woensdag 26 juni 2019

Het zilveren goud: juni 1994 deel VI



De maand juni is bijna ten einde en de rest van de week zit vol gepland met berichten. Toch ben ik 'vergeten' om nog eens een uitgebreid verhaal te schrijven over de gitaar. Omdat ik in juli de weekeinden ga vullen met de Gele Bak Top 100 en zo'n 'gezellig' verhaal beter past op een zondag, zou dit wellicht een 'vakantieverhaal' kunnen worden in augustus? De vakantieverhalen zijn immers een beetje 'op' en, ja, wellicht kan ik dan jullie eens laten kennis maken met een dromer en een akoestische gitaar? Het slot van 'Het zilveren goud' van deze maand is een dag nadat ik de gitaar heb opgehaald bij Wim Heins. Die avond zie ik The Prodigal Sons voor een eerste maal. Ik zal deze band een paar maanden later op nieuw zien op het eerste Dicky Woodstock-festival voor mij. The Prodigal Sons? De band heeft in 1993 een héél bescheiden hitje met 'You Still Think', maar leadzanger en gitarist Erwin Nijhoff zal later bekend worden dankzij 'The Voice Of Holland'. Ik weet niet of het een week eerder is geweest of zelfs langer geleden, maar in juni 1994 zie ik eveneens NOFX optreden in Het Bolwerk en daar heb ik nog altijd een herinnering bij. Ook dankzij het schijfje wit vinyl dat sindsdien in mijn bakken zit...

Hoewel je in de jaren negentig best aardig kan uitgaan in Sneek is het met niets te vergelijken met de uitgaansgelegenheden in de randstad. Buiten de kroegen om slaapt Sneek van zondagavond tot vrijdagmiddag. Het Bolwerk tracht de concerten zoveel mogelijk op vrijdag- of zaterdagavond te plannen. Tegelijk kan een professionele band niet alleen voor de weekeinden naar Nederland komen en zoeken deze onderdak op doordeweekse avonden. Het Bolwerk gaat een paar maal overstag en soms is dat teleurstellind. Zo is Magnapop in 1992 een 'hype' als het op een woensdagavond in 1992 in Sneek speelt en er nauwelijks vijftien man op af komt. Ik heb het zelf helaas ook moeten missen. Wanneer is dat concert van Toy Dolls geweest? Maandag of dinsdagavond? Dat is wel afgeladen. Ik ben wel bij het optreden van Test Department geweest op een woensdagavond maar ik heb daar nooit over 'durven' schrijven. Ik 'begrijp' de muziek in 1993 nog niet. Het Bolwerk is in de midden jaren negentig een tempel geworden voor hardcore-punk. Regelmatig reizen bussen uit Rotterdam naar Sneek voor een festival in Het Bolwerk. In dat klimaat krijgt de Sneker popzaal in 1994 het aanbod van NOFX. De band bouwt dan al een paar jaar stevig aan haar reputatie en krijgt in het begin onder andere hulp van Lagwagon. Die band heb ik ook zeker twee keer gezien in Sneek.

Het kan toch wel eens half tot eind juni zijn geweest. De houtschuur wordt opnieuw opgebouwd bij de houtzaagmolen in IJlst en ik kan me de volgende ochtend nog erg goed herinneren! Het is fraai zomers weer zowel op de woensdag van het concert als van de volgende ochtend. ,,Maar niet teveel drinken", zal ongetwijfeld het goedbedoelde advies van thuis zijn geweest als ik woensdag naar Het Bolwerk ga. ,,Je moet immers morgen weer aan het werk". Ik ben dan nog zeker vijfentwintig jaar niet van plan om verstandig te worden en dus laat ik de tap in Het Bolwerk lopen alsof het zaterdagavond is. Als je lang genoeg alternatieve punk door je strot krijgt geduwd, ga je vanzelf het onderscheid zien onder verschillende bands. Als ik, later in 1994, een single koop van Slapshot is dat omdat het een single is. De single van NOFX lijk ik met een overtuiging te kopen. Ik heb het oprecht een heel leuk optreden gevonden. Tot mijn grote vreugde zie ik dat de band ook optreedt tijdens Wâldrock over een paar weken. Daar ga ik dit jaar voor het eerst naar toe en NOFX en Gwar zijn twee leuke bands om naar uit te kijken.

Natuurlijk ben ik de volgende ochtend zo brak als een deur maar binnen de familie Louwsma is een kater geen ziekte en dus ga ik op de gewone tijd op de Solex naar IJlst. Nu ben ik in de hoogte sowieso al niet zo'n held en uitgerekend deze morgen moet ik de dakconstructie op van de nieuwe schuur. De ene begeleider lijkt me op de donder te willen geven voor mijn zuipgedrag, zijn collega roept het een halt toe. Ik beef als een rietje op het geraamte. De andere haalt me naar beneden en geeft me een ander baantje: Het lakken van houtdelen. En opeens weet ik het? Nee, dat gaat een beetje te snel. Feit is wel dat ik het komende jaar zal ontdekken dat ik het schilderen en lakken erg leuk vind en dit zal eventueel resulteren in een praktijkopleiding bij de begeleiders van het project. Waarom ik nu geen schilder ben? Dat is enerzijds te wijten aan mijn vertraagde motoriek, hoewel ik dat niet wil toegeven in1994. Ik werk bij Intertec vooral met jachtlakken in een gesloten loods en het maakt dat ik aan het einde van de dag compleet 'high' ben van de dampen. Het was in ieder geval het proberen waard...?

1839 Don't Call Me White-NOFX (US, Fat Wreck Chords, 1994)
1840 Window Of My Eyes-Cuby + Blizzards (NL, Philips, 1968)
1841 For My Little Gringo-Rob Hoeke Boogie Woogie Quartet (NL, Philips, 1969)
1842 Vincent-Don McLean (NL, United Artists, 1972)
1843 Ela Ela-Axis (Frankrijk, Rivièra, 1972)
1844 Botch A Me-Daisy Dynyamite (NL, Polydor, 1973)

Tot mijn grote verbazing staat de NOFX-single niet op 45cat. Ik gok dat het van 1994 is omdat het de enige vinylsingle was die mee ging op de tournee in 1994. 'Don't Call Me White' vertelt precies waarom ik de band zo leuk vond. Het is namelijk erg catchy en grenst aan de latere skatepunk. Het kleinood is op wit vinyl (met het hilarische 'Punk Guy' als b-kant) en zit in een fraai fotohoesje. Ik las eerder vanavond dat NOFX nog steeds actief is en in 28 jaar ruim zes miljoen platen heeft gekocht zonder dat het ooit een contract heeft getekend met een grote platenmaatschappij. De overige vijf singles koop ik op de vlooienmarkt in Sneek terwijl ik daar zelf sta met een tafeltje. Ook heb ik een bananendoos met enkele honderden klassieke elpees mee en ik heb me voorgenomen dat ik deze niet mee naar huis wil nemen. Klassieke platen raak je aan de straatstenen niet kwijt en op het laatst kan ik iemand overhalen om om voor vijf ouderwetse guldens de doos mee te nemen. Het verdiende geld wordt meteen weer in singles geïnvesteerd. Cuby en Rob Hoeke komen van de zwager van Klaas van de jukeboxwinkel. De overige drie (plus de singles van zaterdag) komen uit een hele grote partij op de vlooienmarkt waar ik een aantal malen platen uit haal. De singles zittenin neutrale hoesjes met de titels erop geschreven zoals bij Daisy Dynamite. Cuby heb ik in 2010 met een betere fotohoes gekocht, Don McLean heeft omstreeks 2000 een 'upgrade' gehad. Axis vervang ik niet eens zoveel later. Zoals gezegd zaterdag méér uit deze partij!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten