maandag 6 januari 2014

Raddraaien: Bryan Ferry



'Enge jongens met enge muziek'. Zo beschrijft het Veronica-magazine de band Roxy Music als deze middels 'Virginia Plain' en het eerste album in 1972 hun intrede in de popmuziek doen. De vroege jaren zeventig zijn vol verandering. De grootheden uit de flower power worden een voor een afgeserveerd en de jeugdcultuur prefereert excentrieke idolen als Slade, Gary Glitter en de stal van Nicky Chinn en Mike Chapman. Korg komt met de eerste betaalbare synthesizer op de markt en de mini-Moog is beduidend handzamer dan de installatie uit de jaren zestig. In dit landschap is Roxy Music een opvallende factor. Een futuristisch geluid, maar met een klassieke zanger die in zijn vrije tijd het liefste ballades uit vervlogen jaren vertolkt. De eerste elpee van Roxy Music is niet zomaar een 'statement', het is de 'state of the art' van de Engelse popmuziek. Hoewel de naam Roxy Music wel een aantal malen zal vallen, gaat deze aflevering van Raddraaien over Bryan Ferry en diens' single 'Tokyo Joe' (1977). Eén van de weinige dertigers die zich staande weet te houden in een oprukkend punkgeweld. En die zelf ook nog wel eens verrassend uit de hoek wil komen.

Bryan Ferry wordt geboren op 26 september 1946 in Washington. Nee, niet Amerika, maar het Engelse Washington in de regio Tyne-And-Wear. Hoewel Ferry's kapitaal wordt geschat op een slordige dertig miljoen pond en hij er altijd tiptop uitziet in zijn pakken, komt hij uit een heel gewoon gezin. Vader Fred Ferry is boer. Bryan haalt op de technische school maar liefst negen 'O-levels' en studeert vervolgens kunst. Na zijn afstuderen wordt hij leraar in Londen en formeert tegelijk de band Banshee. Er worden geen platen gemaakt. Later formeert hij The Gas Board met Graham Simpson en John Porter. Er hangt iets in de lucht...

Simpson is de eerste met wie Ferry in november 1970 Roxy Music begint. Al snel wordt de groep uitgebreid met saxofonist Andy Mackay en toetsenist Brian Eno. Dexter Lloyd en ex-Nice-gitarist David O'List zijn korte tijd lid en worden vervangen door Paul Thompson en Phil Manzanera. In een BBC-sessie bij John Peel is O'List nog wel te horen. 'Virginia Plain' is een doorslaand succes en eindigt in de Britse top 5. In Nederland aarzelt de single tot een 27e plek. Hier valt ook een kleine stilte tot 'Do The Strand', hoewel in Engeland 'Pyjamarama' en 'Street Life' voor een continuering van het succes zorgen. Na het tweede album verlaat Eno de band. Er is dan al wat geharrewar in Roxy Music. De platenmaatschappij wil multi-instrumentalist Eno meer als frontman presenteren, maar deze is té verlegen en verstopt zich het liefste achter zijn instrumenten. Natuurlijk is Ferry de meest beeldbepalende frontman en na Eno's vertrek is Roxy Music zijn band. Roxy Music houdt het tot 'Siren' uit om de singles buiten de elpees te laten vallen en dan begint Ferry in 1973 ook nog eens een parallelle solo-carriére met muziek die niets van doen heeft met de muziek van zijn band. Ferry hangt de 'crooner' uit met vertolkingen van stokoude liedjes. In de tournee die op 'Siren' volgt, ontbindt hij de band, maar de meeste muzikanten spelen nog wel een rol op Ferry's album 'Let's Stick Together'.

In Nederland doet Ferry goede zaken, zelfs beter als met zijn band. 'Tokyo Joe' is een van zijn mindere hits. Op de b-kant doet Ferry een uitvoering van 'She's Leaving Home' van The Beatles, dit als onderdeel van 'All This And World War III', een eerbetoon aan The Beatles van verscheidene grote artiesten uit de jaren zeventig. In de liefde leert Ferry zich kennen als een collectioneur van vrouwelijk schoon, ook al verkiest Jerry Hall in deze periode Mick Jagger voor hem. In dit proces neemt Ferry het album 'The Bride Stripped Bare' op. Wederom een succesvol album, maar er zit wel een dalende lijn in de verkoopcijfers. Dus brengt Ferry in 1979 Roxy Music weer bijeen en met het album 'Manifesto' is het alsof niets is gebeurd. In 1981 scoort Roxy Music de enige Engelse nummer 1-hit met 'Jealous Guy', een eerbetoon aan de pas vermoorde John Lennon. In Nederland is 'Avalon' de grootste hit, maar tegen die tijd is Roxy Music net zo zeer een Bryan Ferry Band geworden als dat Genesis op een ogenblik een Phil Collins Band is. Eind 1982 trekt hij desondanks de stekker eruit en gaat weer solo.

Wisselend succes, af en toe een reünie van Roxy Music en eentje met Brian Eno, liefdesperikelen, opstandige kinderen en een interview waaruit gesuggereerd kan worden dat hij sympathieën heeft voor het Nazi-regime van de jaren veertig... Het weerhoudt de koningin er niet van om hem in juni 2011 te ridderen. En dus horen we hem tegenwoordig Bryan Ferry CBE te noemen. Optreden doet hij nog met de regelmaat van de klok, zo was hij een paar jaar geleden nog te bewonderen op de Lokerse Feesten. En tóch heb ik wel een beetje spijt dat ik toen niet ben gaan kijken...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten