zondag 7 mei 2017

Het 'butterfly effect' van The Hollies



Last van weemoed? Het lijkt er bijna wel op. Het mooiste fietsweer van de wereld en ik ben deze dag niet van het erf geweest. Is het weekend uiteindelijk ook niet bedoeld om te ontspannen? Ik verwacht een pakketje, een t-shirt, uit Engeland en besluit vanmiddag zo even in de brievenbus te kijken. Een groot pak, gestempeld in Nederland. Wat zou dat zijn? Twintig singles afkomstig van Albert! Ik had gedacht dat ik 'klaar' was met de 'Singles round-up', maar we gaan morgen gewoon verder. Drie afleveringen van elk zeven want ik hoop Blue Magic tegen het weekend eveneens in huis te hebben. Vandaag dan eerst een 'gewoon' bericht. Ik heb in mei 1992 veel elpees gekocht en uiteraard komen ze volgende week maandag allemaal aan bod in 'Het zilveren goud op 33 toeren'. Toch wil ik een aantal van deze elpees in de schijnwerpers zetten en vandaag ga ik dat doen met 'Butterfly' van The Hollies (1967). Een plaat die een halve eeuw later geen hoge scores haalt bij critici, maar het brengt mij nog altijd fijne momenten.

The Hollies komt van hetzelfde adres waar ik ook The Pretty Things heb gekocht. Meerdere jaren zestig-elpees zelfs en een aantal zijn reeds voorbij gekomen in zeven jaar Soul-xotica. ,,Everybody knows the songs, nobody knows the group", lees ik eens in het cd-boekje van een compleet hitoverzicht van The Hollies. The Hollies is echter 'big business' in de jaren zestig. De manie rond The Beatles maakt dat iedere andere band in de schaduw staat, maar The Hollies kan terugkijken op een imposante carrière en met een miljoenenverkoop. In 1966 is Manchester nog altijd de tweede meest succesvolle muziekstad van Engeland, na Liverpool en boven Londen dat The Rolling Stones herbergt. Ondanks vele top tien-hits in alle uithoeken van de wereld slaagt The Hollies er nooit helemaal in om 'serieus' te worden genomen. Een bezoeker aan een Hollies-conventie wordt bekeken als een 'freak', terwijl een Beatles- of Stones-conventie de normaalste zaak van de wereld is. Ondanks hun miljoenenverkoop is The Hollies wellicht een van de meest ondergewaardeerde bands van de jaren zestig.

De markt voor elpees is nog maar pas ontstaan in 1966. Voor die tijd geldt dat een groep of artiest pas na twee of drie succesvolle singles een album mag opnemen. Voor wat het waard is, want veel van de vroege elpees zijn de singles, de b-kanten, een stel matige covers en materiaal dat niet goed genoeg is om op single te worden uitgebracht. Meestal standaard-foto's op de hoes en een tekst van een 'kenner'. Eer wie ere toekomt, het is The Beatles dat van een elpee iets anders maakt dan een vergaarbak van singles. Integendeel zelfs: In sommige gevallen worden bewust geen singles uitgebracht van een album zodat je als 'fan' wordt gedwongen het dure album in huis te halen. Met The Hollies is het niet anders, ook daar zijn de eerste albums vrijwel inwisselbaar en worden gedragen door de hitsingles. Totdat de groep eind 1967 met 'Butterfly' op de markt komt. Ook nu weer de keuze om geen singles te trekken van het album, hoewel 'Dear Eloise' in grote delen van de wereld op single verschijnt. In Amerika wordt het album met een andere tracklisting uitgebracht en bevat het nóg een single: 'King Midas In Reverse'. Het album gaat de geschiedenis in als de laatste waarop Graham Nash meewerkt.

Nash staat met Allan Clarke aan de wieg van de groep. In 1964 wordt hij zelfs 'Group leader' genoemd op de hoes van de eerste elpee van The Hollies, maar dat is teveel eer. Nash speelt dan nauwelijks een rol in de muziek van The Hollies. Hij zingt de lead op 'Just One Look' en daar houdt het dan wel mee op. Toch ontwikkelt hij zich snel en stuurt hij de groep waar mogelijk. Hij zet zijn maten aan om eigen repertoire te schrijven. Aanvankelijk onder het pseudoniem 'L. Ransford', maar vanaf 1966 onder de eigen namen. Net als bij 'Lennon-McCartney' is het onbelangrijk wie het grootste aandeel heeft in een nummer. The Hollies start in 1966 ook met haar eigen publicatiemaatschappij. Aanvankelijk vertegenwoordigt het alleen The Hollies, maar vanaf 1969 ook Elton John die op zijn beurt in dat jaar met de groep heeft gemusiceerd.

'Butterfly' is het tweede album van de groep uit Manchester in het jaar 1967 en hun zevende Engelse elpee in totaal. Amerika krijgt het album 'Dear Eloise/King Midas In Reverse' op het Epic-label. De hoes laat The Hollies zien voor een winkel. Het album mist drie titels van de Engelse 'Butterfly': 'Pegasus', 'Try It' en 'Elevated Observations'. 'King Midas In Reverse' is een nieuwe toevoeging evenals 'Leave Me'. Dat laatste nummer is in Engeland verschenen op 'Evolution' maar mist dan ook de Amerikaanse release. Beide singles van het album halen nauwelijks de Amerikaanse top 50. Het album zélf doet nog minder en dat is op zichzelf weer niet verbazingwekkend. The Hollies zal de geschiedenis in gaan als singles-groep en een album zonder singles werkt niet. Graham Nash heeft tijdens de Amerikaanse tournee van The Hollies in 1966 al kennis gemaakt met David Crosby en Stephen Stills. In 1968 wordt hij andermaal in contact gebracht met Crosby, nu dankzij Mama Cass. Dat zal uiteindelijk het begin van het einde inluiden voor Nash bij The Hollies. Of is het kwaad dan al geschied?

'King Midas' is een liedje uit de pen van Nash, eentje die hij heeft geschreven nadat hij zijn oor in Amerika te luister heeft gelegd. 'Moeilijke structuren' vormen het geluid van de toekomst en zo brengt hij 'King Midas In Reverse'. Dit tot groot ongenoegen van producent Ron Richards die het commerciële zelfmoord noemt. De single verschijnt na veel vijven en zessen en haalt nauwelijks de Engelse top twintig. Richards heeft gelijk gekregen, maar het geeft Nash alleen maar meer weerzin tegen de 'lullige' liedjes. The Hollies herstelt het in 1968 met 'Jennifer Eccles' en 'Listen To Me' (de laatste samenwerking tussen Nash en The Hollies). Het voornemen om een album op te nemen met Bob Dylan-liedjes stuit tegen de borst van Nash en trekt naar Amerika om Crosby, Stills & Nash tot een feit te maken.

Hoogtepunten van de plaat? Volgens Q en Allmusic zijn die er niet, de plaat wordt afgedaan als een pseudo-psychedelisch album. Een beetje dertien-in-een-dozijn. The Hollies gaat niet opeens loos in een pap van psychedelische effecten, het oorspronkelijke geluid moet overeind blijven. 'Pegasus' is daar een mooi voorbeeld van. Het ijzersterke moment vind ik persoonlijk het krachtig klinkende 'oude' Hollies-geluid van 'Would You Believe'. Zo is de groep op haar best!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten