zondag 31 juli 2022

Gele Bak Top 100: The Smoke


Op vrijdag 2 januari 1998 hoor ik 's avonds op de boot te zitten van Hull naar Rotterdam. In plaats daarvan heb ik me laten afzetten in een jeugdherberg en schrijf aan de tafel in de kantine een brief aan het thuisfront. Of ik deze ooit heb verzonden? Geen idee. Toch helpt het me bij het inzien dat ik een héle grote stap heb gezet en dat er nu even geen weg meer terug is. Het zijn de eerste dagen in York. Met een doodongeruste familie in Friesland want ja... kleine Gerrit moest maar eens voor zichzelf gaan zorgen. Twee weken later ga ik terug... Niet met hangende pootjes om thuis uit te huilen, maar om wat meer spullen te halen en weer terug te gaan naar York. Niet wetende waar en hoe het schip zal stranden. Bij terugkeer in York koop ik een racefiets die me gaat helpen bij het solliciteren en een stereo-set voor de meegebrachte platen en cassettes. Engeland is altijd vooral een land geweest van de cassettebandjes. Verhoudingsgewijs worden van een album méér cassettes dan elpees verkocht. In 1998 zijn voorbespeelde cassettebandjes verdwenen uit de platenzaken, maar kun je ze in Engeland nog in alle maten en soorten krijgen. En het wint qua succes ook op vele vlakken van de cd. 'Disco Volante' van Mr. Bungle is één van de eerste tapes die ik koop in Engeland om lekker herinneringen te kunnen ophalen aan het wilde jaar 1997. Op een zekere middag kom ik in een 'boekenvoordeel' terecht met ook een standje met cassettes. Ze zijn spotgoedkoop en ik neem een flinke zwik mee. Eentje heeft vooral mijn interesse: 'The Best & The Rest Of British Psychedelia'. Ik raak het bandje kwijt tijdens mijn verblijf in Mossley maar kan het van begin tot einde dromen. Het is eveneens ook mijn officiële kennismaking met The Smoke.

Bij het vorige bezoek aan het ouderlijk huis heb ik tevreden kunnen vaststellen dat mijn Hitweek-collectie nog aanwezig is. Het papier is echter helemaal uitgedroogd en eigenlijk weet ik zelf ook niet goed wat ik ermee aan moet. Ik gebruik ze vooral in de jaren 1993 en 1994 om méér te leren kennen over de muziek van de jaren zestig. De hoek met de recensies is legendarisch. Hier staat ook de recensie van 'My Friend Jack' van The Smoke en hier wordt verteld over een opname die opnieuw moest worden gedaan om de plaat geschikt te maken voor de radio. Volgens Hitweek eet Jack in het begin suikerklontjes, maar volgens mij doet hij dat nog steeds. 'Sugarlumps' zijn suikerklontjes? Het is overduidelijk wat wordt bedoeld met suikerklontjes en dat maakt dat de BBC nog steeds een boycot zet op de plaat. Op zee dobberen dan een paar schepen met zenders en deze zorgen ervoor dat de single onderaan in de Engelse hitlijsten terecht komt. In Duitsland zijn ze daarentegen helemaal wild van het nummer en daar bereikt het een tweede plek. De genoemde cassette met de Engelse psychedelica bevat niet alleen 'My Friend Jack' van The Smoke, maar ook de b-kant ('We Can Take It') en de a-kant van de eerste single van The Shots.

Feitelijk is 'The Best & The Rest Of British Psychedelia' een kopie van de 'Morgan Blue Town'-compilatie uit 1968. Achteraf gezien een prachtig historisch document. The Smoke is één van de topattracties op het album. Ik zie nu trouwens 'We Can Take It' niet in de tracklisting staan. De cassette blijkt uit 1991 te zijn op het Action Replay-label. Ik heb in die tijd ook nog eens een cd gekocht: 'The Best & The Rest Of The Hits Of The Sixties' met opvallend veel oude skinhead-reggae en alle hitsingles van The Alan Price Set. Ik kan niet nagaan waar ik 'We Can Take It' eerder heb gehoord. 'My Friend Jack' staat eveneens op de laatstgenoemde compilatie.

Laten we wel zijn... York is geen Liverpool of Manchester als het aankomt op de geschiedenis van de popmuziek. De wieg van John Barry heeft in York gestaan en dat wordt nog immer gevierd in de stad. In de jaren negentig timmert Shed Seven aan de weg met hun Britpop. Ik heb in die tijd nog een stukje meegemaakt van een concert van Mostly Autumn, een bandje dat eveneens in York is begonnen en inmiddels is uitgegroeid tot een topattractie (in de symfonische metal en gothic-hoek wel te verstaan). The Smoke heeft ook haar roots in York en dat is iets dat ik vanmiddag heb geleerd. Er zijn in 1965 twee lokale bands: Tony Adams & The Viceroys en The Moonshots. Op een gegeven ogenblik spannen enkele van The Viceroys samen met The Moonshots en ontstaat The Shots. The Shots maakt twee singles en 'Keep A Hold Of What You've Got' komt in 1968 op de 'Morgan Blue Town'-sampler terecht. De groep bevindt zich al in Londen als The Smoke een feit is. Mick Rowley, Mat Luker, John 'Zeke' Lund en Geoff Gill oogsten vooral succes in Duisland. Daar brengt de groep zelfs een elpee uit: 'It's Smoke Time' (1967). De groep blijft vooral in Duitsland actief tot en met 1976 en het teert vooral op de roem van 'My Friend Jack'. In 1976 maakt met een nieuwe versie terwijl in Nederland in 1973 'Sugarman' in de Tipparade staat. In de begin jaren zeventig maakt Gill ook deel uit van Fickle Pickle met Cliff Wade en Wil Malone. Voor de laatste moet ik binnenkort eens een standbeeld oprichten, zo heb ik besloten.

Bijna vijfentwintig jaar geleden nadat ik voor het eerst 'My Friend Jack' heb gehoord, brengt het gitaareffect me nog altijd kippenvel op de armen. Hopelijk zal dat nog heel lang zo blijven!

Gele Bak Top 100: 2, 3 & 4


Ben ik alweer klaar voor een volgende Gele Bak Top 100? Nee, beslist niet! Zoals jullie zal zijn opgevallen in de 'Singles round-up' heb ik deze maand niet één single gekocht voor de Gele Bak. Het eerder geplande bezoekje aan Sneek gaat niets worden. In Steenwijk fiets ik geregeld langs Malle Pietje en daar moet ik weer eens binnen kijken. Idemdito voor de 'verscholen' kringloop achterop het industrieterrein. Ik ben in 2017 bij de laatste geweest en de platen is dan een grote puinhoop, maar hij is dan ook al bezig met een verbouwing. Ik neem aan dat dit inmiddels wel klaar moet zijn? Het is de laatste zondag van de maand en dus is het koopzondag in Meppel. Toch zie ik het niet zitten om door de regen naar Meppel te fietsen voor 'mijn maat'. Toch ben ik al bijna een half jaar niet meer in zijn winkel geweest en dus moest ik dat ergens in augustus eens gaan doen. Vandaag de ontknoping van de Gele Bak Top 100 met straks een verhaaltje over de nummer 1 van dit jaar. Rest me nu alleen nog de nummers 2, 3 en 4 met jullie te delen.

4. Be Mine Again - The Skope (NL, Fontana YF 278 136, A, 1967)

3. Hunting High And Low - A-Ha (Duitsland, Reprise 926 663-7, A, 1986)

2. Build - The Housemartins (Duitsland, Chrysalis 109 583, A, 1987)

De samenstelling van de top vier is geen eenvoudige klus of eigenlijk geldt dat voor de gehele top tien. Het is echter traditie dat ik de nummer 1 van een apart bericht voorzie en dat is een groepje dat ik al veel langer eens in de schijnwerpers wilde zetten. Daar is nu een mooie gelegenheid voor. Nog even een uurtje geduld en dan weten jullie wat de ultieme Gele Bak-aanwinst is geworden.

Singles round-up: juli 7


In de jaren 2002 tot en met 2007 is het een vaste prik voor mij. Het laatste weekend van juli is dan gereserveerd voor het Stonehenge-festival in Steenwijk. Niet om als bezoeker uit mijn plaat te gaan, maar als vrijwilliger. Ik ben nooit heel erg specifiek een liefhebber van metal geweest, hetgeen raar mag klinken als je deel hebt uitgemaakt van een deathmetalband. De sfeer is altijd top tijdens Stonehenge. De bezoekers kun je classificeren als 'ruwe bolster, blanke pit'. Hoe warm het ook is, niemand die in een luchtig t-shirt en een hippe korte broek rond loopt op het terrein. Zwarte kleren, woeste haren en veel leer. Ze komen voor een bak metal en een potje bier en zolang je niet aan hun bier komt of aan de vriendinnen, heeft het meer weg van een bijeenkomst van hippies. Gisteren heb ik andermaal bezorgd in Steenwijk, dit gaat nu ook mijn vaste locatie worden. Stonehenge heeft een paar jaar niet door kunnen gaan en vindt sinds enkele jaren ook niet meer plaats in en om De Buze. Het festivalterrein is nu op het parkeerterrein bij de schouwburg, recht tegenover het station. Gistermiddag heb ik zo nog wat van de sfeer kunnen meegenieten en ergens diep van binnen heb ik even het verlangen om naar binnen te gaan. Hetgeen sowieso onmogelijk is want het festival is al weken uitverkocht. Nu ga ik jullie vijfmaal vuurwerk presenteren uit de Blauwe Bak. Een 'nieuwe' aanwinst en vier 'dubbele' singles uit de partij van Mark. Komende week ga ik weer wat geld overmaken voor een volgende partij.

* Sanders Sisters- Stone Man (Italië, Cannonball, 1971, re: 2015)
In de zomer van 2015 zit ik even 'diep' in de gospel en volg ieder bericht dat 'ome Greg' plaatst. Dan kondigt hij de release van deze single aan en de start van een nieuw platenlabel. Ik luister naar de clipjes en ben in principe geïnteresseerd, alleen...? Met verzendkosten komt de plaat op een slordige dertig pond. Voor dat geld kun je ook leuke onontdekte crossover- en gospelplaatjes kopen en dus laat ik het aan me voorbij gaan. Een paar maanden later presenteert Cannonball haar samenwerking met Greg en verschijnt 'Thank You' van Jackson Bros. Die koop ik wel meteen en vanaf 2018 betaal ik regelmatig een goede prijs voor een Cannonball. In mijn herinnering is deze van Sanders Sisters een eenzijdig bespeelbaar plaatje. Dat blijkt te komen doordat de b-kant een 'arranged version' heeft en die vind ik in 2015 al niet interessant. Het vuurwerk komt vanaf de a-kant. 'Stone Man' is een onversneden stuk 'sister funk' welke in 1971 op de band is gezet, maar nooit tot vinyl is gekomen. Alberto verzamelt naast platen ook 'reel-to-reel'-tapes en zo bemachtigt hij twee onuitgebrachte opnames van Sanders Sisters. De tweede single op Cannonball ben ik helemaal vergeten, maar 'Stone Man' blijft een prettige associatie houden. Dankzij de Week Spot van Grace Love van vorige week zoek ik de plaat op Discogs en blijkt deze redelijk betaalbaar te zijn. Met als resultaat dat ik dit erg geinige nummer voor minder dan de nieuwprijs heb en het is praktisch nieuw.

* Laura Lee- Rip Off (UK, Hot Wax, 1972)
Mijn oude exemplaar komt van Rarenorthernsoul of, beter gezegd, Buydiscorecords. De laatste is de budget-afdeling van Rarenorthernsoul en dat zijn vrij algemeen verkrijgbare platen of collector's items met een klein defect. Ik koop zo nu en dan een zwik van Buydiscorecords. Ik ben te lui om het archief in te duiken, maar ik moet Laura in 2012 of 2013 hebben gekocht. De plaat klinkt erg gehavend, maar vooruit... hij is niet heel erg duur geweest. Bovendien geloof ik het na drie uitzendingen ook wel weer. Ook deze van Mark komt niet zonder steenslag maar op zijn minst is het geluid 'schoon' waar de oude een hoop distortion heeft. Leuk om het jaren later weer eens te horen maar ik ga de plaat zeker niet grijs draaien. Op de keerzijde staat 'Two Lovely Pillows' en dat is meer het 'deep'-werk van Laura zoals ik haar eigenlijk het liefste hoor. Oef, dat is zelfs zo goed dat ik spontaan 'Rip Off' ga vergeten.

* Freddie Scott- Just Like A Flower (UK, Jay Boy, 1968, re: 1971)
Hier heb ik nog vrij recent de originele Amerikaanse Shout! van gekocht, maar zo'n Engelse persing kan ik niet laten liggen. Qua audiokwaliteit is het lood om oud ijzer. Engelse persingen op President en Jay Boy uit deze periode klinken over het algemeen niet veel beter, vooral omdat vaak is gebruik gemaakt van de mono-opname. Tijd voor nóg een collectie in de collectie? Ja, ik ben van plan om een parallelle Blauwe Bak aan te leggen met Engelse persingen. De Amerikaanse mag in de koffers blijven staan, deze Engelse komt apart in een bak.

* The Sylvers- Lovin' Me Back (US, Capitol, 1977)
Mark heeft een paar vaste adressen waar hij zijn platen inkoopt. Verkoopsuccessen uit een recent verleden gaan nog wel eens op herhaling bij Mark en deze single van The Sylvers is daar een voorbeeld van. Omdat de platen 'nieuw' horen te zijn, checkt hij ze niet stuk voor stuk. Zo kan het gebeuren dat ik in 2016 deze van The Sylvers koop met een defect. Of die blijft steken of overslaat, dat weet ik niet meer. Het is echter een bloedmooi nummer dat een upgrade verdient. Het zijn platen uit de 'dusties' en dat betekent dat het een goede schoonmaakbeurt kan gebruiken, maar verder geen manco's bij deze single.

* Stevie Wonder- We Can Work It Out (UK, Tamla Motown, 1970)
Mark adverteert de single met de b-kant en dat is aanvankelijk ook de reden het te reserveren. Als ik vervolgens ontdek dat het de b-kant is van 'We Can Work It Out' ben ik helemaal dolblij. Ik heb de Nederlandse persing al jaren in de bakken staan maar heb de b-kant nooit gecheckt. Ik ben dan vooral verbaasd over de steengoede coverversie en heb zelfs enkele Engelse Beatles-fans zo ver gekregen dat ze hebben besloten dat dit 'beter dan het origineel' is. Ik ga toch weer eerst voor de b-kant: 'Don't Wonder Why'. Ik kan me niet herinneren wat me heeft gegrepen in dit nummer. Het is niet slecht maar ook weinig opvallend in het repertoire van Stevie. De Nederlandse persing van 'We Can Work It Out' is tot op de draad versleten en deze Engelse knalt uit de speakers.

Dat zijn de singles van juli. Morgen ga ik buigen over een 'Eindstreep'. Nu krijgen jullie een foto-aflevering van de Gele Bak Top 100 en een verhaaltje bij de nummer 1.

vrijdag 29 juli 2022

Singles round-up: juli 6


Zo. Laten we het weer eens over singles hebben. Het is me in ruim tien jaar bestellen via internet nog niet overkomen dat een pakket niet is gearriveerd. Er zijn een paar voorbeelden van platen die buitensporig lang onderweg zijn geweest. Vrij recent nog met een pakketje van Cannonball. Deze had me toegezegd een vervangend pakket te sturen maar dat is nooit gearriveerd. In 2014 heb ik maanden moeten wachten op Carolyn Leacock en de dealer had inmiddels mijn geld terug gestort. Twee dagen later lag het pakketje alsnog op mijn mat en heb ik de betaling opnieuw verricht. Nu is het volgende aan de hand. Ik moet bekennen dat ik de bestelling al even was vergeten, want ja... het regent nieuwe releases hier. Het gaat met name om een Amerikaanse single die omstreeks februari is verschenen en nu al erg in trek blijkt te zijn. Er zijn maar een paar Engelse handelaren met de single voor een normale prijs en dat lijkt de goedkoopste optie te zijn. Op Discogs betaal je al een bedrag voor de inklaring maar dit is steevast té laag ingeschat. Het is inmiddels ruim een maand na de bestelling en het pakket is er nog steeds niet. Ik heb een redelijk voordelig alternatief maar deze moet uit Amerika komen. Ik wacht nog maar een week en ga dan waarschijnlijk de Amerikaan bestellen. Mocht ik wel twee exemplaren krijgen, kan ik de ander over een jaar waarschijnlijk voor een leuke prijs doorverkopen. Ik wil morgen nog even afwachten om te zien of er nog meer singles komen en dat zou dan een laatste 'Singles round-up' opleveren met een recente Discogs en de vier 'dubbele' singles van Mark. Nu eerst de laatste negen uit de bestelling van Mark (de dubbele niet mee gerekend).

* The Detroit Spinners- Wake Up Susan (UK, Atlantic, 1976)
De plaat zit zo laat in de 'Singles round-up' omdat ik de groep onder de 'S' plaats van The Spinners. In Engeland is sinds de midden jaren zestig een erg oubollig folkgroepje uit Liverpool dat zich The Spinners noemt. Als de groep op Motown doorbreekt, worden deze verplicht om de naam aan te passen voor de Engelse markt. Misschien met een slag om de arm voor andere Amerikaanse bands met de naam kiest Motown ervoor de groep aan te prijzen als The Detroit Spinners. In de rest van Europa verschijnen de platen het ene moment als Detroit Spinners en dan weer gewoon als The Spinners. In 1972 verlaat de groep het Motown-label en gaat werken met Thom Bell. Dat levert enkele prachtige opnames op zoals 'Could It Be I'm Falling In Love'  en 'I'll Be Around'. 'Wake Up Susan' is het herkenbare geluid van de voorgenoemde twee hits. De b-kant heet 'If You Can't Be In Love' en klinkt als 'Just As Long As We Have Love' (ook gecoverd door Carolyn Leacock uit de inleiding) maar dan zonder de zang van Dionne Warwicke (zoals ze wordt genoemd op de plaat). Mijn voorkeur gaat dan toch uit naar 'Susan'.

* The Supremes- Who Could Ever Doubt My Love (US, Motown, 1965)
De b-kant van een hit die ik nog altijd niet heb en dus is het voor mij op voorhand een 'double-sider'. Toch is het nog maar een paar weken geleden sinds ik kennis heb gemaakt met dit nummer. Het is zeer fraaie midtempo met een stevige Detroit-beat maar tegelijk met een klasse zoals je dat weinig tegenkomt bij vroege Supremes-opnames. Laten we eerlijk zijn: Motown is niets meer dan de Stock, Aitken & Waterman van de jaren zestig en het werk van The Supremes is al gauw ordinair stampwerk voor de hitparade. 'Who Could Ever Doubt My Love' heeft een zeer overtuigend zingende Diana Ross en een speels arrangement. Zo gezegd is de a-kant ook niet mis. Dat is 'I Hear A Symphony'. Toch is deze een beetje uit het lood en heeft het geleden onder een té zwaar afgestelde toonarm. Dus alleen de b-kant en nog eens rond kijken voor een betere Nederlandse persing voor de a-kant.

* Synethia- You Were Doing Bad When I Met Cha (US, Gold Key, 1990)
Waarom o waarom? Dat is het eerste dat me door het hoofd schiet als ik dit plaatje ga beluisteren. Als ik naar het label kijk, kan ik me de aanbeveling herinneren van Harvey Scales als mede-schrijver en producent. Het is een moddervette productie uit 1990 met een rappende Synethia in het intro. Als het nummer los gaat, wordt het wel iets beter en ik moet zeggen dat ik er al aan ga wennen. Ik denk dat deze wel kan gaan groeien bij mij. Op de keerzijde staat de instrumentale versie en die laat ik maar zitten.

* The Temprees- There Ain't A Dream Been Dreamed (UK, Epic, 1976)
Ik heb jaren geleden al eens een plaat gekocht van The Temprees en dat is ook Week Spot geweest. Toch is het enthousiasme jegens deze plaat van korte duur. Nu heb ik hier deze Engelse persing uit 1976. Ik heb het gereserveerd voor de fraaie ballad op de b-kant. Een zeer fraaie productie ook al kan ik op dit tijdstip niet zo goed tegen het hoge stemmetje. De a-kant heb ik nog niet geproefd maar de titel windt er geen doekjes om. 'I Found Love On A Disco Floor' is precies dat wat je verwacht en eigenlijk vind ik dit op dit tijdstip de meer interessante kant. Misschien moet ik 'Dream' nog even verder laten inwerken want vlotte disco is al snel goed in mijn beleving.

* Truth- Come Back Home (US, S.O.C., 1976)
Deze b-kant duurt maar liefst zeven minuten en dat kom je niet vaak tegen in de hoek waarin ik me bevind. Het is een pure ballade maar de vraag is... Gaat dit nog verder groeien? De eerste minuut vermoedt namelijk al dat het een 'builder' gaat worden. Het tweede refrein lijkt al een variatie op de eerste te zijn geweest en per couplet bouwt de sfeer zich verder uit. Ik heb de a-kant heel vaak als 'recommendation' gezien op Discogs en dus moet ik die nu gaan proeven. 'Excedrin Headache #24' is op zichzelf ook al bijna vijf minuten lang. Dat heeft een lekkere funky groove waarbij monotone strijkers de hoofdpijn moeten nabootsen. Het is een beetje exotische disco gemaakt handen en voeten en zonder teveel gebruikte gimmicks. Lekkere 'double-sider'.

* Uniqué- Just My Imagination (US, RSP, 1982)
Het is nog best lastig om met een unieke bandnaam te komen. Een ding is zeker: Er zijn heel veel bands die zich Unique noemen. 'Onze' Unique is uniek door dat de naam eigenlijk Uniqué is, wat dat ook mag betekenen voor de uitspraak. Het komt echter niet verder dan deze single uit 1982 waarop 'Just My Imagination' van Smokey & The Miracles nog eens wordt overgedaan. Nu met jaren tachtig-instrumentarium en -productie, maar dit is het soort van nummer dat in ieder tijdsvak en iedere setting past. Het is een goede cover maar eigenlijk ook niet meer dan dat. De b-kant is instrumentaal en zo ben ik alweer klaar met een single. Op naar de volgende!

* William DeVaughn- Hold-On-To-Love (US, TEC, 1980)
Dit kantje duikt steeds vaker op in mixen, zo merk ik de afgelopen weken. Hij is dus aardig in trek en wie weet? Misschien gaat die binnenkort omhoog in prijs. Tot nu toe kun je de plaat nog redelijk voordelig bemachtigen. William heeft in 1974 een grote hit met 'Hold On To What You've Got'  en 'Hold On To Love' lijkt dezelfde boodschap te hebben. Het is heerlijke crossover-disco als dat een genre mag zijn. Ik kan wel begrijpen waarom dj's dit in een mix stoppen. Het is echter een b-kant en ik heb de a-kant nog niet geprobeerd. 'Figures Can't Calculate' heet de a-kant en dat is een pure ballade. Nee, ik blijf het dan bij de b-kant houden. En inderdaad... die verbindingsstreepjes tussen de woorden is de manier waarop het is gespeld op het label.

* Dionne Warwick- They Don't Give Medals To Yesterday's Heroes (US, Scepter, 1970)
Ik kan concluderen dat ik de afgelopen jaren een grote fan ben geworden van Dionne Warwick. 'Medals' wordt regelmatig aangeboden door Mark en is ook razendsnel gereserveerd. Ditmaal ben ik op tijd en heb deze fraaie Amerikaanse persing in de pocket. Ik lust hier wel soep van! 'The Green Grass Starts To Grow' is meer van het soort pop dat ze rond deze tijd maakt, maar 'Medals' is een klassieker in het genre!

* Spencer Wiggins- Old Friend (Duitsland?, Goldwax, 1966, re: ????)
Het label is eentje van Polydor uit de late jaren zestig. Er is een bootleg met het originele Goldwax-label en deze 'Duitse' vind ik meerdere malen op Discogs, maar... alle keren bij Nederlandse dealers. Vandaar de vraagtekens hierboven. Ik vermoed dat de single is geperst in Nederland voor de Surinaamse scene en dat de bootlegger een aantal oude Polydor-labels heeft bemachtigd. 'Old Friend' past helemaal in de Carib met tinkelende elektrische gitaar 'Walking Out On You' is meer een bluesy stamper maar mag er ook zeker zijn. De reden is en blijft 'Old Friend'. In tegenstelling tot veel bootlegs heeft deze een lekker stevig geluid en dus ben ik dik tevreden!

Van het concert des levens: 1995


In de weken voor mijn 46e verjaardag herinner ik me opeens dat ik nog altijd niet een 'serie' heb gedaan over de vijfenveertig levensjaren. Inmiddels hebben er alweer 47 kaarsjes op de taart gestaan en ik ben nog altijd niet halverwege met 'Van het concert des levens'. Omdat ik een berichtje had gesmokkeld voor een eventuele 'Singles round-up' met platen uit Sneek kan ik nog evengoed voldoen aan de twee afleveringen per maand. Op dit moment kruisen we 'Het zilveren goud' en zijn onderweg naar een periode die minder goed gedocumenteerd is dan de voorbije jaren. Ofwel: Het is een periode waarover ik nooit de behoefte heb gehad om erover te schrijven. Net zoals 'Het zilveren goud' twee jaar geleden bij tijd en wijle erg moeizaam was. Vanavond een kleine herhaling van zetten want na het 'zonnige' 1994 ga ik vanavond terug naar het 'donkere' 1995. Qua zomer is die van 1995 even fraai als die van 1994, maar buiten het weer om is het voor mij vooral een somber jaar. De eerste drie maanden scheelt het niet alles. Dan wordt me gevraagd of ik schulden heb en daarop kan ik ontkennend reageren. Een half jaar later heb ik ze wel! Veiligheidsgordels vast en we gaan van start met de achtbaan naar de duisternis.

Als 'manager' van een groep moet je zorgen voor optredens en aan deze taak voldoe ik als ik in oktober 'vast leg' dat Horrible Dying haar debuut gaat maken op vrijdag 13 januari 1995. De muzikanten zijn daar uiteraard niet blij mee. Ze kunnen op dat moment alleen twee covers spelen en zijn druk aan het sleutelen aan nummers rondom teksten van Martin (de zanger) en ondergetekende. Toch denk ik dat het in deze bezetting nimmer tot optredens was gekomen als ik niet een stok achter de deur had gezet. Er wordt druk geoefend en geschreven en begin januari 1995 is er iets dat op een avondvullend programma gaat lijken. De week ervoor ga ik met drummer Willem naar Amsterdam om een double bass-pedaal te kopen. Dat zal een week later niet bijdragen aan de kwaliteit van het concert. Ik ben dan al gewaarschuwd door een ervaren drummer: Een double bass-pedaal heb je niet zomaar onder de knie. Dat vergt maanden van oefening. Naast dat ik de 'manager' ben en tekstschrijver, wordt intussen mijn takenpakket uitgebreid tot podiumbouwer. De gemeente levert de slooppallets en Schwarzkopf de flessen shampoo voor de verloting. Het is een legendarische avond. Er moeten mensen worden weggestuurd omdat de kroeg propvol is. Lokale gasten vinden het al knap dat we muziek uit de instrumenten kunnen krijgen, de meer kritische metalliefhebber heeft zich vast kapot gelachen. Het is slechts een paar weken na het optreden in Hommerts als onze gitarist, 'Filthy', aangeeft dat hij ermee gaat stoppen. Willem heeft dan een vriendin in Gorredijk en hierdoor staat een optreden gepland voor Koninginnenacht. Dat zal het laatste optreden worden met Michel. Hij is afgelopen maart erg plotseling overleden. In 'Uit het oog' van 7 maart 2022 kunnen jullie meer herinneringen aan deze markante persoon lezen. Het optreden in Gorredijk levert ons gitarist Theo op en zijn rol wordt al snel een hoofdrol binnen de band. Voor mij is steeds minder ruimte en een paar weken later stap ik uit de band.

Laten we het dan eens hebben over het werk. In februari werk ik een jaar onafgebroken bij de gemeentewerkplaats en dat is het maximum binnen het Jeugdwerkgarantieplan. Even dreig ik aan een opleiding te beginnen. Het is een opleidingsinstituut waar ik al voor een intake ben geweest tijdens de beroepsoriëntatie-cursus van 1993. Er wordt me verteld vanuit de gemeente dat ze een nieuwe opleiding zijn gestart, maar nee... feitelijk kom ik hetzelfde intakegesprek doen. Ik ben in alle staten en 'vlucht' naar Steenwijkerwold nadat ik de consulente van de gemeente telefonisch voor oud vuil heb uitgemaakt. Heel erg typisch Gerrit anno 1995. 'Kort voor de kop' (een Frisisme) net zoals vader, maar dan in het kwadraat. Ik manoeuvreer mezelf moedwillig in de problemen, daar waar ik later altijd zal proberen om problemen te voorkomen. Mijn volgende JWG-baantje is als 'conciërge' op een basisschool in een dorp. Mijn takenpakket is erg onduidelijk. De hoofdonderwijzer is aangesteld om me een heropvoeding te geven, maar zo werkt dat natuurlijk niet. Ook hier vertrek ik met een grote mond. Omdat thuis zitten ook niet alles is, ga ik in eerste instantie akkoord met het reinigen en bijhouden van openbare toiletten en douches in Heeg en Woudsend. Als ik dit een maand doe en vraag of er ander werk is, krijg ik te horen dat ik het nu opeens moet doen tot het einde van het seizoen. Dat is het moment waarop ik stop... Ik rij ter decoratie naar Woudsend, maar raak geen toiletborstel of schoonmaakmiddel aan. Een kwartier later zit ik in het café aan de Jägermeister plus koffie of pils en laat guldens en rijksdaalders in de gokkast verdwijnen. Met name in Heeg wordt het al heel snel een zootje.

In augustus 1995 wordt het dudelijk dat dit niet gaat werken en 'voor straf' moet ik hele dagen binnen in een kantoor zitten zonder een vaste taak. Ik mag alleen naar buiten om te solliciteren, want... ik heb een plan! Ik wil in Zwolle de opleiding doen tot huisschilder maar moet daarvoor wel over een praktijkplek beschikken. Ik ga alle schilders langs in de wijde regio en er is eentje die me in principe wel wil aannemen. In oktober ga ik weer aan de slag bij Intertec, de praktijkopleiding waarmee ik in de zomer van 1994 een houtschuur heb gedemonteerd en verplaatst. Theo geeft mijn zelfvertrouwen een enorme boost en dat is wel nodig. Daar is namelijk niet meer zoveel van over...

Ik zit voor een goed deel van 1995 in een negatieve spiraal. Ik ben méér bezig met de dood dan dat gezond is voor een mensenleven. Het occultisme dat ik heb aangewend om teksten voor de band te schrijven, heeft me eveneens op een dwaalspoor gezet. Vervelend werk en de angst voor een kwaadaardige baas maken dat ik het op een zuipen zet. Natuurlijk kan ik dat niet betalen en dus gaat het op de lat. Tot het moment dat enkele kroegen de tap voor mij op slot doen. Eerst betalen! Met name de rekening in de Sneker bar De Draai neemt enkele maanden in beslag. Thuis wordt de situatie ook steeds lastiger. Mijn broer vertrekt in de zomer naar Denemarken en vader gaat met de vut. Twee 'korte koppen' bij elkaar betekent dat we elkaar naar het leven kunnen staan. Gelukkig voor ons allen gaat ook 1995 voorbij en komt 1996 in zicht. Ik verander weer positiever in dat jaar, ook al is het thuiswonen steeds meer een kwestie van 'logies en ontbijt'.

Intertec zorgt voor een positieve ontwikkeling. De kwaadaardige baas van de gemeente heeft laten weten dat als ik hier niet 'slaag' dat ik geen dag meer een uitkering ga krijgen in de gemeente. Met deze spanning ga ik naar het bedrijf maar Theo stelt me gerust. Als hij problemen heeft met mij, zal hij die meteen met mij oplossen. Deze problemen gaan helemaal niet voorkomen want ik kan lezen en schrijven met Theo. Hoe lang is 1995 geleden? Voor menigeen zal het aanvoelen als gisteren? Welnu, in 1995 mocht je nog gewoon roken in de werkplaats. Theo heeft me echter verboden om te schilderen met een peuk in de mond. 'Daarvoor moet je even gaan zitten om te relaxen'. Er zijn dagen dat er niet heel veel werk door mijn handen komt. Het is dan koffie drinken, roken en teksten schrijven op kleine stukjes schuurpapier. In november 1995 maak ik het concert mee van The Gathering en dat zet een volgend hoofdstuk in werking. Ook een mede-cursist heeft een zekere positieve invloed op mij.

Ons fotomodel komt eigenlijk uit 1994. Ik mis het in eerste instantie en zie de videoclip in april 1995 voorbij komen op TMF. Ik ben helemaal verkocht. Ik bemachtig exact deze cd-maxi en draai het ding in de zomer van 1995 helemaal stuk. Sterker nog: Als ik het in 2022 hoor kan ik nog iets voelen van een lichte kater veroorzaakt door Jägermeister en pils. De 'Black Hole Sun' schijnt uitbundig op mij in 1995 maar in 1996 gaat mijn zon echt weer schijnen.

donderdag 28 juli 2022

Het zilveren goud: juli 1997 deel IV


Het is té ambitieus. Tussen twee werkdagen in en met deze warme dagen. Ik had vandaag op bezoek willen gaan bij mijn moeder. Zij vierde dinsdag haar verjaardag. Na een lange werkdag ben ik wederom doodop. Desondanks spring ik nog even bij op Wolfman Radio en zoek daarna snel mijn bedje op. Slapen wil niet tot nauwelijks en pas op het laatst weet ik de slaap te vatten. Dan hoor ik natuurlijk om half acht niet de wekker en is het half tien als ik de ogen open. De afspraak is nu verzet naar komende maandag. Ik acht de kans klein dat ik dan de platenzaak in Sneek zal aandoen, maar goed... Geen extra 'Singles round-up' buiten de laatste paar van Mark. Ik ben vandaag bezig geweest in de tuin en dat was ook wel eens nodig. Nu moet ik maar beginnen met het publiceren op Soul-sotica want ook daarmee loop ik achter op schema. Eerst naar boven om een foto te nemen van de dertig singles. Dertig? Ja, ik herinner opeens twee Blauwe Bak-singles die in de tweede aflevering van 'Het zilveren goud' hadden moeten zitten. En we gaan weer terug naar de laatste dagen van juli 1997.

Op de zondagmiddag na de verjaardag van mijn moeder in 1997 komt kameraad Jan langs om aan mijn scooter te sleutelen. Hij eet een hapje mee in Jutrijp en daarna gaan we het nachtleven in. Ik probeer te herinneren hoe we de avond zijn begonnen, maar feit is dat we al later op de avond alsnog in The Scrum komen. Ik denk dat we in zijn flat zijn geweest want hij draagt deze avond een 'rubberen' broek, zoals hij het zelf noemt. Het is een soort van lederlook ding en zit erg strak. Met een artistiek bloesje erop ziet hij er erg kunstzinnig uit. Ik zal ongetwijfeld de oranje broek aan hebben? In onze stamkroeg is het verre van gezellig. Er is een groepje mensen neergestreken die normaal gesproken in een café zitten waar ik niet naar binnen 'durf'. 'Min volk'. Jan en ik hebben echter het weekend in de bol. Hij schuifelt wat op de muziek en ook ik heb het gevoel dat de spieren los gedanst moeten worden. De ongenode gasten menen in ons een homostel te zien en dat verdient, volgens hen, klappen. Ik ontspring de dans maar Jan loopt een gezwollen lip en een blauw oog op. Dat komt zéér ongelegen!

De vrijwilligerscentrale van Sneek heeft een fietsenstalling geopend voor op de zaterdatavond. Het wordt bestierd door een echtpaar dat een oude caravan in de loods heeft gezet. Nu gaat deze fietsenstalling binnenkort dicht en zitten ze met de caravan in de maag. Daar heb ik wel oren naar! Een paar maanden eerder ben ik op de dolle roes naar Tuk gereden op de brommer en breng die nacht door op en rond de Woldberg. Dan heb ik opeens het romantische beeld voor me dat ik hier een caravan heb staan en dat ik geregeld een weekendje vrijaf kan nemen om hier uit te blazen. Dan hoor ik dat de caravan van de fietsenstalling weg moet. We spreken een vriendenprijsje af, alleen... het ding moet naar het terrein van Dicky Woodstock. Aanvankelijk zou ik een auto huren en kameraad Jan zou de sleurhut naar Steenwijkerwold brengen. Zijn gezicht is zo toegetakeld dat hij vermoed dat hij geen auto mee krijgt. De tijd begint te dringen. Het is woensdagmorgen en morgenavond begint het festival. Ik trek de stoute schoenen aan en stap het terrein op van Suierveld. Deze heeft een louche autohandel en een demontagebedrijf aan de rand van Sneek. Deze wil voor vijftig gulden de caravan naar Steenwijk brengen en dat lijkt de beste optie. Ik ga 's avonds eerst op de scooter, inmiddels rijdend, naar het terrein en een half uur later arriveert Suierveld met de caravan. Ongevraagd zet ik hem op het land en daar blijft die, eveneens ongevraagd, staan. Ongevraagd kom ik ook nog een paar keer langs om een nacht in de caravan te pitten. Té brutaal voor woorden? Ach ja, zo ben ik nu eenmaal in de late jaren negentig...

Het festival begint pas donderdagavond maar de 's middags ga ik op de scooter naar Meppel. In het winkeltje van Foucky Mulder koop ik een flinke partij singles en dat vormt het leeuwendeel van de dertig van vanavond.

2871 That's The Way Love Is - Marvin Gaye (US, Tamla, 1969)
2872 No More Tomorrow - The Geminis (Duitsland, RCA Victor, 1966)
2873 Walking The Floor Over You - Ernest Tubb (US, MCA, 1963, re: 1980?)
2874 Dansen Met Jou - Ria Valk (NL, Decca, 1968)
2875 People Gotta Move - Gino Vannelli (Canada, A&M, 1974)
2876 Onderweg Naar Jou - VOF De Kunst (NL, Polydor, 1988)
2877 Lass Die Sonne In Dein Herz - Wind (NL, Jupiter, 1987)

Dit is het restant uit Molkwerum. Marvin Gaye en The Geminis staan beide in de Blauwe Bak. Ernest Tubb is in 1980 opnieuw uitgegeven met blauwe label, maar dit is de persing met het zwarte label. Ik twijfel of deze niet van halverwege de jaren zeventig is. De opname dateert van 1963, Het origineel is echter van 1941. Gino Vannelli heb ik jaren later met fotohoes kunnen vinden. Nu de eerste greep van de platen die ik op 31 juli 1997 in Meppel heb gekocht.

2878 Morning Dew - Long John Baldry (NL, EMI America, 1980)
2879 Rap-O Clap-O - Joe Bataan (NL, Salsoul, 1979)
2880 Movin' - Brass Construction (NL, United Artists, 1976)
2881 This Will Be - Natalie Cole (NL, Capitol, 1975)
2882 Bad Bad Leroy Brown - Jim Croce (NL, Vertigo, 1973)
2883 Rings - Cymarron (NL, CBS, 1972)
2884 Feel The Need In Me - Detroit Emeralds (NL, Janus, 1973)
2885 September - Earth Wind & Fire (NL, CBS, 1978)
2886 Love Hit Me - J. Vincent Edward (NL, CNR, 1976)
2887 Latin America - Gibson Brothers (NL, CNR, 1981)

Jim Croce heb ik vorig jaar met fotohoes gekocht en Cymarron heeft oorspronkelijk ook geen fotohoes.

2888 Tell Everybody - Herbie Hancock (NL, CBS, 1979)
2889 Stuff Like That - Quincy Jones (NL, A&M, 1978)
2890 She's Comin' Back - Alfie Kahn (NL, Omega, 1970)
2891 The Girl Can't Help It - Little Richard (NL, CNR, 1977)
2892 You Are My Love - Liverpool Express (UK, Warner Bros., 1976)
2893 In The Mood - Glenn Miller Orchestra (NL, Paramount, 1972)
2894 A Fifth Of Beethoven - Walter Murphy & The Big Apple Band (NL, Private Stock, 1976)
2895 Do It Any Way You Wanna - People's Choice (NL, Philadelphia International, 1975)
2896 My Boy - Elvis (NL, RCA Victor, 1974)
2897 You Got Me Anyway - Sutherland Brothers & Quiver (NL, Island, 1973, re: 1977)
2898 Life Is A Minestrone - 10cc (NL, Mercury, 1975)
2899 Shout - The Trammps (NL, BR Music, 1974, re: 1986)
2900 Hold Back The Night - The Trammps (NL, Buddah, 1976)

Alfie Kahn koop ik oorspronkelijk in een neutraal hoesje. Deze met fotohoes heb ik in 2003 gekocht. Liverpool Express is tot op de draad versleten en heb ik onlangs nog in de Nederlandse persing gekocht. Sutherland Brothers heb ik al op de originele Island uit 1973 maar deze oogt en klinkt beter. De laatste van The Trammps heeft ooit in de Blauwe Bak gestaan en dat geldt ook voor Walter Murphy.

In augustus 1997 kan ik maar liefst 110 singles toevoegen en ik ga ze nu uitsmeren over de woensdagen. Dat betekent dat augustus tot eind september duurt. In oktober 1997 heb ik geen platen gekocht en kan ik alvast wennen voor volgend jaar. Volgende week ga ik met de scooter uit rijden op de vrijdag van Woodstock.

dinsdag 26 juli 2022

Week Spot: Stage IV


Het internet heeft hier een tijdje eruit gelegen waardoor ik helemaal niets heb kunnen doen. Okay, ik had een bericht in Word kunnen schrijven, dat geef ik eerlijk toe. Op een ene of andere manier ben ik niet in de stemming voor een 'Singles round-up' want jullie hebben nog de laatste singles van Mark tegoed. Intussen ben ik aan het speuren naar een geschikte Week Spot. Ik ga komend weekend het jaar 1971 centraal stellen, het enige jaar uit dat decennium dat ik in twee jaar nog niet heb gebruikt. Ik zoek met name naar een ''standout' in de lijst waar ik nog niet eerder over heb geschreven. Even heb ik mijn zinnen gezet op Nolan Porter maar herinner dan dat deze al eens de Week Spot heeft gehad. Dat is ten tijde van zijn overlijden, weet ik nog te herinneren. Tja, dan blijft op het laatst één plaat over die ik heel graag als Week Spot wil gebruiken. Nu maar te hopen dat er iets is te vinden over de groep. De Week Spot van deze week is 'Just Another Guy' van Stage IV uit 1971.

Helaas... het wordt geen lang verhaal. Het lijkt erop alsof Stage IV uit New York komt en het levert in 1971 slechts één single af op het Millie-label. 'Just Another Guy' is in dat geval de b-kant. Ik moet heel eerlijk bekennen dat ik de a-kant nog nooit heb geproefd. George Kerr is een van de schrijvers van 'Just Another Guy' en ik meen me iets te herinneren dat er nog een andere uitvoering is van het nummer. Wat verder opvalt is dat het intro van 'My Girl' van The Temptations is gebruikt en dat hetzelfde stukje na twee minuten nog eens terug komt. 'Just Another Guy' valt in de categorie 'crossover', ook al is dat op zichzelf een nogal leeg begrip. Ik spits echter meteen mijn oren als de naam crossover valt. Het is het type opname dat niet heel erg amateuristisch klinkt, maar tegelijk ook niet helemaal perfect en dat geeft het nummer de juiste charme. Het is één van de 'duurdere' platen die ik van Mark heb gekocht en achteraf gezien is het een hele realistische prijs. Omdat de plaat niet Mint is, valt deze een beetje binnen mijn budget. Niet super zeldzaam maar wel erg gewild! Helaas... Meer kan ik er niet van maken. Morgen de lang verwachte 'Singles round-up' en anders het laatste deel van 'Het zilveren goud' van deze maand.

maandag 25 juli 2022

Gele Bak Top 100: 12-5


Op de eerste twee zondagen van september ga ik de volledige Top 100 uitzenden op de radio. Gisteren heb ik daarvan een klein voorproefje gehad. Ik heb uit de Gele Bak Top 100-lijsten van 2017 en 2018 de platen uit 2017 gefilterd en daarvan de top 50 gedraaid op de radio. Dat neemt 3,5 uur in beslag. Met name de jaren tachtig-platen willen aan de lange kant zijn en als daar maar genoeg jaren zestig en drie minuten tegenover staat, kun je het binnen de perken houden. De show staat inmiddels op Mixcloud en biedt jullie vijftig platen aan van 1960 tot en met 1989 en allemaal gekocht/gekregen in 2017. Over een paar weken ga ik hetzelfde doen met 2019 want vooral de 'moderne soul' op zaterdagavond smaakt naar meer. Nu tot slot de nummers twaalf tot en met vijf van de Gele Bak Top 100 van dit jaar. In het weekend krijgen jullie de nummers 2, 3 en 4 in één bericht en verdient de nummer 1 een volledig bericht.

12. Summer Nights - Marianne Faithfull (NL, Decca F 12193, A, 1965)

11. Honaloochie Boogie - Mott The Hoople (Duitsland, CBS S 1530, A, 1973)

10. Look Back America - The Buoys (NL, Polydor 2066 426, A, 1973)

9. Love Is A Wonderful Colour - The Icicle Works (Duitsland, Virgin 106 190-100, A, 1983)

8. Geno - Dexy's Midnight Runners (UK, Late Night Feelings R6033, A, 1980)

7. Lady Of The Morning - Marvin, Welch & Farrar (NL, Regal Zonophone 5C 006-04822, A, 1971)

6. Saltwater - Julian Lennon (Duitsland, Virgin 114 639, A, 1991)

5. Psychotic Reaction - Count Five (NL, Havoc SH 1501, A, 1967)

Gele Bak Top 100: 20-13


Als ik dit tweede bericht schrijf van maandag is het in werkelijkheid al de vroege uren van de 26e. Dat betekent dat onze moeder vandaag jarig is. Ik ga haar donderdag bezoeken en eigenlijk heb ik hetzelfde plan als drie jaar geleden. Ik ga met de trein van Steenwijk naar Heerenveen en de rest met de bus. Omdat ik in Sneek moet overstappen en er meerdere bussen naar Jutrijp gaan, wil ik even gauw het centrum in. Hopelijk kan ik nog een paar singles op de kop tikken bij VIP Records. Het zullen er geen bergen worden en dus kunnen die vrijdag in één bericht. Zoals het nu lijkt, stel ik de 'Eindstreep' uit tot volgende week maandag. Dan krijgen jullie op zaterdag de nummers 2, 3 en 4 en tenslotte de nummer 1 op zondag. Nu ga ik echter de top 20 binnen en we starten met de oudste plaat uit het geheel.

20. Gonna Get Along Without Ya Now - Patience & Prudence (US, Liberty F 55040, A, 1955)

19. Drowning In Berlin - Mobiles (UK, Rialto RIA 3, A, 1981)

18. Leaving Me Now - Level 42 (NL, Polydor 883 570-7, A, 1985)

17. Radio Africa - Latin Quarter (NL, RCA PB-40291, A, 1985)

16. Doot Doot - Freur (NL, CBS CBSA 3141, A, 1983)

15. It's Good News Week - Hedgehoppers Anonymous (UK, Decca F 12241, A, 1965)

14. Stealin' - Uriah Heep (NL, Island 12959 AT, A, 1973)

13. Don't Sleep In The Subway - Petula Clark (Zuid Afrika, Vogue VGS 82, A, 1967)

Gele Bak Top 100: 28-21


Zijn we nog aanwezig? Jazeker, ik ben er nog altijd. Ik heb niet zoveel spannends uitgehaald in het weekend buiten werken op zaterdag maar op ene of andere manier komt het nooit tot publiceren. Na de radioshows op zaterdag en zondag schakel ik meteen over naar Youtube en als ik genoeg heb gezien, kies ik ervoor om de computer af te sluiten en naar bed te gaan. Inmiddels is het dan dinsdagmorgen en lig ik (inclusief maandag) vier berichten achter. De foto's voor de Gele Bak Top 100 zijn echter gemaakt en dus kan ik deze drie afleveringen vanavond achter elkaar gooien als ik dat wil. Laat me eerst maar vast met het eerste deel beginnen. Hierbij tel ik af van nummer 28 naar 21.

28. He's Got No Love - The Searchers (NL, Pye 7N 15878, A, 1965)

27. From The Bottom Of My Heart - The Moody Blues (NL, Decca F 12 166, A, 1965)

26. Friggin' In The Riggin' - Sex Pistols (UK, Virgin VS 240, B, 1979)

25. 5.01 AM (The Pros And Cons Of Hitch Hiking) - Roger Waters (EEG, Harvest 1A 006-2001297, A, 1984)

24. We Shall Dance - Demis Roussos (NL, Philips 6118 006, A, 1971)

23. If You Feel Like China Breaking - Jefferson Airplane (Duitsland, RCA Victor 47-15074, A, 1968)

22. Happy Ever After - Julia Fordham (Duitsland, Virgin 111 607, A, 1988)

21. Backstage - Gene Pitney (NL, CBS 2202, A, 1966)

vrijdag 22 juli 2022

Singles round-up: juli 5


Het is een paar maanden geleden dat ik Patrick de opdracht heb meegegeven om zijn singles te omschrijven als 'decorative vinyl'. In het begin wordt hier niet ingetrapt, maar deze week zijn twee pakketjes van hem gearriveerd welke de douane hebben omzeild. De Discogs-platen baren me zorgen. Platen vanuit Engeland zijn altijd nog aangekomen en een enkele keer heeft het drie maanden geduurd. Ik zal dus toch nog even geduld moeten hebben. Er zit eentje tussen waar lastig aan te komen is in Europa en ik hoop dat die toch nog eens opduikt in Uffelte. De overige twee singles zijn nog wel goed aan te komen. Op dit moment heb ik negen 'nieuwe' singles. Van Mark heb ik nog negen singles plus de vier 'upgrades'. Deze ga ik maandag behandelen, want... jullie krijgen dit weekend weer drie afleveringen van de Gele Bak Top 100. Omdat ik morgenavond de nieuwe aanwinsten ga draaien in 'The Vinyl Summer Spirit Of 2017' wil ik de 'nieuwe' singles graag als eerste behandelen. Ik doe de platen op alfabetische volgorde van de platenlabels.

* Gloria Scott- Promised Land (UK, Acid Jazz, 2022)
Van Gloria heb ik al 'Too Much Love Making' in de Blauwe Bak staan welke jaren geleden ook de Week Spot is geweest. Het is één van de zeer weinige Barry White-producties uit de jaren zeventig welke niet is doorgedrongen tot de top van de hitlijsten. De plaat is echter zeer in trek in de Modern Soul en dat levert Scott nog altijd de nodige optredens op. In 2019 treedt ze op in de 100 Club in Londen en dan wordt haar gevraagd naar nieuw materiaal. Gloria geeft aan dat ze werkt aan een album. Drie jaar later is het album bijna een feit en verrast ze ons met deze single. De house-cultuur van de late jaren tachtig heeft in meerdere opzichten hippieachtige trekjes en dat verleidt een paar dj's en producenten tot het verwerken van een christelijke boodschap in hun muziek. 'You Got The Love' van The Source (met Candi Staton) is een bekend voorbeeld. In 1989 meldt ook Joe Smooth zich met 'Promised Land' en dat is evenzeer een klassieker in het genre. Gloria haalt het nummer enigszins uit de house en brengt het terug tot de soul met een retro-disco beat. De plaat is in een zeer gelimiteerde oplage en is inmiddels ongetwijfeld uitverkocht. Dit is een 'future classic'. Daar durf ik mijn geld op in te zetten.

* Mantis- When I Feel How You Love Me (UK, Epsilon, 2022)
Als je Fikkie roept, komen er heel veel hondjes op je af. Als je in Amerika een festival wilt organiseren met bands die Mantis heten, kun je een weekend reserveren. De Mantis van deze single op het Epsilon-label komt uit Oakland en maakt in 1976 één single voor het lokale Smoke-label. Dat plaatje is inmiddels een veel gezocht collector's item en laten we hopen dat het ooit nog eens opnieuw wordt geperst. De leden van Mantis zijn echter sinds een paar jaar weer aan de slag en manifesteren zich vooral middels het internet. Het schijnt dat tijdens de eerste lockdown een paar dj's besluiten om achtergrondinformatie op te zoeken over een aantal platen in hun collecties. Zo komt Yann terecht bij de mannen van Mantis welke laten weten dat ze bezig zijn met de voorbereidingen van nieuw materiaal. Dat contact levert deze eerste single op van Mantis nadat Epsilon al de eer heeft gehad van een 'download-only' op Bandcamp. De download is een cover en ik weet niet meer precies welk nummer. Toch ben ik daar niet kapot van. De single is dan een stuk interessanter. Het is opgenomen in 2021. Catchy genoeg voor mainstream rock. Het klinkt een beetje als de meer soulvolle evenknie van Huey Lewis & The News. Een beetje aan de 'lo-fi'-kant maar ook dat is weer ontzettend hip in 2022. Nu maar hopen dat de eerste single nog eens een re-release krijgt via Epsilon of Stream.

* Jerone Roy- Hey, You Got Me In A Daze (UK, Epsilon, 1976, re: 2022)
Epsilon is vooral het label van de onuitgebrachte dingen of de bijna onvindbare originele singles. Volgens Discogs is er iemand geweest die in 2020 nog een originele van Jerone heeft gekocht voor een tientje. Dat kun je nu wel vergeten. De prijs staat nu op 588 euro. Ik heb het dan over de single uit 1976 op het Money Mountain-label. Epsilon heeft nu de heruitgave in een gelimiteerde oplage en hierbij is de naam van Jerone uitgebreid met zijn achternaam. Een heerlijke zompige opname zoals we dat van het label zijn gewend. Het nummer is een stukje magie op zichzelf. Ik heb het nummer niet verder gehoord dan het eerste couplet en hoor nu pas het refreintje. De opname klinkt nogal mono waardoor de moderne synthesizers even gek klinken als in 'Precious Memories' van The Other Brothers. Het is een onweerstaanbare plaat!

* Ripple- Maybe It's You (UK, Izipho Soul, 197?, re: 2022)
Van Ripple heb ik al jaren 'You Were Right On Time' uit 1974 in de koffers staan. Ripple is een legendarische naam in de Amerikaanse funk en twee van de oorspronkelijke leden zijn tegenwoordig actief als Ripple 2.0. Dat heeft al geresulteerd in een single voor Izipho met een nieuwe opname maar daar ben ik niet geheel enthousiast over. De samenwerking leidt naar een paar niet eerder uitgebrachte opnames uit de jaren zeventig. 'Maybe It's You' is ietwat jazzy met een fantastische falsetto. Het maakt een heerlijk ontspannend nummer maar gek genoeg wordt het nooit gebruikt voor een plaat. En ook even aanstekelijk als de voorgenoemde single in mijn koffers. 'Sweet Lady' is meer upbeat en zit een beetje tussen disco, funk en latin in. Beide kanten zijn zeer de moeite waard.

* The Ray Alexander Technique- Taking The Long Way Home (UK, Izipho Soul, 1974, re: 2022)
The Ray Alexander Technique is een band uit Harlem welke een album en twee zeer gezochte singles uitbrengt. Ray Alexander heet eigenlijk Raymond Alexander Jenkins en 'Taking The Long Way Home' is een track van de elpee van de groep uit 1974. Het is een lekker ontspannen nummer waar ik nog wel even aan moet wennen. Volgens de persinfo van Izipho zijn de nummers op de b-kant ballades en die sla ik dus even over. Hierop wordt de zang verzorgd door vriend Chris Bartley en samen vormen ze de tweede onvindbare single van The Ray Alexander Technique. Ik moet toch de tijd een beetje in de gaten houden en ik heb nog een paar kantjes te gaan...

* Split Decision Band- Crystal Powder (UK, Izipho Soul, 197?, re: 2022)
Er valt meteen iets op aan deze eerste drie Izipho-singles. Het label heeft nu eigen 'company sleeves' en dat ziet erg deftig uit. Labels als Cannonball, Epsilon en Izipho Soul geven ook een mooi inkijkje van hoe onafhankelijke muzikanten anno 2022 zaken doen. Dat verloopt vooral via het internet. Neem nou de mannen van Split Decision Band. Een paar maanden geleden is al een single van Split Decision Band uitgekomen via Soul Direction en nu kan Izipho twee niet eerder uitgebrachte opnames aanbieden. Ik ben niet zo zeker van de Soul Direction-single en die ik heb ik voorlopig nog overgeslagen. 'Crystal Powder' heeft daarentegen een onweerstaanbaar crossover-geluid. 'Say Woman' op de keerzijde klinkt wat meer catchy hoewel beide kanten niet geheel vlekkeloos zijn en ongetwijfeld een remix nodig zouden hebben voor een officiële release.

* Kejam- Creating Majek 2 (UK, Izipho Soul, 2019)
Het is nog maar nét goed gekomen! Ik had bijna twee exemplaren van Ripple besteld! Een week geleden heb ik een 'bundle' afgerekend van Ripple en Split Decision Band., Bij de voorbereiding van de 'Vinyl Summer Spirit' zie ik dan opeens dat ik Ripple al in begin juni heb besteld samen met Ray Alexander. Patrick doet niet moeilijk en vervangt de single door Kejam. Ik heb een paar weken geleden 'Creating Majek 1' gekocht, een dubbel-single waarvan 'This Love Is Magic' met Chanel onlangs de Week Spot is geweest. Op het vervolg is de a-kant meteen de winnaar voor mij. 'Let It Go' laat ons kennis maken met zangeres Juanita Wynn en dat zit in hetzelfde straatje als Chanel. Een vette knipoog naar de r&b van de jaren negentig zonder dat het glazuur van de tanden pijn gaat doen.

* Dionne Warwick- Meant To Be (Spanje, Soul4Real, 1974, re: 2022)
Hoe Alex het voor elkaar krijgt? Geen idee! Toch weet hij onuitgebrachte opnames te bemachtigen van 'grote' namen uit de muziek. Dionne Warwick verlaat omstreeks 1972 het Scepter-label na een lange loopbaan en tekent een contract bij Warner Bros.. Dat levert een paar zeer interessante elpees op waarop ze werkt met Holland-Dozier-Holland, Jerry Ragovoy en Thom Bell. Buiten 'Then Came You' met Detroit Spinners om is het niet haar meest succesvolle periode. Ze neemt in deze tijd een stortvloed aan nummers op en méér dan dat er plaats is op de elpees. Hier zijn twee voorbeelden die de plaat nooit hebben gehaald. Het zijn echter compleet afgemaakte nummers en dus klaar om heel erg groot te worden in de scene. 'I Found Someone Else' had zomaar op een elpee kunnen staan, maar had ook zonder moeite in de hitlijsten kunnen komen. De laatste geniet mijn voorkeur omdat ik Dionne met Thom Bell altijd een magische combinatie heb gevonden.

* Irma Thomas- All I Wanna Do Is Save You (Spanje, Soul4Real, 1972, re: 2022)
Ook Irma heeft al een lange carrière achter de boeg en heeft recentelijk nog gewerkt met Swamp Dogg, als ze in 1972 de studio in gaat met Wardell Quezergue voor dit 'All I Wanna Do I Save You'. Hier doet ze precies waar ze zo goed in is: 'deep' gaan. 'Turn Around And Love You' is meer upbeat en crossover en je kan horen dat dit in Detroit is opgenomen. Dit soulmuziek op zijn allerbest en een fraai slaapmutsje voor ondergetekende.

Het zilveren goud: juli 1997 deel III


Het is nog altijd enorm spijtig dat het vorige week is mis gegaan met 'Het zilveren goud'. Ik herinner me opeens twee of drie singles, maar eentje heb ik al in de eerste aflevering van deze maand gehad (The Association). Bij de derde weet ik dat ik een single van een artiest heb gekocht maar weet niet meer de titel. En ik heb meerdere singles van deze zangeres. Degene waarvan ik zeker ben, is niet bepaald een parel in de verzameling en die laat ik maar in zijn geheel achterwege. Doordat ik de afgelopen weken bezig ben geweest om de singles voor augustus 1997 te rangschikken, zijn er nog een paar aan de lijst van juli 1997 toegevoegd. Dat heeft als reden dat jullie deze en volgende week maar liefst 28 singles per keer krijgen. Qua verhaaltje haak ik weer in waar ik twee weken geleden ben gebleven. Een paar weken ervoor ben ik namelijk ontzettend verliefd geworden op een scooter. Het is een hoop geld maar te overzien en voor dat geld wil ik graag de blits maken. Anderhalve week later ga ik op een zondagmiddag terug naar Molkwerum. Opnieuw om 'haar' op te zoeken, ook al levert het me nog iets anders op...

De Marpleats bestaat nog altijd en het heeft ook nog altijd een afdeling met jukeboxen. Daarnaast is er een Elvis-museum. De antiekboerderij springt in het gat van de jukeboxen als de 'hype' even op haar hoogst is,  omstreeks 1989-90. Volgens mijn herinnering staan de jukeboxen in het begin nog in dezelfde ruimte als de antieke meubelen. Ik kom in 1990-91 een paar keer per jaar om een graai te doen in de singles. Het is al heel lang geleden als ik in 1997 opnieuw de winkel binnen stap. Nu heeft de 'fifties' meer een eigen hoek gekregen en 'zij' staat te pronken naast een jukebox. Uiteraard duik ik eerst op de singles want een jukebox heb ik dan al uit mijn hoofd gezet. Deze zondagmiddag ga ik echter met een missie naar Molkwerum. Ik heb de vorige keer de prijs gehoord en wil méér belangstelling tonen voor het apparaat. De eerste keer is me al verteld dat er 'iets' is met de accu waardoor die niet wil starten. Wellicht zullen ze de komende dagen eens kijken wat het eigenlijke euvel is? Als ik op deze zonovergoten, vrij warme, zondagmiddag in Molkwerum kom, staat ze nog op dezelfde plek. Nee, ze zijn er niet aan toe gekomen. Ik laat weten heel erg geïnteresseerd te zijn en voor de gelegenheid gaat ze zelfs even naar buiten. Ik mag ook een paar keer kickstarten maar nee... de witte dame weigert iedere dienst. Er zal dus inderdaad iets zijn met de accu?

Nu we er toch zijn, duik ik ook maar weer eens in de singles. Ik ben al een uur bezig als ik een aanbod krijg. Ik kan alle singles uit dit krat overnemen voor een héél zacht prijsje. Omdat ik al een paar pareltjes heb gevonden, kan ik dat aanbod niet afslaan. Ik maak even een snelle schifting van singles die ik eerst wil mee hebben naar Jutrijp. De rest zal ik op een latere datum ophalen. Die gaan een week of twee later grotendeels in de bak voor de helm en de rest in een plastic zak en met een spin over het zadel van de Vespa. Het is op een vrijdagavond dat ik met kameraad Jan een biertje zit te drinken in zijn appartement. Ik begin over de PK 50 en vertel hem dat er iets is met de accu. 'De accu?', is zijn verbaasde reactie. 'Je zegt dat hij een kickstart heeft, dan heeft die zeker geen accu'. Helaas hebben we nog geen internet in 1997 maar Jan is vlug bereid. 'We gaan morgenmiddag kijken. Neem je helm maar mee want ik krijg hem vermoedelijk wel aan de praat'.

Het is zaterdag 26 juli. Mijn moeder viert haar 59e verjaardag maar ik heb iets anders aan mijn hoofd. Ik ga met Jan in de trein naar Molkwerum. De Vespa blijkt inderdaad geen accu te hebben. De sproeier zit wel helemaal verstopt. Jan maakt hem ter plekke en ik loop intussen naar Molkwerum om het geld te pinnen. Ik breng Jan op het station van Molkwerum en rij zelf op de 'wesp' door naar Koudum. Daar gooi ik nog maar wat extra peut in de tank en rij vrolijk Koudum uit. Of het een poging is tot toeristisch rijden of dat het de kortste weg is? Dat weet ik niet meer. Feit is dat ik over Oudega en Elahuizen ga. Na Elahuizen, in de 'middle of nowhere', heeft onze witte vriendin er genoeg van. Tot overmaat van ramp gaat het ook nog eens hard regenen. Ik mag de 'skoet' even stallen bij iemand in de garage en ik mag gebruik maken van de telefoon. Zo'n ding hangt in 1997 ook nog aan de muur met een draad. Mijn zwager haalt me op met de auto en aanhangwagen. De sfeer in de auto is om te snijden en thuis wordt het ook niet meer gezellig. Het moge duidelijk zijn: Binnen de familie Louwsma ben ik de enige die enthousiast is over mijn aankoop. De dagen erop is Jan kind-aan-huis in Jutrijp. Zondagmiddag blijkt de benzinetoevoer helemaal verstopt te zijn en is het nog een wonder dat het twintig kilometer heeft gereden. Een nieuwe sproeier doet wonderen. Een dag later is het alweer afgelopen en zet Jan wéér een nieuwe sproeier erin. Dan blijkt het meeste vuil uit de tank te zijn verdwenen en kunnen we enkele tientallen zorgeloze kilometers tegemoet zien.

2843 Nascero Con Te - I Pooh (Italië, CBS, 1972)
2844 Pretty Woman - Juicy Lucy (NL, Vertigo, 1970)
2845 Na 66 Jaren - Franklin Kennedy (NL, Mamicha, 1978)
2846 Du Bist Meine Liebe - Renate Kern (Duitsland, Polydor, 1972)
2847 Million Dollar Bash - Jonathan King (NL, Decca, 1970)
2848 Lonely Atmosphere - The Lemon Pipers (US, Buddah, 1968)
2849 Vamos A Ver - Eva Gloria Lopèz (NL, Philips, 1970)
2850 I Can't See Nobody - The Marbles (Duitsland, Polydor, 1969)
2851 Irgendwann Kommt Jeder Mal Nach San Francisco - Jurgen Marcus (Duitsland, Telefunken, 1974)
2852 Grazing In The Grass - Hugh Masekela (NL, Philips, 1968)
2853 I'm Sorry I Answered Th Phone - The Mills Brothers (US, Paramount, 1971)
2854 La Bostella - Frankie Montebello (NL, Philips, 1967)
2855 Foxy Foxy - Mott The Hoople (Duitsland, CBS, 1974)
2856 Pinch Me - Ohio Express (NL, Buddah, 1969)

Dat is de eerste helft van vanavond. Franklin Kennedy heb ik blijkbaar in de jaren tachtig-bak staan. Foutje... Hugh Masekela staat in de Blauwe Bak. Het nummer van The Mills Brothers moet volgens mij stokoud zijn maar ik kan niet een jaartal uit de jaren veertig of vijftig vinden bij de plaat.

2857 Baby Dadamda - Peter Orloff (Duitsland, Cornet, 1969)
2858 Love Country - Patrick & Paul (US, Uni, 1967)
2859 It Was Love - Lawrence Reynolds (US, Warner Bros., 1970)
2860 Heather Honey - Tommy Roe (Duitsland, Columbia Stateside, 1969)
2861 Island Of Love - Demis Roussos (NL, BR, 1985)
2862 Ain't Nothin' But A House Party - The Show Stoppers (NL, Park, 1968)
2863 Ready To Ride - Southwind (US, Blue Thumb, 1969)
2864 Battle Hymn Of The Republic - The Robert Shaw Chorale & Orchestra (Duitsland, RCA, 1962)
2865 Sweet Violets - Dinah Shore (US, RCA Victor, 1951)
2866 What I've Got In Mind - Billie Jo Spears (US, United Artists, 1976)
2867 Na Na Hey Hey Kiss Him Goodbye - Steam (NL, Fontana, 1969)
2868 Dikke Dijen - De Straaljagers (NL, NAP, 1973)
2869 You'd Better Get Used To Missing Her - The Symbols (NL, President, 1967)
2870 Fantasy Island - Tight Fit (UK, Jive, 1982)

Lawrence Reynolds staat ten onrechte in de jaren zestig-bak en kan bij 'Jesus Is A Soul Man'. Southwind zou daarentegen weer in de jaren zestig moeten staan en deze staat in de jaren zeventig. Dat Dinah Shore oud is, weet ik wel. Het bouwjaar is me onbekend tot vanavond. Het blijkt een originele single te zijn uit 1951! Show Stoppers en Steam staan in de Blauwe Bak. Volgende week gaan we met de scooter en de caravan op pad. Nee, het ding heeft geen trekhaak...

woensdag 20 juli 2022

Week Spot: Grace Love


Inmiddels zijn ook de twee Spaanse bestellingen binnengekomen. Komend weekend zet ik '2017' in de schijnwerpers, ofwel... op zaterdagavond draai ik een selectie van 'nieuwe' soulplaten van 2017 tot en met vandaag. Op zondag doe ik een selectie van de Gele Bak-singles die gedurende 2017 in mijn verzameling zijn gekomen. Aanvankelijk wil ik een hagelnieuwe single als de Week Spot hebben, maar eigenlijk is het ook wel leuk om een plaat uit 2017 als Week Spot te hebben. Ik twijfel even bij Tom Glide & Hil St. Soul maar deze komt echt uit 2018. Divine Situation staat ook op het lijstje, maar eigenlijk is dat niet meer dan een 're-edit' van een bestaand nummer uit de jaren zeventig. Dan blijven er nog maar een paar over waaronder een aantal die al Week Spot zijn geweest. Grace Love moet die eer ook vast eens hebben gehad? Nou, ik ga de hele lijst door want ik vertrouw even niet op de zoekfunctie en wat blijkt? Het is nog nimmer Week Spot geweest. Dat vind ik wel een grof schandaal en dus mag dit pareltje deze week alsnog de Week Spot zijn. Ik heb het dan over de 'future classic' 'Higher' van Grace Love uit 2017.

Is er een reden waarom ik voor 2017 heb gekozen als jaar? Ja, daar is een reden voor! Ten eerste is, vooral het eerste half jaar, 2017 een redelijk moeilijk jaar qua financiën en heb ik een stuk minder singles gekocht dan in de jaren ervoor en na. Het is dus best een avontuur om hieruit de krenten te zoeken voor de zondagavond. In 2016 ben ik echt nog voornamelijk op zoek naar oude platen uit de jaren zestig en zeventig en zie ik niet zoveel heil in het kopen van splinternieuwe releases. Ik zit echter op de voorste rij als Cannonball een voorzichtig begin maakt in 2015. Greg Belson, gospel-'vriend' en in zekere zin een soort van 'held', draagt het label van Alberto Zanini meteen een warm hart toe en dankzij zijn berichten maak ik kennis met de eerste release. Het is een zeer obscuur en onuitgebracht 'gritty' funk-ding. Het minimalistische geluid is gerestaureerd en de plaat is in een gelimiteerde oplage. Toch vind ik de vraagprijs absurd hoog. Anno 2022 heb ik spijt dat ik hem niet heb besteld want als er eentje opduikt op Discogs? Daar wordt nu de hoofdprijs voor gevraagd. Begin 2016 is er opnieuw nieuws van Greg als één van zijn onuitgebrachte acetaten eindelijk een release gaat krijgen via Cannonball. Dat is 'Thank You (Jesus)' van The Jackson Brothers. Omdat dit gospel is en ik Greg een warm hart toe draag, bestel ik deze plaat. De daaropvolgende jaren volg ik Cannonball een beetje op afstand. Ik geef echter nog altijd de voorkeur aan authentieke singles uit de jaren zeventig.

In 2018 zoekt Alberto contact met mij. Hij heeft twee nieuwe releases en biedt me aan de mp3's toe te sturen. Eentje daarvan is 'Shardarp II' van El' Willie welke ik nog het meest draai in 'Tuesday Night Music Club' en 'Afterglow'. In de zomer van 2018 vindt hij in een hoekje een paar exemplaren van 'Higher' van Grace Love en een meer funk-georiënteerd plaatje dat inmiddels is uitverkocht. Hij besluit twee gelimiteerde pakketjes samen te stellen. Je krijgt Grace Love gratis bij El' Willie. Ik ken 'Higher' dan inmiddels al een jaar en heb het vanaf het begin een leuk nummer gevonden, maar ja... De prijs? Dit is een 'once in a lifetime' en zo kom ik in het bezit van één van de allerlaatste exemplaren van 'Higher'. Het nummer groeit uit tot een gigantische hit in 'Do The 45'. Bijna een jaar geleden heb ik ook nog 'Rain' gekocht dat eveneens op Cannonball is uitgebracht. De laatste is een instrumentale backing track uit de jaren zestig welke van nieuwe drums is voorzien en waar Grace een nieuwe tekst overheen zingt. Dit sluit aan bij de Northern Soul waar 'Higher' een vette knipoog geeft naar de disco van een decennium later.

Grace Love heet eigenlijk Asheia Bias en is een allround kunstenaar uit Seattle. Ze groeit op met soul in haar jeugd maar later komt ook de grunge en rock haar leven binnen. Als achtergrondzangeres werkt ze onder andere met Melissa Etheridge maar zingt ook voor Quincy Jones. Met name in de laatste tien jaar is ze een onafhankelijke zangeres die zich graag leent voor soul-projecten waar het draait om passie. Op Cannonball resulteert dat in het Northern-achtige 'Rain' en vervolgens met de frisse disco-sound van 'Higher'. Ik heb de waarde opgezocht op Discogs en ik moet zeggen... dat valt me nog aardig mee. Er blijken toch nog aardig wat dealers te zijn die de plaat op voorraad hebben en deze bieden het aan voor dertig euro. Dat is in 2017 ook de gangbare verkoopprijs. En zo kijk ik nog even verder en wat blijkt? 'Stone Man' van Sanders Sisters is ook niet zo heel erg duur. Dus heb ik die ook maar meteen van een Nederlandse dealer aangeschaft. Met verzendkosten nét onder de nieuwprijs. Ach, ik denk dat ik in de laatste jaren anders ben gaan kijken naar prijzen van nieuwe platen. In 2016 of 2018 geef ik hetzelfde geld immers moeiteloos uit aan een tweedehands plaat.

'Higher' is altijd een favoriet gebleven in de Blauwe Bak en in mijn radioshows, hoewel ik hem al een tijdje niet meer heb gedraaid. Des te meer een reden om het tot Week Spot te maken. In 2018 maak ik grotendeels de 'switch': Het moment waarop ook nieuwe vinyl-releases ga waarderen. In 2020 komt de definitieve oversteek en het laatste jaar is het een gekkenhuis geworden met de nieuwe releases. Ik kan nu al drie shows vullen met werk uit 2017-2022 en zaterdag trap ik af met de eerste van dit seizoen.

dinsdag 19 juli 2022

Singles round-up: juli 4


De vorige twee afleveringen van de 'Singles round-up' zijn alleen singles geweest die ik van Mark heb gekocht terwijl ik de 'nieuwe' singles heb tussengevoegd. Welnu, vanavond heb ik niet alleen besloten om deze er weer uit te halen, ook heb ik een paar singles van Mark 'verwijderd' omdat ik ze eigenlijk 'dubbel' heb. Die kunnen dus ook evengoed in een volgend bericht. Ik ga komend weekend 'The Vinyl Summer Spirit Of 2017' doen. Op zaterdag de soul-platen van 2017 tot en met vandaag en op zondag een selectie van singles uit de jaren zestig, zeventig en tachtig die ik in 2017 heb gekocht. Een kleine variatie op het thema en het meest omwille van 'Do The 45'. Ik moet de show nog voorbereiden en weet ook nog niet wat ik met de Week Spot ga doen. Dat zien we morgen wel weer. Nu vervolg ik dan met de volgende negen singles van Mark. Op dit moment zijn er dan negen singles over plus vier 'upgrades' en twee hagelnieuwe singles. Hopelijk komen deze week nog nieuwe zendingen binnen.

* Johnnie Mae Matthews- It's Good (US, Northern, 1979)
Hoewel het label suggereert dat het uit het noorden van Amerika moet stammen, heeft dit vooral een fijn southern geluid met 'cowbell'. We zijn dol op 'cowbell' bij Wolfman Radio en ik verwacht dat ook deze er goed zal in gaan. Johnnie Mae doet een poging tot ietwat luie disco met een 'slick' productie, maar toch mijlenver van de commerciële disco. De gitaarsolo is dan weer eerder bluesy dan funky en het maakt het geheel tot een lekkere eigenwijze plaat. En daar mag ik wel over! Op de keerzijde staat '(Come On Back)' zoals het letterlijk op het label staat. Dat is iets meer country met wat gospel-invloeden. Beide kanten zijn heel erg typerend voor de southern soul. De zangers en zangeressen gingen niet de studio in om een plaat te maken in een bepaald genre, het ligt hem eraan welke muzikanten beschikbaar zijn.

* Toussaint McCall- I'll Laugh Till I Cry (UK, Kent, 2014)
Het Engelse kwaliteitslabel Kent brengt ons hier twee kanten uit de Doré-catalogus. De historie van Doré gaat terug naar de doowop maar dit zijn beide voorbeelden uit de latere periode van het label. Beide nummers zijn nog niet eerder uitgegeven op vinyl dan in 2014. Toussaint maakt platen voor Doré in 1970 en Natural Resources maakt in 1975 een single voor het label. Vreemd genoeg wordt de demo uitgegeven als A.M.J. en deze heb ik in de bakken staan. Sommige Kent-platen klinken als een washandje, maar Toussaint knalt de speakers uit. Ik wacht nog even met het oordeel want het zal niet de eerste keer zijn dat ik val voor een b-kant op het Kent-label. 'If There Were No You' van The Natural Resources is inderdaad de kant die me het meeste doet. Ik ken de groep van de haromony-crossover van 'Hey Foxy Lady' maar dit is een onweerstaanbaar funky protodisco-achtig nummer. Erg smakelijk!

* Bobby Moore- Hey Mr. D.J. (België, Supreme, 1965, re: 1973)
Een nummer dat in de jaren zeventig erg populair is in de Belgische Popcorn en dat zelfs in ons land een heruitgave krijgt via Negram. Ik heb het lege hoesje van de Nederlandse al jaren in de bakken staan. Eigenlijk is de groepsnaam Bobby Moore & The Aces, maar deze Belgische heruitgave vergeet gemakshalve de begeleiders. Een ietwat gedateerd instrumentaaltje met een saxofoon in de lead. Op de b-kant staat 'Searchin' For Love' en dit is wel gezongen. Meer van dat bekende Popcorn-geluid en volgens mij past het ook wel in de Carib. 'Searchin' geniet hier mijn voorkeur maar 'Hey Mr. D.J.' is een gezellige 'kontschudder'.

* The O'Jays- Peace (UK, Power Exchange, 1969, re: 1974)
Evenals het gros van de artiesten op het Philadelphia International-label heeft ook The O'Jays al een lange carrière achter de rug als het in 1972 een wereldwijde doorbraak heeft met 'Back Stabbers'. Vrijwel meteen wordt dit nummer 'ontdekt' door de Northern Soul-scene en in 1974 is dit de eerste single op het Power Exchange-label. Oorlogen zijn van alle tijden, maar in 1969 gaat Amerika vooral gebukt onder de oorlog in Vietnam en de schreeuw om vrede is groter dan ooit. In dat decor is ook 'Peace' ontstaan. Een groteske productie. Terwijl Poetin tegenwoordig overal de schuld van krijgt, richt The O'Jays haar pijlen op Eva in het hof van Eden. Als zij nou niet eens die vrucht had gepakt? Clarence Reid verzuchtte het ook in die tijd in 'Along Came A Woman'. Op de keerze staat 'Little Brother' en dat is een beetje crossover-achtig en een stuk vriendelijker van aard. Eigenlijk best wel een 'double-sider'.

* Bobby Powell- Peace Begins Within (US, Whit, 1971)
Van deze Bobby Powell heb ik al 'Question' uit 1967 en het schijnt dat de b-kant van deze single een nieuwe uitvoering heeft van dat nummer. We beginnen echter vredig en dat past wel na The O'Jays. Geem bombast hier maar funky crossover-soul. Ik moet er nog iets aan wennen maar ik geloof dat het wel goed gaat komen. De originele 'Question' is meer 'gritty' maar toch kan ik deze jaren zeventig-opname wel waarderen. Het nummer heeft meer van een arrangement gekregen waar het origineel alleen maar 'rauw' is. Het refrein neigt nu vooral naar funk.

* Pure Ice- Live & Let Live (US, Kris, 1976)
Ja, hier kan ik nog helemaal van herinneren hoe ik het voor het eerst heb gehoord. Ik heb de Youtube-clup toen tweemaal achtereen gedraaid terwijl ik de plaat al had gereserveerd. Dit is funky soul met Hammond-orgel, fijne blazers en een aanstekelijk refrein. Pure Ice bestaat feitelijk uit de heren Bobby King en Terry Evans. 'That's The Way Life Was Meant To Be' is lekker 'laidback' en misschien wel iets meer een favoriet. Het regent momenteel 'double-siders' want ook bij deze is het op beide kanten een smulpartij.

* John Rowles- She's All I Got (US, Kapp, 1972)
John Rowles is een zanger uit Nieuw Zeeland die bijna een nummer 1-hit heeft in ons land met 'If I Only Had Time' in 1968. De opvolger 'Hush... Not A Word To Mary' schopt het ook nog tot de rand van de top twintig maar daarna is het snel afgelopen met de loopbaan van Rowles in ons land. Jammer want de man heeft later nog een paar leuke platen gemaakt. 'What Greater Love' uit 1970 is een soort van 'cultklassieker' in de Northern Soul. Een 'middle-of-the-road' crooner in de stijl van Engelbert Humperdinck en Tom Jones die heel sporadisch soulvol uit de hoek weet te komen. In 1972 neemt hij een nummer op van mijn grote held Jerry Williams Jr. alias Swamp Dogg. 'She's All I Got' is door Williams aangeboden aan Freddie North (ik heb diens' versie op het Engelse Mojo-label) en ook Johnny Paycheck heeft het op de plaat gezet. Ik moet heel eerlijk zijn maar ik vind Rowles' versie eigenlijk beter dan die van Freddie North. Het orkest is iets zwaarder aanwezig en het mist de Swamp Dogg-productie. De b-kant laat ik zitten want hier ben ik voor gewaarschuwd. Dat is meer Engelbert dan soul.

* Sherman- I Want It All (US, Celebrity, 198?)
Ik gok jaren tachtig vanwege de productie enerzijds plus dat er een andere single op het Celebrity-label uit 1979 is. 'I Want It All' is een heerlijk ontspannen nummer met een zeer sterke Sherman van wie we verder helemaal niets afweten. De b-kant is instrumentaal. Ik zie een enorme potentie voor deze Sherman in mijn shows want dit is het soort van jaren tachtig dat ik erg kan waarderen op het moment.

* Joe Simon- What We Gonna Do Now (UK, Polydor, 1974)
Dit is vrij eenvoudig... Joe Simon doet een nummer van Phillip Mitchell. Dat heeft hij vaker gedaan en ik heb een paar voorbeelden. Deze hebben één ding gemeen: Ik ben dol op alle platen waar Joe Simon een nummer doet van Mitchell. 'What We Gonna Do Now' is een b-kant en ook hier lijkt Simon weer geknipt voor het nummer. Het vinyl moet alleen een poetsbeurt hebben. Op de a-kant doet hij 'The Best Time Of My Life' en ja... eigenlijk lust ik alles wat Joe Simon doet. Ook dit werkt andermaal erg aanstekelijk. Nóg een 'double-sider'? Ach... vooruit dan... nog eentje!

Singles round-up: juli 3


De stijgende gasprijzen zijn nog niet doorgedrongen tot Uffelte naar het schijnt. Hier heeft iemand buiten de centrale verwarming flink hoog gezet. Ik hou het desondanks weer lekker koel in de kamer, ook al moet ik straks even naar Havelte voor boodschapjes. Terwijl ik aan mijn (voorlopig) laatste koffie zit, kan ik wel een begin maken met de tweede aflevering van de 'Singles round-up' uit de singles van afgelopen week. Ik ben nog niet bij de groene brievenbus geweest om te checken maar ik verwacht ook nog drie van Discogs. Die was ik, eerlijk gezegd, een beetje 'vergeten' totdat Discogs me zaterdag vroeg of ik de transactie wilde beoordelen. Volgens de verkoper zijn de invoerpapieren correct ingevuld maar mijn ervaring met Discogs-aankopen uit Engeland is dat er steevast té weinig wordt gerekend en ik dus nog een paar euro moet betalen bovenop de reeds betaalde belasting. Met andere woorden: Ik probeer Engeland op Discogs zoveel mogelijk te vermijden. Ditmaal gaat het om een gelimiteerde Amerikaanse single die elders al flink aan de prijs is. Ik heb de 'nieuwe' singles tussen die van Mark gevoegd maar ook in deze aflevering zijn het gewoon negen singles van Mark.

* The Four Tops- Happy (UK, Tamla Motown, 1972)
Hoe de samenwerking ooit tot stand is gekomen, is een Moody Blues-weetje dat ik nog steeds niet heb kunnen ontdekken. Feit is dat The Four Tops al sinds het vertrek van Holland-Dozier-Holland bij Motown een schip zonder kapitein is geworden. De groep zal ongetwijfeld ook geregeld te gast zijn in Engeland. Het maakt in de vroege jaren zeventig gebruik van een breed scala aan arrangeurs en producenten en toch is Tony Clarke een uiterste. Nee, het betreft niet de soulzanger van 'Landslide' maar de huisproducent van The Moody Blues. Tony laat The Four Tops twee nummers opnemen van Mike Pinder, beide oorspronkelijk als b-kant uitgebracht voor The Moodies. 'Simple Game' (b-kant van 'Ride My See-Saw') wordt nog een redelijke hit, 'So Deep Within You' (b-kant van 'Never Comes The Day') doet helemaal niets. Ik heb de single in 1993 in Denemarken gekocht maar deze is al jaren zoek. Dan zie ik dat Mark 'Happy (Is A Bumpy Road)' aanbiedt in de Engelse uitdossing. En ik weet het meteen: Dat is 'So Deep Within You'. En ja, dat blijkt te kloppen. 'So Deep Within You' is niet wat en dus ga ik rechtstreeks voor de b-kant. 'Happy' is gemaakt met behulp van Jerry Long en is dus een en al Motown dat de klok slaat. Tot zover ik weet is 'Happy' wel een van de leukste jaren zeventig-platen van The Four Tops op Tamla Motown. Naar mijn bescheiden mening zullen ze een nieuw hoogtepunt bereiken op het Probe-label.

* Inez & Charlie Foxx- I Stand Accused (US, Dynamo, 1967)
Helemaal niks mis met een beetje Inez & Charlie Foxx op zijn tijd. Ik ken het duo vooral van het rampetamp van 'Mockingbird' en de honderd variaties op dit thema, maar op 'I Stand Accused' mag Inez lekker 'deep' zingen en dat kan ze goed. Charlie heeft na het intro een vrije dag. De b-kant heet 'Guilty' en dat is feitelijk een 'part 2' van 'Accused' en Inez gaat hier nóg dieper dan op de a-kant. Alle remmen gaan los en ik mag dat wel. Fraaie 'double-sider' in mijn boek!

* Lenis Guiess- Just Ask Me (US, S.P.Q.R., 1967, re: 1970/bootleg?)
Ook niets mis met een typische Northern Soul-stamper. Hoewel Mark's business hoofdzakelijk jaren zeventig en tachtig kwaliteitssoul behelst, lijkt hij tegen een partij oude Northern Soul te zijn aangelopen. 'Just Ask Me' verschijnt in 1967 eerst als b-kant en wordt in 1970 opnieuw geperst op het S.P.Q.R-label. Dit lijkt de jaren tachtig-vinylpersing te zijn met de authentieke labels uit 1970. Het blijft een fantastische plaat hoewel ik niet heel veel meer met Northern Soul heb te maken.

* Holland-Dozier- Why Can't We Be Lovers (UK, Invictus, 1972)
Als Holland-Dozier-Holland in 1967 het contract bij Motown open breekt, krijgen de mannen te horen dat ze hun karakteristieke achternamen voor vijf jaar niet mogen gebruiken voor composities en/of producties. In 1972 zijn ze in principe vrij van deze regel en toch speelt het trio op 'safe' en maakt platen als Holland-Dozier. Beide Holland-broers zijn desondanks aanwezig op de platen. 'Lovers' is voor de oren als een ijslolly met deze temperaturen. Of een ijskoud flesje bier voor menig van mijn lezers (m/v). Op de b-kant staat de instrumentale versie van 'Don't Leave Me' en deze sla ik gemakshalve over.

* Leroy Hutson- Get To This (UK, Acid Jazz, 1978, re: 2017)
Ik heb deze afgelopen zaterdag gedraaid omdat ik heb gelezen dat de opname uit 1982 stamt. Dat blijkt niet correct te zijn. Het origineel staat op een elpee uit 1978. Acid Jazz levert in 2017 een drietal 'exclusieve' singles af van de voormalige Impressions-zanger met remixen van oudere nummers. 'Lucky Fellow' is sinds jaar en dag een Blauwe Bak-favoriet. 'Positive Forces' woont sinds een paar weken bij mij en nu is hier 'Get To This'. Eigenlijk een b-kant maar wel de reden om de single te reserveren. De a-kant heet 'Now That I Found You' en dat is ongetwijfeld de 1982-kant met de ietwat lelijke synthesizers. Het is 'in your face' post-disco en niet de meest interessante kant van Hutson. 'Get To This' is een 'edit' van de 12"-versie en heeft naast een fade-out ook een fade-in. Het is minder zompig en meer zonniger dan de a-kant. Ik denk dat het voor mij niet in de buurt komt van 'Lucky Fellow' maar Hutson is zonder meer één van de meest ondergewaardeerde soulmuzikanten van de jaren zeventig en tachtig.

* The Independents- The First Time We Met (NL, Scepter, 1974)
Ja, jullie lezen het goed. Dit is een single die ongetwijfeld van een kringloopwinkel in de buurt van Utrecht naar Engeland is verhuisd en nu weer 'thuis' is in Nederland. Ik lust alles van The Independents en ook dit is weer een uitschieter van de groep. Chuck Jackson en Marvin Yancy tekenen voor beide nummers waarvan 'The First Time We Met' een midtempo nummer is met een ingebouwde klasse. 'Show Me How' is iets meer funky soul en eigenlijk is dit de leukste kant van de twee voor mij. Ik moet me nu nog eens trakteren op een smetteloze Spaanse persing van 'In The Valley Of My World' want mijn oude blijft tweemaal steken. Helaas is het nummer nooit anders op single uitgebracht.

* Millie Jackson- I Feel Like Walking In The Rain (UK, Sire, 1983)
Bij het intro kijk ik meteen verbaasd naar buiten. Als dit waar zou zijn? Dan stond ik nu in mijn nakie achter huis te dansen. Helaas Uffelte... het is slechts een intro van een plaatje. Het is noodweer waar Millie zich bevindt en dat is te horen op de plaat. Ze blijft veilig binnen en desondanks voelt het voor haar alsof ze in de stromende regen loopt. Het is een jaren tachtig-ballade waar ze zich even flink in mag uitleven want ja... Millie kan meer dan uptempo 'rappen'. 'Why Me?' op de keerzijde is 'My Man, A Sweet Man' maar dan in een moderne verpakking. Ik hou het dan maar bij de a-kant.

* Paul Johnson- Every Kinda People (UK, CBS, 1988)
Johnson doet hier zijn versie van het nummer dat vooral bekend is geworden in de uitvoering van Robert Palmer. Het is een beetje aangepast aan de tijd en... het past wel bij het nummer. Ik heb beslist mindere coverversies gehoord. Als het niet goed zou zijn, had ik hem ook vast niet besteld?

* Latimore- Dig A Little Deeper (US, Glades, 1978)
Het is begin 2016 als ik net klant ben geworden op 'Five A Day' wanneer Mark 'There's No End' van harte aanbeveelt. Tot die tijd ben ik nauwelijks bekend met Latimore en ontdek ik even later dat ik een jaren zestig-plaat heb van de man. Dan noemt hij zich Benny Latimore. Mark laat me kennis maken met de overige Latimore-platen uit de jaren zeventig en ook ik val als een blok voor de markante stem van Latimore. 'Dig A Little Deeper' ontbreekt nog in de collectie en dat is een zwoele ballade met een zeer overtuigende Latimore. De b-kant is iets meer een jazzy affaire en deze sla ik over.

maandag 18 juli 2022

Singles round-up: juli 2


Op de tweede opeenvolgende dag ben ik erg fraai op tijd wakker. Niet slecht voor mijn weekend! Ik heb heerlijk geslapen. Naast een gordijn heb ik ook een rolgordijn welke het raam blindeert en dat is bij deze temperaturen zeer aangenaam. Hierdoor blijft de slaapkamer koel ondanks dat het buiten niet beneden de 22 graden is geweest. En opnieuw ervaar ik de luxe van een rieten dak want ook in de woonkamer is het best uit te houden. Omdat ik eerst een sloot koffie en een ontbijtje naar binnen moet werken, kan ik wel beginnen met een muzikaal ontbijtje. Ik heb de overige nieuwe singles tussen de singles van Mark gestopt maar in deze eerste aflevering zijn het negen singles die ik van Mark heb gekocht. Daarvan heb ik drie afgelopen zaterdag gedraaid en deze show ('The Soulful Vinyl Summer Spirit Of The 1980s') staat al op onze Wolfmanradioshows-Mixcloud. De koffie pruttelt door en ik start de apparatuur. Over een paar minuten ben ik helemaal klaar voor een muzikaal ontbijt!

* Bobby Adams- Love Ain't Nothing But A Business (US, Home Town, 1970)
Oeh... wat een manier om deze kersverse dag te beginnen. Bobby is al een veteraan in 1970 als hij dit plaatje uitbrengt. Het is crossover-Southern Soul. Dat eerste vooral vanwege de ornamentjes tussen de coupletten, de gitaar op de achtergrond houdt het lekker Southern. Binnen een paar minuten heeft Adams uitgelegd dat liefde precies zoiets is als een bedrijf: Je gaat failliet als er geen geld binnenkomt. Horace Ott tekent voor de arrangementen en dan zit het vaak wel goed voor mij. Op de keerzijde staat de instrumentale versie en deze is op zichzelf staand ook al prachtig. Nu is de gitaar met wah wah-pedaal iets naar voren gehaald. Dit kan ik nog best eens gebruiken voor een jingle of als laatste plaat van het uur. Dit zegt wel iets want ik ben doorgaans niet heel enthousiast over instrumentale kanten.

* James Brown- How Do You Stop (US, Scotti Bros., 1986)
In alle opzichten een bijzondere plaat. Ik ben altijd een beetje verbaasd als Mark (een soul-man) iets van James Brown aanbiedt. Binnen een paar seconden weet ik echter genoeg en ik reserveer de plaat. Het blijkt ook nog eens de Amerikaanse 'demo' te zijn mét fotohoesje. De AM-stations vormen geen interessante markt meer en dus zijn beide kanten in stereo. James heeft me eerder dit jaar aangenaam verrast met 'World' en doet dat opnieuw met 'How Do You Stop'. Het is een fraai midtempo nummer geproduceerd door Dan Hartman en de stem van Brown ken je uit duizenden. Ik heb zaterdag een eerste show gedaan met soulvolle platen uit de jaren tachtig en in het tweede uur heb ik de elf van Mark gedraaid uit dat decennium. James Brown is een fijn weerzien.

* Clarence Carter- Can We Slip Away, Again? (US, Venture, 1981)
Bij deze plaat moet ik even gaan duiken in de historie van het nummer. Ik ben snel klaar. Ik meende iets te herinneren uit de beschrijving van Mark maar ik kan het bericht niet terug vinden en ook 45cat brengt geen soelaas. Dankzij een vroegere Week Spot van Genty weet ik dat Venture de platenmaatschappij is van Isaac Hayes en zijn toenmalige vrouw. Het avontuur draait uit op een flop en na de echtscheiding raakt Isaac al zijn bezittingen kwijt omwille van het failliet van Venture. Clarence heeft Isaac niet nodig in de studio en ook zijn vrouw blijft ver uit de buurt. 'Can We Slip Away, Again?' is een zeer prettige ontmoeting tussen blues, southern soul en disco. Op de keerzijde is het een ballade en dat is ook altijd fijn van de Clarence, maar mijn voorkeur ligt bij de upbeat a-kant.

* Delaney & Bonnie- Just Plain Beautiful (UK, Stax, 1969)
Het verhaal van Delaney & Bonnie is op zijn zachtst gezegd erg interessant. Twee jongelieden die elkaar ontmoeten, binnen een paar dagen in het huwelijksbootje stappen en vervolgens een muzikale revue op poten zetten. In 1969 is er dan plots een Engelse gitarist die even iets heel anders wil en zal het soul-duo uitgroeien tot een rock-act van formaat. De gitarist is Eric Clapton die na Cream en Blind Faith wel eens iets meer op de achtergrond wil fungeren. Dat lukt niet echt want de platenmaatschappij meent hem op iedere release te moeten aankondigen. Ten tijde van 'Just Plain Beautiful' is Eric nog volop aan de slag met zijn Engelse supergroepen. Het nummer is geschreven door Betty Crutcher en Steve Cropper terwijl Don Nix en Donald 'Duck' Dunn de productie verzorgen. Dan zit je dus in het territorium van Booker T. & The MG's. Het vinyl is bij vlagen een beetje aan lawaaierige kant. Straks maar eens proberen iets te reinigen. Het is pure Stax met een paar verrassende 'breaks' welke het nummer iets speels geven. 'Hard To Say Goodbye' is meer een bluesy ballade. De Engelse persing en de lage prijs hebben me over de streep geholpen. Ik hoop dat de plaat opknapt van een poetsbeurtje want anders is er weinig lol aan.

* The Dells- Oh What A Night (US, Cadet, 1970)
Niet te verwarren met 'Oh What A Day' zoals ik een paar jaar geleden in de war was. Toch kun je met The Dells niet mis grijpen. 'Day' is een lekker uptempo nummer met psychedelische invloeden. 'Oh What A Night' is daarentegen een zeer fraaie ballade met hemelse zang van de heren Dells. Zoals gebruikelijk met Cadet- en Chess-platen uit deze periode is het opgenomen volgens het 'Concept 12' en dat betekent dat het héérlijk stereo is. In mono zou dit richting de ouderwetse doowop zijn gegaan. 'Believe Me' is meer in de stijl van 'Wear It On Your Face' maar dan met het onvolprezen 'Concept 12'-geluid.

* The Dells- Sweetness (US, Urgent!, 1991)
Ik noem opnieuw de singles bij de kant waarvoor ik het heb gereserveerd. In geval van 'Sweetness' is het de b-kant. Anno 1991 is het 'Concept 12'-geluid in de archieven verdwenen en brengt deze incarnatie van The Dells een lekker upbeat nummer dat helemaal '1991' klinkt. Wat ver overeind blijft staan, zijn de hemelse harmonieën. De a-kant heet 'My Lady, So Perfect For Me' en dat gaat een ballade worden. Je zal dit maar toegezongen krijgen door je lief. Het doet me pijn aan het glazuur op mijn kunstklappers en dus hou ik het bij 'Sweetness'. Een fijne jaren negentig-plaat van een legendarische groep waar ik nooit genoeg van kan krijgen.

* Demetrius- The Masquerade (US, Kerason International, 1986)
Het is een maand geleden dat ik de Skytec in gebruik heb genomen. In de weken ervoor heb ik zitten twijfelen om weer terug te gaan naar een draaitafel met snaaraandrijving maar dat voelt teveel als een 'degradatie'. Ik heb nu feitelijk ook een speler met snaaraandrijving want je merkt toch dat het niet een supermerk is. Bij het opstarten wil hij in zijn enthousiasme wel eens sneller beginnen. Bij het scherpstellen moet het plateau nog altijd een driekwart slag terug net zoals bij snaaraandrijving. Desondanks ben ik erg gelukkig met de speler want nu kan ik weer lekker een paar uren jaren tachtig knallen. Demetrius is evenals Clarence Carter en James Brown zaterdag voorbij gekomen. Het is opnieuw een typische jaren tachtig-productie. Muziek uit een doosje met klavier maar met een zeer overtuigende zanger. Op de keerzijde staat de instrumentale versie maar dat is hier dan weer totaal niet interessant. De gezongen kant is een pareltje!

* Barbara Jean English- I'm Sorry (US, Altihia, 1972)
Voordat Barbara haar meest fraaie zangstem opzet, doet ze een gesproken intro. Ik weet niet hoe het jullie vergaat, maar zo'n gesproken intro geeft de plaat voor mij meteen al een stempel. Het is in 1972 de opvolger van 'I'm Living A Lie'. Daar geef ik de voorkeur aan de b-kant: 'All This'. 'I'm Sorry' is een fraai staaltje 'deep' voor English' begrippen en ik ben benieuwd naar de andere kant van de schijf. 'Lil' Baby' heeft meteen de sfeer van 'All This'. Hoewel het een slaapliedje is, klinkt het nogal donker en bijna macaber. Dit is nu al de favoriete kant hoewel het ook gerust een 'double-sider' mag heten.

* Eddie Floyd- I'm So Glad I Met You (US, Stax, 1974)
Een van de 'essentiële' platen volgens Mark en ik heb hem nog altijd niet in de bakken staan. Het is een onvervalste 'double-sider' van onze Eddie. Hoewel 'I'm So Glad' een erg fijn nummer is en een zekere klasse heeft, gaat mijn voorkeur uit naar het meer 'gritty' 'I'm So Grateful' op de keerzijde. Om in de sfeer te blijven van het warme weer: IJs hoort ijskoud te zijn. Misschien is lauw ijs wel een delicatesse (en misschien wordt het dan al snel een milkshake?), maar uiteindelijk gaat de voorkeur uit naar ijskoud ijs. Zoiets is ook het geval met Eddie Floyd. Hij is van vele markten thuis maar ik hoor hem het liefst in 'gritty' soul. De a-kant is allesbehalve slecht en, zoals gezegd, is dit een 'double-sider' waar ik nog moet besluiten over de favoriete kant.