vrijdag 14 december 2012

raddraaien: Paul Jones


Op het moment speelt Toontje Lager door mijn hoofd. 'Ik heb nog zoveel te doen'. Toch ben ik weer uiterst bedaard en doe net alsof ik alles onder controle heb. Alsof, want zondag moet ik een nieuwe aflevering van de Blauwe Bak Top 100 publiceren, maar de podcast weigert maar gemaakt te worden. De bijbehorende berichten zijn al voor de helft klaar, dat dan weer wel. En dan gaat het dagelijkse geblaat op Soul-xotica ook nog gewoon door. Zie daar: Eens even lekker raddraaien. Er zit niet alleen muziek in raddraaien, maar ook in de kapper die ons het volgende nummer bezorgt: Chic Hairstyling in Zwolle. Toch heeft de artiest in kwestie maar weinig met disco of funk van doen, maar is desondanks een bonte persoonlijkheid om over te vertellen. De raddraaier van vandaag is de allereerste single van ex-Manfred Mann-zanger Paul Jones: 'High Time' uit 1966.

Het leven van Paul Pond ademt rhythm & blues. Onder de naam P.P. Pond speelt hij samen met Elmo Lewis in de Londense Ealing Club. Het residentie-orkest van de bluesclub is Alexis Korner's Blues Incorporated met de zangers Long John Baldry en Mick Jagger. Die laatste zal samen met voorgenoemde Elmo Lewis een bandje beginnen, maar dan heeft Lewis dat pseudoniem al laten vallen en heet weer gewoon Brian Jones. Paul wordt eveneens gevraagd om zich aan te sluiten bij het groepje, maar die bedankt voor de eer. Tegelijk krijgt hij een fraai aanbod om plaats te nemen in de groep van de Zuidafrikaanse toetsenist Manfred Mann. Paul Jones, zoals Pond zich nu noemt, kan binnen dit groepje uitstekend uit de voeten met zijn snerpende mondharmonica, maar de platenmaatschappij drukt zwaar op de groep om ook hitsingles te scoren. Vanaf '5-4-3-2-1' lukt dat wonderwel, de grote doorbraak komt in 1964 met 'Do Wah Diddy Diddy'. Het plaatje is een dikke nummer 1-hit in Engeland. Opvolgers als 'Sha-La-La', 'If You Gotta Go, Go Now' en 'There's No Living Without Your Loving' doen het ook niet verkeerd. Eind 1965 verschijnt het grappige 'The One In The Middle', waarin Jones het succes van Manfred Mann uitlegt. Dat is, volgens hem, niet vanwege de getoonde muzikaliteit, maar gewoon vanwege hem als stralend middelpunt. In 1966 scoort hij nog één grote hit met 'Pretty Flamingo' en dan kondigt Jones aan dat hij solo verder gaat.

Dat is een klap in het gezicht voor Manfred Mann, die na een aarzelende herstart in 1967 weer succes vindt met zijn nieuwe zanger Mike D'Abo. Paul Jones blijft desondanks platen opnemen voor His Master's Voice, maar die blijken na twee singles toch minder populair dan zijn dagen bij Manfred Mann. 'High Time' is de grootste van de twee en bereikt in Engeland een vierde plek. 'I've Been A Bad Bad Boy' doet het in Engeland een plaatsje minder, maar bereikt in Nederland toch nog een zeventiende plek in de Top 40. Alleen 'Thinkin' Ain't For Me' en 'Aquarius' maken nog een kleine indruk in Engeland, maar in Zweden is Jones dermate populair dat de platenmaatschappij een 'greatest hits'-album kan uitbrengen. Intussen is Jones ook begonnen als acteur, om te beginnen in 'Privilege' (1967). Aanvankelijk een flop, maar jaren later toch nog goed als cult-klassieker. Jones wisselt tussen 1967 en 1972 regelmatig van microfoon naar camera en weer terug. Zijn, voorlopig, laatste plaat heet 'Crucifix In A Horse Shoe' en verschijnt in 1972 op het progressieve Vertigo-label. Jones rolt vanaf daar de wereld van de televisie in, maar doet in 1980 nog even van zich spreken met The Blues Band, een reünie van voormalige Manfred Mann-muzikanten. Even daarvoor heeft hij de zeer aparte single 'Sheena Is A Punk Rocker' opgenomen, zonder commercieel succes. The Blues Band zal in de loop der jaren nog enige malen bijeen komen en gaat zich in de jaren negentig The Manfreds noemen. De naamgever van de groep distantieert zich ervan.

Ook begint Paul Jones in 1986 bij BBC 2 een wekelijkse rhythm & blues-show op de radio. Sinds de nieuwe eeuw duikt hij bij onder andere Joe Bonamassa en Nick Vernier Band op als gastmuzikant bij live-optredens. In 2009 brengt hij zijn eerste album uit sinds 1972. De lijst van gastmuzikanten bewijst dat hij zijn sporen in de rhythm & blues dik heeft verdiend. Zijn radioshow bestond vorig jaar een kwart eeuw en dat is uitgebreid gevierd. Paul Jones blijft een bezig baasje, ook al mocht hij afgelopen jaar zeventig kaarsjes uitblazen op de taart. Sir Cliff Richard brengt ons nog een leuke wetenswaardigheid, die erom vraagt om dit bericht te mogen besluiten.

In de jaren zestig zit Paul Jones recht tegenover Cliff Richard in een televisie-show. Cliff vertelt er van zijn ervaringen als christen en Paul Jones is uitgenodigd als 'advocaat van de duivel'. Alles wat Cliff zegt, wordt door Jones resoluut van de hand gewezen. Cliff nodigt hem bijna twintig jaar later uit om mee te komen naar een avond met de evangelist Luis Palau. 'I've Been A Bad Bad Boy', moet Paul Jones hebben gedacht, want hij heeft daar het Licht gezien en gaat sindsdien ook als overtuigd christen door het leven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten