woensdag 12 mei 2021

Singles round-up: mei 4


De dinsdag is normaal gesproken voor de Week Spot. Daar bestaat niet echt een reden voor. Voor de keuze van 'Het zilveren goud' op woensdag geldt dat eveneens. Het 'Week Spot Kwartet' en de 'Eretitel' zijn bewust op donderdag om het mogelijk te maken om na een radioshow een kort bericht te schrijven zonder al teveel huiswerk. Aanvankelijk is 'Het zilveren goud' slechts eens per maand en meestal rond de zeventiende op een woensdag. In 2021 heb ik besloten iedere week een aflevering te doen en zo af te rekenen met een hoop singles waarvan ik de exacte datum ben vergeten. Het blijft echter een extraatje en dat is deze week weer eens het geval. Ik heb vanmiddag een doos vol singles van Mark opgehaald bij het postkantoor en ook de Zweedse singles zijn vandaag gearriveerd. Ik stel 'Het zilveren goud' even uit. Ik geloof vast dat later in de maand nog wel een gaatje valt voor een extra aflevering en anders maar een dubbelaflevering. Ik hou de singles van Mark en de Zweedse singles even gescheiden van elkaar. De komende vijf dagen ga ik jullie trakteren op acht singles per dag. Misschien een enkele keer onderbroken door een buitenactiviteit. De Zweedse singles blijven een tijdje op de plank liggen en als er niets tussendoor komt, ben ik maandag door de singles van Mark heen. Vandaag krijgen jullie maar liefst negen singles omdat ik The Web nog genoemd wil hebben in een 'Singles round-up'. Daar trap ik mee af.

* The Web- The Same Old Me (Belize, CES, 1975)
Ja, ik ben ervan overtuigd. Hoewel de band rond die tijd in Brooklyn verblijft, moet de single zijn uitgebracht middels een platenmaatschappij uit Belize. De voorraad is grotendeels mee gegaan naar Amerika en vermoedelijk bij optredens verkocht. Dat moet verklaren waarom de single zo algemeen verkrijgbaar is in het land van Ome Sam. Ik ben gisteren al superlatieven tekort gekomen voor wat betreft 'The Same Old Me'. 'Ding Ding Walla Walla' is een traditioneel liedje dat hier in een enigszins funky salsa-sausje wordt gegoten. Best een aardige ervaring maar niet essentieel.

* Black Ivory- You Turned My Whole World Around (UK, Power Exchange, 1978)
Er staat me iets van bij dat ik een Black Ivory-plaatje in de '5-4-3-2-1' van afgelopen december heb gereserveerd, maar die is Mark blijkbaar vergeten. Ook weet ik nog iets van dat ik minuten te laat ben voor een Engelse persing van Black Ivory en dat Mark nog wel de Amerikaanse heeft liggen. Ik zeg dan iets in de trant van 'ik wacht wel op een Engelse persing'. Tot mijn grote verrassing komt deze vanmiddag uit het pakketje vallen. Daarentegen mis ik één single die dan weer in een volgende zending wordt bijgevoegd. De mannen van Black Ivory hebben patent op de meest zijdezachte harmonieën en dito melodieën. Soms duurt het even totdat een plaat is gegroeid, maar 'You Mean Everything To Me' is alweer een tijdje gesetteld en ik ben nu klaar om dit nummer in mijn hart te sluiten. Op de b-kant staat hetzelfde nummer maar dan zonder gesproken intro. En waarom zou je zoiets willen?

* Clyde Brown- Ghetto Cowboy (UK, Atlantic, 1973)
Ik noem de singles bij de kanten waar ik ze in eerste instantie voor heb gereserveerd en in geval van Clyde Brown is dat ook nog eens de a-kant. De Engelse persing is een eerste aanleiding en dat is een schot in de roos bij deze single. Het is een erg prettig nummer. Passender is het niet te omschrijven. Het had zomaar een hele grote hit kunnen zijn. Clyde kijkt terug op zijn jeugd zonder sentimenteel te worden en in de brug neigt het zelfs even naar country. Op zo'n stevige Engelse stereo-persing is dit genieten ten top. 'You've Gone Too Far' is een ballade mede-geschreven door Bunny Sigler. Beslist geen onaardig nummer, maar na Black Ivory klinkt iedere ballade een beetje van hetzelfde. Bovendien ligt 'Ghetto Cowboy' meer in de lijn van wat ik normaal draai in 'Do The 45' en dus hou ik het bij de a-kant.

* Andy Butler- Hold Back The Night (US, Tangerine, 1969)
Ook nu weer een 'mixed bag' met nummers van de jaren zestig tot en met negentig uit alle facetten van de soul. Het Tangerine-label is niet exclusief opgezet voor deze muziek, maar het label kent enkele fantastische Deep Soul-performances. 'Once In A Lifetime' van Jimmy Robins is daar eentje van, maar ook Andy Butler's 'Hold Back The Night' herbergt een kracht op vocaal gebied waar je u tegen zegt. De keerzijde heet 'Coming Apart At The Seams' is meer het upbeat Northern-geluid en ook de kant die de meeste misbruik heeft gehad. Ik hou het dus bij 'Hold Back The Night'.

* Roy C.- From The Outside Looking In (US, Mercury, 1977)
Feitelijk de b-kant van de Amerikaanse single 'After Loving You'. Dat nummer heb ik een paar maanden geleden gekocht op de persing van Barbados. Daar heeft het overigens een andere b-kant en bij een snelle beluistering bevalt de originele b-kant me wel. Het is weer het Swamp Dogg-verhaal, ook bij Roy C.  kun je bij het intro al horen dat het hem is. Niet beter dan 'After Loving You', dat zou teveel appels met peren zijn, maar beslist de moeite waard om in de verzameling te hebben. Ome Roy begint na nog geen jaar al een flink deel van de koffer in te nemen!

* Chairmen Of The Board featuring General Johnson- Loverboy (UK, EMI, 1986)
Ik heb doorgaans niet veel op met Beach Music, de Northern Soul van North Carolina. De hang naar tienerromantiek uit vervlogen tijden brengt vele volwassenen naar het strand om te dansen op poppy soul-muziek. De dans heet de 'shag' en dan loopt een deel van de Engelsen rood aan en barst de andere helft in lachen uit. Ik wist het al vanwege mijn rokershobby maar een 'shag' is in Engeland de daad in de geslachtsgemeenschap. 'Ain't Nothing Like Shagging' van The Tams gaat daarom ook viraal via de importzaken in Engeland. Het werk van General Johnson en zijn Chairmen Of The Board is al jaren van invloed op de Beach Music, vanaf de vroege opnames op het Invictus-label van Holland-Dozier-Holland tot aan latere opnames van Johnson. In 1986 brengt hij deze single onder de naam van zijn oude band. In Engeland wachten Paul Weller en Mick Talbot van The Style Council de plaat op om het te voorzien van een speciale Engelse remix. Het resultaat mag er zijn! Niet heel erg Style Council maar het heeft wel iets van de goede pop van het duo mee gekregen. Met een fraai fotohoesje met een verhaaltje van NME-journalist Stuart Cosgrove als bonus.

* Pat Cooley- I Ain't Going Where You're Going (US, Ichiban, 1987)
Ichiban is een soort van daklozenopvang van het Leger Des Heils. Als je na jaren van consistente hits voor een 'major' aan de kant wordt gezet omdat het label een verjongingskuur wil door maken of als je té wars bent van nieuwe studiotechtnieken, dan staat het Ichiban-label je in de jaren tachtig en negentig op te wachten. Dit is de plek waar pure blues en soul nog helemaal tot uiting gebracht mag worden en zonder de gelikte studio-gimmicks of een dominante disco-beat. Clarence Carter is bijvoorbeeld op die manier binnen gekomen en hij brengt enige van zijn ontdekkingen mee. Pat Cooley heeft in de jaren zeventig als secretaresse gewerkt voor zijn firma en opent vanaf 1980 regelmatig concerten voor Carter. 'I Ain't Going' is haar debuutsingle. Ze heeft het samen met Carter geschreven en is muzikaal een midtempo disco-groove maar met een stem die groter is dan het leven zelf. Een producent bij een groot platenlabel had hier een onnodig sausje over moeten gieten om het eetbaar te krijgen, maar voor de soul-liefhebber is dit smullen. Het is een promo met aan beide kanten hetzelfde nummer en beide keren in stereo.

* Ebony Web- The Time Of Me (US, Hi, 1970)
Ik moet even een stukje draaien van de b-kant om dit plaatje te duiden en foto's op zoeken van de individuele leden. Dit is de enige single van Ebony Web voor het Hi-label en er is zeer weinig bekend over de groep. Qua geluid zou ik dit als crossover willen bestempelen. De b-kant, 'Games', neigt een beetje naar de funk. 'The Time Of Me' is echter het prijsnummer en dat zou ik eerder in de boeken hebben als soulvolle pop. Maar... wat een nummer! Het is geen wegwerp-nummer, dit blijft nog heel lang nazingen in het hoofd. Het mag hoe dan ook zeker in de koffers. In het Zweedse pakket vinden we een soortgelijke single waarvoor de gele bak wacht. Het voordeel van de twijfel.

* Barbara Jean English- I'm Living A Lie (US, Alithia, 1972)
Ik spring een gat in de lucht als ik zie dat Mark deze nog beschikbaar heeft. Ik ga de plaat opzoeken en ontdek dan waar mijn blijdschap zijn oorsprong heeft. De plaat is een paar jaar later in Engeland uitgebracht als een Contempo en met een andere b-kant. 'Key In The Mailbox' maakt dan diepe indruk op mij en ik wil de plaat graag in de koffers hebben. Nu heb ik dan de Amerikaanse persing met een andere b-kant. Ach, die Contempo kan altijd nog. 'I'm Living A Lie' is een grote hit geweest in de Northern Soul en zit net zoals Ebony Web tegen de pop aan. Een lekker niks-aan-de-hand nummer waarbij stil zitten onmogelijk is. 'Small crackle but nothing excessive', herinner ik me uit de advertentie. Over dat laatste ben ik nog zo zeker niet. De b-kant maar even proberen. Daarvan is het styreen ietsje beter. 'All This' is een prachtige ballade dat lijkt te groeien naarmate het vordert. Ik denk dat dit uiteindelijk toch de favoriete kant gaat worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten