donderdag 30 april 2015

Singles round-up: april 6



Op het gebied van de soul-hobby mag april een rustige maand worden genoemd. Buiten enkele 'laatkomers' en een stapel bootlegs is het deze maand niet gekomen. Wat betreft de 'pop' zit het deze maand goed. 'De Tafel' geeft een nieuwe impuls aan mijn platen verzamelen: Ik vind vrijwel iedere week titels die ik nog steeds niet in de bakken heb staan en die daar toch thuis horen, uiteraard voor hele mooie bedragen in vergelijking met de prijzige soul-platen uit Engeland en Amerika. Als ik naar het vakje van Bart kijk, dan hou ik mijn hart vast... De ene na de andere pracht-single op CBS van omstreeks 1970. Zou het dan zomaar kunnen gebeuren dat ik hier binnenkort de originele 'Come To The Sabbath' van Black Widow tegenkom? We zullen zien. De buurman heeft ook een vracht singles neergezet. De meeste zitten op een euro per stuk en dat is geen gekke prijs. Het valt me op dat de prijs-stickers een groene viltstift-streep hebben en dat betekent aan de kassa extra korting: Die platen gaan voor de halve prijs en opeens zijn ze 50 cent per stuk. Ik denk dat ik daar binnenkort nog even in ga lopen graaien, want voor vijftig cent ligt er nog wel mooi spul tussen. Hierbij de vangst van vanmiddag.

* Blood Sweat & Tears- You've Made Me So Very Happy (NL, CBS, 1969)
Het is echt even wennen als ik deze op zet. Ik ben de afgelopen jaren zó gewend geraakt aan de originele versie van Brenda Holloway dat ik bijna ben vergeten hoe briljant deze cover is. Toch heeft CBS in de brug even de schaar in de hand genomen, want daar mis ik een klein stukje. Ik leer dit nummer van Blood Sweat & Tears kennen in de begin jaren negentig. Ik heb vlagen van de band gehoord in het, vaker hier genoemde, NCRV-programma 'Elpee Pop Special'. De compact disc is nog maar net 'algemeen' geworden als CBS een serie wenskaarten op de markt brengt: Deze bevatten een 3"-cd-single met daarop een 'boodschap'. De boodschap van deze bewuste kaart is 'You've Made Me So Very Happy' en het cd-tje bevat dit en 'Spinning Wheel' van Blood Sweat & Tears. Ik heb hem helemaal grijs gedraaid. Op het gebied van de singles blijft 'Hi De Ho' ruim twintig jaar de enige single van de groep in mijn verzameling, maar deze 'Happy' mag er zijn! Prachtige staat met dito fotohoes voor slechts een euro. Is het dan toch waar wat een collega-verzamelaar een paar weken geleden schreef? 'Een goede platenverzameling hoeft niet duur te zijn en daarbij kun je heruitgaven en bootlegs ontwijken'. Zelf heb ik daar een kanttekening bij, maar in geval van 'De Tafel' is het de waarheid als een koe.

* BZN- Barber's Rock (NL, Negram, 1973)
Ja... ik ben wel kritischer geworden ten opzichte van een paar jaar geleden. Zo'n bak met singles voor vijftig cent zou ik tien jaar geleden nog hebben geplunderd, nu loop ik niet voor alles meer warm. Voor vroege BZN heb ik echter een zwak en dat wordt met deze single geheel beloond. BZN rockt hier nog dat het een lieve lust is. Jan Keizer zit nog gewoon achter het drumstel en Anny Schilder is nog in geen velden of wegen te bekennen. Hoewel de groep anno 1974 een fraai bestaan kent dankzij optredens voor Defensie, wil het op de hitparade niet echt vlotten. BZN is een middenmoter totdat het in 1976 een jubileum-single met een iets ander geluid uitbrengt. 'Barber's Rock' is vooral een erg grappige plaat. Rossini wordt heerlijk op de hak genomen en de heren laten horen over een uitstekende instrumentbeheersing te beschikken. Zo strak als menig ding van Status Quo!

* The Edwin Hawkins Singers- Oh Happy Day (NL, Pavilion, 1969)
En nu valt het me dan ook voor het eerst op... de leadzang wordt toegeschreven aan Dorothy Combs Morrison. Goh, is het al bijna een jaar geleden dat ik die 'hele dure' heb gekocht van Dorothy Morrison? Ja, dat kan na Terri Bryant tussen aanhalingstekens. De single van Dorothy Morrison is echter zo'n aderlating dat het in die maanden mijn platen verzamelen even helemaal plat legt. Ik geloof dat ik deze van The Edwin Hawkins Singers nog niet had of dat die in een hele slechte staat is. Deze kan ermee door. Met fotohoes en het vinyl oogt goed, maar in het refrein en de overige dynamische stukken klinkt het niet overal even koosjer. Voor vijftig cent staat die goed in de jaren zestig-bak, want deze komt uiteraard niet tussen mijn gospel-platen te staan...

* Little Richard- EP Here's Little Richard (België, Moonglow, 1957)
Ik val van de ene in de andere verbazing. Opeens hou ik een originele Little Richard-EP in handen! Mét het fotohoesje en in een redelijke staat. Dat laatste heeft dan vooral te maken met een lichte ruis over de plaat, maar dat is voor mij acceptabel voor een EP van bijna 58 jaar oud. Eén euro en vijftig cent. Ook al zou ik niks met Little Richard hebben, dan zou zo'n plaat mooi ingelijst kunnen worden. Toch heb je voor die prijs een paar knallers van Penniman: 'Slippin' And Slidin', 'Oh Why?', 'Ready Teddy' en 'Baby'. Dit is het tweede deel uit een Amerikaanse serie van drie. Een langspeelplaat is in 1957 nog bijna onbetaalbaar, vandaar dat de platenmaatschappij dan liever drie EP's uitbrengt. Ten opzichte van de elpee mis je na deze drie EP's twee nummers of daaromtrent, maar daar is mee te leven?

* The New-Yorkers- Lovely Peter (NL, Peter Stuyvesant, plm. 1976)
Eigenlijk weet ik bij de aanblik van het hoesje wel dat het helemaal niks gaat worden, maar als de euro opeens vijftig cent blijkt te worden, móet ik gewoon wel gokken. Misschien is het dan toch de fascinatie waarmee ik het blog volg van 'Lord Of The Boot Sale', een Engelse verzamelaar die middels rommelmarkten en kringloopwinkels louter obscuur en onbekend werk koopt: Van reclame-platen middels geestelijk en fanfare naar 'eendagsvliegen' uit de popmuziek. Als hij het bij voorbaat niet kent, zit het in zijn boodschappentas. 'Lovely Peter' is een reclame-plaatje voor Peter Stuyvesant-sigaretten. Het is een knullig dixieland-orkestje met een dameskoortje. Als iemand meer weet over deze plaat (en vooral het exacte verschijningsjaar), laat het me dan even weten. Discogs noemt de single wel, maar geen details over wanneer dit ding is uitgebracht.

* Redbone- Poison Ivy (NL, Epic, 1973)
Ik ben al een paar weken 'sterk'. 'De Tafel' heeft een 'exotische' 'Fais-Do' liggen. Ik denk zelf het eerste aan een Belgische persing met fotohoes, maar ik heb de single al zó vaak met Nederlandse fotohoes dat ik sterk moet blijven. Deze 'Poison Ivy' ontbreekt nog in mijn collectie en is zeer welkom. Op het gebied van de hits ontbreekt alleen 'Maggie' nog?

* Vicki Sue Robinson- Turn The Beat Around (Frankrijk, RCA Victor, 1976)
Exact elf maanden geleden nog gekocht bij de kringloopwinkel in Ruinerwold, alleen blijkt die zo krom als een hoepel te zijn. Deze is helemaal vlak en klinkt super! Voor in de reserve-Blauwe Bak, want dit nummer is sinds een jaar bezig aan een opmars in de meer progressieve Northern Soul-hoek. Het schijnt dat de single niet heel hoog heeft gescoord in Engeland en daar is het dus net genoeg 'underground' om in de Modern Soul-beweging te mogen.

* Lisa Stansfield- All Around The World (Duitsland, Arista, 1989)
Jarenlang heb ik deze plaat niet kunnen uitstaan. Toch heeft dat weinig te maken met de kwaliteit van de single, maar heeft het alles van doen met de tijd waarin het een hit is. Misschien dat 'Het zilveren goud' het wel duidelijk maakt: Voor een vijftienjarige ben ik ondergedompeld in 'de oudheid'. Ik koop singles die hits zijn geweest vóór mijn geboorte. Plaatjes uit de hitparade zijn klanken van de 'koude' wereld die ik met de klanken van The Moody Blues en Creedence Clearwater Revival probeer te ontvluchten. De liefde voor 'All Around The World' houdt verband met een weekend in 2008 dat ik ooit als 'legendarisch' heb bestempeld, maar waarvan me nu de tenen krom gaan staan. Er komt flink wat alcohol voorbij in dat weekend en ook een paar andere dingen die God heeft verboden. Dat weekend zorgt er overigens wel voor dat ik serieus ga luisteren naar Lisa Stansfield en ontdek wat voor prachtige plaat ik eigenlijk heb gemist.

* Joe Walsh- Life's Been Good (NL, Asylum, 1978)
Ik ken het nummer het beste van Arrow Classic Rock, de tijd dat ik vaak naar die zender luister. 'Life's Been Good' is dan zo'n plaat die geregeld op zondag voorbij komt. Dat is de enige dag dat Arrow niet aan nieuws-bulletins doet. Als je halverwege een plaat drie korte piepjes hoort, is dat het tijdsignaal van het hele uur. Op oudejaarsdag 2013 heb ik een jaar Soul-xotica besloten met deze single, sinds vanmiddag heb ik het dan eindelijk op single. Ja... op single. Ook hier is flink in geknipt, maar er blijft nog altijd vier minuten en veertig seconden over, dus dat heeft erger kunnen treffen. Misschien is deze plaat wel de meest ultieme om een maandje platen verzamelen mee af te sluiten...

Overigens ga ik zaterdagavond de meeste van de singles van 'De Tafel' draaien in 'The Vinyl Countdown'. Jullie zijn van harte welkom op Wolfman Radio, dat is vanaf elf uur 'onze' tijd.

woensdag 29 april 2015

anderhalve (Witte) paardenkop



Ik ben gisteren even van plan geweest een Schijf van 5 verjaardagen te doen, dit naar aanleiding van een telefoongesprek. ,,Je viert al jaren niet meer je verjaardag...". De gedachten dwalen even af naar mijn achtentwintigste verjaardag. De enige verjaardag die ik op de Rembrandtstraat heb gevierd en tevens ook de laatste waarbij ik familie heb uitgenodigd. De jaren ervoor zat ik bij Harry en Jan in de kost en toen heb ik ze ook gevierd. De verjaardag in 2003 is nog een hele operatie, want ik heb mijn ouders uitgenodigd en een chaoot ben ik altijd geweest en zal ik ook altijd blijven? Ik ben de hele maandag druk in het spier om de woonkamer 'toonbaar' te maken. Gelukkig hoeven ze niet naar de slaapkamer die erachter ligt, want daar heb ik veel van 'de troep' naar toe geschoven. Een dag later hap ik de laatste oranje-tompoucen weg en maak ik me op voor een concert. Een concert dat een diepe indruk zal achterlaten en dat mijn volgende 48 uur zal bepalen, maar dat ook even snel weer wegebt als dat het is gekomen.

Ik ben in november 2002 eens in Leeuwarden bij King Kong. Het is, volgens mij, de tijd dat ik even meer met cd's bezig ben dan met de vertrouwde vinylplaat. Ik kan me niet meer herinneren wat ik daar heb gekocht. ,,Jij woont toch in Steenwijk?", vraagt de eigenaar van King Kong plotseling. De man getuigt van een olifantengeheugen, want zo vaak kom ik niet bij hem in de zaak. ,,Dan woon je vlakbij de Witte Paarden. Wist je dat daar regelmatig de crème de la crème van de alternatieve Americana optreedt?". Nee, dat is absoluut nieuws voor mij. Niet dat ik héél thuis ben in de Americana, maar ik heb het nooit gelezen of gehoord. Let wel: Dit is de tijd dat ik nog geen 'nee-nee'-sticker op de deur heb en dus iedere dinsdag door het plaatselijke huis-aan-huiskrantje blader. Ik kom regelmatig bij concerten in De Buze, maar ook daar zie ik nooit een poster hangen van de Witte Paarden. Nee, dit is nieuws voor mij.

Het is inmiddels in het voorjaar dat ik op een zondagmiddag zin heb om een eindje te wandelen. Natuurlijk met de koptelefoon op en er staat me iets van bij dat het deze middag de walkman-met-cassette is. Eerst een stuk langs Het Diep en dan schuin over richting Thij en over Tuk weer terug naar Steenwijk. In Tuk steek ik natuurlijk even aan bij De Karre en daar zie ik de poster hangen. Het suggereert al dat het 'de laatste keer' kan zijn, vandaar dat de entreeprijs héél laag wordt gehouden. Het concert vindt plaats op Koninginnenacht in café De Witte Paarden en is van het duo Johnny Irion en Sarah Lee Guthrie. Bij de laatste wordt meteen verklapt dat het de dochter is van Arlo Guthrie en daarmee de enige 'wettige' kleindochter van de legendarische Woody Guthrie. Hier heb ik wel oren naar en ik noteer de datum in mijn agenda.

De toestand van mijn fiets? Niet zo heel goed, geloof ik. Ik heb de fiets pas in begin 2004 in de renovatie gedaan en toen had ik hem in anderhalf jaar niet tot nauwelijks gebruikt. Maar... een wandelingetje naar Witte Paarden draai ik nog steeds mijn hand niet voor om en dus ga ik per benenwagen. Bij De Karre oogt het al flink druk, daar hebben ze de traditionele 'talentenjacht'. Twee jaar geleden heb ik daar de regenwormen uit de grond 'geboerd' met mijn vertolking van 'Green Green Grass Of Home' van Tom Jones. Nee, ik heb niet gewonnen, maar krijg wel een heel mooi compliment van stadstroubadour Gerard Buisman vanwege mijn Engelse accent. De aanblik van De Karre en deze van Witte Paarden is een schril contrast. Ik blijk één van de drie betalende bezoekers te zijn. Als dank voor de entree en de genomen moeite krijg ik van de kroegbaas twee cd's. Hij zegt dan ook dat hij er 'helemaal klaar mee is' en daar is geen woord Frans bij. Nauwelijks een paar weken later staat het café te koop.

Het concert is eentje van de categorie 'kippenvel'. De intieme sfeer en het feit dat de kleindochter van Woody Guthrie een héle gezellige meid blijkt te zijn, dragen daar zeker aan bij. Ze leert me dat 'Alice's Restaurant' van Arlo Guthrie tijdens 'Thanksgiving' op bepaalde radiostations ieder uur wordt gedraaid. De volledige versie van twintig minuten, wel te verstaan! Ook vertelt ze van de jaarlijkse picknick met kinderen van Woody. Woody heeft in ieder stadje zijn schatje en hoewel Arlo Guthrie de enige is met zijn vrouw, heeft hij in totaal zo'n zestig kinderen. Muzikaal trekt het me terug naar de intieme folk-concerten die ik in de jaren negentig in Sneek heb gezien. Ik verlaat de Witte Paarden in een melancholieke stemming die me 48 uur in de ban zal houden. Dat is niet helemaal nieuw, want soms gebeurt het nog wel eens met een concert. Daarbij herinner ik dan met name het optreden van Thee Silver Mt. Zion in 2010 in Groningen.

Ik ontwaak 's middags op Koninginnedag met een fikse kater, maar nog steeds met dezelfde melancholie. Ik zoek wat platen bij elkaar en neem vervolgens een minidisc-schijfje op dat ik later nog eens dunnetjes zal overdoen middels een cassette. De sfeer is akoestisch, 'rootsy' en beetjes folk en jazz ter afwisseling. Er is gesproken over het aanstaande optreden van Johnny en Sarah Lee in Assen. Dat is morgen. Omdat dit het laatste jaar is dat ik het straatmagazine mag verkopen, wil ik morgen een flinke slag slaan met de nieuwste editie en morgenavond per bus naar Assen gaan. Ik stel in Leeuwarden zelfs voor om in Assen te gaan verkopen, maar dat wordt me ten strengste verboden. De handel gaat niet volgens wens, want ik heb mijn residentie vooral in Dokkum en Leeuwarden 'wil' niet van mij kopen. Hoewel het pijn doet, moet ik Assen uit het hoofd zetten. Terwijl Johnny en Sarah Lee mooie muziek voortbrengen in Assen, zit ik weer thuis in Steenwijk. Het weekend daarop heb ik alweer andere drukte en de liefde voor 'kuntrie' verdwijnt alweer snel.

Ik ben later goed bevriend geraakt met de toenmalige eigenaar van De Witte Paarden. Hij heeft het in dat seizoen meerdere malen geprobeerd: Het aantrekken van grote namen uit de Americana, maar bij ieder optreden moet hij zelf geld bij leggen. De Witte Paarden is daarna nog enkele malen van eigenaar verwisseld. Het is rond 2008 een wok-restaurant geweest, maar het staat inmiddels alweer een paar jaar leeg. Tot de aanleg van de A32 is De Witte Paarden een wegrestaurant, gelegen aan de doorgaande weg van Heerenveen naar Zwolle. Rond 1970 is dit hét uitgaanscentrum van het noorden van Nederland. The Cats treedt vrijwel overal op, maar... als de Volendamse band in De Witte Paarden optreedt, is het afgeladen! De ansichtkaart boven dit bericht toont De Witte Paarden in de glorietijd, de midden jaren zestig.

dinsdag 28 april 2015

Week Spot: The Para-Monts



Ik meen even dat ik héél lang en hard moet nadenken over de Week Spot, maar dat is immers al een paar weken zo klaar als een klontje. The Para-Monts is nog geen Week Spot geweest en mag dat worden op mijn verjaardag. De zoektocht naar informatie heeft tot nu toe nog niks opgeleverd en ik heb ook niet de stoute schoenen aangetrokken om Robert Pruter aan te schrijven. Als ik dat laatste al zou doen, dan zouden er nog een paar andere namen voorrang hebben op The Para-Monts, maar dat terzijde. Over The Para-Monts is gewoon helemaal niks bekend. Er is nergens vastgelegd wie de dames zijn en de groep wordt zelfs op Discogs gescheiden van twee releases die, volgens mij, direct aan elkaar zijn 'gelinkt'. De Brit loopt nog te leuren met zijn 'price reflects condition' voor twintig pond. De 'VG+' die hij opgeeft, zou ik voor die prijs niet aan durven. Als je ziet wat een 'Minter' doet, dan kun je voor twintig pond alleen maar een verpest geluid verwachten. Vandaag presenteer ik jullie die grote onbekende uit Chicago, een plaatje dat het in de loop der jaren tot een aantal verzamel-cd's heeft geschopt en dat nu opeens op meerdere adressen verkrijgbaar is voor zeer uiteenlopende prijzen: 'Come Go With Me' van The Para-Monts (1967) is onze kersverse Week Spot.

Er is namelijk nóg een single met The Para-Monts en eentje die eveneens hoog staat aangeschreven. 'Beware A Stranger' staat te boek als één van de ontdekkingen uit de legendarische The Catacombs in Wolverhampton, de geboorteplaats van menig Northern Soul-klassieker. De plaat wordt toegeschreven aan Bobby Jones & The Para-Monts en op beide kanten klinkt het achtergrondkoortje als 'onze' Para-Monts. Beide singles komen uit 1967 en USA Records is eveneens uit Chicago. De Bobby Jones-single is stevig aan de prijs en ik vind hem niet meer dan een klein beetje interessant. The Para-Monts kan het immers ook heel goed alleen af. Verder dan hier komt de informatie niet, het enige dat ik weet te vertellen is dat 'Come Go With Me' in de vroege maanden van 1967 is uitgebracht via het obscure Ole' Records. Dat heeft het nooit verder gebracht dan deze ene single. Overigens is het meer 'poppy' 'I Don't Wanna Lose You' de a-kant van de single.

Het bericht naar aanleiding van mijn verjaardag is al een kort bericht, dit lijkt niet anders te gaan worden? Nou, ik heb besloten om 'de herinnering' naar boven te halen. Daarvoor verplaats ik me naar het mooie 'Kopje Cultuur'-weekend in september 2012. De eerste week dat ik werkzaam ben in de post in Meppel. Er is van bovenaf gezegd dat de werkzaamheden op vrijdag tot hooguit half zes duren. Als ik vervolgens tegen mijn collega's zeg dat ik klokslag half zes weg ga omdat ik die avond moet optreden, krijg ik moeilijke gezichten te zien. Wat blijkt: De leidinggevenden weten, zoals vaker met mensen in die functie, van toeten noch blazen hoe het er op de werkvloer aan toe gaat. Half zes klaar? Half zes begint het échte werk pas. Dan heb je vervolgens om tien over zes de 'deadline' en dan moet één van de dames naar het postkantoor scheuren om de post voor half zeven af te geven. Ik zal nooit weer zo 'krap' afspreken als ik 's avonds moet werken, maar deze eerste vrijdag wordt het me vergeven. Ik ben kwalijk thuis of de auto uit Steenwijk arriveert. Ik 'open' 's avonds 'Kopje Cultuur' in De Buze. Dat gaat lekker en de volgende dag geniet ik vooral van het fraaie nazomerweer. 's Avonds loop ik naar Meppel voor een paar boodschapjes en ga 'royaal' terug. Ik luister op dat moment naar de nieuwste 'Soul-x-rated' die ik kort daarvoor heb opgenomen. Of heb ik hem die middag gemaakt? Hoe dan ook: Het is één van de podcasts die ik ernstig ben kwijtgeraakt.

Ik weet niet meer hoe het kan, maar ik word de volgende ochtend al héél vroeg wakker. Ik zal om drie uur worden opgehaald om in Het Pandje te draaien als 'afsluiter' van het 'Kopje Cultuur'-weekend. Even snel rekenen. Natúúrlijk kan dat! Na koffie en ontbijt stap ik naar buiten en geniet van een wandeling over Nijeveense Bovenboer. Het is prachtig zomerweer en ik moest het er nu even van nemen, voordat ik vanmiddag weer binnen sta in een kroeg. Ik weet bijna de plaats aan te wijzen op Nijeveense Bovenboer. Dáár hoor ik het nummer! Ik weet niet of ik hem eerder heb gehoord, maar hier, op deze zonovergoten zondagmorgen, word ik gegrepen door 'Come Go With Me' van The Para-Monts. Een eerste blik op Ebay geeft weinig hoop. De plaat wordt nauwelijks aangeboden. De daaropvolgende jaren blijft 'The Para-Monts' een vaste zoekfunctie op Ebay, maar ik begin er steeds meer een hard hoofd in te krijgen. Ik heb één exemplaar gemist op 'Hassle Free', de Facebook-groep, en deze is voor tachtig pond de winkel uit gegaan. Wat gaat er precies gebeuren als die in een veiling komt? Ben ik de enige die héél erg ver wil gaan of is het startbedrag meteen al driehonderd pond? Ook snuffel ik geregeld de advertenties van mijn maat in Chicago door, want ik begrijp al in een vroeg stadium dat de plaat uit Chicago komt. Nóóit kom ik hem tegen en dan is het opeens maart 2015. De plaat is beschikbaar en ik heb de kans even flink uit te pakken. Dat doe ik dan ook! Ik schud de ene bieder na de andere af en ben voor een koninklijke prijs de eigenaar van een niet smetteloos exemplaar. Juist... wat de gek ervoor geeft. En deze 'gek' wil daarin erg ver gaan, na Terri Bryant wil ik mijn zoeklijst wel eens verversen. Dat is inmiddels alweer gebeurd. Nu staat 'Where Did I Go Wrong' van The Spontanes bovenaan.

Op en top veertig!



,,Vanaf nu wordt het alleen maar minder", hoor ik een radio-collega zeggen. 'Life is what you make it', zoals Talk Talk het zegt en mijn zus trekt de jackpot: ,,Je bent nog zo jeugdig voor iemand van veertig". Ach, een leeftijd is maar een cijfer. Ik moet bekennen dat ik het sinds een paar jaar het vooral 'erg lollig' vind: Ouder worden. Vaak hoor je van mensen die terug verlangen naar hun tienertijd, zelfs enkelen die de tienertijd opnieuw zouden willen doen met de wijsheid van nu. Ik doe daar niet aan mee. Als ik kijk naar het klimaat waarin de jongeren nu opgroeien? Maar waarschijnlijk heeft menig veertiger dat ook in de tijd gezegd waarin ik ben opgegroeid.

Hoe ik de verjaardag heb gevierd? Nou, niet eigenlijk... Ik vier al jaren niet meer écht mijn verjaardag. Niet dat ik een hekel heb aan het verjaren of aan feestjes, maar het komt er gewoon niet van. Drie jaar geleden ben ik bijvoorbeeld (alleen) uit eten geweest en 's avonds een rits films gekeken, twee jaar geleden heb ik een wandeling met Willemijn door Giethoorn gemaakt. Ik was toen té platzak voor een diner-voor-twee, maar de koffie met appelgebak en ijs heeft zich die middag goed laten smaken. Vandaag ben ik vrij van het werk, maar heb wel de 'verplichting' van 'Tuesday Night Music Club'. Nadat ik heerlijk heb uitgeslapen, heb ik reclame gemaakt voor de show en wat overig werk binnenshuis gedaan. Laat op de middag even naar de buurtsuper voor wat boodschappen en twee pakken met reuze-mergpijpen. Dat is mijn 'gebak' voor vandaag. Ik zit erover na te denken om straks een filmpje te gaan kijken. Het wordt dan een 'dvd-op-herhaling', maar ik heb de meeste uit mijn collectie in drie jaar niet gezien. Flesje cola erbij. Maar eerst moet ik nog beslissen wat de Week Spot gaat worden of stel ik dat vrolijk uit tot morgen? Dat moet ik nog even bekijken. De kop is eraf als veertigjarige!

maandag 27 april 2015

Singles round-up: april 5



Tot afgelopen zaterdag zijn de radio-uitzendingen even extra zwaar geweest. De reden hiervan ligt hem aan de stoel die ik 'in de studio' heb staan. Of eigenlijk niet zo zeer de stoel als wel het kussentje. De stoel zélf heeft totaal geen comfort en is daar ook niet voor gemaakt. Het is een houten klapstoeltje van de Hema. In alle haast samen met een inklapbaar ontbijt-tafeltje op een vrijdagmiddag gekocht. Ik moest in Nijeveen zijn om mijn koelkast in ontvangst te nemen en had de laptop meegenomen omdat ik vast even moest wachten. Ik heb op dat moment nog niks in Nijeveen staan buiten het koffiezetapparaat en dus snaai ik het klapstoeltje en het tafeltje mee bij de Hema. Hetzelfde klapstoeltje is de positie waarvan ik sinds jaar en dag de radio-uitzendingen doe, aangevuld met een dun kussentje. Welnu, dat laatste heeft echt zijn beste tijd gehad, ik voel de oncomfortable latjes van de stoel er doorheen. Zaterdagmiddag ben ik even vlug langs kringloopbedrijf 'De Kring' in Meppel gefietst om een stevig kussen te halen en nu zit het weer véél beter! Ook even snel in de singles-bakken gekeken en daar heb ik de volgende acht uitgevist. De singles zijn 50 cent bij 'De Kring', dus voor die prijs kan en mag er veel?

* Darts- It's Raining (NL, Magnet, 1978)
Goh, ik ben echt blij verrast. Ik ken Darts eigenlijk alleen van 'Come Back My Love' en 'Daddy Cool' en verwacht ook hier eenzelfde soort geluid, maar ik vind 'It's Raining' bereleuk ten opzichte van het overige repertoire van de Engelse groep. Een leuke nieuwe ontdekking dat zeker zal smaken in 'The Vinyl Countdown'.

* A. Decap Sound- Meisje Van Mijn Leven (België, DC, 1971)
Verstopt in het hoesje van 'Stomp' van Brothers Johnson en eveneens een aangename verrassing. Tot een paar jaar geleden wist ik niet wat een 'Decap' was en had ik de single ongetwijfeld laten liggen. Is het goed als ik de Decap omschrijf als een kruising tussen een draaiorgel en een jukebox? Het is een mechanisch orgel dat in België wordt gebruikt voor dansavonden. 'Meisje Van Mijn Leven' is een instrumentale bewerking van een hit van Jimmy Frey, maar de voorkeur gaat uit naar de b-kant: 'Decap Plays Mozart'. Dit is de veertigste symfonie van Mozart zoals die op dat moment in de hitparade staat met dank aan het orkest Waldo De Los Rios onder leiding van Manuel De Falla. Een plaatje dat de 'xotica' in Soul-xotica eer aan doet.

* Georgie Fame & Alan Price- Rosetta (NL, CBS, 1971)
Oorspronkelijk de 41e single in mijn verzameling, in september 1989 voor veertig ouderwetse centen gekocht op een braderie in de binnenstad van Sneek. Het is de tijd dat Sneek de 'landenweek' heeft en op die manier nog de media haalt met de Franse Week waarbij de komst van Brigitte Bardot wordt beloofd. Juist, die moet nog steeds komen... Ik weet niet welk thema de 'landenweek' in 1989 heeft, maar wel dat op de donderdag een braderie door de hele stad is en ik 'Rosetta' koop op de Wijde Noorderhorne. Veertig cent, de prijs van een beker melk op school, voor een single die ik kwalijk ken, maar vooral aanschaf vanwege de Animals-interesse. De plaat draait zonder problemen, maar kraakt als een gek. Toch is dit de definitieve 'Rosetta' voor mij geworden, hoewel ik deze voor vijftig cent niet kan weigeren. Nu in nieuwstaat en met fotohoesje. Mijn naald zal me eeuwig dankbaar zijn, want die 'oude' kán echt niet meer...

* Far Corporation- Stairway To Heaven (Duitsland, Imp, 1985)
Wáárom? Ja, ik koop de plaat voor de 'novelty', maar waarom is dit in eerste instantie uitgebracht? Een 'eigentijdse' cover van de Led Zeppelin-klassieker door muzikanten van Toto en geproduceerd door Frank Farian. Ik ga de luisteraars op zaterdagavond eenmalig 'plagen' en verder gaan we dit ding archiveren.

* Mahalia Jackson- He's Got The Whole WOrld In His Hands (NL, CBS, 1958, re: 1963)
Nee, dit heeft niks met de recente interesse in gospel te maken. Het mag dan een klassieke opname zijn van formaat, de plaat komt niet tussen mijn gospel-singles te staan. Maar het is wel een klassieker die in de jaren zestig-bak hoort te staan en voor vijftig cent heb ik een fraai exemplaar mét bovenstaande fotohoes.

* Kid Creole & The Coconuts- Stool Pigeon (Duitsland, Island, 1982)
Bij 'De Kring' hebben ze eind 2013 eens de hele bak singles boven de Kliko leeg geschud. Iets dat ze vaker zouden moeten doen bij kringloopwinkels. Ik kon tot 1998 eigenlijk ook geen plaat weggooien, maar dat heb ik in Mossley en De Bilt geleerd. Als een plaat drie maanden in de bak staat, dan kun je wachten totdat een jaar later iemand langskomt en de plaat meeneemt. Je kan de plaat ook doneren aan de huisvuilophaaldienst en een andere plaat ervoor in de plek zetten. Deze van Kid Creole ligt ook alweer een paar maanden bij 'De Kring' en ik sla hem steeds over. Zaterdag mocht hij mee en ik vraag me af waarom ik het niet eerder heb gedaan. Je kan per slot van rekening minder leuke jaren tachtig-platen aan de bakken toevoegen.

* Loïs Lane- Amsterdamned (Duitsland, WEA, 1988)
Als 'Flodder' in 1986 de kaskraker wordt in de Nederlandse bioscopen, is het hek van de dam voor Dick Maas. Hij produceert muziekvideo's voor Golden Earring en brengt in 1988 een productie van eigen bodem dat Hollywood naar de kroon moet steken: 'Amsterdamned'. Een actiefilm die zich afspeelt in het hart van Amsterdam. De grachten, de rosse buurt en een draaiorgel dat bij een achtervolging danig in de weg staat. De titelsong wordt uitgevoerd door een 'nieuwe' naam. Loïs Lane heeft even daarvoor hoge ogen gegooid in de Grote Prijs Van Nederland en hoewel de single 'Amsterdamned' een bescheiden succes wordt, is het de springplank voor de groep. En sinds lange tijd 'mag' bij mij alles van Loïs Lane en deze single heb ik nog niet in de bakken, dus vandaar...

* Paul Nicholas- Shufflin' Shoes (NL, RSO, 1975)
Het begint met de Bee Gees-hobby dat ik ook ga rondkijken voor overige RSO-singles en dat ik 'Dancing With The Captain' van Paul Nicholas op de kop tik. Ik heb de man nog te gast gehad in de eerste serie Raddraaien (26 juli 2012) en daar heb ik het volledige verhaal verteld van de man. Zijn geschiedenis is op zijn zachtst gezegd interessant, maar de platen? Ik weet niet wat ik er mee moet. Hier is vijftig cent wederom 'zonde geld' en dus zet ik hem maar bij de overige onaangeraakte Paul Nicholas-platen neer.

zondag 26 april 2015

Singles round-up: april 4



De uitzending van gisteravond is een groot succes geweest. Bovendien is het een emotionele uitzending. De mooie muziek die ik 'toegestuurd' heb gekregen is overweldigend en als toef slagroom op de taart had ik een paar nummers uitgezocht. Ik heb 'Llorando' van Rebekah Del Rio (uit de film 'Mulholland Drive') sinds 2011 niet meer gehoord en deze hakt er flink in. Collega-presentator Bard neemt om 1 uur het stokje over en ik wil hem graag daarin steunen. Met als resultaat dat ik tot half drie ben door gegaan en dan ben ik 'op'. Ik lig dus een bericht achter, maar dat is geen bezwaar. Nu kan ik dinsdag 'gewoon' de Week Spot doen naast een stukje over mijn eerste dag als veertigjarige. Morgen krijgen jullie een vijfde deel van de 'Singles round-up': Ik heb gistermiddag bij 'De Kring' acht singles gekocht. Om het niet helemaal 'multiple choice' te maken, doe ik die in een apart bericht. Vandaag het vervolg van vrijdag. (A) betekent dat ik het vorige week donderdag heb gekocht bij 'De Tafel', (B) afgelopen vrijdag op hetzelfde adres en (C) eveneens vrijdag bij de kringloopwinkel in Meppel.

* Inxs- Original Sin (NL, Mercury, 1984) (A)
Natuurlijk is die Michael Hutchence een zelfingenomen bal gehakt, maar dat neemt niet weg dat Inxs in de jaren tachtig een paar leuke platen heeft gemaakt. Vooral dit 'Original Sin' is een plaat voor de eeuwigheid en ik ben erg gelukkig met dit puntgave exemplaar met fotohoes voor een euro.

* Bert Kaempfert- Caravan (Duitsland, Polydor, 1968) (C)
'Caravan' begint hoopgevend met een brommende fuzz-gitaar, maar toch heb ik het niet halverwege deze kant gehaald. B-kant 'Melina' is evenmin bruikbaar. Toch moet je sterk in je schoenen staan om zo'n single te weigeren. Het heeft, erg 1968, een kleurrijk hoesje. Zoals vaker met kitscherige instrumentaaltjes heeft het een beeldschone dame op de hoes. Het sfeertje doet me denken aan 'The Windmills Of Your Mind', het album van Billy Vaughn. Precies dezelfde reden van aanschaf overigens...

* Osibisa- The Coffee Song (NL, Bronze, 1976) (C)
In Nijeveen is een kleine Osibisa-opleving aan de gang. Een paar weken geleden heb ik 'Music For A Gong Gong' gedraaid. Ik heb 'ooit' de single gehad. Hij kan zo nog eens uit een doos komen rollen, maar het kan ook zijn dat die in De Bilt is blijven liggen. Erg jammer! Verder heb ik afgelopen dinsdag 'Sunshine Day' gedraaid in 'Tuesday Night Music Club' en ook dat smaakt naar meer. Vervolgens kom ik bij de kringloopwinkel deze van Osibisa tegen. Een fraaie staat met fotohoesje en over mijn favoriete drankje. Deze hóórt gewoon bij mij in de bakken te staan!

* Santana- Soul Sacrifice (NL, CBS, 1970) (B)
Ik ben nooit heel erg kapot geweest van Santana, hoewel ik het in de midden jaren negentig eens heb geprobeerd met een verzamel-cd. Toch is het zo'n band waar ik gewoon de singles van compleet wil hebben en deze 'Soul Sacrifice' heb ik nog niet. Raar, maar waar: Puntgave single in een compleet hoesje (doch een beetje gescheurd aan de bovenkant) en dat voor een euro! Ja, ik ga een abonnement nemen op 'De Tafel'. Overigens alleen voor de handel van Bart. Degene waarvan ik The Dave Clark Five heb gekocht, heeft de singles al weg gehaald. Jammer, want ik wilde 'Little Children' van Billy J. Kramer & The Dakota's nog hebben. De enige andere met singles heeft piraten-spul en matig werk uit de jaren zeventig en vraagt daarvoor de prinselijke som van twee euro per stuk.

* Tony Sherman- Tonight (NL, Basf, 1974) (C)
Deze heb ik al, maar het hoesje is ernstig gescheurd en de single heeft ook een tik meegekregen. Nu heb ik hem dan 'compleet'. Natuurlijk is het een Stevie Wonder-aftreksel, maar toch ontzettend leuk om zo nu en dan te draaien.

* B.W. Stevenson- Down To The Station (NL, Warner Bros., 1977) (C)
Bennie is een legende in Steenwijk. Een wandelende muziekencyclopedie waar ik zelfs tegenop kijk. Vaste lezers zullen Bennie herkennen uit berichten die ik heb geschreven naar aanleiding van optredens in Het Pandje. Op het moment dat ik er doorheen begin te zitten, komt Bennie bij me staan om me het nóg zwaarder te maken. Bennie heeft een paar stokpaardjes en eentje daarvan is 'Down To The Station' van B.W. Stevenson. ,,Vreemd dat het nooit een hit is geworden, had het zonder meer verdiend". Ik knik dan maar een beetje mee, want ik wil niet toegeven dat ik het niet ken, anders dan een titel uit het Hitdossier. Als Rob Stenders het Steenen Tijdperk doet, vraag ik het aan en hoor het voor het eerst. Sinds vrijdag ben ik eindelijk in het bezit van de single. Is het iets bijzonders? Tja, het is een erg goede plaat, maar niet meer of minder dan menig Tipnotering uit die tijd.

* The Whispers- I Can Make It Better (NL, Solar, 1981) (B)
Ik heb hem vanavond helemaal gedraaid in 'The 7" Collection' en... hij begint te groeien. Dit is een opvolger van 'It's A Love Thing' dat het niet heeft gehaald. Niks meer of minder dan de hit, maar ook een beetje meer van hetzelfde zonder dat 'speciale' van de hits. Ja, sorry voor het onduidelijke verhaal, maar het is een plaatje dat ik best kan waarderen, maar waar ik ook zonder had kunnen leven. Een grijze muis. Vijftig cent met fotohoes maakt in dat geval veel goed...

vrijdag 24 april 2015

Singles round-up: april 3



Ik heb vorige week donderdag al drie singles gekocht bij 'De Tafel', maar dat vond ik té minimaal voor een bericht. Woensdagmiddag ben ik opnieuw gaan kijken, maar dan ben ik té vroeg: Bart is nog niet langs geweest om de platen aan te vullen. Vanmiddag opnieuw geprobeerd en nu wel met succes! Ik heb nog steeds wat tijd te doden voordat ik aan het werk moet en besluit dan even binnen te kijken in de 'oude' kringloopwinkel. Hoewel? Het blijkt later te zijn dan dat ik in de gaten heb. Nu heeft deze kringloopwinkel de singles op alfabet staan, maar ik heb het geluk dat de nieuwe dingen ongesorteerd vooraan staan. Scheelt me weer bladeren door platen die ik de afgelopen vijf jaar zeker honderd keer door de vingers heb laten glijden. Vandaag en morgen presenteer ik jullie de vangst van de afgelopen week: Drie van vorige week (A), zes van vandaag bij 'De Tafel' (B) en vijf van de kringloopwinkel (C). Ik heb de singles op alfabetische volgorde gerangschikt, de letter achter de titel laat zien waar de plaat vandaan komt.

* The Beautiful South- I'll Sail This Ship Alone (Duitsland, London, 1989) (B)
Zowel 'Song For Whoever' en 'A Little Time' zijn hits geweest in Nederland en ik ken Beautiful South in eerste instantie van de KRO op zondag. Toch krijgt de band voor mij een hernieuwde kennismaking als ik in Engeland kom wonen. Als ik in april 1998 mijn intrek neem in Mossley staat 'Perfect 10' hoog op de hitparade en is een verzamelalbum van The Beautiful South inventaris in iedere cd-jukebox in de pubs. Zo leer ik nummers als 'Don't Marry Her (F*ck Me)' en 'Rotterdam Or Anywhere' kennen. Evenals de hits uit 1989/90 zijn het prettig in het gehoor liggende liedjes met her en der een 'stout' randje. Dit laatste ontbreekt in 'I'll Sail This Ship Alone', dat is gewoon een schoonheid in de 'Song For Whoever'-traditie. Voor vijftig cent mag die mee!

* Dave Berry- Stranger (NL, Decca, 1967) (B)
Ik zal binnenkort eens een poging wagen om dit plaatje te poetsen, want het lijkt me alsof het vuil wel te verwijderen is. Zoals die nu is, is deze single nauwelijks te draaien. Mocht het écht niet gaan lukken, dan heb ik altijd nog een fraai fotohoesje en kan ik gaan rondkijken voor een single met een mindere fotohoes of een neutraal hoesje. Zó duur is die nou ook weer niet. Over de titels: 'Stick By The Book' zie ik mezelf nog wel eens draaien in 'The Vinyl Countdown', maar verder is die vooral 'voor de heb'.

* Jimmy Cliff- Goodbye Yesterday (België, Island, 1971) (A)
Ach vooruit, ik ben de beroerdste niet. Ik heb deze single nog niet en in zo'n fraai fotohoesje voor weinig? Verder is het een weinig opbeurende single van Jimmy Cliff. Als je een fijn reggae-deuntje verwacht, is dit een koude douche. Het klinkt alsof Cliff dit heeft geschreven met Cat Stevens in het achterhoofd, zoals Cat Stevens Jimmy Cliff in gedachten neemt bij het schrijven van 'Wild World'. Dit is brallerige pop en daar is op zichzelf niks mis mee, maar het is leuker gedaan.

* Echo & The Bunnymen- Lips Like Sugar (Duitsland, WEA, 1987) (A)
Ik leer Echo & The Bunnymen kennen via de soundtrack van 'Lost Boys' waarop het een uitvoering doet van 'People Are Strange' van The Doors. De hernieuwde kennismaking met Echo & The Bunnymen is vrij recent. 'Onze man' van de jaren tachtig-show op Wolfman Radio doet ook een show met 'indie' en in beide is Echo & The Bunnymen kind aan huis. Zo leer ik ook de minder bekende nummers kennen. Ik kan me niet heugen dat ik daar 'Lips Like Sugar' heb gehoord. Ik heb lange tijd de verkeerde indruk gehad van Echo & The Bunnymen. Ik dacht dat het alleen maar 'donker' was, maar 'Lips Like Sugar' klinkt een stuk 'lichter' dan dat ik had verwacht. Ik ga geen kapitalen neerleggen voor plaatjes van de band, maar voor zo'n dingetje van een euro zeg ik geen 'nee' tegen.

* The Flock- Tired Of Waiting (NL, CBS, 1970) (B)
Natúúrlijk is het heiligschennis! 'Tired Of Waiting' zonder de gierende viool van Jerry Goodman in het intro en dat heerlijke 'beuk-intro' heeft geen recht van bestaan. Toch heeft de platenmaatschappij de schaar erbij gepakt en het vakkundig eraf geknipt. Dan blijft een single over van nog geen drie minuten. Wederom leuk voor de heb, misschien eens in de '7" Collection' op zondagavond, maar verder hou ik het bij de album-versie.

* Bobby Goldsboro- Hello Summertime (UK, United Artists, 1974) (C)
Een zeer aangename verrassing! Ik ken het nummer alleen als titel uit het 'Hitdossier' en weet niet wat ik moet verwachten. Welnu, het is een plaatje dat niet alleen de zomer welkom heet, maar wat tevens het gevoel van de zomer uitstraalt. Een bijzonder lekker nummer, ook al verdwijnt die roemloos in de jaren zeventig-bak en is het hooguit wachten op een uitzending van de '7" Collection'.

* George Harrison- Got My Mind Set On You (Duitsland, Dark Horse, 1987) (B)
Liverpool is een havenstad en enkele matrozen hebben een lucratieve handel gevonden. Bij bezoek aan Amerika plunderen ze de lokale platenzaak en nemen alle 'onverkoopbare' platen mee naar huis. In het havenkwartier staan de jongelui in de rij om de plaatjes te kopen die ze op de Amerikaanse radio hebben gehoord. Onder hen zijn ook vaak John Lennon en George Harrison. Het vermoeden bestaat dat Harrison hier in 1961 de single 'I've Got My Mind Set On You' van James Ray heeft 'gevangen'. 'Dizzy Miss Lizzy' van Larry Williams krijgt hij sowieso op deze manier in zijn bezit. Zesentwintig jaar later neemt Harrison zijn versie op van het James Ray-nummer en brengt het uit als eerste single van zijn elpee 'Cloud Nine'. De rest is geschiedenis want het zal de grootste jaren tachtig-hit worden voor de ex-Beatle. 'I've Got My Mind Set On You' is overigens geschreven door Rudy Clark, een man die tal van klassieke Northern Soul-dingen op zijn naam heeft staan, waaronder ook 'One In A Million' van Maxine Brown. Dat zou hem zomaar eens een standbeeld kunnen opleveren?

Morgenavond (zaterdag) doe ik overigens een speciale aflevering van 'The Vinyl Countdown': 'The Birthday Countdown'. Ik heb de luisteraars gevraagd mij een nummer toe te sturen dat ik niet ken of dat ik (vermoedelijk) nog nooit eerder in de shows heb gedraaid. Het heeft een prachtige lijst opgeleverd en graag nodig ik jullie uit voor deze show. Het is van 23.00 uur tot 01.00 uur 'onze' tijd op www.wolfmanradio.co.uk. Na de show doe ik deel twee van deze Singles round-up.

donderdag 23 april 2015

Week Spot 2012/17: Rita & The Tiaras



Het einde komt bijna in zicht voor deze tijdelijke serie. Nog een paar weken en dan is het ook drie jaar geleden dat de 'Tune Of The Week' en de latere 'Week Spot' een vast plekje kregen op Soul-xotica. Tot die tijd wil ik de serie compleet hebben, dus van die eerste Week Spot's alsnog een bericht schrijven. Vandaag ben ik echter snel klaar, het kan ook als een hoesbui worden beschouwd. Op 12 maart 2012 heb ik namelijk een prachtig bericht geschreven over Rita & The Tiaras waar ik weinig tot niks op kan aanvullen. Ik weet alleen een heel klein beetje meer over The Tiaras ten opzichte van 2012 nu ik een vroegere single van het groepje in de Blauwe Bak heb zitten. Volgende week wordt weer een echt 'zoekplaatje' en gezien ik een lange dag heb gehad (flyers bezorgen in Zwartsluis en net 'Floorfillers' afgerond), hou ik het vandaag bij de afbeelding van de Kent-single zoals die drie jaar geleden kersvers binnenkwam.

woensdag 22 april 2015

Raddraaien: Ray Barretto



De fiets, deel 3. Omdat er twee mensen ziek zijn in de postbezorging, heb ik gisteren aangeboden om vandaag mee te helpen. Het oorspronkelijke idee is om alleen 's ochtends te werken en dan 's middags de fiets te halen en te genieten van het fraaie weer. Welnu, dat laatste is niet aan de orde geweest. Ik vind het waterkoud ondanks dat ik nog behoorlijk ben gekleed. Bij de fiets is na publicatie van de berichten van gisteren even wat twijfel toegeslagen. Ik heb al langere tijd enorm veel zin in een ligfiets voor erbij. Ik heb gisteravond twee zien staan: Beide van betrouwbare adressen en voor een prijs die in het budget past. De ene is al afgevallen. Ik denk dat het fenomeen sowieso al wennen is, dus laat me in dat geval 'instappen' met een bovenstuur. Die andere is een onderstuur, maar wel met een 'recht' stuur. Naar rechts sturen is naar rechts fietsen en niet andersom, zoals bij de meeste ligfietsen met onderstuur. Toch denk ik dat ik het plan moet laten varen en toch maar voor de toerfiets moet gaan die ik op het oog heb. Ik ben er vandaag niet meer aan toegekomen. Ik word zonder plattegrond het centrum van Meppel ingestuurd en, ik moet zeggen, ik ben best een beetje trots op mezelf. De poststukken die ik niet ben kwijtgeraakt, zijn ook écht onvindbaar volgens collega's. Morgen maar weer! Dan ga ik nu Raddraaien uit de Blauwe Bak. De elfde single uit de eerste reserve-bak. De gelukkige is 'The Soul Drummers' van Ray Barretto (1969).

De single is bijna negen jaar niet uit de bak geweest waar deze nu in zit. Dat klinkt weinig opbeurend, maar toch is het waar. De eerste reserve-Blauwe Bak is namelijk het blauwe huishoudmandje waarmee het soul-verzamelen is begonnen. 'The Soul Drummers' stamt eveneens uit de begintijd daarvan. Logisch! Ooit was het een pronkstukje in mijn koffers en meende dat ik de man was met deze in mijn Northern Soul-koffer. Nee, ik ga niet vertellen wat er op dat moment nog meer zit in die Blauwe Bak, maar het is hilarisch. Toch heeft het 'Latin-hoekje' een speciaal plekje ingenomen bij live-sets en daardoor staat deze vreemde eend nog altijd in de Blauwe Bak. Evenals 'Ella Fue' van Fania All Stars en 'Latin Dance' van Massada, hoewel 'Quiet Village' van Martin Denny al tijden weer in de 'gewone' jaren zestig-bak staat.

Het gezin Barreto verruilt in de vroege jaren twintig Puerto Rico voor New York. In 1929 bevalt moeder Barreto van een zoon. Toch wordt er een fout gemaakt bij het opstellen van het geboortecertificaat. Daar wordt Ray's achternaam gespeld als 'Barretto' en dergelijke fouten zijn niet meer te herstellen. Hij groeit op in Spanish Harlem, maar het is vooral de muzieksmaak van zijn moeder die hem op het spoor zet. Zij luistert graag naar jazzmuzikanten als DUke Ellington en Count Basie. In 1946 moet Ray het leger in en wordt gestationeerd in Duitsland. De ontmoeting met de Belgische vibrafonist Fats Sadi is cruciaal en vooral als hij 'Manteca' hoort van Dizzy Gillespie met de Cubaanse percussionist Chano Pozo, is zijn toekomst op slag duidelijk. Hij komt in 1949 thuis in New York en krikt binnen onafzienbare tijd zijn conga-spel op. Ray doet mee in tal van jamsessies en op een zekere avond is ook Charlie Parker aanwezig. Deze nodigt Barretto uit om hem te vergezellen. Daarop volgen uitnodigingen van José Curbelo en Tito Puente. Het is aan Barretto te danken dat binnen een bestek van een paar jaar de conga-drummer 'hot property' wordt in de jazzwereld.

In 1960 is Barretto kind-aan-huis bij labels als Prestige, Blue Note en Riverside. Daarnaast speelt hij mee op platen van Herbie Mann. New York is het episch centrum geworden van de Latin en in 1961 springt Barretto in op de populaire 'pachanga'-stijl met het nummer 'El Watusi'. Het is een grote hit en zet hem op de kaart als een vooraanstaand salsa-muzikant. Zelf is hij bescheiden en met name in de vroege jaren zeventig zal hij de salsa even helemaal vaarwel zeggen. In 1967 tekent hij bij Fania en debuteert in 1968 met het album 'Acid', waarop hij soul door Latin heen schudt. Van dit album komen ook de twee singles die matig populair zijn in Nederland: 'The Soul Drummers' en 'A Deeper Shade Of Soul'. Die laatste kom ik straks even op terug.

Als in 1973 zijn bandleden massaal opstappen om over te gaan naar Típica 73, een internationaal salsa-gezelschap, heeft Barretto het helemaal gehad. Hij keert de salsa even de rug toe en gaat weer bezig in de jazz. Hoewel... hij blijft betrokken bij het werk van Fania All Stars en doet sessiewerk voor onder andere Rolling Stones en Bee Gees. In 1990 valt Barretto in de prijzen als hij een Grammy ontvangt voor zijn album 'Ritmo En El Corazón', de eerste onderscheiding in zijn lange loopbaan. Celia Cruz is de zangeres op dat album. Later is hij nog lid van The Latin Legends Of Fania', een 'supergroep'. In 1999 wordt hij bijgezet in de internationale Latin Music Hall Of Fame. Op 17 februari 2006 overlijdt Barretto in New Jersey.

Ook ik leer 'A Deeper Shade Of Soul' kennen door de samples in het gelijknamige nummer van Urban Dance Squad. Ik heb zelf in 2006 nog geen beschikking over internet, daarvoor ben ik afhankelijk van de openingstijden van De Buze. Op woensdagavond zie ik de single staan op Marktplaats en zet, voor mijn doen in 2006, enorm hoog in: Vijftien euro. De eerstvolgende keer dat ik wéér op het wereldwijde rag ben, is de volgende vrijdagavond. Mijn mailbox zit vol met reacties van de verkoper. Waar blijf ik toch? Geen reactie na 24 uur? Dan zet ik hem weer terug op Marktplaats. Ik word even ontzettend giftig en schrijf haar dat ze de single in een deel van het lichaam mag stoppen, waar je normaal gesproken beter geen platen kunt bewaren. Lucht dat op? Nee, want daarmee heb ik de single niet en... ik ben hem ook nooit weer tegengekomen. Vijftien euro voor de Pink Elephant in nieuwstaat en met fotohoes is een koopje! Een paar weken later zie ik 'The Soul Drummers' op hetzelfde Marktplaats. Zó kan het ook... De handelaar is nog altijd actief, 'Ha-Vo' uit Leeuwarden, en dit is een zeer vriendelijk contact en een prachtige single als bonus. In Nederland verschijnt 'The Soul Drummers' eerst op London, waarna Pink Elephant de distributie overneemt. De b-kant, 'Mercy Mercy Baby', is 'The Soul Drummers' maar dan nét even anders en is ook een favoriet geworden.

dinsdag 21 april 2015

Week Spot: Frankie & Johnny



Stilte na de storm en dat mocht onderhand ook wel eens. Ik heb de afgelopen maanden meer singles gekocht dan dat ik sommige jaren in totaal heb gedaan. Buiten het geplande bezoek aan 'De Tafel' verwacht ik op dit moment helemaal geen singles. Er zijn andere prioriteiten. In de week voor Pasen is mijn stalen ros door de hoeven gezakt. Ik heb Goede Vrijdag een andere gehaald uit Hoogeveen, maar dat is een fiets voor woon-werkverkeer. Het is veruit de slechtste fiets die ik heb gehad in jaren en daar ga je niet voor je plezier een bochtje van dertig kilometer op maken. Er moet dus een 'sportieve' fiets erbij komen: Een betrouwbare tweedehands toerfiets voor de langere stukken. Ik denk dat ik hem heb gevonden, dus ik hoop dat ik die morgenmiddag uit Vledder kan halen. De 'oude' is voor het fietsen van en naar het werk en 'even snel' boodschappen doen in Meppel, de 'nieuwe' mag op woensdag- en zondagmiddag draven. Toch nog nieuws op Northern Soul-gebied? Ja, ik heb afgelopen weekend een single gevonden in de bakken welke ik al ruim tien jaar heb. Een compleet onbekend nummer met een lekker 'crossover'-gevoel. Ik denk dat dit maar mijn eerste 'cover-up' moet worden. Ik noem hem 'Gotta Find Her' van The Intrigues en het had bijna de Week Spot geworden. Toch gaat deze eer naar Frankie & Johnny met een heuse Northern Soul-klassieker: 'I'll Hold You' (1966).

Northern Soul is een vreemde vergaarbak van muziekstijlen, het hoeft niet perse als 'soul' te zijn opgenomen om geliefd te zijn in de 'scene'. Er zijn tal van pure popplaten, folkrock en zelfs progressieve rock (en dan met name 'Elusive' van Babe Ruth) welke voor volle dansvloeren zorgen aan de overkant van de Noordzee. Toch is de zwarte Amerikaanse rhythm & blues, populair gezegd 'soul', dat het uitgangspunt is. De plaatjes die het niet hebben gehaald toen ze zijn uitgebracht. De Engelse jeugd wil namelijk iets van hun zelf hebben en niet iets dat is voorgekauwd door radio en platenmaatschappijen. De voorkeur gaat uit naar onmogelijk te vinden singles, vaak in een beperkte oplage vervaardigd of op een bepaald moment 'weggegooid' omdat in Amerika niemand meer brood ziet in deze schijfjes. Ik herinner me nog een gezellig onderonsje tussen twee Amerikanen op een soul-forum. ,,Die Engelsen hebben ons toen maar mooi gered met hun Northern Soul. We hadden pakhuizen vol met platen die niemand wilde hebben". Het is de waarheid. Toch zijn de Engelsen ook niet beroerd om in eigen land te kijken. Er is namelijk genoeg leuke 'blue-eyed soul' uit Engeland dat het nooit heeft gemaakt op de hitparade. Zo komen de soulies al snel bij de b-kant van een Decca-single uit 1966. Een plaatje dat zelfs is geprobeerd in Amerika te laten doorbreken, maar dat in alle gevallen niks is geworden. Totdat het een hit wordt in de Northern Soul, dan schiet de prijs van een origineel naar record-waarden. Volgens Popsike is op 11 november van het vorige jaar een originele Decca voor 200 pond verkocht. De bootleg op het witte Hickory-label zit ook al rond de zeventig pond.

Frankie & Johnny zijn Maggie Bell en Johnny Curtis. De laatste heet eigenlijk Bobby Kerr en is een singer-songwriter uit Glasgow. Hij heeft zangervaring opgedaan in de band van Bob Miller. Het is in die hoedanigheid dat hij Val Ross tegenkomt. Ross is vanaf een jonge leeftijd een professionele zangeres en treedt op als voorprogramma voor Bob Miller, Mr. Acker Bilk, Fleetwood Mac, Pink Floyd en Bob Miller & His Band. Ze is de vaste zangeres in het orkest van Ken Birch. In deze periode ontmoet Val Johnny Curtis en het is liefde op het eerste gezicht. In 1968 schrijft Curtis 'Picking Up Pebbles' dat hij, geperst als vinyl-single, geeft aan Ross. Op de eerste februari van 1969 slaat het noodlot toe. Curtis is op de weg terug van een optreden als hij in de Londense wijk Battersea met zijn auto verongelukt.

Maggie Bell wordt op 12 januari 1945 geboren in Glasgow en werkt in 1960 reeds als zangeres. Alex Harvey introduceert Maggie tot zijn oudere broer Leslie. Leslie Harvey is op dat moment de gitarist van The Kinning Park Ramblers en Bell wordt één van de zangeressen. Als de groep uiteen valt, zingt ze bij The Mecca Band en bij The Dennistoun Palais Band, alsook de duetten met Johnny Curtis. Als Frankie & Johnny nemen ze drie singles op. 'Climb Ev'ry Mountain' verschijnt op Parlophone en 'Never Gonna Leave You' op Decca. De tweede wordt in Amerika uitgebracht op Hickory. De b-kant, onze Week Spot, wordt in de late jaren zeventig 'ontdekt' in The Casino. Het wordt al snel bekend dat Hickory de plaat nooit als demo heeft uitgebracht en deze Hickory-singles met witte labels zijn dan ook ordinaire bootlegs. In 1979 verschijnt de single officieel via Inferno en het is in 2010 de vierde single in de OSV-serie van Outta Sight. Ik heb hem gekocht als een nieuwe bootleg op het niet-bestaande Southern Artist-label en met Timi Yuro op de keerzijde. Originele Decca's en Hickory's zijn bijna onvindbaar.

Bell zal in 1968 aan de wieg staan van de Schotse rockband Stone The Crows en woont van 1986 tot en met 2006 in Nederland. Dan sluit ze zich aan bij The British Blues Quintet met Zoot Money. Ze toert eveneens met Chris Farlowe en The Manfreds. De laatste is dan weer een band bestaande uit ex-leden van Manfred Mann. Nu vermeldt Discogs nog een derde single, maar die is compleet onbekend: 'Two's Company' zou in Amerika als een promo bij Epic zijn uitgebracht. Het zou me niks verbazen als dit een héle andere Frankie & Johnny is, maar wie het weet mag het zeggen.

Raddraaien: Vince Taylor



Elpees hebben er op een ene of andere manier nooit 'bij gehoord'. Het is een kleine concessie dat ik sinds een paar maanden ook de elpees noem in 'Het zilveren goud'. Het gebeurt dan al vaak en hetzelfde is nog steeds aan de hand: Ik kan al jaren een nummer op elpee hebben, maar pas als ik het op single heb gevonden, zit het écht in mijn verzameling. Over twee maanden komen we in die rubriek de elpee 'Moontan' van Golden Earring tegen. Het duurt pas tot 1992 eer ik 'Radar Love' op single vind en vooruit... het is wel zo'n nummer dat je ook in de lange versie moet hebben. Verder interesseert 'Candy's Going Bad' me meteen, omdat dit destijds als opvolger is uitgebracht in Amerika. Topstuk van het album blijft voor mij 'Vanilla Queen'. En dan is daar 'Just Like Vince Taylor', dat in 1977 samen met 'Radar Love' als een live-single is verschenen. Ik heb jarenlang geen flauw idee wie Vince Taylor is en als ik deze single op de kop tik, heb ik meteen de associatie met Golden Earring, maar kan geen link leggen tussen beide Vince Taylor's. Dat is pas een paar jaar geleden gebeurd. Vandaag mag ik de schijnwerpers zetten op de 62e single uit de veertiende jaren zestig-bak en dat is 'I'll Be Your Hero' van Vince Taylor & The Playboys (1960).

Brian Maurice Holden wordt op 14 juli 1939 geboren in het Engelse Isleworth in Middlesex. Als hij zeven jaar oud is, vindt zijn vader werk in Amerika en steekt het gezin Holden de grote plas over naar New Jersey. In de midden jaren vijftig stapt zijn zus Sheila in het huwelijksbootje met Joe Barbera, bekend van het animatie-bedrijf Hanna-Barbera. Hierdoor belandt het gezin in Hollywood en Brian haalt intussen zijn vliegbrevet. Als achttienjarige wordt hij aangestoken door de rock'n'roll van Elvis Presley en Gene Vincent. Hij doet een paar kleinschalige optredens. Zijn zwager, Barbera, wordt zijn manager en nodigt hem uit mee te gaan op een zakentrip naar Engeland. In London schiet Holden door naar 'The 2i's', een koffiebar waar het krioelt van de muzikanten. Tommy Steele staat op het podium en in het publiek vindt hij drummer Tony Meehan en bassist Anthony Paul 'Tex' Makins. Samen vormen ze de groep The Playboys en terwijl Holden naar een pakje Pall Mall-sigaretten zit te kijken, ziet hij de tekst 'In hoc signo vinces'. Zo bedenkt hij de podiumnaam Vince Taylor.

Vince Taylor & The Playboys komt onder contract bij Parlophone, maar meer dan een handvol singles komt het niet. Na een jaar verbreekt Parlophone het contract en staat Palette hen op te wachten. 'I'll Be Your Hero' is de eerste single voor Palette en verschijnt op 19 augustus 1960. Overigens is Tony Meehan dan al bijna twee stappen verder in zijn carrière. Hij is in 1960 de drummer van The Shadows, maar staat op het punt deze groep te verlaten om zich toe te leggen op het produceren. Taylor is niet alleen een wild podiumdier, ook buiten de schijnwerpers is het niet altijd eenvoudig om met hem te werken. The Playboys krijgt hommeles met Taylor en zet hem uit de groep. The Playboys verandert de naam in The Bobbie Clarke Noise en mag in juli 1961 in de Olympia in Parijs aantreden als voorprogramma van Wee Willie Harris. Hoewel de mannen een samenwerking met Taylor niet meer zien zitten, blijven het goede vrienden en natuurlijk mag Vince mee naar het optreden in Parijs. Vlak voor de show steekt hij zich in zijn kenmerkende zwarte leren kostuum, hangt een ketting om en stapt tijdens de 'soundcheck' het podium op. De organisatoren zijn dermate enthousiast dat ze Vince Taylor en The Playboys meteen als hoofdprogramma neerzetten.

Vince Taylor krijgt een zesjarig contract bij de Franse platenfirma Barclay en neemt hiervoor in 1962 een twintigtal nummers op. Het is steeds The Bobbie Clarke Noise welke Taylor begeleid op zowel plaat als bij concerten, hoewel de naam The Playboys weer in gebruik is. Eind 1962 staat de groep opnieuw in de Olympia, wederom als hoofdact en met Sylvie Vartan als voorprogramma. De relatie tussen Taylor en zijn Playboys begint weer af te brokkelen en Taylor maakt al een paar maal gebruik van de Engelse band The Echoes. Toch stelt hij deze eveneens voor als The Playboys. In februari 1964 verschijnt de single 'Memphis Tennessee' en hierop is een nieuwe formatie te horen als The Playboys. Nu zijn het Joey Greco, Claude Djaoui, Ralph Di Pietro en drummer Bobbie Clarke. De groep staat onder contract bij het orkest van Johnny Hallyday. Als die laatste het leger in moet en Clarke werkloos dreigt te raken, komt de naam The Bobbie Clarke Noise weer bovendrijven. In 1965 maakt de nieuwe formatie een zegetocht door Spanje en deelt de rekening met The Rolling Stones in de Olympia. Taylor heeft echter grote problemen gekregen ten aanzien van het gebruik van alcohol en verdovende middelen en sluit zich aan bij een kerkelijk genootschap. Dit betekent het einde van The Playboys. De leden zullen zich uitwaaieren over een bont gezelschap van legendarische bands en artiesten.

Gitarist Ralph Danks duikt het eerste op in Three Dog Night, maar zal daarna onder andere Elvis en Tom Jones begeleiden. Percussionist Stash zal zich vooral ophouden in het gezelschap van The Rolling Stones. Clarke vervangt aanvankelijk Don Conka in een aantal sessies als drummer van The Love. Later drumt hij bij Frank Zappa, Jimi Hendrix, een vroege incarnatie van Deep Purple en formeert in 1968 de supergroep Bodast met Steve Howe en Dave Curtis. Rond 1970 probeert Clarke Taylor nog eenmaal op de rails te zetten. Ze toeren door Frankrijk als Vince Taylor & Bobbie Clarke & Les Rockers en dat doet Eddie Barclay besluiten het contract van Taylor te verlengen. Taylor zal in de jaren zeventig en tachtig nog verschillende platen opnemen. Op het laatst woont hij in Zwitserland waar hij werkt als mecanicien in de luchtvaart-industrie en is, volgens ingewijden, nog nooit zo gelukkig geweest. Toch wordt hij in augustus 1991 getroffen door kanker en overlijdt op 52-jarige leeftijd.

De invloed van Taylor is groot. Zo heeft David Bowie al vaker gezegd dat zijn personage Ziggy Stardust op Taylor is gebaseerd. Golden Earring heeft het daadwerkelijk over 'onze' Vince Taylor. En dan is er nog die malle Adam Ant. Taylor geeft in de vroege jaren zestig een gouden ketting aan een Franse lieftallige met de naam Valerie. Deze geeft later het sieraad aan Adam Ant die het om zijn pols draagt. Naar verluid heeft hij hiermee Sid Vicious van zich afgeslagen.

maandag 20 april 2015

niet vergeten: The Jayhawks



Kunnen jullie het nog bijhouden? Ja, dat herinnert me er ook aan dat ik weer de informatie moet aanpassen in 'over mij', want sinds een paar weken heb ik een vijfde show op Wolfman Radio. Eigenlijk een vervolg op 'Laid(back) Night Show' en in eerste instantie als tijdelijke invulling, maar gezien ik dit tijdstip kan hanteren in combinatie met mijn werk en dat het de show is die nog ontbrak op mijn lijstje, heb ik vorige week officieel aangegeven door te gaan met 'Tuesday Night Music Club'. Iedere dinsdag mag ik de programmering openen op Wolfman Radio, tussen 19.00 en 21.00 maak ik een reisje door ruim een halve eeuw muziek. '3 From 33' is iets dat heel snel is ontstaan: Gewoon drie nummers van een persoonlijk favoriet album. Daarbij probeer ik vooral te letten op meer ondergewaardeerde albums en dingen die ik ooit op cd heb aangeschaft. Morgen is 'Tomorrow The Green Grass' van The Jayhawks (1995) het album dat centraal staat en dat herinnert me eraan dat ik dat The Jayhawks niet mag vergeten op Soul-xotica. Hoewel? Ik heb het niet nagezocht, maar volgens Google heb ik het in begin 2011 al eens over The Jayhawks gehad...

Het is wonderlijk dat je soms jaren niet aan een bepaalde band of plaat hoeft te denken en dat het binnen een weekend zo klaar als een klontje is. Ik weet niet meer wat de aanleiding is geweest, waarschijnlijk iemand met eenzelfde groen t-shirt, maar daar begint het mee. Vervolgens vind ik 'Bad Time' van Grand Funk in de bak tijdens 'The Vinyl Countdown - The 7" Collection' en mag ik hier schrijven waar en wanneer ik 'If I Said You Had A Beautiful Body' van The Bellamy Brothers heb gekocht. Wat heeft dit alles van doen met The Jayhawks? Meer dan je denkt. Eigenlijk is het voor mij al duidelijk als ik 'Bad Time' zit te beluisteren, bij de afkondiging vermeld ik dat 'Tomorrow The Green Grass' binnenkort de '3 From 33' is in 'Tuesday Night Music Club'. Dat gaat morgen gebeuren.

De laatste twee maanden van 1992 gaat het niet echt lekker. Het tweede schooljaar op het KMBO is al slecht begonnen. Nee, ik heb het dan niet over de ingescheurde enkelband die me twee weken extra vakantie geeft. Als ik terug op school kom, blijkt dat we een 'oude bekende' als klasgenoot hebben. Een kerel die volgens zijn website tegenwoordig probeert 'mensen gelukkig te maken'. Nou, dat heeft hij in die jaren niet op mij getraind. Ik was al blij dat hij na de LEAO naar een andere school ging en nu is die 'galemmer' weer terug. Het zelfstandig studeren wil ook niet. Ik heb als zeventienjarige een stok achter de deur nodig. Ik vertel thuis dat het uitstekend gaat op school en dan is het zover... Op woensdag 9 december is er een gesprek tussen mij, mijn ouders en de decaan. Ik zie de bui al hangen! Hoe gedreven ik ook ben in het recenseren van popconcerten, het is me dan al duidelijk dat ik daar geen boterham mee kan verdienen. Dan kom ik ook nog eens terecht op dat stage-adres waar ik het geen minuut naar mijn zin heb gehad. De radio staat daar de hele dag op 3 en er zijn een paar liedjes die me 'troost' brengen: De remix van 'Temptation' van Heaven 17, 'Rosie' van Claw Boys Claw en 'Take Me With You (When You Go)' van The Jayhawks.

De laatste is zo'n typische Jan Douwe Kroeske-plaat. Een stevig southern rock-geluid met een zeer opvallende fuzz-gitaar. Het blijkt een 'Fuzzy Face' te zijn, een effectje dat de heren op een rommelmarkt hebben gekocht en dat te pas en te onpas wordt gebruikt op hun album 'Hollywood Town Hall'. Een jaar later maak ik al onderdeel uit van het dagelijkse meubilair van De Draai in Sneek, een koffie- annex speciaalbieren-café. Daar zit 'Hollywood Town Hall' vastgeroest in de cd-speler en ik kan me helemaal vinden in de muziek. Kort daarop koop ik het album op cd. The Jayhawks is een band als dat Live ooit was en Venice nog steeds is: 'Thuis' speelt de band in bars voor drie mensen, in Nederland is het een attractie. Begin 1995 verschijnt het album 'Tomorrow The Green Grass'. Het is de opvolger van 'Hollywood Town Hall' en hoewel dat de doorbraak betekent voor The Jayhawks is het niet de debuutplaat. Ik zit tijdelijk thuis en nu is het aan Omrop Fryslân de eer me te overtuigen. Dat lukt vrij snel, na drie dagen heb ik het kersverse Jayhawks-album in de cd-speler zitten. Via Het Bolwerk peuter ik een vrijkaartje los voor het optreden van The Jayhawks in Zalen Schaaf in Leeuwarden. Er zit zelfs een 'backstage-pasje' bij inbegrepen.

Hoe gek het ook mag klinken, maar buiten het Sneeker Nieuwsblad om bezoek ik bijna geen concerten. De recensies zorgen ervoor dat ik iedere week minstens één optreden meemaak, maar ik ben nog nooit bij een concert geweest met tienduizenden bezoekers. Evenmin heb ik een superster gezien in Ahoy of Heineken Music Hall. Het beperkt zich allemaal tot kleine clubs. Zalen Schaaf is geen uitzondering daarop. Het is een dinsdagavond en dat nekt het bezoekersaantal. Het is 'gezellig druk'. Het concert zelf is verdwenen in een roes alcohol. Ik ben héél even in de kleedkamer geweest, heb handen geschud met Gary Louris en Mark Olsen, maar wordt ook heel snel eruit gegooid. Zal iets met de alcohol-consumptie te maken hebben gehad? Ik weet niet meer wat ik me heb voorgesteld bij slaapplek, maar feit is dat ik dit niet heb. Het is een regenachtige dinsdagavond in februari of maart 1995. De volgende dag komt de vuilnis langs om grof vuil op te halen. Ik vermaak me die nacht door stoelen te verzamelen en bij een bushalte neer te zetten. Als het licht wordt, stap ik op de eerste trein richting bed in Jutrijp.

,,Ik weet niet wie dit zijn, maar het klinkt alsof ze al dertig jaar onder de zoden moeten liggen". Mijn Popkelder-collega Jan is niet bepaald enthousiast als ik in 1997 'Tomorrow The Green Grass' in de lade van de cd-speler leg. Jan voorziet me dat jaar van enig muzikaal onderricht en ik leer Captain Beefheart, Tom Waits, Mr. Bungle en Daft Punk kennen. Hetzelfde jaar verschijnt het album 'Sound Of Lies' van The Jayhawks. Ten opzichte van 'Hollywood Town Hall' (de foto komt uit de sessie voor dat album) is de band op 'Tomorrow The Green Grass' uitgebreid met een zangeres-annex-toetseniste. Dan moet Mark Olsen een lastige keuze maken. Hij kiest ervoor om voor zijn zieke vrouw te zorgen en is niet van de partij als 'Sound Of Lies' uitkomt. De plaat komt niet vlekkeloos uit de recensies en ook ik ben niet helemaal overtuigd. Toch kan ik een vrijkaartje bemachtigen voor het concert in De Harmonie. Travis, de voorloper van Lucas (zie: 13 augustus 2012), is het voorprogramma en, wat mij betreft, het hoogtepunt van de avond. The Jayhawks zelf kan er maar niet in slagen een indruk achter te laten. Natuurlijk wil ik een souvenir hebben van de avond en zwicht dan voor het 'Sound Of Lies'-shirt. Het is de 'kleurrijke' zomer van 1997. Ik ben steevast getooid in oranje spijkerbroek, druk overhemd en mijn viesbruin leren jasje uit de jaren zestig. Het schreeuwend groene t-shirt met de gele handjes en 'Sound Of Lies'-opdruk is opeens een 'item' dat niet in mijn garderobe mag ontbreken. The Jayhawks zélf raak ik dan helemaal uit het oog, alleen 'Save It For A Rainy Day' (2003) hoor ik met regelmaat uit de radio. Ik heb een paar vrienden en kennissen die in die tijd helemaal weg lopen met Calexico, ook zo'n band die ik nooit heb begrepen, en dus is het op dat moment echt té 'arty farty' om me er nog in te verdiepen.

Het t-shirt ligt jarenlang in de kast bij mijn ouders. In 2008 gaat het met me mee naar Steenwijk. Niet dat ik open en bloot met dit t-shirt over straat ga, maar het kan nog van dienst zijn als hemd. Zo draag ik het kledingstuk ook op 20 september 2009, mijn 20092009. Omdat de medici bij mijn blote borstkas moeten en de tijd ontbreekt om het shirt ordentelijk uit te trekken, gaat de schaar erin...

zondag 19 april 2015

Raddraaien: The Bellamy Brothers



Een jaar geleden deed ik de 'Vijf-tien-honderd-sprong' op Soul-xotica, een aftelling tot het 1500e bericht. Inmiddels zijn we onderweg naar de 1900 en hoop ik deze zomer het 2000e bericht te kunnen publiceren. Dan moet ik niet teveel steken laten vallen, want ook nu is er weer sprake van achterstand. Afijn, laten we vandaag de draad op pakken met in ieder geval een Raddraaier, dan kan ik straks altijd nog kijken of ik inspiratie heb voor een tweede bericht. De Raddraaier hoort eigenlijk de 25e uit de tweede jaren zeventig-bak te zijn, maar dat heb ik bij de laatste Raddraaier omgedraaid. Nu is het de tweede uit de tweede jaren zeventig bak en dat is wellicht meteen de langste titel in de bak. Of het de langste titel is in mijn collectie? Dan zou ik even letters moeten tellen, want de b-kant van 'Jerusalem' van Emerson, Lake & Palmer heeft eentje ('When The Apple Blossoms Bloom In The Windmills Of Your Mind, I'll Be Your Valentine') en ik heb ook een lange titel van Brian Auger Trinity ('Oh Baby Won't You Come Back Home To Croydon Where Everybody Beedle's And Bo's'). Het Duitse fotohoesje mag dan alleen 'Beautiful Body' vermelden, het label doet het complete verhaal: 'If I Said You Had A Beautiful Body, Would You Hold It Against Me' van The Bellamy Brothers (1979) is vandaag de gelukkige.

The Bellamy Brothers zijn écht broers, maar dat zal niemand verbazen. Homer Howard Bellamy is de oudste van het stel. Hij wordt op 2 februari 1946 geboren. David Milton Bellamy volgt op 16 september 1950. Het duo komt ter wereld in Florida. De broers krijgen gedurende hun jeugd een veelvoud aan muziek binnen. Vader speelt thuis country-muziek maar is ook lid van een lokale swing-band. Zus Bellamy brengt de rock'n'roll in de levens van Homer en David. De jongens leren al snel gitaar, mandoline en banjo spelen. David gaat zelfs nog even verder en heeft eveneens accordeon, viool, orgel en piano onder de knie. In 1968 doet het duo een benefiet-concert samen met vader in San Antonio. Vlak daarna verhuizen de broers naar Atlanta in Georgia en formeren de band Jericho. Toch valt het spelen met een band in clubs zwaar en de broers keren huisswaarts.

De volgende stap in de loopbaan van The Bellamy Brothers heet Jim Stafford. Hij neemt een liedje op dat David heeft geschreven: 'Spiders And Snakes', dat in de Amerikaanse top vijf zal belanden. Het geld dat de broers hieraan verdienen, benutten ze om naar Los Angeles te trekken. Homer Howard wordt roadie voor Stafford. Zijn voorganger is Leo Gallagher, die later beroemd zal worden als komiek. In 1975 tekenen de broers bij Curb. 'Nothin' Heavy' is de eerste single van de broers, hoewel eigenlijk alleen David daarop te horen is. Het wordt geen hit. Dennis St.John, de drummer uit de band van Neil Diamond, stelt daarop voor dat The Bellamy Brothers 'Let Your Love Flow' opnemen. Dat nummer is geschreven door Larry Williams, de roadie van Neil Diamond. De broers accepteren het aanbod en dat legt hun geen windeieren: 'Let Your Love Flow' scoort zowel op de Country als op de Billboard en de single doet ook goede zaken in Europa.

Toch kunnen de broers maar moeilijk voortborduren op het succes. Tot onze Raddraaier is er geen enkele die in de Country-charts terecht komt. 'If I Said' is een regelrecht citaat van Groucho Marx en levert de broers hun eerste country-nummer 1 op. Engeland en Noord-Ierland volgen op de voet en vervolgens gaat de rest van Europa overstag. In Nederland is het de laatste Top 40-notering, daar tussenin heeft een Tipnotering gezeten. Als je de titels achterstevoren leest, vertelt dit een verhaal: 'If I Said You Had A Beautiful Body Would You Hold It Against Me, Satin Sheets, Let Your Love Flow'. In Nederland mag het dan afgelopen zijn met de broers, in de country-wereld komt het net op gang. De jaren tachtig brengt veelzijdige hits als het komische 'Redneck Girl', de ballade 'Santa Fe' en sociaal-kritische nummers als 'Old Hippie' en 'Kids Of The Baby Boom'. In 1991 tekent The Bellamy Brothers bij Atlantic, maar verder dan een matig succesvol album komt het niet en de broers richten hun eigen label op: Bellamy Bros./Intersound. In 1999 tekent het toch maar bij Blue Hat en sinds 2005 zijn ze weer terug bij Curb. Het eerste album aldaar is 'Angels & Outlaws Volume 1' dat het duo opneemt met artiesten als Dolly Parton, Tanya Tucker en Alan Jackson. Dolly doet mee op de nieuwe versie van 'Let Your Love Flow' en dit staat een week in de Country-parade. In 1995 heeft The Bellamy Brothers reeds een gospel opgenomen, 'Jesus Is Coming', in 2007 verschijnt een gospel-album met die titel. In juni 2010 brengt het duo de single 'Jalepeños' uit, maar de tekst is dermate omstreden dat het niet eens de radio haalt. In 2014 verschijnt het album 'Marmaid Cowgirl' van The Bellamy Brothers met de Zwitserse rocker Gölä.

'Let Your Love Flow' wordt in 2008 gebruikt in een reclame voor de Barclay-creditcard. Dat brengt de single in maart 2009 voor even terug in de Engelse hitparade. Een cover van Petra Haden wordt een jaar later gebruikt voor een reclame van Toyota. Hoe populair The Bellamy Brothers in Europa is, mag blijken uit het feit dat in 2011 een compilatie-album van de broers bovenaan de Noorse albumlijsten prijkt.

Waar, wanneer en hoe? In november en december 1992 loop ik stage bij IJsselmeerbeton in Lemmer. Een conflict aldaar plus een gesprek op school met mijn ouders zullen ervoor zorgen dat ik die stage niet afmaak en dat daarmee ook mijn schoolperiode kan worden afgesloten. Het is meteen de eerste maandag dat ik in de lunchpauze het centrum van Lemmer binnenloop en bij een antiekzaakje een stapeltje singles koop. Daar zit deze ook tussen. De platen hebben geen hoes en zijn derhalve beschadigd, ik denk niet dat ik meer dan een kwartje per stuk heb betaald.

vrijdag 17 april 2015

Het zilveren goud: april 1990



Achtentwintig singles en een dubbelelpee. In één maand! Het is dat ik (bijna) geen elpees meer koop, maar anders zou het een vangst in een maand van 2014 of 2015 kunnen zijn, maar nee... dit is het resultaat van april 1990. Waar haal ik het geld vandaan? Dit keer is het wel eerlijk. Ik doe zo nu en dan op woensdagmiddag een krantenwijk in ons dorp en verdien daar vijf gulden mee. Verder ben ik jarig in april en meer dan ooit tevoren (en ook de laatste keer), staat dit in het teken van singles. Verder moet ik benadrukken dat veel van de plaatjes die vandaag voorbij komen een kwartje hebben gekost. Ik verwacht het niet, maar mocht ik plotseling een erg jonge doelgroep hebben aangeboord: Zo'n muntje was 25 cent. Toen de euro werd geïntroduceerd was een kwartje ongeveer elf cent. Je kocht er een pakje vloei van. waar nu al dertig eurocent voor wordt gevraagd. En... je kon je auto een (half?) uur parkeren voor een kwartje. Na 1990 worden de kwartjes al heel snel een gulden tot meerdere, maar in 1990 zijn platen 'die dingen die kraken' en die niemand meer nodig heeft nu ze een cd-speler hebben gekocht. Het wordt een lijvig bericht, dus ik barst meteen los.

102. Don't Say Goodbye-BZN
Het is een vast ritueel. Op woensdagmiddag wordt de Wijd & Zijd bezorgd. Het is de regionale advertentie-krant met redactionele stukken over bedrijfsopeningen en dergelijke. Ook adverteren de verenigingen hier hun rommelmarkten en daar speurt mijn oog naar. Omdat het soms meerdere tegelijk zijn, plan ik een fietsroute om ze allemaal te bezoeken. Soms kom je ergens voor Jan met de korte achternaam, omdat er geen singles te koop zijn of dat de partij voor mijn neus wordt opgekocht. Op deze eerste zaterdag van april is het bedroevend. De enige 'in de buurt' is in Joure en dat is net even te ver fietsen voor een ochtend. Ik fiets dus op de middag naar Joure, maar arriveer ter plekke als de organisatie al bezig is de boel af te voeren. De enige plaat die er ligt is deze van BZN en omdat het weggooien van platen voor mij lange tijd 'zonde' is (iets dat ik in Mossley zal leren), neem ik deze mee. Toch doet de plaat lange tijd pijn aan mijn oren totdat ik het plaatje omstreeks 2007 leer waarderen. Ik vind hem persoonlijk drie keer beter dan 'Mon Amour' en veruit de beste plaat van BZN-met-zangeres.

103. Love Is Like Oxygen-Sweet
Voorlopig de laatste keer dat ik bij Twister kom. Bert krijgt het té druk met zijn coffeeshop (Heaven), maar houdt al die tijd wel het pand aan. De jukeboxen en andere handel uit de jaren vijftig en zestig blijft onaangeroerd staan. Pas in de zomer van 1991 zal ik tot tweemaal aan toe flink inslaan bij Twister voordat hij definitief de deuren sluit. Ik zal in 1996 en 1997 veel in zijn buurt vertoeven: In 1996 opent hij café 'In The Scrum', dé hangplek in Sneek voor 'alternatieve lui' als Het Bolwerk dicht is. Na afloop van een concert in Het Bolwerk loopt een parade van de poptempel naar de 'Scrum'. Terug naar 1990. Twister heeft ongeveer de halve discografie staan van The Sweet en wie deze serie heeft gevolgd, weet dat ik daar eind 1989 en begin 1990 een zwak voor heb. Welnu, bij deze is die liefde nooit weggeëbd, want ik draai hem nog geregeld in mijn shows (ook al is dat vaak wel digitaal en pak ik dan net zo lief de album-versie). Dit is eentje uit de rijksdaalder-bak.

De dinsdag in de Paasvakantie moet mijn fiets naar de fietsenmaker in Sneek. Ik mag dus even helemaal 'legaal' met de bus! Dat komt namelijk niet heel vaak voor. We hebben altijd een strippenkaart en een tientje in de portemonnee. In geval van een lekke band kunnen we die voor een tientje laten plakken en de strippenkaart is voor extreem noodweer. Maar ja..., als je Gerrit heet en zelfs met de voorjaarsstorm van 1990 nog naar huis wil fietsen? Ik kijk deze middag eens om het hoekje bij 'The Fonz'. Evenals Twister een handel in jukeboxen en jaren vijftig-design. Hoewel hij in april 1990 de naam 'The Fonz' al heeft laten vallen, hij gaat verder als Jaarsma Jukeboxen en enkele jaren later zal hij een stoffeerderij beginnen in hetzelfde pand. Het pand zat op de hoek van de Prins Hendrikkade en het ziekenhuis. Toen dat laatste in 1996 is afgebroken, zijn deze panden mee gegaan. Ik koop 104 en 105 op dinsdag, donderdag is mijn fiets weer heel en ga ik opnieuw naar Joure. Nu ga ik mijn verjaardagscadeaus uitzoeken en op de terugweg koop ik voor mezelf 106 en 107 bij Jaarsma. In juni kom ik nog eenmaal bij hem terug. De dag van 106 en 107 en Joure valt op de donderdag na Pasen en dat is de dag dat de Tros uitzending heeft op Radio 3. Het heeft op donderdagavond een show met nieuw verschenen cd's en vanavond zal 'This Is The Moody Blues' één van de albums zijn die wordt behandeld. Ik laat een bandje meelopen en maak kennis met 'Dear Diary', oorspronkelijk van 'On The Threshold Of A Dream'. Het dubbelalbum uit 1974 is dan net op cd verschenen.
104. My Friend The Wind-Demis Roussos
105. La Bamba-Los Lobos
106. Do You Love Me-Sharif Dean
107. Tickatoo-Dizzy Man's Band

Op zaterdag is het bijna een 'thuiswedstrijd' met de rommelmarkt. IJlst ligt immers op steenworp afstand van Jutrijp. Ik kan er dan ook extra vroeg zijn om er zeker van te zijn dat ik de eerste ben bij de singles. Een mooie partij! Haar naam is Aukje en ze koopt haar plaatjes in de eerste helft van de jaren zeventig. Behalve dat ze haar naam keurig op ieder hoesje schrijft, is ze blijkbaar erg zuinig op de plaatjes. Ik heb in 1990 een zeker budget en moet het dan ook bij drie singles houden.
108. I.O. I.O.-The Bee Gees
109. Wig Wam Bam-The Sweet
110. Up Around The Bend-Creedence Clearwater Revival

Hoewel de goedheiligman dit jaar nog last zal krijgen van een vinyl-verzamelende inwoner van Jutrijp, is mijn vijftiende verjaardag de laatste met vinyl. In 1988 is dat 'Nights In White Satin' van The Moody Blues plus George Harrison en Pink Floyd, in 1989 krijg ik 'Ordinary Lives' van de Bee Gees van mijn broer. Bij het bezoek aan de rommelmarkt in Joure heb ik ook kennis genomen van het assortiment van platenzaak Popeye. Dat heeft een groot deel van de catalogus van BR Music staan, een 're-issue'-label uit Nijkerk. Met vijfentwintig gulden in mijn achterzak fiets ik naar Joure om de gewenste titels uit te zoeken. De platen moet ik thuis meteen inleveren en deze krijg ik pas op de verjaardag. Dat is een zaterdag en dus ga ik wederom op een 'struintocht'. Vandaag begint het bij een héle populaire jaarlijkse rommelmarkt in Bolsward. De singles zijn bovenal geestelijk repertoire met 113 als enige uitzondering. De plaat is écht in nieuwstaat en kost een kwartje. Dat betaal ik overigens ook voor 'This Is The Moody Blues'. Ook helemaal nieuw, met alleen wat kleine schimmelvlekjes aan de hoes. Hierbij de vangst van 28 april 1990. De eerste twee krijg ik van mijn ouders bij het ontbijt, Creedence plus de elpee komt uit Bolsward en de volgende platen krijg ik 's middags van mijn zus. Ook koop ik op de rommelmarkt in IJsbrechtum 'American Pie' van Don McLean op cassette. Hoewel ik zó het album wel leer kennen en waarderen, zal dit geen lang leven (meer) beschoren zijn.
111. Summer In The City/ Darling Be Home Soon-The Lovin' Spoonful
112. Fruit Of Love-The Clarks
113. Long As I Can See The Light-Creedence Clearwater Revival
114. Give Up Your Guns/ Timothy-The Buoys
115. Runaway-Del Shannon
11/12. This Is The Moody Blues

Tot slot die dag die ik vorig jaar heb 'gemist': Koninginnedag. De eerste Koningsdag valt meteen maar in het weekend. En als bewijs dat ik niet de enige ben... mijn computer keurt 'koningsdag' af. In 1990 valt de verjaardag van Juliana op een maandag en dat betekent een lang weekend. Het is prachtig mooi weer en ik heb een actieve dag. 's Ochtends naar de braderie in de Sneker wijk Tinga, dan de halve 'Acht van Jutrijp-Hommerts' lopen en tijdens die activiteit besluiten nog één keer terug te gaan naar Tinga. 124 tot en met de beide nummers 127 zijn een kwartje per stuk, de rest zit op vijftig cent per stuk. 120 zit per abuis in het hoesje van 'She Likes Weeds' (zie ook: 'Een spriet in een hooiberg', 21 augustus 2010). De kaartenbak van 1990 is handwerk en ik heb de platen niet onder elkaar staan. Zo kan het gebeuren dat ik Slade al nummer 127 heb gegeven en Earth & Fire ook op dat nummer in schrijf. Zodoende hebben we daar 127A en 127B.
116. The Young Ones-Cliff Richard & The Shadows
117. True Love That's A Wonder-Sandy Coast
118. Turn Your Radio On-Long Tall Ernie & The Shakers
119. Never Marry A Railroad Man-Shocking Blue
120. A Sunny Day In Greece-Tee Set
121. The Day That Curly Billy Shot Down Crazy Sam McGee-Hollies
122. Dizzy-Tommy Roe
123. School's Out-Alice Cooper
124. Seasons-Earth & Fire
125. Sylvia-Focus
126. Mouldy Old Dough-Lieutenant Pigeon
127A Get Down And Get With It-Slade
127B Maybe Tomorrow Maybe Tonight-Earth & Fire
128. Shine Shine-Barry Gibb

Volgende maand geen elpees en één single minder dan in april 1990, maar ook hier weer een dubbele 145.

donderdag 16 april 2015

Week Spot 2012/16: Mike Cotton Sound



Ik ben vanmiddag vóór het werk even naar 'De Tafel' geweest, maar de vangst is beperkt. Bart had maar een paar 'nieuwe' singles toegevoegd en de andere dealer helemaal niets nieuws. Billy J. Kramer & The Dakota's mag nog een weekje logeren in Meppel. Ik heb drie singles uitgekozen, maar dit vind ik te minimaal voor een 'Singles round-up' en dus schuif ik die mee naar een volgende aflevering. Op soul-gebied ligt de handel op dit moment even stil en dat mag ook gerust als je ziet hoeveel ik sinds de jaarwisseling heb gekocht. Vandaag dan maar de Week Spot van drie jaar geleden. Evenals Kent & The Candidates van vorige week is dit opnieuw een single die ik al jaren in mijn bakken heb. Of...? Tja, de plaat is gedurende ruim tien jaar zó onvindbaar dat ik een vermoeden heb dat die is zoekgeraakt. Bij de verhuizing van Steenwijk naar Nijeveen komt de plaat, tot mijn grote verrassing, toch nog uit een 'vergeten' doos rollen. Het heeft niet mooier kunnen treffen, want een paar maanden ervoor ben ik immers net 'serieus' begonnen met de Northern Soul en deze single past prima in dat idioom, hoewel de plaat de cult-status heeft te danken aan de Mods. De Week Spot van week 16 in 2012 is 'Soul Serenade' van The Mike Cotton Sound (1968).

Ik krijg pas in 2006 te horen dat ik 'Northern Soul' draai. Voor die tijd weet ik niet zo goed wat ik met die term moet. Toch wel een beetje bizar als je bedenkt dat ik anderhalf jaar in het centrum van de Northern Soul heb gewoond. Nee, niet letterlijk, want ik ben Mossley nog nergens tegengekomen in de verhalen. Toch is Wigan slechts 51,5 kilometer vanaf Mossley, volgens Google Maps. Ik ben eenmaal langs Wigan gereden, toen onderweg voor dat rampzalige weekend in Blackpool. Maar nogmaals... Wigan betekent dan weinig anders voor mij dan de thuishaven van The Verve. De enige keer dat het begrip 'Northern Soul' is gevallen tijdens mijn verblijf in Mossley, is in de eerste weken aldaar. Ik ben met Mike de zolder aan het opruimen. Er staat een aangesloten platenspeler en het muzikaal repertoire is de 'handel' die we hebben staan. Het is de beurt aan Mike om een plaatje uit te zoeken en dat wordt 'Sad Sweet Dreamer' van Sweet Sensation. ,,Nothing wrong with some Northern Soul", hoor ik hem nog zeggen.

Maar misschien is het waar. Misschien is Northern Soul een beetje langs Mossley gegaan. Als ik naar de platen kijk die binnenkomen, daar zit geen spoor van Northern Soul tussen. Als ik niet regelmatig een handvol in de container had gegooid, dan hadden we een voorraad van tachtig keer 'The Floral Dance' van Brighouse & Rastrick gehad. Of wat te denken van het Seekers-achtige folkpop-gezelschap The Fivepenny Piece? Je zou het riviertje de Ouse compleet kunnen dempen met de hoeveelheid James Last-platen in de winkel. Op het gebied van de grote Northern Soul-clubs zijn 'Samantha's' in Sheffield en 'The Casino' in Wigan beide even ver van Mossley. Na heel veel spitten, kom ik dan toch nog eentje tegen. In de midden jaren zeventig zit in Ashton-under-Lyne een tent genaamd 'The Birdcage'. Dat heeft vooral feesten op zondagmiddag en dat kunnen wel eens 'afterparties' zijn geweest van 'The Casino'? De lokale bevolking weet de club te herinneren, maar in de landelijke media is het één van de zovele clubs in het noordwesten van Engeland. In de tijd dat ik in Mossley woon (van april 1998 tot en met oktober 1999), is 'The Birdcage' al lang ter ziele en afgebroken. En de Northern Soul zélf? Dat begint net weer aan een wederopstanding, maar het is allemaal nog pril.

In Mossley hebben we twee winkels. De meubelwinkel in Longlands Mill en de 'top shop'. Die laatste zit op de hoek van Manchester Road (de doorgaande weg in Lower Mossley) en Queen Street (de stille zijstraat waar Longlands Mill staat). Aan de overkant van de straat krijg ik, als ik de scepter zwaai over de 'top shop', nieuwe buren. Het echtpaar begint een cafetaria. Eigenlijk kan ik me het niet permitteren om buiten de deur te eten of te drinken, maar hier maak ik eens per maand een uitzondering. Het cafetaria schenkt namelijk Douwe Egberts en dat zie je niet vaak in Engeland! Op een gegeven ogenblik organiseert het echtpaar een rommelmarkt in de achtertuin, waar ze hun overbodige spulletjes aan de man/vrouw proberen te brengen. Ik koop de singles op en daar zit de Week Spot van vier jaar geleden ook bij. Ik heb op dat moment de 'Record Collector Rare Record Price Guide' van 1995 en deze vermeldt de single met een prijskaartje van 25 pond. De mijne is in een zeer fraaie staat. Overigens ontdek ik later dat op een ander hoesje uit dezelfde partij is geschreven dat het 'Long After Tonight Is All Over' van Jimmy Radcliffe moest bevatten, maar dat is niet het geval. Tot zover ik weet, zat die er ook niet tussen. Ik heb van de partij een aantal achtergelaten in Mossley en ik hoop toch zó dat dit niet Jimmy Radcliffe is geweest. Ik weet dan de waarde en de status nog niet van het plaatje, maar het is één van de vaste drie platen waarmee de 'allnighters' in Wigan worden besloten. Toch nog een heel klein stukje Northern Soul meegepikt in Mossley!

Michael Edward Cotton komt op 12 augustus 1939 ter wereld in Tottenham en woont tegenwoordig in Hackney. In de vroege jaren vijftig formeert hij zijn eerste band: The Mike Cotton Jazzmen. De 'trad jazz'-rage is dan net op gang gekomen met mensen als Chris Barber aan het roer. In 1962 kiest hij voor een meer 'poppy' benadering en doopt de band om tot The Mike Cotton Sound. In 1963 scoort hij onder die naam zijn enige Engelse hit met 'Swing That Hammer'. Het piekt bescheiden op een 36e plek tussen het Merseybeat-geweld. Cotton bespeelt trompet, flugelhorn en harmonica en is ook niet te beroerd om de microfoon in de hand te nemen. Dave Rowberry is één van de leden van de vroege Mike Cotton Sound en hij verlaat in 1965 de band om zich te voegen bij The Animals nadat Alan Price is opgestapt. Er vinden audities plaats om zijn plek op te vullen. Elton John en Joe Cocker zijn twee kandidaten die worden afgewezen. Het baantje is voor Steve Gray, die we in 1980 tegenkomen in het pretentieuze Sky. In 1966 maakt Cotton kennis met het soul-geluid uit Amerika. Daarmee versterkt hij de groep met een tweede zanger. Bruce McPherson Lucas is een Amerikaan die via de luchtmacht in Engeland is terecht gekomen. Hij heeft al bij een paar bands in de omgeving van Norwich gespeeld als hij zich voegt bij Mike Cotton. Bruce werkt onder zijn achternaam: Lucas. Hij maakt één single waarop hij met die naam wordt vermeld: 'We've Got A Thing Going Baby' als Lucas & Mike Cotton Sound. Als je het plaatje omdraait, krijg je Cotton's versie van 'Soul Serenade'. Het nummer is geschreven door Luther Dixon en Curtis Ousley. Die laatste is beter bekend als King Curtis en hij voert het origineel uit op de gelijknamige elpee uit 1964. In 1968 bereikt Willie Mitchell de Engelse hitparade met zijn uitvoering van 'Soul Serenade'. Het zal in dezelfde tijd zijn geweest dat Cotton deze single heeft uitgebracht. Mike Cotton's versie beukt net even harder dan die van Willie Mitchell, maar dat luidruchtige is iets dat in goede aarde valt bij de Mods. Deze zorgen eigenhandig ervoor dat 'Soul Serenade' van Mike Cotton Sound een bepaalde cult-status krijgt, waardoor de single in waarde stijgt. Vijfentwintig pond in 1995. Daar krijg je de single nu niet meer voor. Discogs heeft momenteel drie exemplaren staan. John Manship heeft een 'VG+' voor 40 pond, een particulier heeft eentje in dezelfde staat voor 35. Vervolgens waagt eentje het met vijftig pond voor een 'Near Mint', maar heeft een hele slechte reputatie. Ik zou die vijftig pond nog liever in een fruitautomaat gooien.

Maar goed... de single verdwijnt op een gegeven ogenblik uit mijn vizier en de bladzijde met The Mike Cotton Sound in de 'Price Guide' wordt steeds pijnlijker. Bij de verhuizing vind ik hem dan toch weer en ik besluit hem niet veel later tot Week Spot te bombarderen. Cotton zélf is nog immer actief. In 1969 doopt hij de groep om tot Satisfaction dat één album maakt voor Decca. In de eerste helft van de jaren zeventig speelt hij geregeld met The Kinks, onder andere op de elpee 'Muswell Hillbillies'. Daarna keert Cotton terug naar de jazz. Tegenwoordig maakt hij deel uit van The Stars Of British Jazz.