar dat is gezien de leeftijd ook nauwelijks mogelijk. De beide Bill Black's komen wel met het corresponderende London-hoesje. Zowel Johnny & The Hurricanes als Chris Montez zijn eens gesneuveld bij een optreden. Van Montez heb ik een matige 'upgrade', Johnny & The Hurricanes heb ik in verschillende persingen behalve de Nederlandse. Andy Kim vind ik later nog eens met fotohoes.

1113 Roll Over Beethoven-The Beatles (NL, Odeon, 1964)
1114 Tous Les Garçons Et Les Filles-Françoise Hardy (NL, Vogue, 1963)
1115 San Antonio Rose-Floyd Cramer (Duitsland, RCA, 1961)
1116 Mandolins In The Moonlight-Perry Como (Duitsland, RCA, 1958)
1117 Move Two Mountains-The Mudlarks (UK, Columbia, 1960)

En dat is het restant uit Frittemahof. Wederom geen fotohoesjes in 1993. Françoise Hardy heb ik inmiddels dubbel met zowel het papieren hoesje als de kartonnen envelop-hoes. The Mudlarks heeft dan weer de correcte label-hoes en dat is het maximale dat je kan verlangen bij een single van die leeftijd. Natuurlijk zijn er wel fotohoesjes voor bijvoorbeeld Floyd Cramer, maar in Engeland wordt zo'n hoes pas in de jaren tachtig een standaard.

1118 Venus-Shocking Blue (NL, Pink Elephant, 1969)
1119 Hippy Hippy Shake-The Swinging Blue Jeans (NL, HMV, 1964)
1120 You Got Me Anyway-Sutherland Brothers & Quiver (NL, Island, 1973)

Shocking Blue komt uit het verzamelwinkeltje waar ik bijna maandelijks kom in deze tijd. De single is met een tientje fors aan de prijs maar heeft desondanks een fotohoes. Swinging Blue Jeans is een 'dure' van Golden Years. Ik geloof dat deze me een tientje heeft gekost. Sutherland Brothers & Quiver zet de derde aflevering in werking. Het is de eerste van een hoeveelheid singles die ik bij Golden Years koop, allemaal plaatjes zonder hoes waar Klaas niet zoveel mee heeft. De rest van deze aanschaf mag volgende week 'Het zilveren goud' vullen.

dinsdag 20 maart 2018

Week Spot: The Sensational Six



Zijn we bijna halverwege? Lastig om in te schatten, maar het is een feit dat ik komende zaterdag de overige platenlabels behandel die met een 'M' beginnen. Dan zijn we halverwege het alfabet. Ik heb afgelopen zaterdag, volgens plan, de kletters 'K', 'L' en de eerste labels met een 'M' gedaan, van Kapp tot en met MCA. Komende zaterdag ga ik van Memorial tot en met Myrrh. Het is toeval dat dit twee gospel-labels zijn. Tussen beide vinden we onder andere Mercury, MGM en Motown (zonder de Tamla's en Tamla-Motown). De Week Spot is deze week eveneens een gospel en zoals dat vaak het geval is bij gospel is, zijn er geen encyclopedieën vol geschreven over het onderwerp van vanavond. De tekstschrijver geeft vervolgens een aanleiding om er toch iets van te maken. De Week Spot komt van The Sensational Six en heet 'I've Never Been This Close To Jesus'. Het plaatje verschijnt in 1977 op een platenlabel dat met een 'M' begint: Messenger Records.

Het is een verhaal als bij The Five Blind Boys en misschien ook bij The Salem Travel(l)ers. In het geval van The Sensational Six is er tweemaal een sextet dat haar repertoire in dienst stelt van de Here. De groep uit Birmingham in Alabama verschijnt als eerste bij de zoekresultaten, maar dat is niet de groep die ik zoek. Onze Sensational Six komt uit Memphis en maakt, in tegenstelling tot de groep uit Birmingham, pas vanaf de jaren zeventig enkele platen. De eerste draagt de welluidende titel 'Jesus Loves Me' en wordt uitgebracht als Willie Harris & The Sensational Six. In 1974 verschijnt een single als Sensational Six, op de overige platen krijgt het 'The' als voorvoegsel. Het zijn totaal zeven singles of eigenlijk zes. Eentje verschijnt op een later (?) moment ook op Messenger. 'I've Never Been This Close To Jesus' heeft '1977' op het label staan en dat geeft voor 45cat het enige aanknopingspunt om jaartallen te hangen aan de platen. Bij de overige Messenger-platen staat geen datum genoteerd. 'Wash My Sins Away' komt in de nummering van Messenger een stuk eerder dan onze Week Spot en dat is tegenwoordig een vrij gewild plaatje onder gospel-dj's. 'I've Never Been This Close To Jesus' lijkt een beetje ondergewaardeerd maar wellicht komt dat door het expliciete gebruik van het 'J-woord' zoals dat vaak wordt gezegd door dj's. Veel van mijn vakbroeders vinden het blijkbaar bezwaarlijk als de naam van Jezus teveel wordt benadrukt.

De b-kant wordt geschreven door Willie R. Harris en dat zal dé Willie Harris van de eerste release zijn. 'I've Never Been This Close To Jesus' wordt door een ware legende vervaardigd: Sir Mack Rice. Bonny Rice wordt op 10 november 1933 geboren in Clarksdale in Mississippi en verhuist op zeventienjarige leeftijd met zijn familie naar Detroit. In 1956 begint hij zijn professionele muzikale loopbaan en van 1957 tot en met 1963 speelt hij met The Falcons. Eddie Floyd, Wilson Pickett en Joe Stubbs maken allemaal onderdeel uit van The Falcons en het is met name Pickett die later Sir Mack Rice op de kaart zal zetten. Dat gebeurt middels 'Mustang Sally'. In 1967 krijgt hij bij Atco de kans om een paar solo-platen te maken, maar dat levert niet het gewenste succes op. Wel schrijft Rice aan de lopende band succesvolle nummers voor anderen. Het is de enige artiest die kan vertellen dat hij voor zowel Stax als Motown heeft gewerkt. Om maar aan te geven met wat voor gigant we hier te maken hebben. Rice schrijft ondermeer ook 'Respect Yourself' van The Staple Singers. Pas in 1992 maakt Sir Mack Rice zijn eerste album waarop hij zijn uitvoeringen van stokoude klassiekers laat samenkomen met meer recente schrijfsels. Op 27 juni 2016 overlijdt hij aan de gevolgen van Alzheimer. Rice is 82 jaar geworden.

Het is me niet duidelijk of The Sensational Six het nummer uit eerste hand van Rice heeft gekregen of dat het reeds door iemand anders op de plaat is gezet. Ik kom de single tegen bij mijn 'maat' in Oostenrijk en hij heeft 'what you hear is what you get'-geluidsclips bij zijn handel. Ik hoor een plaat met nogal luidruchtig styreen maar desondanks een stevig geluid en... vooral een klapper van een nummer! Het moest ooit eens de Week Spot worden ondanks de summiere achtergrondinformatie en nu is de uitgelezen kans.

Singles round-up: maart 4



Drieënvijftig weken na de Tweede Kamerverkiezingen en nu is het de gemeenteraadsverkiezingen. Ik heb een erg fraaie herinnering aan de dag van de Tweede Kamerverkiezing. Ik maak die middag een prachtige fietstocht voordat ik aan het werk ga. Als ik vanmiddag naar Havelte fiets voor boodschappen krijg ik even hetzelfde gevoel. De zon maakt het aangenaam maar nog steeds is het bedriegelijk 'fris'. Morgenmiddag moet ik even naar Meppel, op mijn vrije dag, voor iets werk-gerelateerd en denk erover om de terugweg wellicht nog een fijn stukje om te fietsen. Na een beetje een 'lastige' week is de ligfiets weer helemaal 'ontspannen' en tikt het niet voortdurend over naar andere versnellingen. We kunnen weer! Vandaag het derde deel van de 'Singles round-up', het laatste deel volgt waarschijnlijk vrijdag. Ik ben vorige week woensdag halverwege het pakket gestopt met luisteren en dus zitten er vandaag en vrijdag een paar 'verrassingen' tussen.

* Love, Peace & Happiness- I Don't Want To Do Wrong (US, RCA Victor, 1972)
De a-kant is 'live' en doorgaans hoeft dan van mij niet zo nodig. Het publiek wordt slechts een paar maal naar voren gehaald in de plaat en zelf ervaar ik dal als een manco. Het nummer zelf is erg krachtig en krijgt een mooie diepte doordat het een live-opname is. De tekst op het hoesje laat echter zien dat Mark de plaat heeft geselecteerd voor de b-kant. Dat is 'Lonely Room' en klinkt als een Motown-opname van omstreeks 1968. Niet zo verwonderlijk als je naar de credits kijkt: Harvey Fuqua is de producent en ook Johnny Bristol heeft zich met Love, Peace & Happiness bemoeid. 'Lonely Room' is zeer fraaie midtempo met een typisch Fuqua-arrangement om van te watertanden. En ze kunnen een poepje zingen! Ik ga per draaibeurt dit 'Lonely Room' meer waarderen. Dit wordt nog wel eens iets!

* Barbara Mason- When You Look At Me (US, National General, 1971)
Voor menigeen is deze plaat 'verpest', maar ik ben onderhand wel iets gewend met de gospel-verzameling. Deze styreen-single heeft een zwaar leven achter de rug. Dat zie je aan het label, maar je hoort het vooral als je de naald in de groef van 'When You Look At Me' laat zakken. Het is prachtige midtempo zoals we dat van Mason gewend zijn. Hij zit echter andersom in het hoesje en dit zou betekenen dat ik vorige week de keuze op de b-kant heb laten vallen? 'I Should Be Leaving You' is door Mason zélf geschreven en, zoals vaak bij styreen, klinkt deze kant vrij 'schoon'. Nu weet ik hem weer te herinneren en, ja, dit nummer is mijn favoriet van de twee. Even midtempo en melodieus als de a-kant waar het betere geluid de doorslag geeft. Ik hoef me niet langer te schamen: Barbara Mason is tot vorige week 'afwezig' in mijn bakken en dat terwijl ik meerdere favorieten heb van deze uitzonderlijke zangeres.

* The Masqueraders- (Call Me) The Traveling Man (US, ABC-Hot Buttered Soul, 1975)
Ik zie de rode strepen eerst ook aan voor 'writing on label'. Op de b-kant precies hetzelfde. De single oogt vooral als een ABC maar het rode laat ons weten dat de plaat op het sublabel Hot Buttered Soul is verschenen. De a-kant is een pure ballade, erg mooi gezongen maar niet echt datgene wat ik verwacht van een plaat. Snel omdraaien naar de b-kant. 'Sweet Sweetening' staat aldaar op het programma. Daar gaat het tempo al ietsje omhoog. En dat is het 'Modern Soul'-geluid dat ik beter kan waarderen. Isaac Hayes complimenteert het nummer met een strijkersarrangement en dit past helemaal in mijn huidige straatje. Tot nu toe gaat alleen Love Committee de jaren zeventig-bak in, hoewel reserve-Blauwe Bak voor deze ook wel eens het hoogst haalbare kan gaan worden.

* Bobby Patterson- If I Hadn't Slipped Up And Got Caught (US, Granite, 1976)
En nu komen we in de hoek van de verrassingen. Ik heb slechts een paar van de volgende (inclusief de 'Singles round-up' van vrijdag) beluisterd en Bobby Patterson krijgt vanavond zijn primeur. De a-kant is mierzoet en doet het niet helemaal voor mij. Op de b-kant, 'I Got To Get Over', gaat Patterson op de funky toer met synthesizers die hij heeft afgekeken van Stevie Wonder. Voor de b-kant ga ik plek maken in de reserve-Blauwe Bak en wie weet wordt het toch nog iets met 'Slipped Up'.

* The Sandpebbles- Forget It (US, Calla, 1966)
Opeens word ik heel erg blij als ik het pas gearriveerde pakket door blader. The Sandpebbles? Maar deze plaat is toch wel een paar duiten waard? Ik heb het even nagekeken. Ik ken de naam van The Sandpebbles vooral van de Engelse Track-persing van 'Love Power' en deze doet soms nogal idiote prijzen. Voor wat betreft de Amerikaanse Calla's blijft de schade beperkt. Voor vijftien pond zou je een 'NearMint' mogen verwachten. De meeste exemplaren hebben echter een roerig leven achter de rug. De opname is knoerthard en overstemt het luidruchtige vinyl. 'Forget It' is een echte stamper met desondanks een speels slagje. Het meest fanatieke van de Northern Soul-hobby is wel voorbij, maar met zo'n plaatje heb je ineens weer frisse zin! Een 'Psychedelic Technicolor Dream' hoef ik niet beslist op de dansvloer te beleven en in geval van The Sandpebbles brengt dat een ballade. Geluk bij een ongeluk? Deze kant overstemt het vinyl-rumoer wél. 'Forget It' kan vroeg of laat Week Spot worden.

* Annette Snell- You Oughta Be Here With Me (US, Dial, 1973)
Ik krijg wekelijks meerdere mailing-lijsten, links naar Ebay-veilingen en dergelijke. Ik hoef niet iedere keer te kijken om daadwerkelijk ook iets te kopen, het is vaak ook nieuwsgierigheid. Soms onthoud je een naam en duikt deze naam op een zeker moment weer op. Dat is het geval van Annette Snell. Ik weet niet of het exact met deze single is geweest. Over het nummer op de a-kant niets anders dan lof. Het spreekt me erg aan, alleen...? Het begint allemaal goed met een helder geluid, maar na de brug zit alles vastgekoekt en is het één grote ruis. Toch nog maar eens een 'upgrade' zoeken? 'Footprints On My Mind' is desondanks smullen van begin tot einde, maar kan nooit het nummer zijn geweest dat mijn aandacht heeft getrokken. Hoewel de 'upgrade' welkom blijft, is dit voorlopig een goedmakertje!

* Tierra- Together (US, Boardwalk, 1980)
Een gezelschap dat in Modern Soul-kringen heel hoog staat aangeschreven en 'Together' is daarvan een goed voorbeeld. Het jaar 1980 staat nog bol van de standaard-disco. Denk bijvoorbeeld aan 'Funky Town' van Lipps Inc. dat goede zaken doet in 1980. Tierra is één van de groepen dat het beste uit de disco pakt en dat combineert met de vakmanschap van Motown. Het resultaat is iets dat inmiddels 'post-disco' wordt genoemd. 'Together' is midtempo en ademt klasse. Op de b-kant doet de groep iets instrumentaals met big band-swing en dus gaat het hier écht om 'Together'.

maandag 19 maart 2018

Vanillevla tussen de oren



Ik heb al sinds 2003 geen televisie meer en heb het ook nooit gemist. Ik heb me jaren zoet gehouden met muziek, een tijd lang speelfilms op dvd en niet te vergeten het vertier in de kroeg. Sinds een paar jaar ben ik 'druk' met radio en in de vrije tijd ben ik steeds vaker te vinden op Youtube. Wat een jaar geleden begint met een drang naar nostalgie en resulteert in het bekijken van een aantal stokoude televisie-programma's gaat via een paar complete films naar documentaires en zelfs hoorcolleges. In verhouding kijk ik op dit moment dus veel 'televisie', alleen dan zonder hinderlijke reclame (dankzij de Adblocker) en dingen die ik absoluut niet hoef te zien. Alles wat een beetje de moeite waard is in het televisie-aanbod, verschijnt binnen twee dagen op Youtube. Al dan niet via een legale uploader. In het kader van de hoorcolleges zie ik vanmiddag een aanbeveling van Youtube. In vijf delen legt iemand uit waarom vanillevla schadelijk is voor de hersenen. Eigenlijk hoef ik het niet te kijken omdat ik het zelf kan beredeneren, maar aan de andere kant? Het wordt wellicht straks mijn tijdverdrijf! Het valt samen met iets wat ik op de radio hoor. Een Q Music-presentatrice legt andermaal uit wat kippevel betekent en hoe dat in verhouding staat met muziek. Een interessante observatie maar niet eentje die ik helemaal onderschrijf. Ik ga het nu niet specifiek over een muziekstuk hebben, maar over de beleving ervan. En ik weet nog steeds niet waar ik naartoe wil!

Volgens de dame op de radio wordt kippevel veroorzaakt door herkenning van een favoriet muziekstuk. Doordat je weet wat er volgt op een hoeveelheid noten komt het geluksstofje in de hersenen tot werking en vertaalt dit het naar een 'koud' gevoel waardoor je kippevel op de armen krijgt. Als dit de norm zou zijn, dan moest ik voortdurend kippevel hebben en dat is niet het geval. Kippevel is voor een muziekliefhebber als mij ook een zeldzaamheid, een moment om naar uit te kijken omdat het gewoon zó fijn is. Ik zeg niet dat ik alle muziek (her)ken die op de radio wordt gedraaid, maar veel wél. Vanavond hoor ik zo 'Crazy In Love' van Beyonce voorbij komen, het nummer dat The Chi-Lites' 'Are You My Woman' fraai heeft gesampled. Het is een plaat die meteen in mijn hoofd gaat zitten en dat ik de ganse avond blijf 'horen'. Dat is dan vooral het intermezzo met The Chi-Lites, moet ik erbij zeggen. Geeft het me kippevel? Nee, dat dan weer niet, maar het is wel 'fijn' om te horen. Ik begrijp dat Q Music-radiomaakster het van een officiële bron haalt, maar het overtuigt me niet helemaal.

Ik leer 'Divine Chord Gospel Show' eerst kennen als Youtube-kanaal en pas naderhand als maandelijkse radioshow. Op het Youtube-kanaal van Greg staat een plaatje van een groepje dat zich The Divine Chords noemt en dat zal inderdaad de aanleiding zijn geweest voor de naam van zijn show? Later leer ik dat 'divine chord' een 'speciale' berekenis heeft voor Greg. Greg is evenals zoveel gospel-dj's en verzamelaars niet iemand die de bijbel onderschrijft en erg kan 'mee gaan' in de boodschappen die vanuit het vinyl worden verkondigd. Wat is dan de drijfveer om je zó actief in te zetten om de gospel-funk te promoten? Muzikaal-technisch is het vaak een slap aftreksel van 'seculiere' voorbeelden (met 'seculier' wordt in gospel-kringen de 'populaire muziek' aangeduid, vaak met een vies gezicht omdat 'seculier' gelijk staat aan het verkopen van je ziel aan de duivel). Dat is het punt waar Greg immer komt met zijn verklaring van de 'divine chord': Ergens in de nummers zit een muzieknoot die zich niet laat beschrijven. Het is een muzieknoot die 'uniek' is in de muziek en niet in de 'seculiere' muziek zit. De 'divine chord' is de noot waar de Heilige Geest intreedt en bezit neemt van de zanger of zangeres. Het is deze noot dat maakt dat een gospel-plaat 'bijzonder' wordt. Zijn zoektocht in de gospel is vooral de zoektocht naar de 'divine chord' en hij heeft talloze voorbeelden gevonden waar het een feit is. Het maakt dat de luisteraar uit de stoel wil springen en wil dansen. Zoals in een (zwarte) kerk de mensen van hun stoel springen en dansen en jubelen.

Voor mezelf is de zoektocht in de gospel vooral het zoeken in een 'onontdekte' wereld voor menigeen en een plek waar je, met een beetje mazzel, zomaar de funk- of soul-kraker kan vinden die het pas over tien jaar in de 'algemene' soul-wereld gaat 'maken'. Voor wat dat betreft geldt voor de gospel dezelfde regel als voor iedere andere soort van muziek: Het moet mij 'raken'. Dat kan op verschillende manieren. Een fraaie melodielijn is sowieso een goede binnenkomer. Het mag mooi afgerond en compleet zijn, maar niet noodzakelijk. 'Open melodieën' geven me vaker kippevel dan een afgeronde melodie. Hoewel ik het gros van de commerciële radiomuziek van de laatste vijf decennia vaak goed kan waarderen, is 'emotie' een zeldzaam goed en als dat 'puur' is en niet sentimenteel en het wordt in de juiste hoeveelheid toegepast, alleen dan geeft het mij kippevel. Het is als een laborant. Precies de juiste hoeveelheid van dit en dat geeft dit effect.

Toch zijn er ook platen die me keer op keer kippevel bezorgen waar ik eigenlijk niet zo goed van kan verklaren waarom het gebeurt. Dan maak ik in 2016 kennis met 'Les Fleur' van Minnie Riperton en dan wordt me opeens iets duidelijk: Greg heeft gelijk als hij het over zijn 'divine chord' heeft. Er zit blijkbaar een noot in ieder nummer dat het geluksstofje kan vrij maken. Ik zou niet graag willen 'ontdekken' wat de noot precies is, maar vermoedt dat de noot in iedere kippevel-plaat aanwezig is. Ik ontdek het bij Minnie in de finale van het nummer. Daarbij glijdt haar stem van laag tot ongekende hoogte en dat moment is altijd weer verwarrend voor mij. Ze raakt vlak voor het eind een noot die me spontaan doet huilen. Even daarvoor heb ik al een koud en warm gevoel tegelijk. Kippevel is 'verslavend' en ik geloof dat je ook immuun kan worden voor het fenomeen. Het is daarom zaak om nooit te ontdekken wat de noot precies is. Gelukkig is de noot voor iedereen verschillend waardoor we elk onze eigen kippevel-momenten hebben.

Singles round-up: maart 3



Alweer een druk weekend achter de rug? Valt mee... Zaterdag overdag in Steenwijk bezorgd en gelukkig aardig op tijd weer thuis. Snel de warmte in en onder de dekens om nog een paar uur te 'draaien'. 's Avonds 'Do The 45' en dan ben ik wel toe aan een stukje 'ontspanning'. Een 'Singles round-up' is dan iets teveel gevraagd. Gisteren overdag vooral shows voorbereid en nog steeds wel van plan om na 'The Vinyl Countdown' te publiceren. Helaas, het is erbij gebleven. Ik heb desondanks alles onder controle en dus vanavond een dubbel bericht. Eerst ga ik vervolgen met de 'Singles round-up' om straks nog een 'algemeen' bericht te schrijven. Ik heb de afbeelding reeds van het internet gehaald, maar weet nog steeds niet waar ik naartoe wil. 'Raddraaien' maar dan anders? Zie maar om tot een bericht van normale lengte te komen! Nu eerst de volgende zeven singles uit de partij van 28 die vorige week is binnengekomen. Vijf uit de 'soul pack' en twee 'duurdere' singles.

* The Friends Of Distinction- I Need You (US, RCA Victor, 1971)
Het is reeds in een vroeg stadium van het Northern Soul-verzamelen dat ik de b-kant van 'Aquarius/Let The Sunshine In' van The Fifth Dimension ontdek. Nee, het is niet bepaald Northern, maar het 'past' desondanks wel in mijn set. Even later zie ik dat 'Wedding Bell Blues' van Fifth Dimension een kraker is geweest in de Northern Soul in de jaren zeventig en dan gaan de voelsprieten tijdelijk uit. Toch is The Fifth Dimension in de eerste plaats vooral een popgroep dat covers doet en het is slechts bij vlagen interessant voor de soul-bakken. Hetzelfde geldt eveneens voor The Friends Of Distinction. Dat doet in 1969 een vocale versie van Hugh Masekela's 'Grazing In The Grass' en dat plaatje staat al een tijd op mijn zoeklijst. In 2016 vind ik 'Love Me Or Let Me Be Lonely' dat in de reserve-Blauwe Bak komt, maar voor mijn gevoel op het randje zit. Nu bezorgt Mark mij deze 'I Need You' en wederom ben ik er niet zo zeker van. Het is geen 'Grazing' maar heeft wel een geinig funky ritme. Ik denk dat 'Check It Out' echter de kant is geweest waarom Mark het in de 'soul pack' heeft gestopt. Midtempo en erg goed! Vermoedelijk toch reserve-Blauwe Bak voor deze en blijven zoeken naar een voordelige 'Grazing In The Grass'.

* Charlie Hodges- I'll Never Fall In Love Again (US, Calla, 1971)
Mede-geschreven door Lonnie Donegan, ooit de koning van de skiffle-muziek in Engeland. Charlie Hodges maakt er een 'southern soul swayer' van en doet het eigenlijk ook nog best goed! Calla-styreen is berucht en ook later in het nummer is het erg 'aanwezig', maar ik kan het nog altijd beschouwen als 'liefde'. Ik heb woensdag expres de single andersom in het hoesje gedaan, hetgeen betekent dat ik toen heb gekozen voor de b-kant. 'Someone To Love' is geschreven door Hodges zélf en is meer 'deep' dan de a-kant. Een uitstekende 'double-sider', maar ik moet nog even nadenken over welke kant ik als a-kant ga gebruiken.

* Phyllis Hyman- Loving You - Losing You (US, Buddah, 1977)
De eerste 'dure' single. Qua prijs valt het overigens genoeg mee. Deze puntgave single kost zes pond en het spul van Phyllis is flink 'gewild' onder dj's van kwaliteits-soul uit de jaren zeventig. Het begint onheilspellend maar krijgt na een halve minuut een vriendelijk gezicht en een refrein waarmee je zou willen trouwen als gevolg. 'Modern Soul' op haar best!

* Linda Jones- Your Precious Love (US, Turbo, 1972)
Niet te verwarren met het Motown-nummer. Linda Jones praat voor het grootste gedeelte in deze plaat om even helemaal los te gaan in het refrein. Ook weer 'Southern Soul' en opnieuw een plaatje dat ik achterstevoren in het hoesje heb gestopt. 'Don't Go (I Can't Bear To Be Alone)' heet de keerzijde. Dat is een ballade waar het Jones uit de tenen komt. Nu begrijp ik waarom ik dit als a-kant heb gerekend. Een beetje 'moeilijk' rond het refrein zodat het mee kan in de 'sweet soul'- en 'crossover'-selecties, maar mensen... dit noemde ik in 2011 een 'dweil'.

* Eloise Laws- Number One (US, ABC, 1977)
De dame van 'Love Factory'. Een plaatje dat een tijdje op mijn verlanglijst heeft gestaan toen Outta Sight het opnieuw uitbracht. Echter, de geluidskwaliteit van de heruitgave is zó summier dat het nooit een grote 'hit' is geworden bij mij. Het origineel is erg gewild en zelfs de bootleg doet absurde prijzen en dus denk ik dat het daarbij blijft. De a-kant van deze single is geschreven door de broers Pat en Lolly Vegas van de indianengroep Redbone. Het is geknipt voor de hitparade en de titel geeft de positie aan dat het zou hebben verdiend. Op de keerzijde doet ze 'Forever Now' en dat begint een beetje in de trant van 'Free' van Deniece Williams, alleen weigert het interessant te worden. Zal deze überhaupt de Blauwe Bak halen? Ik vind hem een beetje middelmatig.

* Little Hooks- I Don't Want To Leave You (US, United Artists, 1972)
De duurste uit deze 'Singles round-up'-serie en ook de duurste van deze maand. Het is een plaat die het desondanks iedere seconde méér dan waard is. Officieel gezien is 'I Don't Want To Leave You' de b-kant. 'Give The Drummer Some More' is op papier leuker dan in het echt. Het is niet de breakbeat-klassieker die de titel doet vermoeden. 'I Don't Want To Leave You' begint met een gesproken intro. Het kan alle kanten op en dan valt de band in. Dat gaat zelfs zéér uptempo. Dit is het geluid dat populair is in de huidige 'Carib-soul'-scene. Het is 'uitgekleed' en klinkt daardoor een beetje 'lo-fi', maar hierdoor komen de vocalen alleen maar beter uit. Little Hooks zingt vol overtuiging over zijn moeilijke verhouding met zijn 'mama'. Hij is getrouwd, zij ook en hoewel ze het beide van de daken willen schreeuwen hoeveel ze van elkaar houden, moeten ze zwijgen en hun eigen wederhelft liefdevol blijven aankijken. Een 'Me And Mrs. Jones' waar het niet alleen meer om de seks draait, maar waar écht iets aan het groeien is. Kippevel-plaat!

* Love Committee- Cheaters Never Wind (US, Gold Mind, 1976)
Ik heb in 2014 'Law And Order' van Love Committee aan de Blauwe Bak toegevoegd, nog het meeste omdat die op Salsoul is. De a-kant is ook een tijdje favoriet geweest totdat per ongeluk eens een krasje op de plaat is gekomen waardoor het blijft hangen. Sindsdien staat die in de reserve-Blauwe Bak. Nu dan deze single van Love Committee. De a-kant kan omschreven worden als 'jaren zeventig-Northern Soul' Erg prettig en aangenaam, maar niet zozeer het spul waar ik naar op zoek ben. De b-kant is hetzelfde als bij 'Law Ánd Order': 'Where Will It End'. Het is van deze single de meest interessante kant, maar het blijft halverwege steken en bovendien heb ik deze al op de Engelse Salsoul. Love Committee gaat dus ongezien de jaren zeventig-bak in. Morgen het vierde deel van de 'Singles round-up'.

vrijdag 16 maart 2018

Singles round-up: maart 2



Omdat je als platenhandelaar met de nodige leken van doen hebt, is het een vrij 'lastige' handel. Sommige feedback op Discogs is op zijn minst zorgwekkend. De verschillende vinyl-gradaties worden daar uitgelegd maar nog steeds verwacht menigeen een hagelnieuwe plaat als ze een 'Good' of 'Very Good' bestellen. Om met de deur in huis te vallen: 'Good' is niet goed! Het is eigenlijk té min en ik koop alleen een plaat in deze conditie als ik het niet anders kan krijgen. Mark heeft een hoge standaard voor zijn platen. Alleen bij het exclusievere werk duldt hij een 'kraakje' en zal dat opnemen in de beschrijving. Bij de '5-4-3-2-1-sale' van tweede kerstdag merk ik dat de kwaliteit hier al lager is dan wat we van hem gewend zijn. Bij mijn 'soul pack' geeft hij ook alle waarschuwingen. Conclusie: Té min voor zijn Facebook-pagina, té goed voor de kliko. Ik zal steeds de a-kant noemen, maar vaak is deze kant het zwaarst gehavend en heb ik ontdekt dat de b-kanten véél beter klinken en bovendien interessanter zijn. Veel van de singles zullen dus voor de andere titel in de Blauwe Bak komen. Ik ga na deze vier afleveringen bekijken wáár ze in de Blauwe Bak komen en of er niet stiekem een paar rechtstreeks de jaren zeventig- of tachtig-bakken in gaan. Vandaag de eerste zeven singles. Zes uit de 'soul pack' en eentje die ik van zijn Facebook-pagina heb gehaald.

* Buddy Ace- Kicked The Habit (US, Paula, 1971)
En we beginnen meteen met zo'n 'kraker'. Buddy Ace is een vrij bekende blues-zanger en 'Kicked The Habit' is een pure blues. Stylistisch gezien niet interessant voor de Blauwe Bak en dat is maar goed ook. Deze kant wordt ontsierd door een zeer harde terugkerende tik. Mark vertelt me dat hij altijd de b-kant draait en... die klinkt stukken beter dan 'Kicked The Habit'. 'The Real Thing' is héérlijke upbeat Southern Soul en het kraken is een stuk gezelliger dan op 'Kicked The Habit'. Het valt me nu opeens op dat het de eerste 'reguliere' Paula is in mijn verzameling. Deze heeft een rood label, waar de andere witte promo's zijn. Potentiële Week Spot!

* Bloodstone- You Know We've Learned(UK, Decca, 1972)
De a-kant is een prachtig nummer dat helaas wordt verstierd door een kras in het eerste gedeelte. Het resultaat erin dat de plaat een paar keer blijft steken. Verderop is het okay, maar ja...? Ik zou nu al een 'upgrade' willen hebben!Gelukkig heeft Bloodstone alleen maar moois gemaakt. 'Never Let You Go' op de b-kant begint een beetje in de sfeer van 'Natural High', maar ontpopt zich tot een midtempo schoonheid. In smetteloze staat een 'double-sider', nu is het slechts aan één kant genieten in hoofdletters. Het 'ontdekken' van platen is tevens onderdeel van een 'soul pack'. Je weet niet wat je kan verwachten.

* The Dells- Always Together (US, Cadet, 1968)
Mark laat er geen gras over groeien met The Dells. Het is één van zijn meest favoriete groepen aller tijden en noemt deze single 'essentieel' en 'een must voor iedere dj'. 'Eén van hun beste singles', volgens hem. De prijs is okay (zes pond) en dus durf ik het wel aan. Het had eentje uit de 'soul pack' kunnen zijn. Het 'golft' een beetje, maar 'does not affect play'. 'Always Together' is een prachtig mid-tempo palet van de zangkunsten van The Dells. Zoet met welhaast perfecte harmonieën. 'I Want My Momma' op de keerzijde is hele andere koes. Upbeat, funky met een psychedelische gitaar. Ik vind hem eigenlijk nét iets interesaanter voor de Blauwe Bak, maar een 'double-sider' is het zeker!

* The Dramatics- Be My Girl (US, ABC, 1976)
Nee, ik zal 'Be My Girl' niet teveel 'afkraken'. Het is een fraaie ballade waarbij de heren Michael Henderson en David Van De Pitte een mooi arrangement bij leveren, maar ik heb het op ene of andere manier al zo vaak gehoord. Bovendien is er een gemene 'hanger' en lijkt het vinyl daarna zwaar te hebben geleden. Dat gaat hem niet worden. 'Richest Man Alive' staat op de keerzijde en is de favoriet van de twee. Het is meer upbeat en heeft een zeer prettige melodie. Dit is de winnaar voor mij!

* The Ebonys- It's Forever (US, Philadelphia, 1973)
Philadelphia-styreen is berucht, daar heb ik reeds een aantal voorbeelden van. Waar The Ebonys dynamisch gaan zingen, gaat het allemaal erg hard kraken. Het is een héérlijk nummer, dat moet gezegd worden. Wellicht nog eens een voordelige Europese persing op de kop zien te tikken? 'Sexy Ways' op de keerzijde is de boosdoener van de 'ruis' en dat is een knaller dat geen last heeft van 'distortion'. Wederom is de b-kant interessanter hoewel ik 'It's Forever' graag nog eens 'steviger' zou willen hebben.

* The Emotions- Stealing Love (US, Volt, 1969)
Een stevige opname waarbij ik de oneffenheden nog kan verklaren als 'liefde'. Beide kanten komen uit de pen van Isaac Heyes en David Porter. 'Stealing Love' lijkt een beetje onder de invloed van The Supremes. Een erg fijn nummer, maar mijn voorkeur gaat uit naar de b-kant: 'When Tomorrow Comes'. Meer de dramatische kant van Stax en dat is een zijde die je kan toevertrouwen aan Isaac Hayes. Het vinyl is een beetje luidruchtig maar wil wel eens zien wat er gebeurd als ik hem eens goed zou schoonmaken. Laten we dat eens doen!

* The Five Stairsteps- Come Back (US, Windy C, 1966)
Cubie is wellicht pas geboren als The Five Stairsteps dit plaatje opneemt voor het Windy C-label uit Chicago. De plaat 'golft' een beetje en de vorige eigenaar heeft het label volgekalkt met zijn naam, maar verder klinkt deze zeer behoorlijk. Een heel klein beetje 'distortion' op een paar stukken, maar het stoort me niet echt. 'You Don't Love Me' is ietsje meer uptempo en lijkt verschoond gebleven van 'distortion'. Het moge duidelijk zijn: Na twee Five Stairsteps & Cubie-singles, eentje bij Stairsteps en een andere als The Burke Family ben ik helemaal gezwicht voor de harmonieën van de Burke's. Ik durf te wedden dat menig 'professionele' platenhandelaar dit nog altijd als een 'VG+' zou aanbieden. Ik doe er mijn voordeel mee!