dinsdag 22 januari 2013

Week Spot: The Lovettes


A;;ereerst het slechte nieuws. Ik had graag over twee weken Lillian Dupree als Week Spot willen presenteren, maar helaas... Ik was voor mijn gevoel afgelopen vrijdag al erg ver gegaan en had de prijs inmiddels op 52,50 USD gezet, bijna veertig euro. Vanavond realiseerde ik me eens te meer dat ik hem toch nooit weer onder de vijftig euro zou tegenkomen en besloot hoog in te zetten. Maar liefst 63 dollar, meer dan vijftig euro. Het bleek niet genoeg, dus de nieuwe eigenaar mag 64 dollar af tikken. Voor een plaat die niet geheel in nieuwstaat is, vind ik dat al een behoorlijk bedrag. Toch blijf ik stiekem hopen op een heruitgave. Het goede nieuws is immers dat 'Packin' Up' van Damon Fox van mijn zoeklijst kan, nu Outta Sight deze opnieuw heeft geperst. Het origineel is al snel duizend euro, zelfs de styreen-bootleg uit 1977 doet al zestig euro, maar de Outta Sight is daarentegen acht pond. Ik heb hem nu nog niet besteld, hoewel er wel een partijtje onderweg is vanuit Nottingham. Vandaag presenteer ik de nieuwe Week Spot en dat was vorig jaar mijn laatste bestelling bij Rarenorthernsoul. Toen had ik twee singles die in het alfabet dicht bij elkaar staan: The Lovables en The Lovettes. De laatste mag een week lang in de schijnwerpers.

Het regent nog wel eens jargon hier op Soul-xotica. Een bootleg..., dat is toch illegaal? Wat is het verschil met een 'counterfeit'? Allemaal vragen die logischerwijs opkomen. Allereerst de bootleg. Deze platen zijn illegaal in de zin van dat de artiesten, platenmaatschappij en producers/songschrijvers geen toestemming hebben verleend voor het uitbrengen van de plaat. Vaak zijn het live-opnames. Een artiest is er niet erg happig op dat zijn concerten worden opgenomen, onvermijdelijke foutjes kunnen niet worden weggepoetst zoals in de studio. In het geval van de Northern Soul is vaak niets bekend over het wel en wee van de artiesten en platenmaatschappijen en de kans op een legale heruitgave is dan ook nihil. En dus wordt er een bootleg geperst. Een bootleg is dus geen vervalsing, maar een 'extraatje' voor de verzamelaar/superfan die alles compleet wil hebben van zijn of haar favoriete artiest. Een 'counterfeit' is in tegenstelling een vervalsing die er voor een 'echt' exemplaar voor moet door gaan en het liefste ook de waarde van een origineel vertegenwoordigd.

Mijn exemplaar van 'Little Miss Soul' van The Lovettes is zo'n bootleg. In Engeland geperst op styreen met een zwart-wit 'demo'-label in tegenstelling tot de rood-zwarte originelen. Omdat het origineel nauwelijks te vinden is en de deejays en de dansers hem toch in de koffer willen hebben, voorzien een paar handige mensen met een platenpers in die behoefte. Zo'n bootleg is inmiddels ook al wat waard. Ik had de keuze tussen een origineel voor veertig pond en de bootleg voor twaalf. De keuze leek niet zo moeilijk, maar of die verstandig is geweest? Als er in de jaren zeventig mp3 had bestaan, dan had ik de single aangeduid als een mp3-op-vinyl. We horen een plaat kraken, dus vermoedelijk is het met een microfoon naast een draaiende grammofoon opgenomen. Het geluid is minimaal tot zeer slecht. Het golft en je krijgt er maar geen bas in. Los daarvan is 'Little Miss Soul' zo'n nummer dat bijna een jaar op mijn verlanglijst heeft gestaan en die toch eens moest.

The Tiaras komt bijeen op de High School en bestaat uit de dames Lilly Hammond, Lorraine Robinson, Lois Joiner and Margie Goldbolt. Aanvankelijk treedt het kwartet vaak op met Kool & The Flames, een lokaal groepje dat zal uitgroeien tot Kool & The Gang. Er zijn meerdere hondjes die Fikkie heten en dus heeft deze Tiaras geen connectie met Rita & The Tiaras. In 1965, een jaar na oprichting van The Tiaras, tekenen de dames bij MGM en gaan The Pets heten. Het resulteert in een bereleuke single die ik onlangs nog ergens heb beluisterd: 'What Kind Of Girl Does He Think I Am'. De plaat lijdt echter onder een slechte promotie en flopt meteen. Een paar maanden later zitten The Pets alweer zonder een contract. Dan komt de groep in contact met songschrijver Winnie 'Blue' Lovett, lid van The Manhattans. Inderdaad, dezelfde groep die in 1976 een nummer 1-hit heeft met 'Kiss And Say Goodbye'! Dan heeft de groep al het nodige gepresteerd. Lovett laat hen de naam The Lovettes aannemen en draagt zorg voor het repertoire. 'Little Miss Soul' verschijnt in 1966 op Carnival Records, maar opnieuw is de promotie dramatisch en de plaat flopt terstond. In 1967 brengt The Lovettes een tweede single uit, ditmaal met twee uitstekende kanten. 'I Need A Guy' zal 'Little Miss Soul' tien jaar later volgen in een zegetocht door Northern Soul-minnend Engeland, de b-kant 'I'm Afraid To Say I Love You' is een prachtig tienerdrama. Ook deze plaat flopt en het nummer 'I'll Be Waiting' wordt op de band gezet, maar nooit uitgebracht. Na nog wat achtergrondwerk te hebben gedaan voor andere Carnival-artiesten, keren de dames in 1970 de showbiz de rug toe. Waar ze zijn gebleven, mag Joost weten. Ze hebben zich nooit laten verleiden tot een Engelse tournee.

Die zoektocht zal er ongetwijfeld zijn geweest, want vanaf 1977 doet 'Little Miss Soul' goede zaken in het Northern Soul-circuit. Er staat me iets van bij dat de plaat ooit wel duurder is geweest, maar onlangs was er dus nog een fraai exemplaar van het origineel te koop voor veertig pond. Het is zonde van de minimale geluidskwaliteit, want verder is 'Little Miss Soul' een prachtig feestje. Fijne vocalen die samengesmolten héél mooi klinken en een lekker tempo, dit is Northern Soul in optima forma. Komende zaterdag kunnen jullie deze dus verwachten in Do The 45, nadeel is dat ik dan volgende week de b-kant zou moeten draaien: 'Lonely Girl'. En daar ga ik nog proberen om onderuit te komen, want dat is dweilen met de pet op!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten