maandag 18 januari 2016
Raddraaien: Eddie Holman
Een gelukje bij een ongelukje? De dienstdoende kapper woont op nummer 252 en dus begin ik eerst maar eens met tellen hoeveel singles ik in het tweede vak van de eerste Blauwe Bak-koffer heb staan: 146. Dat klopt ook wel, want er wordt geadverteerd met ruimte voor 300 singles. Dan hebben we het over 300 singles in dunne hoesjes en niet de stugge kartonnen hoezen uit de jaren zestig en zeventig die bij mij om de 'collector's items' zitten. Om ook een beetje ruimte te houden om door de singles te bladeren, is 150 onmogelijk. Ik heb daarbij het geluk dat 'My Pledge Of Love' van Joe Jeffrey Group, uitgangspunt van de vorige 'Raddraaier' uit deze bak, de honderdste single is. Het wordt allemaal ietsje eenvoudiger en ik ben helemaal opgelucht als ik Eddie Holman in handen hou. Hem heb ik nooit eerder behandeld op Soul-xotica en dus kan ik jullie vandaag voorstellen aan niet zomaar een Northern Soul-legende: Eddie Holman met 'Where I'm Not Wanted' (1965).
Eddie Holman aanvaardt op 3 juni 1946 deze incarnatie. Zijn wieg staat in Norfolk in Virginia, maar hij groeit op in New York. Als de kleine Eddie twee jaar oud is, valt het zijn moeder op dat hij al een liefde heeft voor zingen. Zij zet hem toe om gitaar en piano te leren spelen. Natuurlijk is het gospelkoor de volgende stap en ook tijdens familiebijeenkomsten vermaakt Holman de aanwezigen met zijn muzikale kunsten. Als tienjarige treedt hij op in het beroemde Apollo Theatre en dit opent deuren naar Broadway en Carnegie Hall. Hij volgt een studie aan 'Victoria School Of Music' in Harlem en verhuist kort daarop met zijn familie naar Philadelphia. Na de 'high school' kwalificeert hij zich voor 'Cheyney State University' waar hij afstudeert in de muziek.
In 1962 maakt hij zijn eerste single: 'What You Don't Know Won't Hurt You'. Hij wordt al snel op handen gedragen in de soul-scene van Philadelphia en terwijl hij nog zijn studie volgt aan de universiteit scoort Holman in 1965 zijn eerste Billboard-hit. 'This Can't Be True' bereikt nummer zeventien. In de tweede helft van de jaren zestig is Holman zeer actief met het opnemen van verschillende platen. Sommige daarvan worden hits, terwijl andere genadeloos floppen. Toch zijn het de laatste die in de midden jaren zeventig massaal worden ontdekt in de Engelse Northern Soul-scene en daar uitgroeien tot klassiekers van formaat. De opvolger van 'This Can't Be True' heet 'Don't Stop Now' en heeft 'Eddie's My Name' op de keerzijde. Door toedoen van de laatste is die single bijna onbetaalbaar geworden. In 1969 verschijnt 'I Love You' met het hartverscheurende 'Surrender' op de b-kant. Eenzelfde verhaal als bij 'Eddie's My Name'. Niet alles dat hij voor Parkway op de band zet, komt ook tot een officiële single. Onze 'Raddraaier' is daar een fraai voorbeeld van. Holman neemt 'Where I'm Not Wanted' op in 1965, maar het zal niet verder komen dan een acetaat. In de jaren tachtig verschijnt het als een zeer krakkemikkige bootleg op Soul Beat Records. Het Engelse kwaliteits-label Goldmine perst het tenslotte in 1998 in het vinyl, geremasterd en wel, met op de b-kant een andere productie uit Philadelphia dat niet verder is gekomen dan een acetaat. Ik heb vrijdag het nummer genoemd in 'Raddraaien': Het is 'You Need Love' van Irma & The Fascinators, dat dezelfde geluidsband heeft als 'Shing-A-Ling' van The Cooperettes.
In 1970 breekt de grote dag aan voor Holman. Ruby & The Romantics heeft het in 1963 opgenomen als 'Hey There Lonely Boy', maar omdat Holman een jongeman is, maakt hij er 'Hey There Lonely Girl' van. Het piekt op de tweede plaats van de Billboard Hot 100. Vier jaar later bereikt het de vierde plek in Engeland waar men dan net kennis heeft genomen van Holman's werk uit de jaren zestig. In 1977 scoort hij zijn laatste hits. Dan rijst bij mij nog wel een vraagje. Volgens de gegevens heeft Holman een eigen platenmaatschappij: Agape Records. Nu heb ik vorig jaar een single gekocht van Myrna March uit 1971 op Agape Records, maar waarom zou Holman zelf zijn platen uitbrengen op ABC als hij zijn eigen maatschappij had? Volgens Soulfulkindamusic maakt hij alleen in 1982 een plaatje voor Agape. Holman is tegenwoordig een beëdigd dominee en woont met vrouw Sheila in Philadelphia. De laatste paar jaar heeft hij zijn stem vooral ingezet voor het verkondigen van Gods' woord.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten