vrijdag 30 juni 2023

Eindstreep Blauwe Bak: juni 2023


De Blauwe Bak is deze maand wederom de winnaar dankzij een flinke partij van Mark. Er zijn maar liefst 55 singles en dat is inclusief een aantal die nog onderweg zijn en 'pre-orders'. Ik verwacht drie van Juno die maandag op de bus zijn gegaan en uiteraard het pakketje met vier repro's dat al rond 10 juni is verzonden. Verder gaat zeer binnenkort nóg een 'pre-order' van Juno op de post. Verder nog eentje op LRK en twee op Izipho Soul die in juli worden verwacht. Dan blijven er nog 44 singles over en daarvan heb ik de volgende top 10 gemaakt.

1. Feel All Right - Debanairs

2. Reach For It - Ebony Rhythm Funk Campaign

3. The Fife Piper - The Dynatones

4. Paradise - So-Rare

5. Aum Mani Padme Cum - Powaka

6. Too Late - The Silhouettes

7. Deep Inside You - Gloria (Ann) Taylor

8. I'm Stoned In Love With You - Sherman Brothers

9. Into The Mystic - Ben E. King

10. Stop I Don't Need No Sympathy - Lyn Roman

En dan kan ik nu beginnen met het klaar zoeken van de Week Spots van het afgelopen jaar. Deze ga ik morgenavond draaien in 'Do The 45'. Ik verwacht zondag terug te zijn met de eerste twee delen van de Gele Bak Top 100 (welke ik nog altijd moet samenstellen).

Eindstreep Gele Bak: juni 2023


De verwachte pakketjes zijn niet gearriveerd en ik moet er stevig over nadenken welke 'nieuwe' singles zijn binnengekomen en welke ik nog niet heb behandeld. Vooralsnog kom ik uit op één single en die kan even zo goed in juli. Wellicht dat die in deze maand ook mee kan doen voor de Top 10 want daar ben ik hem vergeten. Ook al zouden de singles zijn gearriveerd dan is het nóg te ambitieus om vanavond dubbel te publiceren. Daarvoor in de plaats ga ik de Gele en Blauwe Bak scheiden in de top tien. Ook heb ik uitgerekend hoeveel singles ik precies heb gekocht in dit eerste half jaar. Ik trap vanavond af met de Gele Bak. Ik kan deze maand 27 'unieke' singles rekenen tot de Blauwe Bak. Met name de partij in Steenwijk zorgt voor nogal wat dubbel en 'upgrades' en wat dat betreft zijn er 26 maar daar zitten dan ook afwijkende persingen uit de Blauwe Bak bij.

Zullen we het eerst eens over het eerste half jaar hebben? Ik tel 468 singles tot dusver. Daar zitten overigens ook de 'pre-orders' in en platen die nog onderweg zijn. Van de 468 zijn er precies 200 'unieke' platen voor de Blauwe Bak. Maar liefst 161 singles zijn in de Gele Bak terecht gekomen en ik het maar liefst 107 dubbel en/of upgrades. Van de 27 van afgelopen maand beschouw ik de volgende 10 als de uitschieters.

1. Waterfall - Triumvirat

2. Wishing You Were Here - Chicago

3. Always There - Incognito

4. Making Up Again - Goldie

5. The Stripper - David Rose

6. Straight Up - Paula Abdul

7. Yakety Yak - The Coasters

8. You Can't Change That - Raydio

9. Day One - Comsat Angels

10. Goldfinger - Shirley Bassey

donderdag 29 juni 2023

Honderd achteruit: Osibisa


Normaal gesproken laat ik altijd de boel van deze dealer versturen zonder track en trace, maar op ene of andere manier heb ik een raar voorgevoel. De singles zijn nog altijd niet binnen en het is inmiddels drie weken geleden dat ze op de post zijn gegaan. Hij heeft me echter geen track en trace-code gegeven en dus wacht ik het weekend af eer ik hem daarom ga vragen. Morgen krijgen jullie hoe dan ook een laatste 'Singles round-up' met de hagelnieuwe aanwinsten en dan uiteraard ook de 'Eindstreep'. Omdat ik verder niets anders heb te melden, ga ik deze dag besluiten met een aflevering van de 'Honderd achteruit'. De honderd kandidaten van de Gele Bak Top 100 staan al in gelid, ik moet ze alleen nog een nummer geven. Waarschijnlijk dat dit morgen gaat gebeuren en vermoedelijk ga ik zondag de foto's maken en publiceren. Nu werp ik wederom een blik op de Gele Bak Top 100 van bijna een jaar geleden en op nummer 42 vinden we daar 'Sunshine Day' van Osibisa. Volgens het label uit 1975 maar het is pas in 1976 een hit geworden.

Het is een eigenaardige dag vandaag. Een paar dagen geleden heb ik nog plannen om vandaag naar Den Haag te gaan maar de kameraad waarmee ik zou reizen, haakt woensdagmiddag af. Spijt gehad? Nee... Ik heb vanmiddag de live-stream gekeken en er zijn iets van driehonderd actievoerders. Naar schatting zevenhonderd agenten. De meute wordt het Malieveld op gedreven en dat is het dan verder wel. Een beetje switchen tussen Malieveld en het live-debat en zo kruipt de middag voorbij. Dan is het tijd om aan de slag te gaan met 'Afterglow' en deze heb ik drie kwartier geleden afgesloten. Nu dus verder met de nummer 42 in de Gele Bak Top 100 van vorig jaar. Ik ga stug verder met deze serie maar zal alleen ook de artiesten over slaan die we in de editie van dit jaar tegenkomen. Dat geldt dus niet voor Osibisa.

De groep heeft haar oorsprong in Ghana in de late jaren vijftig. Saxofonist Teddy Osei, drummer Sol Amarfio, Mamon Shareef en fluitist Farhan Freere formeren een 'highlife'-band genaamd The Star Gazers. Highlife is een typisch Ghanees muziekgenre waarbij Afrikaanse ritmes worden gecombineerd met westerse jazz. In 1958 heeft de groep als The Comets een lokale hit met 'Pata Pata' en in 1962 krijgt Osei de mogelijkheid om muziek te gaan studeren in Londen. In 1964 formeert hij Cat's Paw, één van de eerste bands die je tegenwoordig zou kunnen definiëren als wereldmuziek. In 1969 nodigt Osei zijn broer Mac Tonton en Amarfio uit om naar Londen te komen. Daar aangekomen is Osibisa een feit. De groep wordt verder aangevuld Wendell Richardson van Antigua, Lasisi Amao uit Nigerië, Roger Bredeau van Grenada en Robert Bailey uit Trinidad. Gezamenlijk worden ze vaak The Beautiful Seven genoemd. Voor live-optredens wordt de band vaak nog verder uitgebreid. De groep krijgt een contract bij Bronze. De muzikanten duiken al snel op platen van collega's op het Bronze-label zoals Manfred Mann's Earth Band en Uriah Heep. Hoewel de band haar thuisbasis heeft in Londen doet het betere zaken aan het Europese vasteland en andere gebieden in de wereld. 'Sunshine Day' is in Engeland de grootste van hun twee hits en bereikt een zeventiende plek. In Nederland is de single goed voor vijf plekken hoger en ook in Duitsland zijn ze dol op Osibisa.

Hoewel in de late jaren zeventig steeds minder wordt vernomen van Osibisa blijft de groep desondanks actief. Sol Amarfio is ons in december ontvallen op 84-jarige leeftijd. De band bestaat tegenwoordig vooral nog uit Teddy Osei en het meest recente album is van 2021.

woensdag 28 juni 2023

Week Spot: The O'Jays


De afgelopen weken heb ik heel erg sterk aan mezelf getwijfeld en gisteravond heb ik het euvel ontdekt. Ik hou de Week Spots bij in een lijst en ik ben deze week nog maar in de 25e week waar het, volgens, mij écht de 26e week is. Het is gebleken dat ik al in februari de mist ben in gegaan door Duane Clark niet te vermelden als de Week Spot en een week later gewoon verder te gaan. Dan kom je inderdaad op 25 Week Spots uit tot dusver. Dat is nu gecorrigeerd. Komende zaterdag ga ik traditiegetrouw alle Week Spots draaien vanaf week 27 in 2022 tot aan de nieuwste en dat is meteen de aftrap van het zomerseizoen op de radio en op Soul-xotica. Ik ga de komende dagen bezig met de Gele Bak Top 100 en heb besloten hier weer de zaterdagen en zondagen in juli te gaan gebruiken. Totaal tien afleveringen met negen singles en begin augustus een apart bericht met betrekking tot de nummer 1. Zondag trap ik de 'Vinyl Summer Spirit Of...' af op de radio en in dit eerste weekend zet ik 1982 centraal. De Week Spot dient dus ook uit dit jaar te komen en dan valt mijn keuze al snel op 'I Just Want To Satisfy' van The O'Jays. De band heeft al eerder een Week Spot gehad ('Now That We Found Love' in 2017) en vanavond wil ik me dan ook toespitsen op de jaren tachtig.

Net zoals The Jackson 5 (om een voorbeeld te noemen) door haar werk voor Motown wordt geassocieerd met Detroit, staat The O'Jays synoniem aan de Philadelphia Soul. De groep heeft echter haar oorsprong in de staat Ohio en zal pas in de late jaren zestig naar Philadelphia verhuizen. Daar vindt het in 1972 onderdak bij het Philadelphia International Records (PIR)-label van Kenny Gamble en Leon Huff en de groep zal hondstrouw blijken. Zelfs in de late jaren tachtig maakt de groep nog altijd platen voor Philadelphia. Ik heb niet terug gebladerd naar het verhaal uit 2017 maar ik kan me voorstellen dat ik toen de begintijd heb behandeld. In vogelvlucht bestaat The O'Jays sinds 1958. Eddie Levert, Walter Lee Williams,  William Powell, Bobby Massey en Bill Isles zijn de oorspronkelijke leden. William Powell overlijdt in 1977 aan de gevolgen van kanker en is dan pas 35 jaar. Hij wordt vervangen door Sammy Strain, oorspronkelijk een lid van Little Anthony & The Imperials. Als de groep in 2005 wordt bij gezet in de Rock And Roll Hall Of Fame geldt dit in eerste instantie voor de eerder genoemde vijf personen. Per ongeluk wordt ook Strain bij gezet en vergeet men het oorspronkelijke lid Isles. Ook oneerlijk omdat Strain reeds onderdeel is van de Hall Of Fame dankzij Little Anthony & The Imperials.

De dood van Powell veroorzaakt geen revolutie in het traditionele O'Jays-geluid maar de teloorgang is reeds in gezet. Ofwel: Na 'Use Ta Be My Girl' drogen de hits snel op maar de groep blijft een graag geziene gast op het podium. De singles bereiken nog maar zelden de hitlijsten en, als het gebeurt, uitsluitend in Engeland en Amerika. Wikipedia spreekt van het album 'Imagination' uit 2004 als het meest recente album maar The O'Jays hebben in 2019 hun voorlopig laatste album uitgebracht. 'I Just Want To Satisfy' piekt in Amerika nét buiten de Hot 100. Ik heb de 'Classic Week Spot' laten vallen maar het zou in dit geval zo'n 'Classic' zijn geweest: Ik heb de plaat al sinds 2021 in de collectie staan.

Bill Isles, de man die niet in de Hall Of Fame is opgenomen, is ons in 2019 ontvallen. Mijn exemplaar van 'I Just Want To Satisfy' heb ik met een fraaie korting gekregen (of misschien wel gratis) doordat de plaat een 'euvel' heeft dat nauwelijks stoort. Het heeft een breuk welke voornamelijk onder het label zit en een stukje de plaat in loopt. Pas in het laatste gedeelte tikt de plaat iets. Vaak is een breuk andersom.

Hoe nu verder? Ik wacht nog altijd op de Engelse singles en hoop deze morgen of vrijdag met de andere 'nieuwe' titels te kunnen behandelen. Ik wacht morgen dus nog even af. Ik ga straks wellicht beginnen met de Gele Bak Top 100 of de eerste Top 45 voor zondag samen te stellen.

dinsdag 27 juni 2023

Singles round-up: juni 11


Normaal gesproken ben ik op maandag vrij. Nu heb ik echter een vrij 'drukke' maandag gehad. Het is zaterdagmiddag verstikkend benauwd en besluit om vijf uur de resterende post te laten voor wat het is. Dat betekent dat ik gistermiddag de post heb weggebracht. Omdat de wind meest noordwestelijk is, wil ik dit op de terugweg 'vieren' door een klein bochtje om over kale ruilverkavelingswegen en door het bos. Ik ben om een uur of vijf thuis en heb zaterdag me vrijwillig gemeld voor een show op maandagavond tussen negen en elf. Ik moet echter nog wel de speellijst doen en daar gaat meer tijd in zitten dan dat ik had verwacht. Na de Northern Soul-show van mijn collega ben ik compleet gaar. Ik maak nog wel de foto voor de 'Singles round-up' maar kom er niet meer aan toe het bericht te schrijven. Hoeveel afleveringen nog? Ik hoop dat het Engelse pakket nog binnenkomt voor donderdag en dan krijgen jullie een 'Singles round-up' met nieuwe en recente releases en heruitgaven. Bijgaand zijn de acht singles die ik via Discogs van de Leidse platendealer Velvet heb gekocht.

* Billy Harner- She's Almost You (US, Open, 1969)
Ik ken Billy voornamelijk van 'What About The Music' op het Kama Sutra-label. 'She's Almost You' is zonnig geprijsd en met name de b-kant heeft mijn interesse. 'She's Almost You' is een uptempo Northern Soul-stamper uit de pen van Joe South. Het is niet slecht maar een kant als deze komt tien jaar té laat voor mij. Nee, ik ga dan echt voor de keerzijde: 'Fool Me' is een ietwat jazzy 'laidback' groove en dat past anno 2023 beter in de collectie.

* Billy Jones- We Want Peace (NL, Imperial, 1972)
Deze single heb ik eind 2021 in Meppel gekocht maar deze is in een zeer slechte staat. Velvet biedt dit fraaie exemplaar aan met de fotohoes en ik ben vlug bereid. Toch is het ook hier de b-kant welke mijn voorkeur heeft. 'Send Me A Lover' is opnieuw 'laidback' waar 'Peace' duidelijk is gemaakt met de hitparade in het achterhoofd. Toch moet ik erkennen dat geen van beide een 'Win Your Love' of 'Keep Holding On' is.

* Ben E. King- Around The Corner (Jamaica, Atlantic, 1964, re: 1975)
* Ben E. King- Tippin' (US, Atlantic, 1978)
Ben E. King kan niet stuk bij mij. 'Around The Corner' is, zo gezegd, oorspronkelijk van 1964 en krijgt alleen op Jamaica een heruitgave in 1975. De reden hiervoor kan ik niet ontdekken? Het is het klassieke Ben E. King-geluid. 'Tippin' is daarentegen een fraaie ballade uit de pen van Bettye Crutcher Het is niet de meest essentiële Ben E. King-release maar altijd leuk om erbij te hebben.

* Powaka- Aum Mani Padme Cum (NL, CNR, 1973)
De Week Spot van de afgelopen week. Waarbij ik kan melden dat ik zaterdag alle Week Spots ga draaien van week 27 in 2022 tot nu. Zondag start ik vervolgens met de 'Vinyl Summer Spirit Of 1982' hetgeen betekent dat de Week Spot eveneens uit 1982 zal komen.

* The Silhouettes- Too Late (Barbados, Trex, 1965-66)
Trex is een onderdeel van het Wirl-label en nogal in trek bij verzamelaars. Ik schat de plaat in eerste instantie op iets later, maar het heeft een zeer laag catalogusnummer en dat suggereert dat het uit 1965 zou moeten stammen. The Silhouettes is feitelijk de band, de zang wordt verzorgd door de gebroeders Drayton. 'I Need Your Love' op de keerzijde is het meest geschikt voor de Blauwe Bak door de soulvolle vibe. 'Too Late' is 'wild spouge' zoals het wordt genoemd en leunt tegen de Jamaicaanse reggae aan. Het zijn beide echter knalnummers van de bovenste plank en ik ben erg blij met deze single!

* Gloria Taylor- Deep Inside You (US, Columbia, 1973, re: 2018)
Het is bijna tien jaar geleden dat ik word betoverd door 'World That's Not Real' van Gloria Ann Taylor. Ik leer kort daarop over de zéér zeldzame 12"-EP welke de boeken in gaat als de eerste 12"-single. Ik heb een paar keer lopen hikken bij haar versie van 'Jolene' en de laatste paar jaar is zowel de EP opnieuw uitgebracht alsook deze Record Store Day-single. 'World That's Not Real' is hier de b-kant maar die heb ik dus al origineel. Die kost me iets van veertig euro in 2013 en zou inmiddels tweehonderd kunnen opbrengen. 'Deep Inside You' komt echter verschillende malen voorbij in 'Floorfillers' en ook in latere shows. Nu heb ik dan de single-versie op vinyl. De artiest wordt gewoon Gloria Taylor genoemd op de labels maar feitelijk zijn deze opnames uitgebracht als Gloria Ann Taylor.

* Willie Tee- Teasing You Again (US, Gatur, 1972, re: 2020)
Tot slot het mysterie van Willie Tee. In 2020 is Record Store Day een paar keer uitgesteld vanwege de lockdowns. Er wordt besloten om op de laatste zaterdagen van augustus, september en oktober 2020 een Record Store Day te doen en iedere dag met nieuwe 'drops'. Ik doe dan een radioshow op de vrijdagavond en besteedt aandacht aan de Record Store Day-releases. In september 2020 verschijnt Willie Tee, alsook The Live Band en The King James Movement. Ik plaats een bestelling op Discogs en de singles arriveren even later. Ik draai Willie Tee in 'Do The 45' en dan... ben ik hem opeens kwijt. Ik heb overal gezocht maar heb het ernstige vermoeden dat die met het karton in het oud papier is gegaan. Uiteindelijk toch maar een nieuw exemplaar kopen van deze klassieke en gezochte Modern Soul-single van Willie Tee. Net als in 2020 ben ik een beetje teleurgesteld dat het rechtstreeks van een versleten single is gehaald terwijl dat er cd-opnames zijn van het nummer. Maar... muzikaal is het een juweeltje!

zondag 25 juni 2023

Het zilveren geheugen: juni 1998 deel II


Als ik nu de Pioneer had gehad? Ja natuurlijk, hij staat nog altijd stof te happen in de schuur en ergens zijn er plannen om hem dit jaar nog te restaureren... Als ik de Pioneer had gehad, dan had ik nu vast al honderd kilometer erop zitten. Hoewel? Het is wel erg benauwd buiten. Ik denk dat het vanmiddag niet verder komt dan een wandelingetje. Ik heb eerst wel een vrij ambitieus wandelidee maar dan opnieuw... het is eenendertig graden in Uffelte. In plaats daarvan doe ik me binnen te goed aan koffie en ga waarschijnlijk straks een klein bochtje maken. Wellicht richting het bos want het eerdere plan speelt zich het meest af op ruilverkavelingswegen. En daar wil je nu vast niet zijn? Is er nog iets te vertellen over juni 1998 dat ik nog niet heb verteld? Ja, ik moet even nadenken, maar het volgende is in deze tijd geweest. Het is een kleine 'flashback' naar een bericht dat ik al eens eerder heb geschreven, maar weet niet of deze herinnering aan bod is gekomen. Bij het zoeken naar een afbeelding zie ik dat Emmaus Mossley in 2017 een boek heeft uitgegeven ter ere van het twintigjarig bestaan. Daar heb ik opeens erg veel zin in! De foto toont de opening van Manchester Road. De man rechts op de hoek kan ik niet thuis brengen, daarnaast staan Bob en Carol, de eerste coördinatoren. Uiterst links zien we Norah die ik vorige week nog heb genoemd. Ik denk dat ik ook in het boek moet staan. Er zijn foto's gemaakt toen Lord Runcie de Emmaus 'opende' en ik de eer had hem de hand te mogen schudden. En de lieve Ann staat ook op die foto. Maar eens een mailtje sturen naar Mossley....

Engelsen en bijgeloof. Ik maak het al mee in de eerste weken dat ik in York woon. De 'ghost tours' zijn een toeristische trekpleister in York en, naar ik begrijp, heeft bijna iedere zichzelf respecterende toeristische plaats een eigen 'ghost tour'. Hoewel Mossley in een schitterende omgeving is, kan ik het niet aanduiden als toeristisch. Toch heerst ook hier het virus. Longlands Mill heeft een reputatie in Mossley dat het 'behekst' is en dat is ook de reden waarom het pand decennia lang ongebruikt staat te verkrotten. Het is een 'sterke' geest want ze (ik weet dat het een 'zij' is) heeft eerdere gebruikers in de jaren tachtig de stuipen op het lijf gejaagd. De katoenspinnerij aan de voet van Queen Street wil Longlands Mill in de jaren tachtig gaan gebruiken als kantoorruimte. Het krijgt te maken met stroomuitval en dus wordt de elektriciteit opnieuw aangelegd. Niet dat daarmee de stroomuitval is afgelopen want het administratief personeel kan niet vaak genoeg 'F7-en' of de stop wordt weer uitgedraaid. Dan arriveert een delegatie uit Cambridge dat in de omgeving van Manchester een gemeenschap wil opzetten. Ze bekijken twintig verschillende gebouwen en uiteindelijk valt hun oog op de oude katoenspinnerij. Waarschuwingen over een aanwezige geest zijn in de wind geslagen.

Bob, onze coördinator, is nogal geïnteresseerd in bovennatuurlijke krachten en hij 'merkt' de aanwezigheid van de geest. Hij nodigt een paranormaal iemand uit en samen 'zien' ze haar in de hoek van de zolder. De zolder is in de eerste jaren in gebruik als het winkeltje dat alleen op zaterdagmorgen open is. Ook zal ik er heel wat dagen vertoeven met het herverpakken van kleding en vodden. De grote verbouwing zal even later plaatsvinden en met een bedrijf dat zich niet van de wijs laat brengen, hebben we een aantal lokale vrijwilligers die ons willen helpen. Een van hen is Vic. Vic is een bouwvakker die door een ongeval in de ziektewet is gekomen, maar op zijn eigen tempo nog altijd fraaie dingen kan maken. Bij de Emmaus ligt de tijdsdruk er niet duimendik bovenop en dus doet hij vrijwilligerswerk bij ons. Ik geloof dat Vic vooral bezig is met het aanbrengen van de liftschacht. Vic is een goede kerel, ik ken hem vanuit de pub. Een oude hardrocker met een voorliefde voor Def Leppard (feitelijk gezien 'local heroes' want Sheffield is niet gek ver weg van Mossley). Ik ben de zolder aan het opruimen, een paar meter verderop is Vic aan het werk. Ik hoor hem boren en opeens is het stil en hoor ik hem hartgrondig vloeken. 'Gaat het goed?', roep ik. Wat gemurmel terug. Het boren begint weer en opeens is het weer stil. Opnieuw een vloek. Ik ben me van geen kwaad bewust en opnieuw gaat Vic boren. Een minuut later gaat het uit en dan vergaat de zolder onder het geweld van woorden die niet in de bijbel staan. 'Nou moet je goed luisteren verdomde klootzak. Als je nog één keer met je poten aan de stekker van de boormachine komt, dan trek ik je het hoofd van je romp!'. Ik ben verbaasd. 'Maar... Vic... ik doe niets'. Vic is echter ervan overtuigd dat ik het ben. Bob hoort het tumult en komt kijken wat er gaat gebeuren. Vic gaat boren en een minuut later gaat die uit. Bob heeft gezien dat ik het niet heb gedaan en zo pakt Vic woest zijn spullen in. 'Bekijk het maar met jullie behekste molen'. Ik vraag Bob wat er aan de hand is. 'Het is de geest', antwoordt hij kalmpjes. Ik ben dan nog té nuchter voor geesten en moet lachen. Vic is nooit meer terug geweest.

Als in het najaar de eerste kamers gereed zijn op zolder heb ik vrijwel de eerste keuze. Ik wijs meteen mijn nieuwe kamer aan. 'Weet je dat zeker?', vraagt Bob nog eens. Ja, ik weet het zeker. Het biedt uitzicht langs de loods op de Pennines. Achteraf blijkt dit de hoek te zijn waar hij de geest heeft 'gezien' met de paranormaal begaafde. De geest zal echter pas in 1999 van zich laten horen en dan is het een kwestie van 'seeing is believing'. Dat kan ter zijner tijd wel in een bericht.

vrijdag 23 juni 2023

Week Spot: Powaka


De single is vanmiddag binnengekomen maar het besluit om Powaka tot Week Spot te maken, dateert al van gisteren. Vreemd is het wel... Een week geleden had ik de plaat nog steeds niet gehoord en binnen een week is het een enorme hit geworden in huize Louwsma. Het wordt een kort bericht omdat er niet veel bekend is van Powaka. De band heeft slechts één single gemaakt. 'Visions Of A Little Boy' is de titel van de a-kant maar, zoals ik zondag al heb geschreven, vind ik dat niet wat. Het nummer schopt het echter wel tot een disco-compilatie in Turkije. 'Aum Mani Padme Cum' lijkt op het eerste gezicht een mysterieuze titel totdat ik maandagavond erachter kom dat het een mantra is uit het boeddhisme. Powaka is beter bekend als Powakka of Pawakka en ligt in de Surinaamse regio Para. Ik heb uit diverse richtingen vernomen dat het inderdaad om een Surinaamse groep gaat en dat is wellicht ook de reden waarom de plaat alleen in Nederland is uitgebracht (en op een Nederlands platenlabel). Anders dan je zou verwachten bij het horen van de plaat, is dit nog grotendeels onontdekt bij de funk-verzamelaars en daar ben ik op dit moment wel content mee. Ik heb mijn exemplaar voor relatief weinig kunnen bemachtigen. Het is alleen zonde van de twee euro van afgelopen zaterdag. Kortom: 'Aum Mani Padme Cum' van Powaka (1973) mag deze week de Week Spot uithangen.

donderdag 22 juni 2023

Singles round-up: juni 10


Als de vogeltjes blij zingen dan denk ik dat de rest van de natuur ook tevreden is met de regen. Ik ga het straks nog een keer trotseren door naar de groene brievenbus te lopen, hoewel ik ook wel zin heb in een klein wandelingetje door de regen. Misschien heb ik ongemerkt zelf ook wel behoefte aan wat neerslag. Klinkt dat vreemd? Ach, vooral sinds de tijd in Mossley kan ik best genieten van wat regen. Daar regent het bijna iedere dag doordat iedere storing voor het Europese vasteland net over Saddleworth glijdt. Het gebeurt geregeld dat op een prachtige zonnige dag je opeens drie kleine drupjes voelt. Geeft ons heden onze dagelijkse regen. Enfin, ik ga nu eerst de singles van Mark afsluiten met het laatste deel. Ik vermoed dat ik zaterdag of zondag weer terug ben of ik moet morgenavond nog een soort van Week Spot willen publiceren. Ik heb op dit moment namelijk nog geen idee welke plaat het gaat worden...

* Soul Brothers Six- Some Kind Of Wonderful (UK, Atlantic, 1967, re: 1972)
Twee klassieke kanten op één single en dan ook nog eens de Engelse promo. Op de a-kant het origineel van het nummer dat we onder andere kennen van Grand Funk Railroad. Het label vermeldt 1969 als publicatiedatum maar het is al in 1967 uitgebracht. 'Check Yourself' is in 1967 de opvolger maar heeft hier 1972 als datum staan. Natuurlijk is dit een 'double sider' maar dat spreekt voor zichzelf. Beide lekkere uptempo kanten welke gretig aftrek vinden op de dansvloer. Zowel in 1972 als in 2023 want beide gelden nog altijd als klassiekers.

* Swamp Dogg- I Was Born Blue (US, Roker, 1971)
Je zou haast verwachten dat ik de Swamp Dogg-collectie wel eens compleet moet hebben. Nee, overal duikt steeds weer een titel op die ik nog niet heb. 'I Was Born Blue' heeft Jerry geschreven met Dee Ervin waarvan ik ook een plaat heb, maar waarvan ik niet wist dat hij met mijn grote held heeft samengewerkt. Hoewel ik slecht tegen negativiteit kan, is Swamp Dogg de enige die dag en nacht aan mijn adres mag klagen. Zijn stem is daar namelijk voor gemaakt. 'I Was Born Blue' is wederom een sfeervolle ballade met Jerry in zijn element vol zelfbeklag. Op de andere kant doet hij 'These Are Not My People' uit de pen van Joe South, maar ik hoor de man nu eenmaal liever in zijn eigen liedjes.

* The Sweet Inspirations- When Something Is Wrong With My Baby (UK, Atlantic, 1967)
Ik heb de Amerikaanse persing al in 2014 aangeschaft en kan de Engelse niet laten liggen vanwege de lage vraagprijs. Op de a-kant staat 'Let It Be Me' en hoewel dat een fraai staaltje is van hoe een professionele zanggroep om gaat met een oud nummer, heeft die kant me nooit echt kunnen bekoren. Ik weet niet eens of de single nog wel in de koffers staat? 'When Something Is Wrong' past dan iets beter in het soul-idioom maar het is vooral de Engelse persing dat hier de doorslag heeft gegeven.

* O.T. Sykes- I Need Somebody's Loving Bad (US, Fun City, 1985)
Van professionele perfectie uit de jaren zestig gaan we opeens naar 'almost but not quite'-indiesoul uit de jaren tachtig. O.T. Sykes komt uit Memphis en heeft wederom muziek uit een doosje maar tegelijk met een authentieke soulvolle stem. De combinatie is best onweerstaanbaar en qua opname heb ik ze beslist minder gehoord. ' A Woman, A Lover, A Friend' is een fraaie ballade met opnieuw een 'lo-fi'-opname uit een doosje. Wél een hele mooie ballade, ook al klinkt het synthesizer-deuntje 'off-key'.

* Don Varner- The Sweetest Story (US, South Camp, 1967)
Varner is het beste bekend van 'Tear Stained Face', eveneens uit 1967. Ik heb ooit de véél latere Soul City-uitgave gekocht van dit nummer, maar dat heeft een afgrijselijke geluidskwaliteit. 'The Sweetest Story' is niet de plug-kant van deze demo maar wel degene waarvoor ik het heb gereserveerd. Het is iets meer beheerst dan 'Tear Stained Face' en dat maakt zeer prettige sixties'-soul. 'Home For The Summer' is de eigenlijke a-kant en dat is een pure ballade, opnieuw met Don's 'gritty' stem maar ik ga echt voor 'The Sweetest Story'.

* Lenny Williams- I Still Reach Out To You (US, ABC, 1978)
Eigenlijk de b-kant maar wel de kant waarvoor ik de plaat heb gereserveerd. Door het lawaai heen hoor ik best een aardig plaatje maar ik vrees dat het styreen is versleten. Dat is dan weer het probleem met styreen: Vinyl kun je vanaf de buitenkant beoordelen. Styreen kan 'nieuw' lijken maar tegelijk helemaal verrot zijn. Dat is het risico van het vak. 'Midnight Girl' klinkt niet veel beter. Straks maar even met sponsje en water aan de gang om te zien of we het iets kunnen opfleuren.

* Brenton Wood- Fracasado (Spanje, Hispavox, 1968)
Dat Brenton Wood een talenknobbel heeft, weet ik inmiddels een jaar. Dan schaf ik 'Il Treno' aan, een Italiaans nummer van Brenton Wood. Hoewel ik de Spaanse titel heb gebruikt, is dit gewoon Brenton in het Engels. Spanje heeft de gewoonte om de lokale Google Translate te raadplegen bij het maken van de labels. 'Fracasado' is volgens hen de vertaling van 'Two Time Losers'. De a-kant is 'Some Got It, Some Don't' of, volgens het Spaanse label, 'Algunos Lo Tienen, Otros No'. Ik moet zeggen dat ik beide kanten wel lust. De a-kant heeft alleen het piepende orgel in het refrein en blijft verder verwijderd van de bubblegum van 'Gimme Little Sign' en 'The Oogum Boogum Song'. 'Two Times Loser' is in eenzelfde stijl. Het is niet heel erg essentieel maar met zo'n Spaans hoesje word ik opeens erg hebberig.

Singles round-up: juni 9


De natuur in Uffelte zet zich schrap voor eindelijk wat verkoeling dat het kan verhapstukken. Ik ben al een eerste keer op en neer naar de brievenbus geweest om te zien of de postbode is geweest. Die zal ongetwijfeld zijn geweest maar zonder post voor mij. Ik heb echter geen flauw idee hoe de Leidse verkoper het gaat versturen en dus kan ik vast nog een wandelingetje naar de groene brievenbus tegemoet zien. Omdat er gisteravond niet zoveel is terecht gekomen van het eten heb ik nog steeds een flinke voorraad in de koelkast en dus zie ik niet in waarom ik vandaag op de fiets naar de winkel zou moeten gaan. Ik ga vanmiddag dus bezig houden met Soul-xotica en de show van vanavond. Nu eerst de laatste twee afleveringen van de partij van Mark omdat het publiceren na de shows op donderdag en vrijdag vaak niets wordt. In dit deel voornamelijk jaren zeventig-singles en zelfs eentje met Nederlandse roots!

* Maurice & Mac- Ain't No Harm To Moan (US, Brown Sugar, 1972)
Twee voormalige leden van de groep The Radiants die ook platen hebben gemaakt als Maurice & Mac & The Radiants. In 1972 staat het duo onder contract bij Brown Sugar en werkt nauw samen met Gene Barge. Daddy G. is dan weer een voormalig lid van The Dovells en heeft ook als producent een lange staat van dienst naast dat hij als acteur te bewonderen is op het zilveren doek. Ik leer overigens net dat 'Quarter To Three' van Gary U.S. Bonds is gebaseerd op een instrumentaal nummer van Barge en dat hij daarom een paar maal 'Daddy G.'  voorbij laat komen in de tekst. 'Ain't No Harm' is lekkere 'feelgood'-soul en lijkt in de verte een beetje op 'Um Um Um Um Um'. 'Use That Good Thing' op de flip is ietwat funky maar nog altijd niet onaardig! Sterker nog: Het spreekt mij net iets meer aan dan 'Ain't No Harm'.

* The Ones- Don't Let Me Lose This Dream (US, Motown, 1968)
Ik moet bekennen dat ik mijn twijfels heb als ik de plaat reserveer maar dat is nu wel verdwenen. The Ones is oorspronkelijk een garagesoul-band. Hun eerste single is in eigen beheer opgenomen en klinkt een beetje Motown waardoor Motown hen plots een contract aanbiedt. The Ones zullen meerdere platen maken voor Motown en in de vroege jaren zeventig ook voor Rare Earth. Dit is een demo, maar de single zal eind 1968 ook daadwerkelijk verschijnen op Motown. The Ones doet hier een uitvoering van 'Don't Let Me Lose This Dream' van Aretha Franklin en valt voor mij in dezelfde hoek als The Hassles, alleen is The Ones nét iets overtuigender.

* Rhythm- Find Yourself Somebody To Love (US, Polydor, 1975)
Het is niet altijd wat het lijkt. Afgaand op de bandnaam zou je een uiterst ritmische ervaring kunnen verwachten. Dan kom je bedrogen uit. 'Find' is een bak 'sweet soul' in een oceaan van violen. Het is prachtig alleen... is het Polydor-styreen en dat is een belediging voor mooie muziek. De flip is meer funky. Wellicht dat ik 'Find' nog ga proberen te poetsen voor zaterdag.

* Lyn Roman- Stop I Don't Need No Sympathy (US, Brunswick, 1973)
Het is maar zelden dat ik tweemaal een video opzet nadat ik een plaat heb gereserveerd. Ik weet niet meer wanneer Lyn Roman is aangeboden maar dit is zo'n zeldzaam geval. Het is een beetje poppy maar met een prettig geluid. Toch lijkt het alsof ik de tweede keer nieuwe dingen ontdek en met het draaien van de plaat hoor ik alweer dingen die ik niet eerder heb gehoord. Het is een demo maar ditmaal wel met de beoogde b-kant van de uiteindelijke single. 'Where Do You Go' komt uit de Motown-stal en ik vermoed van Diana Ross. Lyn doet immers enorm haar best om als Diana Ross te klinken.

* The Shades Of Blue- Lonely Summer (US, Impact, 1967)
Van deze groep heb ik al 'How Do You Save A Dying Love' en bij verzamelaars staat de groep bekend als één van de beste non-Motown-bands uit Detroit. Edwin Starr tekent andermaal voor de a-kant. Deze is dan nog onderdeel van de Ric Tic-stal voordat Motown ook dat zal opslokken. John Rhys heeft de plaat geproduceerd. Dat is dan weer een Engelsman. 'Lonely Summer' heeft de specifieke Detroit-beat maar weet het keurslijf van Motown te ontwijken. 'With This Ring' op de keerzijde is ook erg gezellig met handjeklap en xylofoon. Het is weliswaar een 'double-sider' hoewel beide kanten 'leuk voor erbij' zijn. Het wiel wordt niet opnieuw uitgevonden en wellicht dat ik de voorkeur geef aan het meer dramatische 'How Do You Save A Dying Love'.

* The Sherman Brothers- I'm Stoned In Love With You (UK, Magnet, 1976)
Sinds 'Smile Baby Smile' ben ik meer gaan letten op platen van The Sherman Brothers. Ik hoef niet lang na te denken als Mark deze aanbiedt. Als bonus blijkt het ook nog eens de Engelse persing te zijn. Hoewel de groepsnaam correct is gespeld aan beide kanten wordt R.K. Sherman in de credits steevast SheArman  genoemd. Eigenwijze Engelsen... 'Stoned' is overigens niet het nummer dat we kennen van Johnny Mathis, maar heeft een heerlijke 'shuffling' disco-groove en een refrein waarmee je zou willen trouwen. Ook de flip, 'Don't Cry', is van een niveau dat je uit Amerika zou verwachten. De mannen bij Purple Eye hadden het tenminste begrepen!

* So Rare- Paradise (US, NCS, 198?)
De naam Simtec Simmons is inmiddels een 'trademark of quality' geworden voor mij en So-Rare is één van zijn latere projecten. Het is prettige post-disco met een innovatieve productie en een onweerstaanbaar refrein. 'How Do You Spell Relief' op de flip is weer meer funky disco. Het ontbeert de magie van 'Paradise'.

woensdag 21 juni 2023

Singles round-up: juni 8


Met dit bericht zit ik weer op schema. Morgenmiddag ziet er niet naar uit dat het geschikt weer wordt voor een buitenactiviteit en wellicht kan ik dan opnieuw twee afleveringen doen. Dan heb ik de 'Singles round-up' vóór het weekend klaar. De overige twee zendingen kunnen in gewoon twee berichten en dan hou ik net nog wat ruimte over voor overige rubrieken op Soul-xotica. Nu dan maar verder met het tweede deel van de singles die ik vanmiddag van Mark heb ontvangen. Dit pakket ontsnapt weer aan de douane en dat scheelt weer een paar centen.

* Ebony Rhythm Funk Campaign- Reach For It (US, MCA, 1973)
Van deze band heb ik al een latere single op het Innovation II-label en met name 'Oh Baby' is daarvan een enorme favoriet. Ik ben dus best te porren voor een tweede single van deze band. 'Reach For It' heeft hetzelfde speelse geluid van 'Oh Baby' alleen ditmaal iets meer funky en strakker geproduceerd. Ik krijg er in ieder geval goede luim van. De keerzijde biedt ons 'Trying To Be Me' en dat is iets meer jazzy funk en ook dat klinkt vurrukkuluk om met Remco Campert te spreken. En alsof het niet op kan... wederom een 'double-sider'.

* Ecstasy, Passion & Pain- Passion (Frankrijk, Roulette, 1976)
'I Wouldn't Give You Up' en 'Ask Me' reken ik tot het gereedschap in de Blauwe Bak hoewel ik bijna niet meer aan beide singles toe kom. Wellicht kan 'Passion' een herwaardering verzorgen? 'Passion' is wederom prettige Phillysoul dat gelukkig ver verwijderd blijft van de disco en toch erg prettig is voor de dansvloer. De b-kant heet 'There's So Much Love All Around Me' en is meer ingetogen. Hoewel ik nu even niet het geduld kan opbrengen om het helemaal te draaien, klinkt het alsof dit een 'builder' is. Het is beduidend minder gelikt dan de a-kant.

* The Four Sonics- It Takes Two (US, Sport, 1967)
En weer terug naar de roemruchte sixties. Ik kan mijn vinger er niet op leggen. Is het het styreen of is het geluid ietwat gruizig? Het past echter niet bij het vakmanschap van de groep want het kwartet heeft haar stemmen onder controle. Het is speelse 'harmony soul' op een voortstuwende groove. Ik moet er nog een beetje aan wennen maar het gaat vast goed komen met deze kant. Op de keerzijde een cover van 'You Don't Have To Say You Love Me'. Een zeer aardige versie met een kopstem als de lead. Een eigenzinnig plaatje!

* Carolyn Franklin- All I Want To Be Is Your Woman (US, RCA, 1969)
Een promo met ditmaal de stereo-versie op beide kanten. Carolyn is de zus van Erma en Aretha en samen met Erma zingt ze vaak achtergrond bij Aretha. Op 'All I Want To Be' steekt ze haar beide zussen naar de kroon. Ze ontbeert de uithalen van Aretha en dat is voor mij erg prettig want daar ben ik geen liefhebber van. Carolyn weet mij in ieder geval te overtuigen. Ik zou bijna het stadhuis en de receptie gaan boeken.

* Ben E. King- Into The Mystic (US, Mandala, 1973)
De komende week horen we nog tweemaal over Ben E. King. Nu eerst een single van Ben uit 1973 waarbij hij een nummer van Van Morrison door de mangel haalt. Het origineel is om op te vreten en dat geldt ook voor deze cover. Het nummer is 'opgeleukt' met een ietwat psychedelisch arrangement maar het blijft binnen de perken. En van Ben E. King's  stem lust ik wel soep. Vandaar dat nog twee singles van deze artiest onderweg zijn naar Uffelte. Op de andere zijde staat het zelf geschreven 'White Moon' en hier maakt hij gebruik van dezelfde band en het orkest nu deze toch nog aanwezig zijn. Het is in dezelfde stijl als 'Into The Mystic' en eigenlijk ook best te pruimen.

* Patti LaBelle & The Bluebelles- Take Me For A Little While (US, Atlantic, 1966)
Het lijkt wel alsof er een rode draad loopt door de 'Singles round-up' met covers. Patti LaBelle & The Bluebelles dragen hun steentje bij met 'Take Me For A Little While' waarbij de strijd om het origineel tussen Jackie Ross en Evie Sands. Op de keerzijde het Drifters-nummer 'I Don't Want To Go On Without You' dat een hit is voor The Searchers en The Moody Blues. 'Take Me' is zo'n nummer dat me altijd smaakt, hoewel ik moet toegeven dat Patti niets toevoegt aan de overige versies. Het styreen heeft betere tijden gekend. De b-kant is een bak met violen en Patti's stem en niet echt mijn ding.

* Robby Lawson- Burning Sensation (US, Kyser, 1967, re: 1975)
Een hele echte bootleg voor de Northern Soul-dansers. De bekende gruizige opnames (vast ook weer van een originele single af gehaald) maar verder een lekkere stamper die het goed zal hebben gedaan in The Casino. De a-kant heet 'I Have Searched' en is meteen een 'schoner' geluid. Het riekt een beetje naar de zanggroepen uit de vroege jaren zestig en is verder ook niet echt verheffend.

Singles round-up: juni 7


De officiële start van de zomer wordt wederom gevierd in Steenwijk. Er is gelukkig niet heel veel post en bovendien liggen de wijken nogal uit elkaar waardoor ik veel mag fietsen. Ik ben om vier uur alweer thuis en zie bij de buren de groene container al aan de weg staan. Vooruit! Ik ben vroeg thuis en volgens mij is dit ook het uitgelezen moment. De buien van gisteren hebben weinig effect gehad op de natuur maar voor morgenmiddag en -avond staat een flinke hoeveelheid ingetekend. Dit is het moment om mijn gras te kortwieken. Ik controleer wel zes keer de brievenbus maar nog helemaal niks. Ik zit te genieten van een rokertje en drankje  na de noeste arbeid als ik merk dat de koerier stopt bij ons plein. Gelukkig! De platen van Mark waardoor ik op Soul-xotica even aan de bak kan. Het zijn achtentwintig singles waaronder veel jaren zestig. Deze ga ik eerst in vier afleveringen doen. De nieuwe Week Spot ga ik de komende dagen vaststellen. Ik ga nu beginnen met de eerste zeven.

* Steve Alaimo- You Don't Love Me (US, ABC, 1967)
We beginnen meteen met de sixties en met een stevig tempo. 'You Don't Love Me' is een 'stormer' van een veteraan met desondanks enige showbiz-invloeden. Met name in de blazerssectie en het handjeklap op de achtergrond. Het wiel wordt opnieuw uitgevonden en in 1 minuut en 55 seconde is het hele verhaal verteld. De keerzijde oogt op papier interessanter: Het is geschreven door Isaac Hayes en David Porter. 'You Don't Know Like I Know' is ook een stamper en voor mij duidelijk de winnaar. Het klinkt minder kneuterig dan de andere kant.

* Roshell Anderson- Snake Out Of Green Grass (US, Excello, 1973)
De plaat is gereserveerd voordat ik het in de gaten heb. Het Excello-label speelt daarbij een rol en ook de prettige associatie met Anderson. Zijn 'It's A Beautiful Day' is in 2022 de hekkensluiter in de Blauwe Bak Top 100. Het vinyl maakt onderscheid in de verschillende fases van het lied. Het is 'Southern Soul' en alleen de refreintjes zijn iets steviger, voor de rest kabbelt het heerlijk door terwijl Roshell de krochten van zijn ziel aanwendt voor de vertolking. Hij heeft niet genoeg aan een kantje want op de b-kant gaat de ballade verder als 'Part II'.

* Vernon B- Can't Teach Old DOg New Tricks (US, 2/Hot, 1992)
De enige single uit de jaren negentig in deze partij van Mark. Deze heb ik recent nog gereserveerd. Het is typische indie-soul uit de vroege jaren negentig welke nu echt schaars begint te worden en waarvan de prijs mogelijk flink kan gaan stijgen. Muzikaal komt het uit een doosje hoewel de percussie niet té blikkerig klinkt. Vernon klinkt net ietsje rauwer dan menig hitmaker in 1992 en dat maakt het weer 'underground'. De saxofoon klinkt overigens nog wel als een instrument welke met handen en mond wordt bespeeld en de achtergrondzangeressen in het refrein maken het nummer af. Een heerlijk zomers geluid als je het mij vraagt. Op de andere kant staat de instrumentale versie.

* Chris Bartley- I'll Take The Blame (US, Buddah, 1969)
Verrek! Het komt keer op keer weer uit. Ik heb nog niet op het label gelet als ik de plaat opzet. De fraaie melodie en de fijne productie vallen me meteen op en geven me zelfs een klein laagje kippenvel. Dan kijk je op het label en wat blijkt? Van McCoy in de rol van medeschrijver en producent. Zijn 'Baby It's Wonderful' op het Vando-label neigt al naar een lichtvoetige Motown-variatie, hier zou ik zomaar Smokey & The Miracles kunnen voorstellen. McCoy is ook present op 'Baby I'm Yours' en dat is een nieuwe versie van de Barbara Lewis-hit. Het haalt het echter niet bij de magie van 'I'll Take The Blame'.

* The Carltons- Hey Mr. Lonesome (US, Argo, 1964)
Qua stijl doet dit meteen een stuk ouder aan, maar het is het arrangement dat hier wint voor mij. Het is een fraaie ballade met een zanggroep met wortels in de doowop. Het is een productie uit Chicago en waar Philadelphia suikerzoet zou zijn geweest, daar houdt de productie het hier nét rauw genoeg om zich te onderscheiden van de rest. Op de keerzijde staat 'Easy Livin' en dat is helemaal een 'vocal group'-feestje met zang die een beetje 'over the top' is. Eigenlijk best wel een 'double-sider' waar ik voorlopig nog even niet kan kiezen. Het ingetogen 'Hey Mr. Lonesome' is fraai maar 'Easy Livin' heeft weer dat ietwat maniakale.

* Charmells- Sea Shell (US, Volt, 1968)
Een charmant groepje dames dat slechts twee plaatjes aflevert voor het Volt-label in 1968. 'Sea Shell' is fraaie midtempo, ietwat 'moody' en erg sfeerrijk. Het had zoveel mooier kunnen zijn als de plaat op vinyl was geperst maar helaas... we moeten roeien met de riemen die we hebben en dat betekent styreen en een wat doffe opname. De eerste eigenaar (m/v) heeft echter een sticker geplakt op het label van de andere kant. '72' staat op de sticker. 'Lovin' Feeling' is een vrouwelijke versie van 'You've Lost That Lovin' Feelin'  van The Righteous Brothers en dat doen ze eigenlijk best goed. Ook weer een 'double-sider'. Het kan niet op?

* The Debanairs- Feel All Right (US, W-BS, 1967)
Er zijn in de jaren zestig verschillende groepen die zich The Debonairs willen noemen. Ze onderscheiden zichzelf door de naam net iets anders te spellen. Zo hebben we The Debonaires uit Detroit waar ik reeds twee singles van heb. 'Please Come Back Baby' van The Debonairs staat niet voor niets op de verzamel-cd 'For Millionaires Only 3' op het Goldmine-label. Deze plaat is een knaller en zeer gezocht door de Northern Soul-fans. Het resultaat is dat een plaat onbetaalbaar is als die al eens opduikt. Voorts hebben we hier The Debanairs. Er is niets over hen bekend, alleen dat het deze single in 1967 heeft gemaakt. Het is een lekkere stormer met zangeressen in de frontlinie, het heeft ergens iets garagerock-achtigs vooral in de gitaarsolo. Een zeer fijn plaatje! Ik zie nu dat de muziek afkomstig is van een band genaamd 7 Days & A Knight. The Debanairs is dus een meidengroep? Ook 'Everything I Need' klinkt garage-achtig maar nu kan de zang me niet bekoren. Het riekt een beetje naar The Shirelles uit de late jaren vijftig.

dinsdag 20 juni 2023

Beeld uit het verleden: 17 juni 2015


Omdat ik verwacht dat ik alle zendingen wel voor het weekend moet hebben en de singles samen een volledige show in beslag gaan nemen, zal de Week Spot uit één van de pakketten moeten komen. In het uiterste begin van de Week Spot wil ik nog wel eens een single doen die ik nog niet heb ('I'll Be There' van The Gems is daar eentje van), maar tegenwoordig wacht ik liever even. Ik neem aan dat morgen in ieder geval een pakket moet komen en dan zal ik daar de Week Spot uit kiezen. Ondertussen lig ik nog altijd een bericht achterop schema en dus kijk ik voor de lol even in mijn foto-archief. Ik ben snel klaar vanavond! Een van de allereerste foto's in dat archief is eentje die ik in eerste instantie ben vergeten. Het is eind 2020 als ik even van plan ben mijn Facebook-account op te heffen en begin met het verwijderen van de foto's. In juni 2015 heb ik weliswaar mijn camera al bijna een half jaar, toch gaat die niet altijd mee tijdens fietstochten. Ditmaal dus wel. Dan zit ik nog even te twijfelen welke fiets het moet zijn geweest? Ik vermoed de 'tijdelijke' fiets die me vanaf Goede Vrijdag 2015 een paar weken 'mobiel' houdt. Omdat ik het niet kan laten, gaan we vanavond wederom even terug in de tijd.

Hoewel het origineel van The Valentine Brothers is, kennen we het nummer het beste in de uitvoering van Simply Red. 'Money Is Too Tight To Mention'. Het is van toepassing op deze weken in 2015. Tot overmaat van ramp is mijn fiets stuk gegaan op een moment dat ik me geen betere kan veroorloven. Opknappen is ook geen optie. Ik vind voor een paar tientjes eentje op Marktplaats. Hij staat echter in Hoogeveen. Met de trein er naartoe en terug met de fiets in de trein naar Meppel. Ik moet die middag weer aan het werk. Onderweg naar huis in Nijeveen merk ik al wel dat ik niet de meest dynamische fiets heb gekocht. Hij fietst zwaar en er zit een slag in het achterwiel. Het is plat gezegd een afschuwelijke tijd hoewel de muziek me er doorheen sleept. Na een paar weken kan ik me zelfs weer een paar singles permitteren en dat is driedubbel genieten! De fiets is echter geen hit. Ik denk dat 17 juni één van de laatste 'grote' ritten is geweest op dit stalen ros. Een week later fiets ik ook een blokje om en ben in de buurt van Havelte als ik merk dat de achterband lek is. Ik heb écht geen cent te besteden en weet dat er een nieuwe binnen- en buitenband omheen moet. Is de fiets dat waard? Nee. Daar hoef ik niet lang over na te denken. Ik doe boodschapjes in Havelte en fiets zo goed en kwaad als het wil richting Nijeveen. Tussen Eursinge en Veendijk loopt de band van de velg en is het gedaan met de pret. Ik zet de fiets tegen een boom en loop verder naar Nijeveen. De fiets heeft overigens nog wel een week daar gestaan.

De 'nieuwe' fiets is een buitenkansje en vast ook geen zuivere koffie. Toch is het opvallend dat beide sleutels bij de fiets zitten. Hier zal ik zoveel plezier van hebben dat ik stiekem wel eens eraan zit te denken om deze ook weer eens in de spieren te helpen. Ook hier moet ketting en tandwielen worden vervangen en ik denk dat de banden na zeven jaar stilstand ook wel zijn uitgedroogd. Eerst nog even terug naar 17 juni 2015. Ik ben even ervoor gestopt met roken. Ofwel: Ik damp er dan op los en heb trouwens ook geen geld voor shag. De vakantie zal me terug aan de sigaren brengen. Omdat het niet wil vlotten met een contract bij het postbedrijf droom ik in die tijd dat ik van de gemeente vast wel professioneel radio-uitzendingen mag maken. Ik heb het overigens nooit gevraagd omdat ik het antwoord niet wil horen. Nul centen te besteden, elektronische sigaret in de binnenzak en op een oud lijk van een fiets ga ik een flinke bocht om. Ik kijk bij een kringloop in Vollenhove maar gelukkig zijn daar geen platen. Daar heb ik immers geen geld voor. De fietstocht gaat verder door de Wieden en zo kom ik bij de molen Sint Jansklooster binnen fietsen. Ik heb de camera ook eens meegenomen en schiet dus bijgaand plaatje.

Honderd achteruit: Strawbs


Gedurende het kleine beetje onweer dat we hebben gehad, zit ik met de koptelefoon op de radioshow te doen. Halverwege de 'Listen Very Carefully' schenk ik koffie in en hoor dan wat gebulder buiten. Toch heb ik geen weerlicht gemerkt of iets dergelijks en denk ik dat het onweer weer aan ons voorbij is gegleden. Een vriend in Facebook is dol op onweer (hij liever dan ik!) en laat ook weten danig teleurgesteld te zijn in de belofte van zwaar onweer. Ik zie net dat donderdagmiddag nog flink wat regen wordt verwacht en dat 23 graden op vrijdag het 'koudste' is de komende week. Geen reden om een lange broek aan te trekken? Ik heb vandaag wel drie keer mijn brievenbus gecheckt want, o, het hart klopt vol verlangen. Helaas is nog niets binnen gekomen. Naast de eerder genoemde zendingen is nóg een Nederlands pakket op de post gegaan met onder andere de upgrade van Powaka. Deze moet morgen of donderdag komen. Dan ga ik nu maar verder met de 'Honderd achteruit'. De nummer 40 is Tina Turner en die heb ik een paar weken geleden gehad. Op 41 vinden we Strawbs en hun 'The Man Who Called Himself Jesus' uit 1968.

Elpees hebben nooit meegedaan in de collectie. Omdat ik 'fan' ben van The Moody Blues en dat in de jaren zeventig vooral een elpeegroep is, ben ik in de jaren negentig van de vorige eeuw nog altijd op zoek naar langspeelplaten. Inmiddels lijk ik een soort van 'angst' te hebben gecreëerd. Ik sla diverse kwaliteitsalbums over op vinyl en stel mezelf tevreden met een enkel nummer van het album op vinylsingle. Ik heb het verschillende keren geprobeerd. Met name in de gospel-hobby heb ik een lijstje met nummers die ik graag op vinyl zou willen hebben, maar... dan zal ik toch een elpee moeten aanschaffen. Vooralsnog blijft het op 7" en 45 toeren. In de zomer van 1994 of 1995 vind ik bij de kringloopwinkel in Sneek het eerste A&M-album van Strawbs. Het album begint met 'The Man Who Called Himself Jesus' en dat is al snel de 'single' voor mij, niet wetende dat het ooit ook als single is uitgebracht. Dat laatste zie ik als ik in 1997 de 'Rare Record Price Guide' aanschaf. De single ben ik ongeveer een jaar geleden tegengekomen in Zwolle. Hoewel de single uit de partij is uit Zuid Afrika blijkt dit toch gewoon de reguliere Engelse persing te zijn.

Buiten een pauze van drie jaar tussen 1980 en 1983 is The Strawbs al sinds 1964 onderweg. Dave Cousins is daarbij het enige lid dat steeds opduikt. Net als Fairport Convention wisselt de band vaker van leden dan van sokken. De groep start als de Strawberry Hill Boys in Londen en de groep produceert dan bluegrass. In 1967 wil de groep de naam projecteren op het podium tijdens een optreden maar Strawberry Hill Boys blijkt té lang te zijn. Het wordt ingekort tot Strawbs en de rest is geschiedenis. Drie Strawbs (Cousins, Tony Hooper en Ron Chesterman) maken in 1967 opnames met de veelbelovende zangeres Sandy Denny. Het album wordt niet uitgebracht in Denemarken en ze kunnen ook geen platenmaatschappij vinden in Engeland die het kleinood wil uitbrengen. Nadat Sandy Denny een sterstatus heeft behaald middels Fairport Convention verschijnt het album alsnog in Engeland: 'All Our Own Work' op het Hallmark-label. Strawbs is in 1968 de eerste Britse band welke een contract tekent bij A&M en 'Oh, How She Changed' is de eerste single van de groep. 'The Man Who Called Himself Jesus' de tweede, maar ze doen niets op de hitparade. Het titelloze debuut op A&M ontvangt positieve reacties en de band is populair in het 'live'-circuit.

We vergeten gemakshalve de 'sampler' welke in een oplage van 99 stuks wordt verspreid. Het tweede officiële album is 'Dragonfly' en ook dat is nog altijd erg folky. Dan wordt Rick Wakeman aan de bezetting toegevoegd en ontstaat meteen een progressief geluid. Het is Wakeman's eerste echte band. Tot voor kort was hij studiomuzikant en onder andere bekend van zijn werk op 'Space Oddity' van David Bowie. Strawbs zit in een ontwikkeling en dat geldt ook zeker voor Wakeman. Volgens eigen zeggen zijn de persoonlijke aspiraties niet meer te verenigen en Wakeman verruild in 1972 de band voor Yes. Strawbs gaat intussen de kant op van de stevige rock en dit resulteert in de meest succesvolle elpee: 'Bursting At The Seams'. Zowel het album als de single 'Part Of The Union' bereiken een tweede plek in de Engelse Top 50  en ook 'Lay Down' krijgt een soort van cultstatus. Er volgt een intensieve tournee en dat wordt teveel voor de heren Richard Hudson en John Ford. Zij gaan samen verder als Hudson-Ford en maken in de late jaren zeventig de punk-novelty-single 'Nice Legs (Shame About The Face)' als The Monks. Wakeman's opvolger Blue Weaver (ex-Amen Corner) blijft ook niet lang en gaat via de Bee Gees naar Mott The Hoople.

In 1974 loopt het contract met A&M af en kan de band terecht op het Oyster-label van Deep Purple. De hitparade is niet langer het territorium van de groep en na nog vele bezettingswisselingen valt de groep in 1980 uiteen. In 1983 heeft Rick Wakeman een eigen tv-show en hij stelt een reünie voor. Dat resulteert meteen in optredens en is Strawbs terug als band. Rond 2000 gaat de band zich toeleggen op een akoestisch geluid en sinds 2007 zijn er twee Strawbs actief: Eentje is een trio en uitsluitend akoestisch, de andere is de klassieke bezetting van 1974 met een versterkt geluid. Op 26 februari 2021 is het meest recente album van Strawbs verschenen: 'Settlement'.

Dave Cousins is zwaar onderschat als het aankomt op het schrijven van liedjes. 'The Man Who Called Himself Jesus' is her en der ietwat absurd en soms ook niet helemaal serieus en het eindigt met een wonder. Het 'interview' in het intro van de elpee ontbreekt op de single en ook de leadgitaar lijkt opnieuw te zijn ingespeeld.

maandag 19 juni 2023

Van het concert des levens: 2010


Hoewel alles nog onder controle is, wil ik vandaag toch nog een tweede bericht publiceren. Wat zullen we eens gaan doen? Doorgaan met 'Honderd achteruit'? Ik heb onlangs nog 'Beeld uit het verleden' gedaan en dat mag gerust worden gerekend tot een soort van 'bonus'. 'Van het concert des levens' is in de laatste maanden gereduceerd tot één bericht per maand en vaak in de eerste dagen van de betreffende maand. Ik kan nog altijd ruim een jaar vooruit met de serie en dus kan het geen kwaad om in juni nog maar een aflevering te doen. Voor het fotomodel kijk ik weer in de eindejaarslijst van de Top 40 in 2010. Er zijn meteen een aantal titels die me te binnen schieten en deze staan inderdaad in de Top 100. Eliza Doolittle ben ik een beetje vergeten en toch vond ik het destijds een erg leuk plaatje. Ook qua titel lijkt het best van toepassing te zijn op 2010 hoewel ik er niet een betekenis in kan vinden. Duidelijk is wel dat ik in 2010 allesbehalve bezig ben met de populaire popmuziek want het gros van de Top 100 zegt me helemaal niets. Ik ga terug naar een jaar met een zekere positieve dynamiek. Een 'vrij' jaar met een duidelijke ontwikkeling.

Waar ik in voorgaande jaren mijn oud en nieuw doorbreng in de kroeg of bij vrienden, daar blijf ik met deze oud en nieuw thuis. Ik zal 's middags plaatjes draaien in mijn stamkroeg in Steenwijk en dus ben ik nog druk met plaatjes klaar zoeken en voldoende slaap te pakken voor het optreden. Plaatjes draaien is mijn lust en mijn leven en dus mis ik de horeca niet op deze avond. Het is een groot succes, ook al is het ontvangen van mijn verdiende geld zoals altijd bij dit café een drama op zichzelf. Als 2010 eenmaal gaat rollen, zakt het enthousiasme alweer. Vader krijgt een week na de operatie te horen dat ze hun best hebben gedaan om het meest acute probleem te verhelpen. De kanker heeft echter bezit genomen van zijn lymfklier en er is weinig meer dat ze kunnen doen. Een operatie gaat té zwaar worden voor een man in de zeventig met al diverse andere kwaaltjes. Het is, plat gezegd, wachten op het einde. Er overlijdt iemand in de familie en mijn vader is te zwak om mee te gaan naar de begrafenis. Ik heb aangeboden om deze tijd bij 'heit' door te brengen. Het is minder zwaar dan dat ik had verwacht. Eenmaal thuis in Steenwijk slaan de depressieve gevoelens weer toe. Ik mag nu dan zijn verlost van de alcohol maar ik ben er nog steeds niet achter wat me heeft aangezet tot de destructieve levensstijl van de voorliggende jaren. Ik probeer opnieuw toegang te krijgen tot de psychiatrische afdeling maar ik word afgewezen. De reden? In de rapportage omtrent mijn ongeluk in september staat vermeld dat sporen van alcohol in mijn bloed zou zijn gevonden. Er is echter geen bloed afgenomen en de conclusie is getrokken naar aanleiding van het gebroken flesje met bloesemremedie. Van een vriendin krijg ik een paar gympen van haar zoon, die dezelfde grote voeten heeft, en ik probeer een beetje te hardlopen, maar dat is geen blijvertje. De bedrijfsarts suggereert dat ik wellicht eerst kan beginnen met drie dagen in de week twee uren per dag te werken. Ik ga daarmee akkoord en begin eind februari 2010 op maandag, woensdag en vrijdag tussen half acht en half tien op een inpakafdeling.

De sfeer op deze afdeling wordt bepaald door een getraumatiseerde ex-militair die in Afghanistan heeft gezeten. Hij loopt zijn frustratie te botvieren op iedereen op de afdeling die niet roomwit is en daar kan ik niet tegen. Het afdelingshoofd weet dat zijn betrekking in april afloopt en wil niets meer doen om de afdeling te veranderen. Ik laat de bedrijfsarts weten dat ik er nog niet klaar voor ben en zo ben ik weer een half jaar 'vrij'. Het is gedurende de tijd van dit werk dat ik besluit weer een muzikaal weblog te beginnen. Ik heb een paar maanden eerder een soort van 'proef' gehad met een andersoortig blog op dit adres en besluit in maart 2010 de boel om te gooien naar Soul-xotica. Ik wil het vooral over oude muziek hebben en meer specifiek singles. In april 2010 bezoek ik twee concerten maar maak er nauwelijks melding van op Soul-xotica omdat het muzikaal 'niet past'. Hoewel? Ik heb nog wel geschreven over A Silver Mt. Zion in Groningen, nog altijd mijn meest favoriete concert dat ik door de jaren heen heb meegemaakt. De Tyros heb ik in april laten renoveren, deze stond al vanaf september in de schuur. Binnen Steenwijk kan ik het meeste wel lopen maar als de fiets het weer doet, kunnen we verder kijken dan de gemeentegrenzen. Als eerste staat de NAP hoog op het verlanglijstje. Dat moest dit jaar mijn vakantie worden. Om alvast een beetje te trainen fiets ik in juni het noordelijke deel: Van Havelte naar Nieuweschans. Hoewel ik de laatste plaats nooit heb bereikt want ik ben bij Wedde weer terug gefietst naar Steenwijk. In juli ga ik op een vrijdag op de fiets naar Zwolle voor een flinke partij platen. Hoewel ik dan nog niet veel doe met de 'Singles round-up' heb ik deze dag wel goed beschreven op Soul-xotica. Een maand later heb ik de fietsvakantie der fietsvakanties.

Uit en thuis met de fiets. Eerst de NAP tot voorbij Breda, vervolgens over Roosendaal en Antwerpen naar Waasmunster en na een paar dagen over Antwerpen terug naar Bergen Op Zoom. Vervolgens de Schelde-Rijn-route naar Venlo, de Maasroute naar Lobith en tenslotte de Hanzeroute tot Zwolle. Vervolgens over Hasselt en Zwartsluis weer naar Steenwijk. Ik ben twee weken onderweg geweest. Ruim een maand later word ik verwacht bij het UWV in Zwolle. De arts beoordeelt dat ik wel weer aan het werk kan en eerlijk gezegd deel ik zijn mening. Er hangt iets in de lucht. Uit het UWV vandaan ga ik Zwolle in, maar al snel verplaatst mijn interesse van platen naar iets anders... Ik koop die dag een wereld aan rokjes, leggings, topjes en zelfs een jurk. Die avond ga ik naar het bos voor een lange wandeling in een aantal van deze kledingstukken. Kort daarop maak ik kennis met mijn nieuwe psychologe. Ze is weliswaar helemaal afgestudeerd en gediplomeerd, maar volgt nu een extra specialistische studie waarvoor ze een paar maanden stage loopt in Steenwijk. Ze laat er geen gras over groeien: Ze wil iets met me bereiken in deze periode. Ik stel genoeg vragen die vragen om een psychologisch zelfonderzoek. Daarbij komt ook het verlangen om als man in vrouwenkleding de straat op te gaan en... daar ben ik al een paar weken mee bezig. Vervelende reacties? Die glijden van me af. Positieve reacties? Teveel om op te noemen. Vrienden en vooral vriendinnen accepteren het helemaal.

In aanloop tot werkhervatting vang ik op dat de sociale werkvoorziening op zoek is naar postbodes voor de nieuwe postafdeling. Verrek! Wilde ik niet altijd heel stiekem postbode worden? Toch kom ik er niet zomaar voor in aanmerking, ik moet eerst een paar weken meedraaien op de productieafdeling om mijn betrouwbaarheid te toetsen. Ik werk inmiddels halve dagen en dat bevalt me wel. Ik merk dat ik méér rust nodig heb sinds de hersenschudding en met halve dagen weet ik dit te pakken. Dan begint het touwtrekken over de uren maar vooralsnog merk ik dat financieel niet. Ik kan regelmatig elpees kopen, naar een concert gaan en tonnen dameskleding kopen. Uit het werk even rusten en dan omkleden en in rok door de stad of naar het bos. De psychologe laat weten dat ze ook graag met mijn ouders wil praten. Moeder is meteen enthousiast en ze belt tot twee keer toe ruim een uur met moeder. Vader 'scharrelt' een beetje door. Hij wil met ons allen apart uit eten en mijn 'date' met vader is in november. Het is een ietwat bizarre avond. In december word ik dan toch geschikt bevonden om aan de slag te gaan in de post. Ik moet een dag mee lopen met een collega maar die heeft zijn oordeel al snel klaar: Gerrit kan wel alleen op pad met een tas post! Mijn eerste solistische bezorgdag is op een dag met ijzel in een ecologische wijk waar niet wordt gestrooid. En bedankt! Toch kom ik er al snel achter dat mijn roeping ligt in de posterijen en zo kan ik stellen dat 2010 voor een flinke ommekeer heeft gezorgd.

Het zilveren goud: 1998 deel VI


Er is aardig wat achterstand ontstaan gedurende het weekend maar alles is nog altijd onder controle. Ik verwacht nog een aantal singles vanuit Engeland en de partij van Mark is onderweg. Bovendien ga ik later vanavond nog even kijken op Discogs want ik wil wel investeren in een upgrade van de Powaka-single. Ik probeer 'Het zilveren goud' rond de zeventiende te doen. Afgelopen zaterdag was het namelijk 34 jaar geleden dat de collectie is gestart. Ik heb dan al dertig singles maar vanaf dat moment besluit ik stiekem uit te breiden. Het resultaat is inmiddels zichtbaar? Er zijn bepaalde herinneringen aan de begintijd in Mossley ietwat naar de achtergrond verdwenen en het is dan erg verrassend als je opeens met zo'n herinnering wordt geconfronteerd. Ik geloof dat de schuld bij Miley Cyrus moet liggen. Dat linkt gemakkelijk naar Billy Ray Cyrus. Tijdens het uitsorteren van de kleding kom ik een Billy Ray Cyrus-shirt tegen en met het oog op de komende hoedown denk ik dat deze wel in de etalage kan hangen. De hoedown? Verrek... dat was ik tot afgelopen week helemaal vergeten. Tijd om de partner bij de hand te pakken en terug te dansen naar juni 1998.

Tijdens het kampeerweekend met Het Bolwerk in afgelopen november komen we op zaterdagavond per ongeluk terecht op een linedance-avond in Vledder. Méér country is het nooit geworden bij mij. Hoewel? We hebben de hoedown immers ook nog! In Engeland hoef je niet de deurbel uit te zetten om collectes te vermijden. Ieder goed doel heeft een manier om aan geld te komen anders dan bedelen. De meeste hebben een winkeltje. Meestal in tweedehands spul, hoewel Oxfam en een paar andere ook nieuwe artikelen verkopen. Emmaus is zo'n 'charity' dat tweedehands goederen verkoopt. Uit de opbrengst wordt onze kost en inwoning betaald en de rest gaat naar andere goede doelen. Nu staan we op het punt om Longlands Mill flink onder handen te nemen en nieuwe kamers te realiseren. Ik denk dat het idee voor een hoedown bij Ann vandaan komt. Toen ik afgelopen week aan de hoedown moest denken, kwam Ann ook meteen om het hoekje. Ik herinner me opeens haar achternaam ook weer en dus ga ik straks eens kijken of ze op Facebook aanwezig is.

Ann is bestuurslid van onze stichting. Sommige bestuursleden komen nogal kil over naar ons toe. Richard is de voorzitter en hij is kind aan huis. Hem kennen we dus wel! Als een vergadering plaats vindt op de Mill wandelen de meeste binnen zonder wat te zeggen. Opeens gaat de deur open en gaat de zon héél fel schijnen, ook al is het de rest van de dag grijs geweest. Vaak even een lichte aanraking en dan 'Hoe gaat het met Gerrit?'. Ze is het enige bestuurslid dat ons allemaal bij naam kent. (Overigens heb ik net even gekeken op Facebook en weet ik niet meer of het Thorne of Thorn was en van beide zijn er tientallen). Het is altijd een feestje als Ann langskomt! Ze is van heel eenvoudige komaf. Bij hun huwelijksjubileum heb ik een foto gezien van de jonge Ann en... wow... daar valt ons de mond van open. Ze is getrouwd met een deurwaarder en is op deze manier een paar klassen opgeschoven. Van een eenvoudige verpleegster is ze nu zelf ook deurwaarder geworden. Als bij ons over de vloer komt, is ze weer een en al verpleegster. Niet om ons te verplegen, maar veel menselijker dan een deurwaarder.

Norah, onze administratieve hulp, leert me intussen wat een hoedown precies inhoudt want hier heb ik weinig kaas van gegeten. Norah heb ik al jaren geleden eens gevonden op Facebook. Het is jaren vóór corona en 'wappie' als zij al helemaal wappie is. De hoedown is een groot succes in mijn herinnering. Er zijn redelijk wat kaartjes verkocht en ook de verloting brengt extra geld in het laatje. Van de Emmaus zélf is niemand aanwezig. Duitser Hans en ik gaan samen, de enige keer dat we een gezellige avond hebben gehad. Het hoogtepunt is voor mij de dans die ik met Ann heb gehad. Ik parkeer wel meer dan eens mijn maat 48 op haar miniatuurvoetjes maar het is een dans die ik me vijfentwintig jaar later nog altijd kan heugen.

Wellicht dat jullie ook nog altijd met de vraag zitten: Wat is een hoedown? Welnu, het is een dansavond met meer de folky kant van de countrymuziek. Er staat iemand op het podium en deze geeft aanwijzingen aan het publiek hoe te dansen. Het is best grappig voor een keer maar duidelijk niet mijn 'scene'. 'Take your partner by the hand' keert regelmatig terug, vandaar de verwijzing in het intro.

3111 Always - Bon Jovi (UK, Mercury, 1994)
3112 No More Mr. Nice Guy - Alice Cooper (UK, Warner Bros., 1973)
3113 Brother Love's Travelling Salvation Show - Neil Diamond (UK, Uni, 1970)
3114 Girls Talk - Dave Edmunds (UK, Swan Song, 1979)
3115 Hole Hearted - Extreme (UK, A&M, 1990)
3116 This Is A Call - Foo Fighters (UK, Capitol, 1995)

Extreme heb ik té snel gepakt want dit hoort de Engelse persing te zijn. Het heeft evenwel dezelfde afbeelding op de fotohoes, alleen nog een extra sticker en de hoes is van karton. Bon Jovi en Foo Fighters zijn gemaakt voor vinyljukeboxen. Foo Fighters is een 'black label'. Neil Diamond heb ik gekocht voor 'Sweet Caroline' dat op de b-kant staat maar 'Brother Love' is de officiële a-kant in Engeland. Bij Dave Edmunds twijfel ik of deze niet gewoon in Nederland is gekocht. Het oude (en totaal niet passende) EMI-hoesje is sowieso veel later erbij gekomen. Ik zou de singles in mei 1998 hebben gekocht in Ashton-under-Lyne. Ook de komende maanden blijven we nog even in deze partij hangen.

zondag 18 juni 2023

Singles round-up: juni 6


Project mailing juni 2023 zit er weer op! Tot volgende maand? Ruim een maand geleden heb ik al een paar dagen in Meppel geholpen bij de verspreiding van gemeentelijke post. Dan met een uitnodiging voor een eerste voorlichtingsbijeenkomst. Het schijnt dat de gemeente het nu maandelijks wil doen. Was het in mei nog een brief in een envelop, nu hebben ze gekozen voor een nieuwsbrief op A4-formaat. De kans is aanwezig dat dit een vast uitstapje naar Meppel gaat worden? Ik ben deze week de hele week in Meppel. Gisteren was ik om half vier klaar met de post en fiets even door de stad. Het voornaamste doel hiervan is dat ik een paar 'neutrale' t-shirts wil hebben en daarvoor bij Scapino wil kijken. Als ik dan toch op het Prinsenplein ben? Ik zeg mezelf toe dat ik het niet té gek mag maken. Ook al zou ik het gek willen doen, dan kan het nog steeds niet.  De platenman heeft flink opgeruimd qua singles want er zijn nog maar vier bakjes over. Daar haal ik de volgende elf uit. Elf? Ja, er zitten nogal wat dubbel en upgrades bij en dus durf ik het wel aan om ze in één bericht te stoppen.

* Bee Gees- Love You Inside Out (UK, RSO, 1979)
Ik heb de Nederlandse al sinds 1990 in mijn collectie. Het is het soort plaat van de gebroeders Gibb welke steevast wordt vergeten door de massa, maar zelf vind ik alles in deze plaat wat ik graag van de Bee Gees zou willen horen. De Engelse persing maakt dat de plaat mee mag zodat ik hem zelf ook niet vergeet te draaien.

* Chicago- Wishing You Were Here (NL, CBS, 1977)
De hoes heeft de neiging om zichzelf te promoveren tot klaphoes en even wil ik hem hierom afkeuren. Blij dat ik het niet heb gedaan want dit is één van de weinige ontbrekende singles van Chicago in mijn collectie. Het vinyl heeft het wonderwel goed overleefd. Ik ben eerlijk gezegd vergeten hoe mooi deze plaat eigenlijk is en dus ben ik superblij verrast met deze single.

* China Crisis- Tragedy & Mystery (UK, Virgin, 1983)
Laat me meteen met de deur in huis vallen: Ik heb het niet zo op picture discs. Ze zullen ongetwijfeld fraai zijn voor aan de wand, maar voor luistergenot kies ik nu eenmaal voor zwart onbewerkt vinyl. Of het moet écht niet anders kunnen? Ik geef de schuld aan een lichte zonnesteek dat ik toch ben thuis gekomen met zo'n 'fotoplaat'. Ik twijfel sterk bij de titel maar eigenlijk weet ik wel dat ik de 'gewone' zwarte uitvoering vorig jaar september op dit adres heb gekocht. Enfin, dit had dus niet gehoeven.

* Goldie- Making Up Again (Duitsland, Bronze, 1978)
In 1995 meen ik dat ik de single heb gevonden bij de kringloopwinkel in Sneek, maar bij thuiskomst blijkt 'Don't Look Back' van Boston in het hoesje te zitten. Sindsdien ben ik steeds 'vergeten' om de plaat te kopen. Op vrijdagavonden ben ik terug gegaan naar het 'Summer Spirit'-concept van een paar jaar geleden en ik zit momenteel midden in de zomer van 1978. Daar komt ook deze van Goldie voorbij en nu eens de daad bij het woord gevoegd.

* Manfred Mann- EP Ha! Ha! Said The Clown (Frankrijk, Fontana, 1967)
Helaas zonder het kleurrijke fotohoesje maar daar is de prijs naar. Ik denk ook niet dat ik heel veel meer zou hebben betaald voor het schijfje mét de hoes. Ik bedoel... 'Ha! Ha! Said The Clown' heb ik al duizend keer en de overige nummers kunnen me op voorhand niet echt boeien. Leuk voor erbij!

* Powaka- Visions Of A Little Boy (NL, CNR, 1973)
Sorry, het was niet de bedoeling om zijn lunch en andere proviand in de zaak op te eisen. De verkoper kijkt me verbaasd aan als ik een frikandel speciaal bestel, maar desondanks gaat hij in de keuken voor me aan de slag. Ik betaal immers handje contantje en ik voel de losse rijksdaalder in mijn broekzak branden. Ik loop naar de welbekende Club 2000-automaat in de hoek van de winkel en werp de rijksdaalder in de gleuf. De eerste drie rondjes is het helemaal niks. Dan opeens zestien punten en kan ik voor het kop/munt-spel gaan om te verdubbelen. Zou het me lukken om van 16 bijvoorbeeld 64 te krijgen? Of 128? De geur van de frituur drijft me tegemoet. Helaas de 16 sneuvelt al bij 32. Nog een paar rondjes niks en dan begint het apparaat helemaal op te lichten. Wat? Heb ik binnen een rijksdaalder de 200 te pakken? Ofwel... ik krijg weer flashbacks naar de snackbar in de jaren negentig. Reden hiervoor is 'Aum Mani Padme Aum' van Powaka op het Nederlandse CNR-label. Wat zou dit zijn? Later zie ik dat 'Visions' de a-kant is. Dat is de eerste gok en, nee, daar word ik niet blij van. De b-kant echter... Dat is hele snelle latin en dat bevalt me wel zeker vanwege de ietwat zompige groove. Vooruit! Ik gooi hem in de Blauwe Bak!

* Roxy Music- Angel Eyes (NL, Polydor, 1979)
Heb ik deze of niet? De fotohoes komt me niet bekend voor en dus kaap ik hem mee. Ik blijk de Engelse persing te hebben en dus is de Nederladnse ook welkom. Hij is dus 'dubbel'.

* Bobby Rydell- Forget Him (NL, Campeo Parkway, 1963)
De winter van 1963 kunnen we wel voor de geest halen, ook al heb ik hem persoonlijk niet meegemaakt. Hoe zit het dan met de zomer van 1963? Blijkbaar is 'Forget Him' dan dé hit want de eigenaar (m/v) heeft 'vakantie 1963' op het label geschreven. Blijkbaar heeft hij of zij nog geen afscheid kunnen nemen van de winter want er is flink over de plaat geschaatst, maar hee... het fotohoesje pakken ze me niet meer af!

* Sandie Shaw- Girl Don't Come (NL, Pye, 1964)
De uitbater staat buiten te roken maar komt de winkel binnen gesneld als ik deze in de handen hou. De 'Ooooh....' blijft een minuut hangen. Natuurlijk heb ik deze al, maar... niet met de fraaie envelop-hoes. En een fotootje van Sandie maakt me altijd blij!

* Spooky Tooth- I Am The Walrus (NL, Island, 1970)
Mijn oude exemplaar is tot op de draad versleten en voor twee euro wil ik dit vandaag wel oplossen.

* Jo Stafford- Thank You For Calling (NL, Philips, 1957)
Tot slot deze gouwe ouwe van Jo Stafford. Hij heeft meerdere singles liggen uit de late jaren vijftig en best leuke titels. Alleen lijkt het alsof het merendeel niet meer te draaien is. Deze van Jo Stafford heeft de tand des tijds doorstaan. Dan heb ik het uiteraard over het vinyl en niet over de muziek. Uit de goede oude tijd dat je nog een telefoon kon verwarren met een fietsbel.

donderdag 15 juni 2023

Honderd achteruit: Love Affair


Normaal gesproken maak ik 'Rewind Chart' en 'Afterglow' op dit tijdstip. Eerder vanavond heb ik besloten het aan me voorbij te laten gaan. Ik ga morgen weer aan de slag in Meppel en dat zal wederom een dag in de hitte zijn. Een beetje fatsoenlijke nachtrust kan daarbij helpen en ik kan nu eenmaal niet direct na een show gaan slapen. Het stelt me wel in de gelegenheid om op zijn minst een bericht op Soul-xotica te plaatsen. Vandaag kom ik weer op schema voor wat betreft 'Honderd achteruit' want vanavond is het tijd voor de nummer 39. De nummer 40 is Tina Turner en deze heb ik een paar weken geleden al gedaan. Op 39 in de Gele Bak Top 100 van vorig jaar vinden we een single van Love Affair. Eigenlijk het de Zuid Afrikaanse persing maar deze heeft geen fotohoes en ook aan het label is weinig te zien. Ik kies als illustratie dus voor de Nederlandse fotohoes. Het onderwerp is 'A Day Without Love' van Love Affair uit de zomer van 1968.

De verhalen zijn legio over bands en artiesten die van de platenmaatschappij niet hun 'eigen' muziek mogen maken maar precies in het keurslijf moeten mee lopen. Love Affair kan erover mee praten. De band wordt in 1966 geformeerd in Londen. Mick Jagger en Keith Richards schrijven de a-kant van de eerste single maar dat is geen garantie voor succes. 'She Smiled Sweetly' wordt in februari 1967 door Decca op de markt gebracht maar flopt genadeloos. Later in hetzelfde jaar krijgt de band een contract bij CBS. Een paar maanden eerder heeft Robert Knight een Amerikaanse hit gehad met 'Everlasting Love'. Iemand bij de Engelse CBS ziet het wel zitten om het uit te brengen en The Marmalade wordt als eerste benaderd. Deze wimpelt het af en zo komt het nummer terecht bij Love Affair. Muff Winwood van The Spencer Davis Group (en Stevie's broer) produceert de oorspronkelijke 'Everlasting Love' maar CBS vindt het niet 'mainstream' genoeg en schakelt Keith Mansfield in. Deze komt met een nieuw arrangement met achtergrondzangeressen. Het komt erop neer dat van de Love Affair-leden alleen Steve Ellis naar de studio hoeft te komen. Het dameskoor bestaat onder andere uit Kiki Dee, Madeline Bell en Lesley Duncan. Ex-Tornados-drummer Clem Cattini is één van de overige muzikanten. CBS mag een keuze maken tussen de nieuwe en de oude opname en de rest is geschiedenis. Alleen Ellis doet mee op de Engelse nummer 1-hit.

Op de b-kant van de single staat een cover van Philip Goodhand-Tait die vervolgens zijn diensten aanbiedt bij het management van Love Affair. Hij zal de volgende hits schrijven waarbij hij met 'A Day Without Love' een extra obstakel moet nemen. Het nummer moet klinken als 'Everlasting Love' zonder dat het 'Everlasting Love' is. Hoewel de singles in Engeland allemaal de top tien bereiken, wil er maar geen tweede nummer 1-hit volgen. Net als The Tremeloes en The Marmalade heeft ook Love Affair twee kanten. 'Live' en op de b-kant is een beduidend stevigere versie te horen van de band. Toch heeft de band een soort van wurgcontract waarbij het ongevraagd de teenybopper-kant wordt uitgestuurd. De band baalt van de gillende tienermeisjes en wil juist een stoere rockband worden. Eind 1969 komt er iets ruimte en neemt de groep 'Baby I Know' op. Het wordt geen hit en met name Steve Ellis heeft het dan helemaal gehad. Hij zal in 1974 met zijn band Ellis komen, maar later verschillende bands gaan leiden die Love Affair-werk vertolken tijdens sixties-avonden.

Love Affair krijgt een contract met Parlophone en de single 'Lincoln County' geeft de band een hit in Nieuw-Zeeland. Daarna Gus Yeadon (eigenlijk August Eadon) treedt in 1971 op met Love Affair en maakt twee singles met de band. In 1971 verschijnt ook de elpee 'New Day' welke een stuk progressiever is dan het debuut van drie jaar eerder. In 1974 valt de groep definitief uiteen.

Opvallend is dat de band het nooit in Amerika heeft gemaakt. In Nederland heeft de groep drie Top 40-hits. 'Everlasting Love' piekt op 13, 'Rainbow Valley' op 32 en 'One Road' op 16. Tussen de laatste twee zit 'A Day Without Love' dat tevreden moet zijn met een notering in de Tipparade. Omdat het als twee druppels water lijkt op 'Everlasting Love' klinkt het helemaal als een grote hit. Alleen in Engeland, Ierland en Nieuw Zeeland bereikt het de top tien. Omdat ik de persing uit Zuid Afrika heb, noem ik even dat deze daar een vijftiende plek heeft bereikt. Australië (57) en Oostenrijk (17) zijn dan de enige landen die ik niet heb genoemd.

woensdag 14 juni 2023

Week Spot: Norma Jenkins


Vanmiddag uit het werk heb ik nog een fraai stukje gefietst. Als ik een mooie foto van een hoofdletter H weet te vinden op het internet zal ik een verhaaltje schrijven. Ofwel... dat gaat niet gebeuren omdat het een lekkere 'verstand op nul'-herhalingsoefening is. Het blijft echter altijd een feestje om te fietsen: Vanaf Meppel naar Blijdenstein naar De Weide, Broekhuizen en over Oldehave naar Ruinen. Terug over Ansen en Rheebruggen. Ik hoef in principe geen boodschappen te halen, ook al steek ik aan in Ruinen voor een ijskoud flesje drinken en een broodje bij de supermarkt. Na de gebruikelijke woensdagavond-iturelen (lees: een paar nieuwe video's van kanalen die ik volg op Youtube) kan ik dan gaan nadenken over een Week Spot. Idealiter zou het een recente aanschaf moeten zijn. Als ik echter naar het lijstje van Mark kijk, blijft Norma Jenkins me bezig houden. Toch wordt het niet de meest recente aanwinst maar een single die ruim een jaar geleden in mijn verzameling is komen wonen. De informatievoorziening is erg summier maar desondanks ga ik 'Love Jones' van Norma Jenkins uit roepen tot Week Spot.

Norma heeft alleen op Discogs een beschrijving gekregen, maar helaas geen persoonlijke trivia. Toch vermoed ik dat dit het standaard verhaal is. Norma is nog maar sinds 2017 actief op Facebook en heeft een eigen productiemaatschappij opgezet dat opereert vanuit Maryland. Omdat ze op haar site meerdere malen oproept om een allemachtige god te loven, denk ik dat ze haar loopbaan in de kerk is begonnen. Geboortedatum en leeftijd is niet bekend. Hoewel de site haar telefoonnummer vermeldt, heb ik nu eenmaal niet de moed om haar te bellen. Bovendien vraag je een dame ook niet naar de leeftijd? Norma duikt in 1966 voor het eerst op als lid van een groepje genaamd The Dolls. The Dolls maakt twee singles waarvan de tweede als Norma Jenkins & The Dolls. In 1967 wordt ze in de arm genomen door Winfred Lovette (van The Manhattans) en neemt ze zijn 'Need Someone To Love' op voor het Carnival-label. In mei 1967 krijgt ze met de single een eervolle vermelding in het Billboard-tijdschrift maar méér zit er ook niet in. In het zelfde jaar neemt ze een duet op met Troy Keyes welke in Amerika op ABC verschijnt. Opvallend is dat veel singles van haar ook een Franse release krijgen. Wat Norma heeft uitgespookt tussen 1968 en 1973 vertelt de geschiedenis niet.

In 1973 gaat ze samenwerken met de onafhankelijke producent en label-eigenaar George Kerr. Het levert een reeks singles op maar er ligt geen groot succes voor Jenkins in het verschiet. In 1976 krijgt ze echter wel de mogelijkheid om haar eerste elpee op te nemen. Die is haar al een aantal keren beloofd, vandaar ook de titel 'Patience Is A Virtue'. Desert Moon probeert Amerika in de ban te krijgen van 'Love Jones' middels een single waarbij de 'lange' versie van vier minuten op de a-kant staat en een kortere versie op de andere. Toch is het niets vergeleken bij de zes minuten op de elpee. Op de single is het voor mijn gevoel voor tweederde intro gevolgd door een heel klein beetje lied. Zoals ik vorige maand heb geconcludeerd bij de meest recente aanschaf van Norma Jenkins heeft ze een bluesy kant waarbij ze heerlijk 'deep' kan gaan. 'Love Jones' is daarvan een uitstekend voorbeeld. Een majestueus intro met een prachtige atmosfeer en je kan horen dat de tekst Norma uit haar tenen komt. Het zal geen verrassing zijn dat de elpee ook niet massaal over de toonbank gaat, althans niet voor het volle pond met een fraaie verdienste voor de zangeres. In de Engelse 'rare soul'-scene is het echter een hele grote naam geworden. Haar meest recente Facebook-bericht is van december 2021. Ze staat op haar site vooral stil bij het aantal malen dat 'Need Someone To Love' is gebruikt voor film en televisie, maar er staat ook een live-video op van een optreden van Jenkins. Ze was zes jaar geleden dus nog altijd actief?

dinsdag 13 juni 2023

Honderd achteruit: Mr. Albert Show


Afgelopen zondag heb ik mijn nieuwe exemplaar niet alleen voor het eerst gedraaid, maar mezelf ook hardop afgevraagd of 'Wild Sensation' de Gele Bak Top 100 had gehaald. Maar natuurlijk! Met een zelfs niet onaardige nummer 38 als positie. Overigens is de 'nieuwe' (die ik vorige week zaterdag in Steenwijk heb gevonden) wel degelijk een 'upgrade'. Het punt is echter dat er niet een duimendik verhaal in zit over de band zélf. Bertus Borgers is de belangrijkste man binnen de groep en het zou wellicht logischer zijn geweest om zijn handel en wandel te volgen. Het wordt dus niet zo'n heel lang verhaal, maar met de volgende in 'Honderd achteruit' kan ik wel weer flink uitpakken. De nummer 38 in de Gele Bak Top 100 van 2022 is 'Wild Sensation', de eerste en de laatste hit van de formatie Mr. Albert Show uit 1970..

Voor dit verhaal zakken we een heel eind af vanuit Uffelte gerekend. We kunnen de Belgische grens bijna ruiken maar houden halt in een stad waar ik dertien jaar geleden nog enkele uren voor nodig heb gehad om er rond te fietsen. De Schelde-Rijnroute wil me niet dóór Eindhoven hebben maar door de plaatsen erom heen en dan ook nog veel bossen, parken en polderwegen. Hemelsbreed gezien is het niet mijn meest productieve dag geweest van de vakantie, maar qua kilometers kan ik niet ontevreden zijn. Dankzij Philips is Eindhoven flink uitgebreid en later is daar ook nog DAF bij gekomen. Eindhoven heeft in de late jaren zestig een heuse muziekscene waarvan Mr. Albert Show een prettig voorbeeld is. Het verhaal begint met Bertus Borgers. Hij is op 15 juli 1947 geboren in Vessem en volgt zijn vader naar het plaatselijke harmonieorkest waar de jonge Bertus bugel speelt. Als hij Fats Domino op de radio heeft gehoord, zet hij een volgende stap. Hij leert saxofoon spelen en richt in 1967 zijn eerste band op. Dirty Underwear is berucht om haar wilde optredens en Decca wil wel een plaat met hun maken. Enige voorwaarde: Kleine aanpassing van de bandnaam. De single verschijnt als Dirty. Hans Sanders van Bots is een ander prominent lid. Dan volgt het korte maar heftige hoofdstukje van Mr. Albert Show.

De groep levert in haar korte bestaan twee elpees en drie singles af. 'Wild Sensation' is de eerste en bereikt nét niet de top twintig in ons land. Het is gek genoeg pas de derde single, 'Show Me Your Tongue', welke internationaal voor een doorbraak moet zorgen. Zo telt 45cat verschillende uitgaven van de single waaronder Amerika en Argentinië. Een derde elpee is in de maak maar deze zal nooit het levenslicht zien. Borgers maakt een demo die hij naar verschillende platenmaatschappijen stuurt. Dan gaat hij eerst op tournee met Golden Earring door Amerika en bij thuiskomst blijkt dat een platenlabel enthousiast heeft gereageerd. Daarop formeert Borgers de band Sweet D'Buster. Borgers schrijft daarna onder andere 'Still Believe' voor Herman Brood & His Wild Romance en richt in de vroege jaren tachtig de Bertus Borgers Band op. Vanaf 1986 is hij eveneens actief in het onderwijs en hij is één van de stuwende krachten bij de totstandkoming van de huidige Rockacademie waarvan hij directeur wordt. In 2016 treedt Borgers nog eens op met Golden Earring tijdens een openluchtconcert.

'Wild Sensation' is een lekkere eigenwijze plaat. Doordat de saxofoon een hoofdrol speelt, zit de groep een beetje in de hoek van meer progressieve bands als Audience, maar tegelijk houdt de stevige ritmesectie de band met beide voeten op de aarde. Het is creatiever dan menig hardrockband uit deze tijd en de groep lijkt niet te verzanden in de oeverloze solo's en halve jamsessies.