dinsdag 28 september 2021

Week Spot: Devonnes


In het vorige bericht heb ik 'Raddraaien' in herinnering geroepen. In dezelfde jaren als 'Raddraaien' stippel ik eveneens een 'Beeldenroute' uit. Op verschillende plekken in de omgeving van Nijeveen staan nog lukraak standbeelden van muziekproducenten en arrangeurs. Jerry Ross zou in zekere zin ook een standbeeld hebben verdiend. Als ik echter zie hoe kinderen én volwassenen de hunebedden van Darp beklimmen, wil ik dit Jerry Ross niet aandoen en hou ik bij een Week Spot. Afgelopen zaterdag heb ik in 'Do The 45' platen gedraaid die in de septembermaanden van 2011 tot en met 2020 heb gekocht. Bij het publiceren van de speellijst valt me op dat hier heel veel heruitgaven tussen zitten en dat doet me besluiten om komende zaterdag enkel originele Amerikaanse persingen te doen. Alleen de Week Spot van een jaar geleden moet het feestje verpesten want dat is een Engelse persing. De Week Spot moet deze week dan ook een 'original' zijn en zo kom ik uit bij Devonnes. Hoewel ik al een paar jaar helemaal 'klaar' lijk te zijn met de Northern Soul zijn er recent weer wat jaren zestig-stampers en oude favorieten die in de koffers terecht komen. 'I'm Gonna Pick Up My Toys' van Devonnes is daar eentje van en dit plaatje mag deze week de Week Spot zijn.

Echter wil het geval dat er praktisch geen informatie is te vinden over de groep. Kent heeft in de loop der jaren een paar onuitgebrachte opnames op single uitgebracht, maar verder is daar alleen deze single op het Colossus-label uit 1971. Het Colossus-label van muzikale duizendpoot Jerry Ross. Het bericht zal dan ook voornamelijk over hem gaan. Jerry Jan Ross wordt op 1 mei 1933 geboren in Philadelphia. Als kind wil Jerry het liefste trompettist en zanger worden, maar ziet eventueel meer mogelijkheden als liedjesschrijverr en producent. Hij begint zijn loopbaan bij het radiostation van de Armed Forces. Vervolgens zal hij doorstromen naar de televisiewereld. Als Dick Clark zijn populaire muziekshow 'Bandstand' start, is Jerry degene die in een voice-over de artiesten op het podium mag voorstellen. Hij neemt eveneens de honneurs waar in de radioshow van Clark. In de vroege jaren zestig zet hij in Philadelphia zijn business op poten: Ross Associates. Sheryl is de eerste van de platenlabels welke hij zal opzetten. Het is een manusje van alles. Hij schrijft en produceert niet alleen, maar brengt eveneens over op de muzikanten hoe hij het wil laten klinken en doet de promotie tot aan pluggen aan toe. Ook werkt hij als freelancer en is verantwoordelijk voor een aantal leuke platen op het ABC-Paramount-label. 'Gonna Be A Big Thing' van The Yum Yums is in 2013 nog de Week Spot geweest. In 1966 gaat hij echter werken voor Mercury en is verantwoordelijk voor onder andere 'Sunny' van Bobby Hebb, maar ook Spanky & Our Gang en Dee Dee Warwick. Hij neemt de onbekende Kenny Gamble in dienst en schrijft met hem 'I'm Gonna Make You Love Me'. Warwick zal het als eerste opnemen maar het is Diana Ross & The Supremes & The Temptations welke in 1969 het meeste succes zullen hebben. Tegen die tijd is Ross alweer bezig met een eigen label en heeft Gamble zijn compaan Leon Huff ontmoet.

Het is begin 1970 als hij iets opvangt van een grote hit in Europa. Het blijkt om 'Venus' van Shocking Blue te gaan. Ross komt eigenhandig naar Nederland om de licentie te ontvangen van de plaat. Hij heeft ook zaken in Duitsland waar hij de volgende dag 'Ma Belle Amie' van Tee Set hoort vanuit een jukebox. Hij keert terug naar Nederland en vraagt om toestemming bij Delta-Negram. Daar wijst iemand hem op een groep welke een paar weken eerder haar debuut op de hitparade heeft gemaakt. Dat is 'Little Green Bag' van George Baker Selection. Ross gaat dus met drie licenties terug naar Amerika waar 'The Dutch Invasion' een feit is. Tegelijk vuurt hij 'Venus', 'Ma Belle Amie' en 'Little Green Bag' af op de hitparade en 'Venus' zal de nummer 1-positie behalen in de Billboard. Voor Negram is het overigens niet een nieuwe ontwikkeling, met name het Havoc-label zoekt voortdurend naar Amerikaanse labels welke een Nederlandse plaat willen distribueren. Zo verschijnt bijvoorbeeld een plaat van de Enschedese Honest Men (edit!) op het Motown-label en gek genoeg is dat tegenwoordig een gewild plaatje in de Northern Soul. Het heeft echter niets met soul te maken en is vooral vanwege de 'novelty'. De voorgenoemde Nederlandse platen verschijnen in Amerika op zijn nieuwe Colossus-label. In 1971 biedt hij een kans aan Devonnes, een damestrio. Het zal me helemaal niets verbazen als het werkelijk zo zou zijn dat de dj's in The Casino aan vibrators hebben gedacht toen ze dit plaatje op de speellijst hebben gezet. Het is een echte 'pop stomper', maar vreemd genoeg een plaatje dat mateloos populair blijft in de Northern Soul.

Jonathan King brengt het in 1975 uit op zijn UK-label nadat de single bij vrachten tegelijk via de importzaken bij de Northern Soul-liefhebbers terecht is gekomen. Het wordt echter geen hit in Engeland. Ross werkt in 1972 nog een tijdje voor Motown en het zal 'The Jerry Ross Symposium Vol. II' uitbrengen. Het is een vervolg op de eerste 'Symposium' welke reeds op Colossus is uitgebracht. De muziek is echter van de Duitse musicus Claus Ogerman. Deze zal later weer met Focus werken, om de link met Nederland vers te houden. Ross blijft op de achtergrond werkzaam in de muziek en wordt in 2013 bijgezet in de 'Philadelphia Music Alliance Walk Of Fame'. Op 4 oktober 2017 overlijdt hij aan de gevolgen van prostaatkanker en is dan 84 jaar oud geworden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten