zaterdag 31 maart 2012

Blauwe Bak Top 40 2012/1: Top 10

Eigenlijk werken deze series niet op Soul-xotica, maar ik ben toch erg tevreden dat het nog steeds wordt gelezen. Neem nu 'De Monstertocht' van ruim een jaar geleden: De opmaat ertoe is belachelijk vaak gelezen. Ik had toen een foto van De Karre gebruikt, waarschijnlijk dat die bovenaan is komen te staan op Google, anders kan ik het niet verklaren. Jullie zijn met me 'mee gefietst' tot York op de terugweg en toen...? Wat ik toen niet realiseerde, maar wat ik sindskort kan zien, is dat er toen massaal is afgehaakt. De laatste stukjes Monstertocht heb ik dus voor de kat z'n viool zitten schrijven. Soms is het goed om niet de exacte kijkcijfers te kennen... Het bericht van donderdag is nu al heel vaak aangeklikt, zal ook een Google-dingetje zijn denk ik. Het wordt afwachten wat het vandaag wordt: De top tien. De ontknoping van drie maanden noest northern soul-plaatjes stropen op Ebay en bij rarenorthernsoul. Doe de veiligheidsriemen maar vast, want dit gaat een dollemansrit worden met tien adrenaline-stampers.

10 All Of A Sudden-Jeanette Williams (Back Beat 568, 1966)
Ik kreeg een paar weken geleden een beetje een merkwaardige email van degene waarvan ik deze Jeanette Williams had gekocht. Hij had nóg een exemplaar in de aanbieding. Of ik iemand kende? Als snel kwam de discussie over bootlegs op gang. Hij was er zeker van dat het exemplaar dat hij nu te koop aanbood een bootleg uit de jaren zeventig moest zijn. De singles die op Youtube worden getoond hebben een afwijkend lettertype en zijn naar alle waarschijnlijkheid ook bootlegs. Maar MIJN exemplaar? De handelaar kon er moeilijk iets over zeggen. Het lettertype behoort toe aan het origineel, maar hijzelf had in de afgelopen vijftien jaar geen origineel meer gezien en kon deze dus niet toetsen. Hoe meer ik erover lees, hoe meer ik begin te geloven dat mijn single een zeer gezochte 'original' is. De vrijdagmiddag dat de kringloopwinkel mijn koelkast kwam bezorgen en ik, ter voorbereiding op een koude middag in een onverwarmde Julianastraat, brood en koekjes had gehaald bij de C1000, drong Jeanette Williams voor het eerst mijn oor binnen. Twee weken later won ik de single op Ebay.

9 You're Gonna Make Me Love You-Sandi Sheldon (Okeh OSV 031, 1967, re-issue: 2011)
In 1995, ten tijde van het debuut van G. Love & The Special Sauce, maakte het Okeh-label een comeback. Er werd toen door Sony verteld dat het een blueslabel was dat in 1928 was opgericht en lange tijd in onbruik was geraakt. Eigenlijk staat Okeh vooral hoog aangeschreven bij mods en northern soul-verzamelaars. Het Okeh-label heeft een soortgelijke status als Ric-Tic. Niet alle 'releases' zijn even goed of geschikt, maar ze kunnen altijd rekenen op een stevige prijs op verzamelbeurzen. Gelukkig voor ons armetierige deejays, worden enkele Okeh-klassiekers opnieuw in het vinyl geperst en tegen een fractie van de originele prijs aangeboden. Zo kwam in januari deze 'kneiter' van Sandi Sheldon bij me wonen. Ik durf mijn hand in het vuur te steken dat dit één van de allerbeste Okeh-singles ooit is!

8 Spilt Milk-Alfreda Brockington (Goldmine Soul Supply P4081, 2011)
Om een vreemde reden is deze plaat nooit officieel uitgebracht en is het bij deze Goldmine-promo gebleven. We horen op dit schijfje vinyl twee plaatjes die nooit verder zijn gekomen dan proefpersingen. Vooral bij 'Nicer Girl' van The Assassins, op de andere zijde, is dat even flink schrikken: Koop je een splinternieuwe single, begint die opeens luid te knetteren. Ofwel, er is niks aan het geluid gedaan, je hoort gewoon twee originele acetaten. 'Spilt Milk' was in 1967 het debuut van Alfreda Brockington, maar om een vreemde reden kwam hij toen niet uit. Het nummer werd, volgens enkele bronnen, tegelijk gecovered door een damesgroepje en ook hun uitvoering zag nooit het daglicht. Het bekendste nummer van Brockington is 'Chained And Bound' uit 1968 en de overeenkomsten met Aretha Franklin zijn evident, hoewel Alfreda's begeleiders ietsje meer pit hebben.

7 I'll Be There-The Gems (Tru-Glo-Town TGT 7005, 1966, re-issue: 197?)
Nijeveen is op alle manieren erg verbonden met deze Top 40, The Gems heeft te maken met een zondagmiddag. Ik moest hoognodig de brievenbus controleren in Nijeveen en had besloten een wandelingetje te maken. Het oorspronkelijke idee was om via Nijeveen naar Meppel te lopen en dan met de trein terug. Eenmaal in Nijeveen vond ik het zo lekker gaan, dat ik terug ben gelopen. Beide keren niet de kortste weg en dus goed voor zo'n 25 kilometer totaal! Tussen De Klosse en Kolderveen (het bestaat echt!) hoor ik opeens een orgeltje en een moordend tempo. Na het aanstekelijke refrein valt me ook meteen op dat de drummer even flink in de fout gaat. Bij thuiskomst, zo gaat dat, meteen op Ebay zoeken en een paar dagen later hebben we die ook 'in the pocket'!

6 Don't Pretend-The Belles (Goldmine Soul Supply GS 210, 1971?, re-issue: 1998)
Het jaar 1971 heb ik uit de Rare Record Price Guide gehaald, toen verscheen deze single in Engeland op het President-label, maar zelf vermoed ik dat-ie een stukje ouder is. Dat 'no-no-no-no-no-oh-no-baby' komt de dame echt uit de tenen. Er is helaas weinig te vinden over The Belles, maar zou die leadzangeres niet Alice Clarke zijn? Die in de vorige Blauwe Bak Top 40 op 1 stond met 'You Hit Me'? Ik hoor deze plaat nu al zes weken minimaal eens per dag en hij gaat nóóit vervelen. Geldt eigenlijk voor deze hele top tien.

5 This Time I'm Loving You-Venicia Wilson (Goldmine Sevens GS 056, 2000, re-issue: 200?)
Dit mopje van Ian Levine heeft onlangs nog aandacht gekregen hier op Soul-xotica, lees dus voor het volledige verhaal 'er in geluisd'.

4 Please Forgive Me-The Du Ettes (One-der-ful 3085, 1965)
'The best dancer for my money', schrijft een uploader op Youtube over deze plaat. Ik ben het helemaal met hem eens! Deze plaat swingt niet een beetje, alles beweegt aan deze plaat. Zélfs de platenspeler staat te dansen op tafel! In mp3-vorm is die een beetje verwaterd, maar die handklapjes zijn dodelijk wanneer je deze op een stevig volume afspeelt via de hoofdtelefoon!

3 Stop & Get A Hold Of Myself-Gladys Knight & The Pips (Tamla Motown TMG 500, 1965, re-issue: 2011)
'Oeh-Oeh-Ah-Ah'. Snel keek ik op de display. Gladys Knight & The Pips. Ja, zo'n vermoeden had ik al. Van alle Motown-zangeressen heeft Gladys zo'n opvallende eigen stijl, die herken je uit duizenden. De eerste zoektochten zijn weinig hoopvol. De plaat is in 1965 verschenen en behoorlijk zeldzaam. Totdat ik deze fijne, hagelnieuwe, bootleg tegen kom. Sindsdien is deze van Gladys dé smaakmaker van mijn set!

2 I Got What You Need-Kim Weston (MGM K-13720, 1967)
Alles jaagt aan dit nummer! Fantastisch werk van Weston, misschien (zeker?) wel het allerbeste wat Weston ooit in het vinyl heeft geperst!

1 I Don't Want To Talk About It-Nancy Ames (Epic 5-10056, 1966, re-issue: 1977)
Twee-minuut-nog-een-beetje. En dan heb je de neiging om hem weer opnieuw op te zetten. En nog een keer. Maar dan hou je jezelf in bedwang en stopt hem terug in het hoesje en kijkt al stiekem uit naar de volgende keer dat je hem mag draaien. Hoe raar kan northern soul zijn? Nancy Ames is van oorsprong een folkzangeres en dit plaatje werd in 1966 ook als dusdanig opgenomen. Wat een soul! En wat is die drummer lekker 'over the top' na ieder refrein. Oordeel zelf...

Uit veiligheid voor mijn schrijfsels zet ik hem niet in het bericht zélf, maar verschijnt straks onder 'reacties' een link naar mijn Youtube-kanaal en de Blauwe Bak Top 40 2012/1 in videovorm. Alleen Thelma Houston ontbreekt en van Sharon Tandy heb ik bij gebrek aan beter de b-kant gepakt. Morgen gaan we de goden verzoeken in de Schijf van 5 en zowel maandag als dinsdag is er reden tot feestjes!

vrijdag 30 maart 2012

Blauwe Bak Top 40 2012/1: 11-20

Ik voelde me woensdag nog een beetje bezwaard toen ik aan de Blauwe Bak Top 40 begon, maar dat gevoel is nu wel weggeëbt. Vergeef me, lieve mensen, maar ik ben nu eenmaal gek op lijstjes. Tot drie jaar geleden stelde ik maandelijks een Top 100 samen. Veel werk? Ja natuurlijk! De eerste week van de nieuwe maand was ik wel in de weer met de Top 100 van de voorgaande maand, na drie maanden een kwartaal-top 100 en dan had je nog de halfjaarlijkse Top 100, ook een heel festijn en in de laatste paar maanden opzettelijk gaan schuiven met 'monsterhits' om de uiteindelijke Top 100 spannend te houden... En toch mis ik het niet! De Blauwe Bak Top 40 is wat dat aangaat uit de losse pols samengesteld. Ik draaide zojuist bijvoorbeeld 'Just One Look' van Doris Troy, welke niet de Top 40 heeft gehaald. Zal ik hem dan toch stiekem? Nee, dan moet die in de Top 20 en dat vind ik net iets teveel eer voor een leuk rhythm & blues-deuntje. Vandaag klimmen we naar elf.

20 I'm Gonna Change-John Schroeder Orchestra (Alaska ALA 101, 1975)
Ik schreef gisteren bij The Illusions dat ik 'het origineel' van Luther Ingram meer en meer ga waarderen, dit ten nadele van 'Crying Days Are Over'. Bij 'I'm Gonna Change' is het wat dat betreft nog fifty-fifty. Ik leerde eerst deze felle instrumentale versie van Schroeder kennen en pas daarna de vocale uitvoering uit de jaren zestig van het mannentrio The Velours. Schroeder's versie is ietsje sneller dan het origineel en de toeters klinken zo lekker schel, dus voorlopig is dit de winnaar.

19 Janice-Skip Mahoney (Soul promo geen catalogus-nummer, 1980, re-issue 201?)
Terwijl de disco na 1977 heel monotoon werd, waren de northern soul-deejays voortdurend op zoek naar snelle dansbare platen met die specifieke 'swing'. Ze kwamen uit bij het Salsoul-label, dat salsa-klanken in de mix gooit met Westerse dansmuziek. Joe Bataan scoort in 1980 de grootste Salsoul-hit in ons land met 'Rap-O Clap-O'. Uit dezelfde periode komt Skip Mahoney. Oorspronkelijk is 'Janice' uitgebracht als 12"-single met een tijdsduur van bijna zeven minuten, maar al snel verschenen er bootlegs met een kortere single-versie. Mijn exemplaar is daar een voorbeeld van: Een echte bootleg! Hoewel mijn voorkeur uitgaat naar de 'oldies' lonken de onontdekte parels uit de vroege jaren tachtig. Zoals 'Janice' lust ik er nog wel een paar!

18 Big Thing-The Sapphires (ABC 4221, 1965, re-issue: 1976)
Toch is het niet altijd zo dat een snellere versie beter is dan het origineel. Neem nou 'Gonna Be A Big Thing' van The Yum Yums, die is een flinke tand langzamer dan The Sapphires, maar nog steeds boven midtempo. De uitvoering van The Yum Yums heeft zoveel klasse. Helaas staat die bewuste single hoog op ieders verlanglijst, uitgezonderd de mazzelaars die al een exemplaar in hun bezit hebben. The Sapphires had met hun versie van 'Gonna Be A Big Thing' dé danshit van 1976 in The Casino in Wigan. Een bootleg als deze kon dus niet lang uitblijven, want ook hierbij is het origineel zeldzamer dan een Bugatti. Eddie Regan, onze nummer 21, staat op de andere zijde.

17 Shing A Ling-The Cooperettes (Brunswick 55329, 1965)
Toch een bootleg? Ik meende dat ik het kraakheldere origineel te pakken had... Wat maakt het uit? Ik leerde The Cooperettes twee uren voor het einde van de veiling kennen en wist onmiddelijk dat ik hem moest hebben. Daar heb ik geen spijt gehad! De 'Shing-A-Ling' is nu al mijn favoriete dans geworden. 'Let your backbone really slide'. Krak. Ahum...

16 Stronger Than Her Love-The Flirtations (Festival F-705, 1966, re-issue 197?)
,,Ik heb zojuist de originele gekocht voor een tientje", blaatte ik een paar maanden geleden tegen een collega-dj. ,,The bargain of the year", zo oordeelde hij. Natúúrlijk is het niet het origineel, maar dat wist ik niet. Het origineel met gekleurd Festival-label brengt minimaal 800 dollar op, als die al opduikt. Recent werd een exemplaar aangeboden op Ebay. De 12 bieders hadden de prijs inmiddels opgedreven tot driehonderd pond, maar de minimumverkoopprijs was nog steeds niet gehaald. Deze van The Flirtations was één van de vroegste favorieten in de northern-scene en werd alras gevierd met een bootleg. Het gros van de 'white label promos', waaronder die van mij, zijn dus van een latere datum. Die van mij verraadt een zwaar leven achter de rug te hebben, hij knettert heerlijk in het 'laag'...

15 Starting The Hurt All Over Again-Brenda Holloway (Tamla Motown GO 25.570, 1967)
Dit is een uitzondering op de regel. Praktisch alle veertig platen zijn de afgelopen drie maanden in mijn collectie komen wonen. Brenda vertoeft daar al ruim drie jaar. Het is de b-kant van 'Just Look What You've Done', sinds jaar en dag een favoriet in de Blauwe Bak. Ik leerde 'Starting The Hurt All Over Again' in december kennen en was meteen ondersteboven van het nummer. Ik begon een zoektocht op het internet om erachter te komen... dat ik hem al lang en breed op single had! Ik heb niet meer omgekeken, het niet veel mindere 'Just Look What You've Done' is sindsdien onaangeroerd gebleven en 'Starting The Hurt All Over Again' is iets van een dagelijkse routine geworden. Ook zo'n plaat die niet de Top 40 heeft gehaald, maar die ik wel recent (sinds een week) heb leren waarderen is 'I Miss You Baby' van Marv Johnson. Die kunnen we wellicht in de volgende BBT40 tegenkomen?

14 Girls Are Out To Get You-The Fascinations (Mayfield OSV 024, 1967, re-issue: 2011)
Voordat Curtis Mayfield zijn platenmaatschappij Curtom ging noemen, heette het simpelweg Mayfield. Een reissue-label is momenteel doende de catalogus van Mayfield uit te kammen op zoek naar obscuur werk. Voorlopig is alleen deze van The Fascinations interessant genoeg voor in mijn Blauwe Bak. 'Girls Are Out To Get You' is veruit de beste track die door deze fraaie dames werd opgenomen. En het maakt dat ik al drie maanden een stuk zelfverzekerder de deur uit ga...

13 No Good To Cry-The Wildweeds (Chess AR 25.578, 1967)
En dit is na Brenda Holloway de volgende uitzondering. Deze plaat stond afgelopen maandag nog centraal in 'Onkruid vergaat nooit', dus hou ik het ditmaal kort.

12 I've Found Love-Sharon Tandy (ABC Paramount 45-10742, 1965)
Ik hou persoonlijk niet zo van 'linkjes' in berichten, maar morgenavond bij de ontknoping verschijnt onder 'reacties' een linkje naar mijn videokanaal met daarin 38 van de 40 genomineerden. Thelma Houston is helaas (nog steeds) onvindbaar op Youtube, misschien dat ik daar binnenkort maar iets aan moet doen. Verder is deze van Sharon Tandy tijdelijk verwijderd, maar die heb ik vervangen door de b-kant 'Perhaps Not Forever'. Een wereldnummer, ook al valt die qua stijl en tempo behoorlijk uit de toon tussen de andere stampers.

11 Look Around-Two Plus Two (Velgo OSV 003, 1966, re-issue: 2010)
Vierduizend dollar, wat kan een mens daarmee doen? Nou, bijvoorbeeld een origineel exemplaar van deze zeer obscure Two Plus Two-single op de kop tikken. Popsike liegt niet, het is ervoor betaald! Naast Mayfield wordt ook het testament van Velgo onder de loep gehouden. Zo hoop ik binnenkort Gwen Owens aan de Blauwe Bak toe te voegen. Nu is dat Velgo-verhaal best interessant, want van Owens is bekend dat het merendeel van de singles niet te draaien was, ook deze gaat nooit beter klinken dan de manier waarop hij in het vinyl is geperst. Komt bij dat mijn exemplaar ook nog een beetje is kromgetrokken en het resultaat is charmant belabberd. Doet me ineens denken aan die rallyrijdende verzamelaar van exclusieve sportwagens: 'I love mine best when they are a bit tatty'. Zei hij met een glimlach toen hij net weer een deuk had gereden in een kapitale Austin-Healey.

donderdag 29 maart 2012

Blauwe Bak Top 40 2012/1: 21-30

Als jullie mij toestaan, ga ik hier een traditie van maken: Iedere drie maanden even een balans opmaken van recente aankopen en ontdekkingen uit die diepe oceaan die northern soul heet. Ik weet niet of ik eind juni weer veertig waardevolle kantjes bijeen heb gesprokkeld, ben net weer op Ebay begonnen en ben voorlopig de hoogste bieder op een single van The Gypsies, waarover binnenkort meer. Dus dat is een zorg van later. De afgelopen maanden is het wel even heel erg gek gegaan en uit de ruim vijftig potentiële plaatkanten heb ik de volgende veertig gekozen. Vandaag gaan we van 30 naar 21.

30 Right Now-Salena Jones (Jazz Classics JAZZCLASS 45001, 1969, re-issue: 2011)
Eigenlijk kocht ik deze single vanwege de a-kant, Helen Reddy's (ik heb ergens geschreven dat Reddy verantwoordelijk was voor 'Songbird', maar dat was Anne Murray, waarvoor mijn excuses) jazzy uitvoering van 'Hit The Road Jack'. Deze is op het allerlaatst afgevallen in deze Top 40, laten we zeggen dat het nummer 41 is geweest. De kant van Salena Jones past wat dat betreft beter in mijn set. Jones is een cultheldin in de mod-beweging en haar album uit 1969 is een zeer gezocht collector's item. Het felle 'Right Now' is een levend bewijs van het waarom.

29 But It's Alright-J.J. Jackson (Mojo 2092 014, 1966, re-issue: 1973)
De 'belter' J.J. Jackson was in de midden jaren zestig regelmatig te gast in Engeland en hij was diep onder de indruk van het vakmanschap van zijn Britse begeleiders. En dus nam hij eind 1966 'But It's Alright' op in Londen met behulp van deze mannen onder leiding van Arthur Greenslade. Het resultaat doet sterk denken aan Otis Redding voordat die 'blue' werd. Een ontzettend fijne single!

28 Everything's Gonna Be Alright-P.P. Arnold (Immediate IM 040, 1967, re-issue: 197?)
Deze plaat had stukken hoger kunnen staan, ware het niet dat ik erg teleurgesteld ben over de conditie van de plaat. Ik kan het de handelaar nauwelijks kwalijk nemen, deze doet in grote partijen Amerikaanse import en kan onmogelijk iedere plaat beluisteren en doet dus veel op het blote oog. Een ieders' oog zou deze plaat als 'bijna nieuw' kwalificeren, het heeft nog een schitterende glans en geen opvallende krassen (wél een paar 'hairlines', maar die hoor je praktisch niet). Als een plaat herhaaldelijk op hoog volume is afgespeeld en met een té zware naalddruk, wil deze gaan 'scheuren' in het hoog van de muziek. In de northern soul is een beetje 'scheuren' toegestaan, sommige 'originals' zijn gewoon niet anders te vinden, maar bij deze wordt het danig verstierd dat ik mijn zoeklichten al heb uitgezet naar een ander exemplaar. Wie weet, komen we deze hier nog terug, maar dan fors hoger!

27 You're The Fool-Three Degrees (Roulette R-7088, 1971)
Mijn liefde voor de 'überdweil' heb ik hier twee jaar geleden al verklaard: Trager dan 'Maybe' van The Three Degrees (1970) heb ik ze weinig. 'You're The Fool' stamt uit dezelfde periode, dus voor de grote doorbraak met 'Dirty Ol' Man' op het PIR-label. En toch heeft deze opname alles wat die latere hits eveneens hebben. Die hele hoge harmonieën herken je ook hierin. Het enige wat ontbreekt is die Philadelphia-protodisco-beat en dat is niet erg!

26 I Thank You Kindly-Diane Lewis (Wand WND 1183, 1967)
Veel van de northern soul-verzamelaarsbeweging gaat om prestige. Diane Lewis is daar zo'n voorbeeld van. Haar platen zijn erg gewild en daarentegen dun gezaaid en dus rijzen de bedragen de pan uit. Veel van deze aankopen kan ik niet bekostigen, dus mogen we gerust stellen dat de klasse van Diane Lewis het plafond is. Waarom dan toch zo'n lage klassering? Wel, mijn voorkeur gaat uit naar supersnelle stampers en deze is duidelijk té midtempo. Eigenlijk zijn het ook vooral de mods die de prijs opdrijven.

25 Candy-Astors (Atlantic 584245, 1965)
Hoe kan een plaat die ze 45 jaar geleden aan de straatstenen niet kwijt konden, nu opeens een 'hit' zijn? Een paar jaar geleden kon je 'Candy' van The Astors voor een paar stuivers op de kop tikken, maar doordat een aantal invloedrijke deejays de plaat zijn gaan draaien, doet het gekke dingen. Omdat ik de verkoper kende en ook zijn hoge kwaliteitsstandaard, wist ik meteen al dat ik me niet van de wijs moest laten brengen door het gekrabbel op het label. Dat kwam ook zo uit. De plaat zélf is namelijk in een erg goede staat en ik heb hem dankzij de 'wol' (writing-on-label) voor een dievenprijsje gekregen. 'Candy' is een zeer vroege Stax-productie met muzikale begeleiding van Steve Cropper, die ook aan meeschreef aan het aanstekelijke 'Candy'.

24 Say It Isn't So-Betty Boo (Goldmine Soul Supply GS 210, 1998)
De Engelse topdeejays uit de jaren zeventig hadden hun mannetjes in Amerika die voortdurend rommelmarkten afschuimden op zoek naar bruikbare singles. Onder die platen bevond zich soms ook acetaten en proefpersingen van platen die nooit het levenslicht zouden zien. Neem nu deze van Betty Boo, sinds 1977 een gekend nummer in de Wigan Casino, maar ten tijde van de opname rondom 1965 nooit officieel in het vinyl geperst. Het is evenwel zeer waarschijnlijk dat de zangeres niet bekend is en dat ze in Wigan de naam 'Betty Boo' erop hebben geplakt. Zoiets zou in dezelfde tijd ook zijn gebeurd met 'Peanut Duck', waar iedereen van aanneemt dat het van Marsha Gee is. Omdat Wigan in de Britse muziekgeschiedenis een grote plaats in neemt, verscheen in 1998 (een kwart eeuw na de opening en zeventien jaar na de sluiting) deze single met The Belles op de andere zijde. Die zien we zaterdag terug!

23 New Girl-Accents (M-Pac! 3073, 1964)
'Memories are made of this'. De dag waarop ik Nijeveen had geaccepteerd, kocht ik ook een mp3-stick om de 'Northern Soul Jukebox' op te verplaatsen. De eerste dagen vond ik het lastig om de stick op 'random' te krijgen en dus draaide deze op het alfabet. 'Accents- New Girl' was de vierde. Het fluitje in het intro en het opgewekte karakter in combinatie met de stap naar Nijeveen maakte voor mij dat 2012 wel het jaar van de verandering moest worden.

22 Crying Days Are Over-Illusions (HIB 700, 2011)
Is mijn enthousiasme voor The Illusions tanende? Ik begin steeds meer gewend te raken aan 'If It's All The Same To You Babe' van Luther Ingram, het knaloude gezongen origineel van de 'Exus Trek' die de basis vormde voor 'Crying Days Are Over'. Ik ben zelfs afgelopen zaterdag vergeten hem te draaien...

21 Playin' Hide And Seek-Eddie Regan (ABC 4221, 1966, re-issue: 1976)
The Sapphires van de andere kant komen we morgen tegen, Eddie is recentelijk aan een opmars begonnen. Fel, snel en nauwelijks twee minuten: Zo lust ik mijn plaatjes!

woensdag 28 maart 2012

Blauwe Bak Top 40 2012/1: 31-40

Bij leven en welzijn verschijnt komende dinsdag hier het 750e bericht op Soul-xotica. Daar heeft het een beetje mee te maken, anderzijds leek het me wel aardig een balans op te maken van drie maanden northern soul-aanwinsten. En of ik keuze had... Ik telde totaal ruim zestig potentiële plaatkanten, waarvan er vijf af vielen. Bull & The Capallaras en Bill Deal & The Rhondells liggen toch niet zo vaak op de draaitafel, Jackie Ross evenmin. Zo bleven er 55 over. Nog eenmaal de snoeischaar in de hand genomen en toen waren er nog veertig. The Flirtations (onder andere) had ik in december de Blauwe Bak Top 40 'binnengesmokkeld', in werkelijkheid moest ik nog even wachten op het vinyl. Buiten een paar recente herontdekkingen zijn alle platen in de afgelopen drie maanden gekocht. Geen idee of ik over drie maanden weer opnieuw een volledig vernieuwde Top 40 kan samenstellen, dus weet ik niet of dit een traditie gaat worden...

40 Hey Girl-Ponderosa Twins + One (Horoscope 102, ca. 1969)
Ik kocht deze single in de veronderstelling dat het een 'girl group' was, maar achteraf is er geen dame in zicht. Het is meer een soort van Jackson Five met een leeftijdsgenootje van Michael met net zo'n hoog piepstemmetje.

39 Nothing From Nothing-Billy Preston (A&M AMS 7126, 1974)
We leggen Billy Preston binnenkort nog eens onder een vergrootglas, dat beloof ik hierbij! 'Nothing From Nothing' is een leuk crossover-dingetje waarvan ik steevast goede luim krijg.

38 Day By Day-Tom Jones (Decca AT 15109, 1968)
Dat ging op het nippertje goed! Ik zag de single bij een Engelse dealer, luisterde een stukje en had hem al in het winkelmandje liggen in de veronderstelling dat dit een erg obscure single van Tom Jones moest zijn. Een uur later volgt het bericht dat deze uitverkocht is. De volgende dag ga ik toch maar eens 'Googlen' met de titel en ontdek ik dat het 'gewoon' de b-kant van 'Help Yourself' is. En ja, die had ik al!

37 Crying In The Sunshine-Thelma Houston (Stateside SS 8044, 1970)
In de vorige BBT40 stond Houston hoog genoteerd met 'I Want To Go Back There Again', ditmaal blaast de tante van wijlen Whitney haar partijtje mee met het 'sunshine soulpop'-kantje 'Crying In The Sunshine'. Smaakte vooral die eerste avond in januari erg goed!

36 Don't Fool Around-R. Dean Taylor (Tamla Motown TMG 909, 1967)
Een hele vroege plaat van deze blanke Canadees op het Motown-label. Het was overigens ook in dat jaar dat Taylor 'There's A Ghost In My House' op de plaat slingerde, dat pas in 1974 een hit zou worden. 'Don't Fool Around' is hoorbaar uit dezelfde tijd, een oorverdovend stampende ritmesectie draagt dit nummer.

35 Ask Me-Ecstacy Passion & Pain (Roulette R-7159, 1974)
Kadootje van buydiscorecords.com omdat Tom Jones en een oude Swamp Dogg-single uitverkocht waren. 'Ask Me' is het b-kantje en is zo'n fraai voorbeeld van 'protodisco': Een plaat die zijn tijd drie jaar vooruit was!

34 Something Bad-Nomads (Goldmine Sevens GS-057, 1966, re-issue: 200?)
Hoewel de serieuze verzamelaar er zijn neus voor ophaalt, brengt Goldmine Soul Supply de minder veeleisende deejay betaalbare heruitgaven van gezochte singles. Een origineel van The Nomads kan met gemak honderden euro's opbrengen en dat geldt eveneens voor 'You're Gonna Miss A Good Thing Baby' van John Bowie op de andere zijde. Omdat die van The Nomads iets sneller is en daarmee meer geschikt voor mijn set, staat deze op 34 in deze lijst.

33 The Secret Of Livin'-Maxine Brown (Wand WND 1145, 1966)
Recent nog behandeld in 'Maxinaal genieten', één van de zeer weinige uptempo stukken van Maxine Brown en toch niet snel en heftig genoeg om mee te draaien in de Top 20...

32 Gee Baby Gee-Dixie Cups (Red Bird RB 10-024, 1965)
Is dus in feite de b-kant van 'Iko Iko', de monsterhit die erg toevallig in de studio ontstond toen de meisjes het voor de grap stonden te zingen, terwijl Leiber en Stoller ongemerkt de band lieten meelopen. 'Gee Baby Gee' klinkt dan meer als een solide 'girl group'-opname. Cool met klasse!

31 Panic-Reparata & The Delrons (Eric 5010, 1967, re-issue: 198?)
Reparata is inwisselbaar, zo was al in 1967 gebleken, en ook The Delrons bleven ondanks alles redelijk anoniem. Reparata & The Delrons had al in 1964 een hit gehad in Amerika met een hele andere zangeres dan die op 'Panic' en 'Captain Of Your Ship'. In de begin jaren zeventig was de groep nog steeds actief, maar of dezelfde meisjes er nog tussen zitten? 'Panic' valt op door een grappig geluidseffectje uit de gitaar wat het een leuke 'novelty' maakt. De ijzersterke 'hooks' in het refrein creëren een dansvloerfavoriet in Wigan.

Morgen tellen we verder af naar 21.

dinsdag 27 maart 2012

onkruid vergaat nooit!

O, wat keek ik er tegenop. In juni 1993 moest ik voor de keuring voor eventuele militaire dienst naar Groningen. Ik heb mezelf altijd beschouwd als anti-militarist en zag de bui al hangen: Soldaatje spelen. Als dat zou gebeuren, was ik in de allerlaatste lichting terecht gekomen. Als... Ik had me al flink lopen 'aanstellen' bij de gezichts- en gehoortest, maar de dokters leken er doorheen te prikken. Totdat ik bij een arts tercht kom die vraagt of ik mijn schooldiploma heb meegebracht. O ja, helemaal vergeten, die zit nog in de tas aan de kapstok. Als ik terug het kamertje in kom, valt haar mond open. ,,Wat heb jij grote voeten zeg!". ,,Maat 48 platvoeten", antwoord ik meteen. ,,Vind je het erg dat ik je daarop afkeur?". Ik sta perplex. Ze moet de mededeling drie keer doen voordat het tot me door dringt. Ik hoef niet het leger in! Jippie! Dat wordt naderhand gevierd met zware speciaalbiertjes op een terras in Groningen.

De dag ervoor was ik al weemoedig en in die toestand was ik in de bus naar Lemmer gesprongen. Op zoek naar het adresje waar ik een half jaar eerder een paar singles had gekocht. Ik heb geluk. Hij heeft net een nieuwe partij binnen en koop ze bijna allemaal. We hebben het dan over veelal onbekend gebleven singles uit de jaren zestig, allemaal Nederlandse persingen in een prachtige staat. De enige hit is 'Judy In Disguise' van John Fred & His Playboy Band. Tussen de plaatjes zit ondermeer 'The Charge' van Alvin Cash & The Registers, 'Sticky Sticky' van Bobby Harris en ook een plaatje in een erg psychedelisch ogend hoesje. En daar word ik vrolijk van: Psychedelische plaatjes!

Bij thuiskomst ben ik enigzins teleurgesteld over de laatste. Geen spannende stereo-effecten, maar een nogal duf liedje. Althans, dat was ik in 1993 van mening. Iedere keer als ik hem tegenkwam in de singlebakken dacht ik opnieuw dat het een vervelend nummer was. Bijna twintig jaar lang is dat gebleven, ik heb de plaat nooit meer opgezet. Tot een paar weken geleden toen ik opeens The Wildweeds zag opduiken op de lijst van een gerespecteerd northern soul-deejay. Eerst dacht ik nog dat het vast een ander nummer van de groep zou zijn, maar nee, het gaat hem echt om dat 'duffe' liedje: 'No Good To Cry'. Ik kan me tegenwoordig niet meer voorstellen dat het nummer me toen niet raakte, want, lieve mensen, wat is dit een fijn nummer!

Big Al Anderson. Er zullen maar weinig bezoekers van Soul-xotica opveren bij die naam. Toch staat Anderson te boek als één van de allerbelangrijkste songschrijvers uit de Amerikaanse country-beweging. Bovendien is hij als gitarist betrokken bij The New Rhythm & Blues Quartet, afgekort tot NRBQ een populaire band in de vroege jaren zeventig. Dat erg mooie 'No Good To Cry' is pas het derde liedje dat uit de pen komt van deze Anderson, die als tienjarige overigens al een plaatje mocht maken.

The Wildweeds had met 'No Good To Cry' haar enige hit te pakken: In de zomer van 1967 bereikte het een 88e plek in de Billboard. In 1969 werd het nummer opgenomen door de formatie Hourglass dat zou uitmonden in Allman Brothers Band. Op een box van de laatste groep staat bij 'Ain't No Good To Cry' dat de schrijver ervan onbekend is. Dat onkruid nooit vergaat, blijkt wel uit het feit dat de groep onlangs nog een geslaagd reünieconcert heeft gegeven.

maandag 26 maart 2012

snoep verstandig...

Eigenlijk zou dit een 20 Years Ago Today moeten zijn, ware het niet dat ik een beetje in de volgorde aan het rotzooien ben. Iets meer dan 20 jaar geleden kocht ik een partij singles op de Sneker fancy-fair, teveel om in één bericht te proppen. Omdat de volgende aankoop in 1992 pas in half april is, smeer ik het uit over de komende weken. Er zitten namelijk enkele singles tussen die best wat extra aandacht verdienen. Neem nu The Beatles. Het viertal uit Liverpool zit niet zo heel erg dik in de berichten op Soul-xotica. Zélf ben ik namelijk van mening dat er veel alternatieven uit dezelfde periode zijn, dat The Beatles zelfs wat overgewaardeerd zijn. Maar dan heb je weer een 'Hey Jude' op de draaitafel liggen en ben je dat direct vergeten. Een monument uit de popgeschiedenis. In 1992 kocht ik dus mijn eerste exemplaar, een tot op de draad versleten Apple, later zou ik een betere Parlophone kopen.

Een boek over The Beatles met een 'happy end' lijkt een utopie en toch bestaat het! De allereerste officiële biografie van The Beatles stamt uit 1968. Een ongedwongen periode voor het kwartet. John is nog immer getrouwd met Cynthia, de Maharishi is nog niet in beeld en 'Lady Madonna' bestormt de hitparade. The Beatles zijn ambitieus over hun aanstaande project: Apple. Een publicatiemaatschappij van liedjes, een filmmaatschappij, warenhuizen... De lijst is eindeloos, ook al zou Apple naast film- en platenmaatschappij vooral een debacle worden. Het boek schetst in het begin een mooi beeld van de vier individuen die The Beatles vormen, een schets uit 1963. In de laatste hoofdstukken bezoekt de schrijver de vier in hun privé-omgeving. George en John zijn nogal patserig met hun landhuizen, Ringo heeft, ondanks een fraai optrekje, een redelijk burgerlijk leventje en Paul is nog even vrijgezel en woont in de stad. Vooral aan John kan je merken dat die vijf jaar iets met hem heeft gedaan.

Donovan brengt The Beatles en vooral George Harrison in contact met de Maharishi. De groep reist af naar India, niet een klein beetje naïef. De sessies voor de gefortuneerde popmuzikanten kost een paar centen, maar het zou allemaal naar een goed doel gaan. Totdat John en George ontdekken dat de Maharishi een indrukwekkende verzameling auto's erop na houdt. Of die innerlijke zoektocht er part of deel aan heeft, zullen we nooit weten, maar The Beatles maken kort daarop een hele grote fout. Apple begint in september 1968 te draaien. 'Hey Jude' en 'Those Were The Days' van Mary Hopkin strijden om de eerste plaats. Apple heeft een ervaren boekhouder nodig. Paul beveelt zijn aanstaande schoonvader aan, de oude heer van Linda Eastman heeft ruime ervaring in het bedrijfsleven. Maar omdat Paul een hekel heeft aan Yoko Ono, de kersverse vlam van John, keert de laatste zich tegen Linda en verkiest Allen Klein. Klein heeft in de jaren ervoor Bob Dylan al een poot uitgedraaid en zal enige tijd later The Rolling Stones op het randje van het faillissement doen balanceren. Klein is een rat en helpt het ambitieuze Apple in een paar jaar tijd naar de afgrond. Zelf verdient hij er nog het meeste aan. John Lennon heeft, naar het schijnt, The Stones zelf nog geadviseerd om vooral niet hun zaken in handen te geven bij Klein.

Maar het is niet alleen mismanagement wat Apple en The Beatles de das om doet, maar vooral de onderlinge fricties. In de genoemde biografie lijkt het allemaal nog zo zonnig: The Beatles hebben samen in 1967 'Sergeant Pepper' gemaakt, bij 'The Beatles' (beter bekend als het witte album) zijn het eilandjes. Terwijl John en Yoko aan het 'freaken' zijn met teruggedraaide banden voor 'Revolution Number 9', neemt Paul in zijn eentje het gevoelige 'Blackbird' op. Het einde was onafwendbaar. Feitelijk heeft Phil Spector het einde nog wat uitgesteld door eindeloos bezig te blijven met de mix van 'Let It Be'. Het stelde de groep in staat om intussen het laatste levensteken te realiseren: 'Abbey Road'.

Voor veel mensen op deze planeet is 1970 hierdoor één grote zwarte dag, maar dat geloven we niet op Soul-xotica. Er was nog heel veel andere leuke muziek gemaakt voor die dag en later zouden er eveneens nog pareltjes verschijnen. Soul-xotica draait er al ruim twee jaar op en zal zich in de toekomst beperken tot één of tweemaal per jaar The Beatles. Bevalt ons prima!

zondag 25 maart 2012

Schijf van 5: roken

Roken is een pijnlijk onderwerp op dit moment. Een maand geleden kreeg ik er helemaal... euh... tabak van en besloot maar eens een einde te maken aan deze hobby. Toen ging ik opeens erg onrustig slapen, heftig dromen enzo. Ik kende dat wel van bijna drie jaar geleden toen ik van de alcohol moest ontwennen, accepteer iets dergelijks ook wel bij het stoppen met roken, alleen niet midden in een verhuizing. En dus tuf ik sindsdien dure pakjes sigaretten, soms wel veertig van die kankerstokken op een dag. En zit ik er nu stiekem aan te denken om toch maar weer met de shag te beginnen, want dit wordt me een beetje té kostbaar. Toch ben ik ergens wel vastberaden om ermee te stoppen, in Nijeveen wordt er niet in huis gerookt! Ook ik moet voor mijn nicotinebehoefte naar buiten of in het hok. Op die laatste plek mag het vooral niet te gezellig worden, dus geen licht, stoel of tafel. Asbak op de elektrische kookplaat (die nog afgevoerd moet worden) en meer niet. Het onderwerp van de Schijf kwam vorige week zomaar bij me op, maar ik had zelf nog geen suggesties bedacht. Toen kwam Peter met een lijstje en bracht me op een idee. Zo presenteer ik jullie vandaag een Schijf van 5 verschillende rokertjes.

Op vijf beginnen we met een zeer onschuldig dansje, persoonlijk uitgevonden door de heren van de Amerikaanse soulgroep The Tams. Deze groep bestaat al sinds de late jaren vijftig en had in het daaropvolgende decennium al een hit gehad met 'Untie Me'. Over suggestief gesproken... In 1985 presenteerde de groep ons 'the shag'. In Amerika waren ze er dol op en had The Tams verschillende hits met 'the shag' als middelpunt. In Engeland zijn ze ook dol op 'shaggin', alleen mag dat niet hardop worden gezongen volgens tante BBC en dus werden de plaatjes van The Tams in de ban gedaan. 'Shagging' is namelijk Engels voor de gemeenschap bedrijven... Op 5 staat 'My Baby Sure Can Shag' van The Tams uit 1985.

Hoewel Syd Barrett slechts een jaar lid was van 'zijn' Pink Floyd, bleef hij alom vertegenwoordigd in de muziek van de groep. 'Dark Side Of The Moon' was grotendeels opgedragen aan zijn personage, kan hij met de wens van 'Wish You Were Here' geassocieerd worden en ook de geflipte rockster in 'The Wall' is duidelijk geënt op Barrett. Ten tijde van de opnames van 'Wish You Were Here' kwam Barrett totaal onverwacht, na vijf jaar isolement, de studio binnen wandelen. Hij had zijn mond vol van zijn nieuwe album, dat maar niet wilde uitkomen en gedeeltelijk in 1987 verscheen als de cd 'Opel'. Ook in de nummer vier van deze week proeven we de excentrieke rockster die omarmd wordt door de bonzen van de platenmaatschappij en hem een smakelijk sigaartje toestoppen: 'Have A Cigar' van Pink Floyd (1975).

Fraternity Of Man heeft mazzel dat ze in deze Schijf staan, want als we héél streng waren geweest... Terwijl de Amerikaanse bluesrockband in de jaren zestig twee albums maakte en in 1995 een reünie hield, zullen ze voor altijd herinnerd worden dankzij 'Don't Bogart That Joint' uit de film 'Easy Rider'. Ik heb het nog wel even moeten opzoeken, maar achteraf wist ik het wel weer. Acteur Humphrey Bogart had als eigenschap dat hij de sigaret continu in een mondhoek liet bungelen en niet, zoals gebruikelijk, de peuk uit de mond haalt na iedere inhalering. De term 'bogart' wordt in de jaren zestig voor het eerst gebruikt en staat synoniem aan 'treuzelen met iets dat gedeeld moet worden', in de meeste gevallen een pretsigaret. Toch heette het liedje oorspronkelijk 'Don't Bogart Me', we zetten 'Don't Bogart That Joint' van Fraternity Of Man op drie.

Ik ben nog steeds op zoek naar een liedje over een verstokte roker die in het laatste vers aan Petrus bij de hemelpoort vraagt of hij voor het binnengaan nog één sigaretje mag roken. Ik weet dat dit erg dicht in de buurt komt van 'Smoke! Smoke! Smoke That Cigarette' van Jimmy Dean (1960), maar er staat me iets van bij dat het bedoelde nummer 'One More Poke' heet. Ach, wat maakt het uit, die van Dean is ook al een soort van vroeg protest tegen de geurende cilinders, gezongen in een tijd dat roken nog getuigde van een bepaalde klasse. Daarom mag hij op twee.

Die mannen van RecordFriend Elpees in Amsterdam! Hebben dit weekend pas het testament van de groep Amsterdam leren kennen. Zijn nu naarstig op zoek naar de platen van de band. De singles moest wel vrij snel lukken, maar die elpee? Die is al jaren een zeldzaamheid. Deze Schijf wordt aangevoerd door de prachtige debuutsingle van het kwartet uit Mokum: 'Indian Pipe' uit 1970. On-Nederlands goed! En zelfs door hen zelf onovertroffen.

Jezus had vorig jaar al Zijn Schijf, volgende week gaan we het eens over God hebben. Of zijn er meerdere goden? Geloof het of niet, ze is nauwelijks met het blote oog waarneembaar, maar er zit zelfs een godin in de wachtruimte! God mag weten, als we The Beach Boys moeten geloven, wat jullie in zo'n Schijf van God zouden zetten. Ik geloof dat jullie dat me maar even moeten mailen...

Nelis niet bietelen

Zeg maar nee, dan krijg je er twee? Laten we de schuld neerleggen bij het ingaan van de zomertijd en de afspraak die ik voor vanmiddag had staan. Ofwel: heer Soul-X heeft gisteravond na het draaien zijn nachtelijk verblijf opgezocht. Een tevreden mens, zo mocht hij zich voelen. Het had muzikaal altijd wel 1975 mogen blijven, vooral met een rijkdom uit het verleden en daar heb ik zaterdag de parels van uitgezocht. Het persbericht had merseybeat en northern soul beloofd, aan het laatste kon ik uiteraard wel voldoen, bij het eerste had ik meteen het idee om Britse popmuziek uit de periode 1964 tot en met 1970 te draaien. Tóch koos ik er gistermiddag voor om snel even wat bij elkaar te zoeken en daarna van het weer te genieten, waardoor het beter had gekund. Maar nog steeds geen verkeerd lijstje: Warm Sounds, The Small Faces, The Troggs, Dave Berry en Sharon Tandy. Ja natuurlijk is die laatste Zuidafrikaans, maar dat is niemand opgevallen!

In de pauze van The Bottles neig ik al meer naar de soul, maar weet het nog mod te houden. Na de show ga ik dan helemaal los! Niks vergeten? Euh... The Fascinations, The Illusions en mijn 'tune of the week' van Venicia Wilson. Maar dat toont aan dat ik inmiddels meer dan genoeg plaatjes heb om te kunnen afwisselen. Niet dat daarmee de hobby is afgelopen...

Over The Bottles wil ik erg kort zijn. Een erg professioneel orkest dat loopt te spieken van blaadjes op de muziekstandaard. Het klinkt niet erg Beatles, vooral de drummer is te uitbundig voor Ringo Starr, maar giet de liedjes van The Fab Four wel in een solide rocksausje. Het geheel is echter te stijfjes om te boeien. Een magere voldoende.

En over mezelf wil ik eveneens kort en bondig zijn: Prima gedraaid. Vooral zo doorgaan!

vrijdag 23 maart 2012

de hit die geen hit mocht worden...

Een beetje ondergesneeuwd in de 'overkill' van northern soul en aanverwanten. Dat gebeurde Warm Sounds in december/januari. Toch kan ik met gemak een verhaal spinnen over deze single. Nu het voorjaar dan eindelijk een aanvang heeft genomen, lijkt het geheel de juiste tijd om dit zomerse plaatje in de zonneschijnwerpers te plaatsen. Het zal juni 1990 zijn geweest toen de NCRV 'Birds And Bees' van Warm Sounds als Favorietschijf had. Ik ben die middag uit fietsen gegaan, er was ondermeer een tentoonstelling van oude tractoren en stationaire motoren in Gaasterland. Van die fietstocht herinner ik me verder dat ik in Laaksum ben geweest en in Oudemirdum heb gepauzeerd. Waar ik ook kwam, overal stond Radio 3 aan en als het rond het hele uur was, wachtte ik even in de buurt van de radio. Tot mijn stomme verbazing kwam het nummer niet eens in de Tipparade en schuimde ik de maanden erop uitverkoopbakken af, maar trof nimmer een fysiek exemplaar van de single. Tot een paar jaar geleden toen ik het verhaal achter de hernieuwde belangstelling voor de plaat ontdekte.

Dankzij Radio Veronica en de Top 100 Aller Tijden waren er voor 1980 al een aantal oudjes opnieuw hits geworden. Na het verdwijnen van de zeezender gebeurde het echter mondjesmaat. Frits Spits had de meeste invloed hierop. 'Aline' van Christophe stond veertien jaar na de oorspronkelijke release even in de Tipparade, een jaar later was het pas echt bingo! Spits draaide een aantal malen 'Cara Mia' van Jay & The Americans, een single die in 1965 in Nederland niet verder was gekomen dan twee weken Top 40. Doordat Spits de plaat bleef draaien, steeg ook de vraag naar de plaat. Dat kwam platenmaatschappij United Artists erg gelegen, want die hadden net een verzamelalbum van de groep samengesteld. Anders was deze vast onopgemerkt gebleven, maar door de hulp van Spits werden album en single onverwachte zomerhits. 'Cara Mia' voerde zelfs de Top 40 aan!

Dat was inmiddels tien jaar geleden. Felix Meurders, over radiolegendes gesproken, zat dat jaar bij Radio Tour De France en besloot het 'grapje' nog maar eens te herhalen. Nu keek hij niet eens naar de beschikbaarheid van de plaat, maar nam 'Birds And Bees' van Warm Sounds gewoon een aantal keren op in de speellijst. Radio Tour De France was in 1990 al een dichtbeluisterd programma en ook hier groeide de belangstelling voor dit, in Nederland, onbekend gebleven plaatje uit 1967. De NCRV deed er nog een schepje bovenop door de plaat te selecteren als Favorietschijf, maar platenmaatschappij Phonogram weigerde een fysieke (cd-)single te persen en dus kón het simpelweg geen hit worden.

Oudere Britten raken enigzins weemoedig bij het horen van de plaat: 'Birds And Bees' was de allerlaatste nummer 1 in de Fab Forty van Radio London. Er is nogal wat discussie over de vraag of de single in werkelijkheid wel zo'n verkoopsucces was. Boze tongen beweren dat de BBC de single in de ban deed, omdat die nummer 1 had gestaan bij Radio London, maar dat-ie evenveel exemplaren verkocht als een gemiddelde top tien-hit. Hoe dan ook, in de 'officiële' Britse Top 50 bleef deze steken op 37. Warm Sounds was een duo bestaande uit Denver 'Denny' Gerard en Barry Younghusband. In het krappe jaar dat ze bestonden, maakten ze drie singles: 'Sticks And Stones' en 'Nite Is A-Comin' werden geen hits, maar met name de laatste is erg gewild bij verzamelaars. In deze kringen worden de singles aangeduid als 'freakbeat'. Psychedelisch? Ja! Zweverig? Nee. De psychedelische geluiden worden stevig aan de grond gehouden door een beat. Hoewel Pink Floyd echt Pink Floyd is en verder geen introductie behoeft, kan 'Arnold Layne' of 'See Emily Play' freakbeat worden genoemd, waar later albumwerk 'gewoon' onder psychedelica valt.

Blijft voor eeuwig de vraag: Was 'Birds And Bees' in 1990 alsnog een hit geworden als Decca nieuwe singles had geperst? Ik betwijfel dat. Ik kocht mijn eerste exemplaar via de Engelse Ebay in 2006 in een uitmuntende conditie. Helaas viel deze in 2009 ten prooi aan allesvernietigend kiwisap en zag ik me genoodzaakt een ander exemplaar te zoeken. Een kniesoor zou zeggen dat de recente aankoop minder is dan de vorige, maar ook deze vertoeft in de buurt van 'nieuwstaat'.

donderdag 22 maart 2012

dweilpauze: Jerry Butler

Verhuizen heeft zo zijn voordelen. Je komt weer dozen en bakken singles tegen die je voor het laatst in 2003 hebt aangeraakt. En toen had ik nog niet de liefde voor (northern) soul zoals nu, dus daar zit nog wel eens een verrassing tussen. Ook een verrassing is het feit dat veel van de platen uit het fietsenschuurtje ongeschonden zijn gebleven. Okay, de hoezen ruiken een beetje muf, maar ik heb maar drie of vier slachtoffers richting Kliko verplaatst en nog niet eens erg waardevolle platen. Nee, die James Last en Nana Mouskouri, daar kom ik wel bovenop! Het fotohoesje van de single 'Living In The Past' van Jethro Tull is dan wat zwaarder te verkroppen, maar ja, ik had er gewoon wat zuiniger op moeten zijn. Bovendien kwamen ruim vijftienhonderd ongesorteerde singles uit een kast rollen en die ben ik momenteel druk aan het beluisteren. De blauwe bak is sindsdien al ietsje gegroeid, er zitten nu drie in plaats van één singles in van Jerry Butler. Iemand die je niet meteen associeert met athletisch dansen, vandaar dat hij vandaag de boosdoener is in de dweilpauze.

Rond 1989-90 kon je nergens een partij singles kopen of deze van Jerry Butler zat er tussen. O ja, ook nog zo'n Mercury-promo van Gene Chandler, maar heer Butler had toch de overhand. Ik had vanaf de eerste keer dat ik hem kocht al een hekel aan het nummer. Ik had tot vanavond de plaat veel jonger ingeschat, maar hij blijkt uit 1970 te zijn. Amerikaanse singles als deze willen niet breken, maar versplinteren. Ik heb die truc al menigmaal uitgehaald met zo'n Jerry Butler-single. 'Mijn Gebed' van D.C. Lewis is nogal taai, Mieke Telkamp met 'Waarheen Waarvoor' breekt ook heel mooi! Ik kon me ook nog herinneren dat ik ooit zo'n zwarte London uit 1974 heb gevierendeeld. Och, dat zal toch geen northern soul zijn geweest. Ik heb hem laatst even opgespeurd via Youtube en tot mijn volle tevredenheid is het geen plaat die nu de blauwe bak zou halen: 'I Can Do It' van Louise Freeman.

Jerry Butler zorgde dus jarenlang voor een nare bijsmaak, een naam die verbonden is aan zeiknummers eerste klas. Ik kocht in 2010 met enige tegenzin een single van Jerry Butler, omdat deze in de Nederlandse fotohoes zat. Bij thuiskomst had ik daar geen spijt van: Het is 'Moody Woman' uit 1969, één van de weinige uptempo platen uit het oeuvre van 'the iceman'. Dat is 'blauwe bakker' nummer 1. Vanmiddag zette ik met dezelfde tegenzin een Veejay-promo. 'Believe In Me' is wat een zeikerig kantje, maar de andere kant heet 'Just For You' en is 'fingersnapping rhythm & blues', beetje popcorn-achtig en derhalve geknipt voor aanwezigheid in de blauwe bak. Als klap op de vuurpijl bespeurde ik een exemplaar van 'How Does It Feel' en leer ik dat 'Special Memory' de eigenlijke hitkant is. Of het een hit was? Niet zo groot als de maatschappij had verwacht en dus werden veel exemplaren naar ons land verscheept. 'Special Memory' is een beetje een midtempo ballad en met de wetenschap van nu helemaal niet slecht!

Toch zal ik elke volgende plaat van Jerry Butler weer met hetzelfde wantrouwen op de draaitafel leggen. Zó leuk als 'Moody Woman' heeft hij ze namelijk weinig gemaakt. Maar deze 'Special Memory' mag blijven!

woensdag 21 maart 2012

recenzeuren: Slapshot & Ignite & ...?!

In Het Bolwerk kon je in de jaren negentig de klok erop gelijk zetten. Iedere maand bood één bluesavond. Hoewel heel vaak dezelfde oude knakkers op het podium (en in het publiek) stonden, bevonden zich ook een onbekende Walter Trout in 1991 en Lester Butler (vlak voor zijn plotselinge dood)in het illustere gezelschap. Een ander herhalend gegeven heette hardcore, maar niet de oorverdovende dansmuziek, maar de gitaarrock-stijl. Het Bolwerk had best wel een naam opgebouwd en alle groten uit de hardcore-scene zijn wel op bezoek geweest in Sneek. Sommige zelfs meerdere keren. Neem nu Slapshot, al sinds 1985 een instituut uit Boston. Toen Het Bolwerk in 2008 was gesloten vanwege grootschalige verbouwing, werden de concerten op locatie gehouden. De Buze kreeg toen Slapshot toebedeeld, maar dat was een fiasco! In 1994 ondernam Slapshot een Europese tournee welke op 11 augustus in Zweden begon en op Werelddierendag eindigde in Duitsland. Slapshot had een band meegenomen waarover toen al veel werd gesproken: Ignite. De dienstdoende programmeur had voor de derde september heel eigenwijs er zelf nog een band aan toegevoegd, die kort daarvoor bij Epitaph Records had getekend.

Voorprogramma's hadden in mijn ogen vaak een ondankbare taak. Er was ooit een tijd dat ik een half uur voor aanvang al in Het Bolwerk aanwezig was, later organiseerde ik het dat ik halverwege het voorlaatste voorprogramma binnen kwam, altijd wel iemand vond die genuanceerd een mening had over de eerdere acts en die vervolgens zijn mening op dinsdag kon terug lezen in het Sneeker Nieuwsblad. Wat dat allereerste voorprogramma is geweest op 3 september 1994 kan ik me niet meer herinneren. Ignite speelde als tweede, omdat die extra ingelaste band drie volle bussen uit Rotterdam had getrokken en dus best een beetje 'headliner' was. Heb ik nog steeds de naam niet genoemd... Dames en heren, hooggeëerd publiek, wij kondigen vol trots aan: The Offspring.

Maareh... we hadden het toch over hardcore? Wat doen die Pipo's dan in dit verhaal? Tja, dat dachten wij toen ook! Feit is wel dat het erg goed 'getimed' was, Radio 3 had net 'Come Out And Play' opgepikt, al duurde het nog een half jaar voordat 'Self Esteem' in de Top 10 terecht kwam. The Offspring viel niet een beetje uit de toon tijdens deze avond. De band was meer punk dan hardcore en bovendien te melodieus. ,,Wat een k@tband", roep ik zo in het wilde weg als ik een biertje wil bestellen. ,,Ja zeg dat wel", antwoordt een jongen met lang blond haar. We raken in gesprek, al snel lekt uit dat ik in Jutrijp woon en dan blijk ik zijn zus te kennen. Die zus had verteld over haar broer die zo goed gitaar kon spelen. Voor Horrible Dying was ik op dat moment net op zoek naar een gitarist en dus...? Michel (of 'Filthy' zoals hij genoemd wil worden) was er ook bij op die vrijdag de 13e in 'Het Huis Van Hommerts'.

Intussen waren we verlost van het commerciële gebral van The Offspring en maakten we ons op voor de grootste band van de avond: Slapshot. Nu is hardcore één grote waas qua herkenning, maar het overdonderende optreden van Slapshot kan ik nog wel herinneren. Omdat Ignite ook niet onaardig was, kocht ik bovenstaande vinylsingle, die speciaal voor deze tournee werd uitgebracht. Er werd me onlangs nog op gewezen dat deze single zeer gewild is onder hardcore-verzamelaars. Ik vond het tourschema achterop het hoesje zo grappig: '03.09 Das Bollwerk, Sneek, Germany'. Van The Offspring gristte ik desondanks nog wat stickers mee van hun merchandise-tafel. Zo maakte ik in vroeg 1995 de blits op mijn fiets met stickers van The Offspring. Ik heb er ook nog wel eens eentje verkocht voor een biertje...

Natuurlijk werd The Offspring het grootst van allemaal, Ignite beleefde in 2000 haar doorbraak met het album 'A Place Called Home'. Slapshot is tot op de dag van heden een hardcorelegende, welke inmiddels een kwart eeuw speelt in middelgrote zalen.

dinsdag 20 maart 2012

erin geluisd!

,,Ooit geweten dat Wilson Phillips in Venetië heeft opgetreden? Kijk maar op Youtube! Typ Venetia en Wilson in en Google Chrome zal het al snel aanvullen met 'This Time I'm Loving You'. Druk op zoeken en dan... Allesbehalve Venetia Wilson! De auteursrechtenjagers zijn al flink actief op Youtube en blijkbaar is deze opname van Wilson daaraan ook ten prooi gevallen? Youtube heeft haar onschuld verloren. Nu zijn de opnames van Youtube vaak niet te pruimen, maar minder en doffer dan op deze Goldmine Soul Supply-heruitgave bestaat simpelweg niet".
Bovenstaande schreef ik op 23 februari in '20 Years Later: Het mod zo maar'. Kon ik weten dat de Goldmine Sevens-uitgave de naam verkeerd had gespeld? Sinds zondag weet ik het volledige verhaal achter 'This Time I'm Loving You' van Venicia Wilson en ben ik blij verrast. Hetzelfde effect als wat de plaat bij de release in 2000 heeft, is ook nu het geval. De dofheid van de opname draagt alleen maar meer bij aan de sfeer!

Ian Levine. Die naam is al vaker voorbij gekomen de afgelopen weken. Levine laat artiesten-van-toen hun succesnummers opnieuw uitvoeren voor de camera. De muziek is erg conventioneel, na tien opnames wordt het heel erg monotoon. Toen ik afgelopen zaterdag een cd met 'soul classics' bij de Wibra zag liggen, viel het meteen op dat de helft van de tracks met toestemming van Motorcity Records was gebruikt, voorheen de platenmaatschappij van Levine. ,,Nét goed", dacht ik nog. De volgende dag doe ik de ontdekking van Venicia Wilson en ben ik ineens een stuk coulanter geworden tegenover het werk van Levine. Na het lezen van zijn biografie kun je niets anders dan sympathie krijgen voor deze Brit.

Als zestienjarige wordt Levine door zijn ouders op een trip naar Amerika genomen. Nadat ze van vliegtuig zijn gewisseld, komen ze tegenover een keurige donkere man te zitten die een grote koffer singles bij zich heeft. Levine's moeder informeert bij de stewardess of de man een zanger is, maar het blijkt Mickey Stevenson te zijn, hoofd A&R bij Motown en de echtgenoot van Kim Weston. Hoewel dit verhaal van Levine zelf komt, twijfel ik of hij de data goed heeft. Volgens mijn info zijn Weston en Stevenson eind 1967 samen vertrokken bij Motown. Hoe dan ook, Stevenson wordt door Weston opgehaald van de luchthaven, het echtpaar neemt de jonge Levine mee naar een warenhuis waar hij splinternieuwe platen kan kopen voor inkoopsprijs. Dit moet het uiterste begin van Levine's succes zijn geweest, want in de jaren zeventig wordt hij een toonaangevende northern soul-deejay middels een residentie in de Blackpool Mecca. Terwijl hij in 1980 plaatjes draait in de homo-disco 'Heaven' in Londen, schetst hij met zijn songschrijf-partner Fiachra Trench de eerste contouren van de Hi-NRG, een subcultuur in de disco met alle 'uplifting' elementen en het dansen van de northern soul. Evelyn Thomas ('High Energy') en Miquel Brown ('So Many Men, So Little Time') zijn de twee meest succesvolle producties uit de stal van Levine.

In de jaren negentig heeft hij niet alleen Motorcity, waarop nieuw werk van voormalige Motown-artiesten verschijnt, maar organiseert Levine ook reünies. Op 21 juli 1996 komt de familie van zijn moeder's kant bijeen in Londen, de Cooklin familiereünie staat te boek als de grootste in zijn soort. Verder weet hij zijn hele vroegere klas bij elkaar te krijgen. Op muzikaal vlak organiseert hij in 1989 een reünie van Motown-artiesten, die niet onopgemerkt blijft in de media. Om alleen maar aan te tonen hoeveel moeite Levine doet om artiesten-van-toen voor de camera te brengen. Sommige van hen hebben er nog nooit voor gestaan en wisten tot voor kort niet dat hun opname uit 1966 zo in trek zou zijn bij een grote groep verzamelaars. Door de jaren heen werkt Levine ook met onder andere Take That en in 1998 met de onbekend gebleven groep All Points Bulletin. Steve Brookstein's vriendin Katie Jackson doet ook mee op de plaat en Levine is meteen onder de indruk van haar. In 2000 haalt hij een grapje uit. Hij laat, zo genaamd, een onbekend gebleven single uit de begin jaren zeventig opnieuw persen, maar in werkelijkheid zingt Jackson 'This I'm Loving You' onder het pseudoniem Venicia Wilson. Northern soul-deejays wereldwijd zijn razend enthousiast over deze ontdekking totdat uitlekt dat het om een nieuwe zangeres gaat. Voor veel Engelse deejays bestaat er geen northern soul van na 1980 en dus wordt ze genadeloos gedumpt, ondanks een paar prettige opvolgers. En het grote publiek? Tja, dat zou pas in 2007 klaar zijn voor Duffy, Amy Winehouse en Gabriella Cilmi. Mogen we Venicia Wilson dan het best bewaarde geheim noemen?

Een beetje 'Googlend' vind ik ook een Amerikaanse venicia Wilson, maar volgens mij is dat een andere artieste. Het is Ian Levine twaalf jaar later opnieuw gelukt, ook ik was in de veronderstelling dat 'This Time I'm Loving You' uit 1971 kwam, maar begon het wel vreemd te vinden dat er in de geschiedschrijving helemaal niets valt op te diepen. Dat is achteraf gezien geen wonder, want de puristen spugen op dit soort opnames. Gelukkig zijn we in Europa ruimdenkender en gaat hij bij mij met alle plezier mijn set in!

maandag 19 maart 2012

20 Years Ago Today: 636-640

Ruim dertig singles. Dat is op vrijdag 20 maart 1992 mijn vangst op de fancy fair in Sneek. In maart of april wordt deze georganiseerd door de gereformeerde kerk, terwijl in oktober of november een fancy fair wordt gehouden door de hervormde kerk. Beide duren ze twee dagen en vinden plaats in de Veemarkthal. Hoewel ik van huis uit Nederlands Hervormd ben, moet ik zeggen dat gereformeerden toch een betere muzieksmaak hebben. Althans, tot die conclusie kom je als je naar de opbrengst van de verschillende markten kijkt. In 1992 was ik al ietsje kritischer geworden, van de ruim dertig halen maar twintig de kaartenbak. Omdat het na deze vangst weer stil is tot 15 april en het totaal 22 singles zijn, heb ik besloten deze per vijf te behandelen, ook omdat er een paar tussen zitten die wel een beetje meer aandacht verdienen. We beginnen deze week literair met H.P. Lovecraft.

Nee, ik kocht echt de single, maar het Nederlandse fotohoesje blijkt dusdanig uniek te zijn dat deze moeilijk op Google is te vinden. Dus heb ik maar gekozen voor de hoes van het debuutalbum van H.P. Lovecraft. Beide nummers van de single staan eveneens aanwezig op dit ondergewaardeerde meesterwerk. Het verhaal van de band H.P. Lovecraft begint in vroeg 1967 als folkzanger George Edwards voor het Dunwich-label een solo-single gaat opnemen, ditmaal een cover van 'Anyway That You Want Me'. Geschreven door Chip Taylor, maar een hit voor The Troggs. Bij de opname krijgt hij assistentie van The Rovin' Kind en multi-instrumentalist en klassiek geschoold zanger Dave Michaels. Het resultaat verschijnt als H.P. Lovecraft. De oprichters van het Dunwich-label hebben immers hun maatschappij genoemd naar een verhaal van de horrorschrijver, het is ook hun suggestie om de band naar hun held te noemen.

Eigenlijk is het een hele passende naam voor de groep, die met de hybride van folk en psychedelica en een arsenaal aan keyboards even sinister klinkt als menig verhaal van Lovecraft. In september 1967 verschijnt in Amerika de volgende single, 'Wayfaring Stranger', met het 'magnus opus' van de band op de b-kant: 'The White Ship'. Nederland volgt later met de single en zal 'The Time Machine' als b-kant kennen. Hoewel de groep geen commercieel succes kent, bouwt het van meet af aan een cultstatus op. Billboard Magazine weet in november 1967 te melden dat alleen al in San Francisco maar liefst 1100 exemplaren van hun debuutalbum zijn verkocht! Niet gek voor een band die zijn wortels heeft in Chicago. H.P. Lovecraft speelt in die jaren met alle grote namen van de Westcoast, zoals Moby Grape en Grateful Dead. Ook warmen ze het publiek op voor Pink Floyd bij hun allereerste Amerikaanse tournee. Het album 'H.P. Lovecraft II' verschijnt in 1968, maar de groep is geen lang leven beschoren. Onderlinge meningsverschillen resulteren in een breuk. Hoewel in 1969 een doorstart wordt gemaakt als Lovecraft en later Love Craft, worden deze reïncarnaties nauwelijks serieus genomen binnen het verhaal van H.P. Lovecraft.

'Wayfaring Stranger' is natuurlijk gebaseerd op de traditionele folksong en is een prima toonzaal voor het kunnen van de groep. Het is echter geen commercieel geluid, zodat de single genadeloos flopt. Op de b-kant staat, zoals gezegd, 'The Time Machine' waarop getracht wordt de vaudeville uit de jaren dertig weer hip te laten klinken. Helaas lukt dat matig. Zélf kan ik 'It's About Time' van het tweede album nog van harte aanbevelen. Minstens zo meesterlijk als 'The White Ship', maar dan meer de 'underdog' waar we zo van houden!

636 Wayfaring Stranger-H.P. Lovecraft
637 Second Hand Rose-Barbra Streisand
638 Medicated Goo-Traffic
Op 26 maart 2010 mijn kennismaking met de leverancier van de singlehoesjes. Ik had me rot gezocht op Google naar een geschikte afbeelding, totdat ik kennis nam van singlehoesjes.nl. Soul-xotica had het nimmer overleefd zonder deze indrukwekkende collectie!
639 The Life Of The Party-Louis Armstrong
Louis Armstrong is nooit een geweldig zanger geweest en daar gaat het op deze single uit 1967 ook niet over. Wel zeer de moeite waard vanwege het fraaie fotohoesje!
640 Iron Horse-Christie
Hoewel pretentieloos en poppy, toch nog wel een beetje een persoonlijke favoriet.

zondag 18 maart 2012

Schijf van 5: sirenes

Toen ik vanochtend, na een fantastisch avondje Meppel, terugfietste en bijna in Nijeveen was, hoorde ik in de verte een sirene op de rondweg van Meppel. Opeens realiseerde ik me dat ik in Nijeveen weer anders naar sirenes ga luisteren. In Jutrijp woonden we vlakbij de doorgaande weg van Spannenburg naar Sneek en we verdrongen ons bijna voor het raam als we een sirene hoorden, ook al kon deze iemand uit Heeg of Woudsend vervoeren. In Steenwijk woonde ik vlakbij het politiebureau en de brandweerkazerne, dus je werd niet meer wakker van voorbij razende brandweerauto's. Zo heb ik toch maar mooi een inleiding gevonden op de 'novelty'-schijf van deze week. Eens per maand wil ik proberen een Schijf van 5 te doen waarbij het niet om de titels gaat van de platen, maar waarin een geluidseffect of een andere grote gemene deler zit. Vorige maand deden we aan ademhalingsoefeningen, vandaag mogen de hulpdiensten vijfmaal uitrukken met toeters en bellen.

Welke hulptroep moet er eigenlijk vertrekken bij de nummer vijf? The Sweet werd in 1973 'volwassen' na een hoop hits met bubblegum-titels als 'Poppa Joe', 'Wig Wam Bam' en 'Funny Funny'. De muziek werd iets meer hardrock-achtig en de titels waren stuk-voor-stuk stoere woorden: 'Hellraiser', 'Teenage Rampage' en 'Blockbuster'. De laatste beschrijft het opblazen van een gebouw, maar meestal gaat dat toch goed gepland en hoeft de brandweer niet uit te rukken. Toch klinkt er een sirene in de plaat, na de refreintjes wordt dit ook gezongen door de groep zélf. Vanwege die onduidelijkheid moet The Sweet deze week voor straf op vijf met 'Blockbuster' (1973).

De stichting Ideële Reklame, de SIRE, bracht bij de oprichting in 1970 een flexidisc uit waarop de heren Van Kooten en De Bie, toen beter bekend als De Clicheemannetjes, bij de biljarttafel de doelen van de stichting benadrukte. Pas een kwart eeuw later kwam SIRE opnieuw met een speciale plaat, ditmaal om de actie 'Je bent een rund als je met vuurwerk stunt' kracht bij te zetten. Het resultaat is 'Kek Nah Da Leg Mu Klah', een fantastische novelty! Het is typisch zo'n Rotterdams hardcore-ding uit de midden jaren negentig, maar nu met een dolkomische sketch. Zelfs de sirene van de ambulance is creatief in de mix verwerkt. Ik moest anno 1996 weinig hebben van hardcore, maar heb hem desondanks voor een rijksdaalder uit de uitverkoopbak meegenomen. Dus presenteren we met trots op nummer vier: 'Kek Nah Da Leg Mu Klah' van Zieke House uit 1995.

De nummer drie is een voorstel van Peter, ik kende deze mix eigenlijk niet. De 'Annihilation Mix' van 'Two Tribes' van Frankie Goes To Hollywood uit 1984 begint met een sirene, maar is verderop in het nummer niet meer te horen. Een fijne uivoering, bedankt voor de tip! Als ik deze op 12"-single weet te vinden...

De nummer twee zit al jaren tussen de kroegkneiters, mooi om tegen het einde van de avond knalhard te draaien! Hoewel de muziek naderhand voor verschillende politieseries is gebruikt, is het begonnen als een 'novelty' van een zoldermuzikant/arrangeur en was derhalve niet gelieerd aan een bestaande serie of film. De muziek klópt gewoon en de wilde achtervolging met die schitterende mitrailleur in het intro... Dit is gewoon één van mijn favoriete kroegkneiters! 'O.K. Chicago' van Resonance (1974) wordt echter van de eerste plaats gehouden door een nóg mooiere plaat met een meer authentieke politiesirene.

Vorig jaar in de 'Man Met De Schijf' werd deze al door Peter geopperd, alleen werd R. Dean Taylor toen gediskwalificeerd omdat hij de misdaad al had begaan. Hoewel ik het nummer van haver tot gort ken, heb ik me nooit echt verdiept in de tekst, maar volgens Peter is hij op de vlucht nadat hij zijn liefje in Indiana heeft koud gemaakt. De sirene loeit het hele nummer door en draagt bij aan de dramatiek. R. Dean Taylor mag geheel verdiend vandaag op één met 'Indiana Wants Me' uit 1970.

Sinds mijn laatste stoppoging is mislukt, heb ik in Nijeveen met mezelf afgesproken dat ik niet in huis ga roken. Ik hoop ook binnen nu en een maand definitief de sigaret uit te drukken. Tot die tijd sta ik buiten te roken of in het hok (dat ik dankzij een klapraam nog flink kan laten luchten). Laten we volgende week maar eens een Schijf doen over roken. Er mag meegerookt... euh... gedacht worden!

zaterdag 17 maart 2012

ook bedankt!

'In uw nieuwe woonplaats staat een prachtige schouwburg waar jaarlijks vele grote cabaretiers, artiesten en acteurs te gast zijn'. Nee, ik heb het zelf niet bedacht! Toen ik me liet overschrijven naar de gemeente Meppel kreeg ik op het gemeentehuis een tas met inhoud als welkomstgeschenk. Naast vele boekjes en brochures over hoe geweldig en mooi Meppel is (vind het zelf wel meevallen), zat ook het programmaboek van Schouwburg Ogterop erbij. 'We zouden het leuk vinden als u eens komt kijken', vertelt de begeleidende brief en om de daad bij het woord te voegen, krijg je bij inlevering van het papier twee vrijkaartjes. En zo ga ik vanavond met Willemijn naar 'The Soul Of Motown'. Verwacht geen recensie, eigenlijk kunnen dergelijke dingen mij gestolen worden en ga ik liever voor het origineel, maar gegeven paarden krijgen van ons geen gebitsinspectie. Om toch een heel klein beetje in de buurt van Motown te blijven, vandaag een single die afgelopen week binnen kwam. Hoewel er bitter weinig over Diane Lewis is te vertellen.

Met twee vriendinnen en haar zus begon ze in 1964 The Adorables. En over die laatste zijn geen vuistdikke memoires geschreven, maar Pat Lewis is ietsje beter bekend. Pat was vooral achtergrondzangeres, was enige tijd verbonden aan het Motown-label en werd lid van The Andantes. In de jaren tachtig en negentig zingt Pat vele Motown-klassiekers en gospels opnieuw in voor Ian Levine, de northern soul-'revivalist' uit Engeland. Persoonlijk moet ik niks hebben van die gladde versies. Diane is daar niet voor gevraagd. Ze maakte slechts drie singles, of twee, of toch eigenlijk drie? Dat is een lastig verhaal. Nog lastiger is om er iets zinnigs over te zeggen, maar wat dit bericht betreft zijn we alweer halverwege, dus die laatste helft gaan we ook wel redden!

1967 is niet alleen het bouwjaar van mijn nieuwe onderkomen, maar bovenal de 'summer of love'. Dan verschijnt Lewis' eerste single, 'Please Let Me Help You'. Maar niets geen sitarbeat of iets anders dat 1967 zo kenmerkt, behalve het platenlabel. Dat heet Love. 'Please Let Me Help You' is een slijper van de eerste orde. Als Lewis het jaar daarop tekent bij Wand Records wordt de single opnieuw uitgebracht, maar nu met een alternatieve b-kant, die uiteindelijk tot a-kant zal worden verkozen. Dat is 'I Thank You Kindly'. De single die afgelopen week op mijn deurmat viel. Diane is nu eenmaal niet van het snelle werk, 'I Thank You Kindly' is een fraai geval van midtempo, maar mét een flinke dosis soul. Zoals ik eerder schreef bij Maxine Brown heeft Wand het drukker met bijvoorbeeld Dionne Warwick en ook Diane Lewis moet daar onder lijden. Later in 1968 verschijnt dan 'Without Your Love'. Deze plaat stond een paar weken geleden te koop bij een dealer in Engeland. Vraagprijs: 600 pond! Een paar dagen later was-ie verkocht. Hoezo crisis?

Dat zijn er dus drie, maar 'Please Let Me Help You' verscheen dus tweemaal. Wat is dan die derde? Die verschijnt pas in 1998 op Goldmine Soul Supply-label. 'Keep A Hold On Me' is misschien wel haar allerbeste nummer, maar heeft in de jaren zestig nimmer het vinyl gehaald. Op de keerzijde van deze speciale single staat een niet eerder uitgebracht nummer van northern soul-legende J.J. Barnes. Hoewel Diane nimmer een grammetje succes heeft gehad, is ze bij veel verzamelaars erg geliefd, waardoor haar singles idiote prijzen doen. Hoewel die van mij ook niet bepaald goedkoop was, was het eigenlijk nog een koopje. Het fotomodel is niet in een hele fraaie staat om moet al twintig pond opbrengen!

'I thank you kindly' voor jullie aandacht, ik ga me verder voorbereiden op vanavond!

vrijdag 16 maart 2012

verhoesbui

Dat is lang geleden! Een hoesbui! Ik ben echter al vanaf zes uur vanochtend bezig geweest en heb het voor elkaar gekregen: Ik slaap vannacht voor het eerst in Nijeveen. Het is een beetje behelpen, want de gaskachel kon niet meteen worden aangesloten en bovendien mist het bed twee moertjes, waardoor ik een tweede (en waarschijnlijk ook een derde en vierde) nacht met het matras op de vloer zal moeten slapen. Extra dekentje erbij, want het is toch wel een beetje fris. De verhuizing zélf ging ook al niet van een leien dakje. Ik had een busje geleend van een vriend. Toen we de eerste lading aan boord hadden en de straat uitreden, kregen we een klapband. Desondanks hebben we het in twee vrachten weten te houden, volgende week de rest. Vandaag vijf- of zesduizend singles, vijf huisvuilzakken met kleding, de stereo, de kachel, het bed en ongeveer zevenhonderd elpees. Daarna moest ik vanavond ook nog acht kilometer door de mist van Steenwijk naar Nijeveen, dus ik heb het wel gehad! Ook via deze weg nog mijn hartelijke dank aan mijn volger Benny van der Zweep voor het besturen van de barrel.

donderdag 15 maart 2012

20 Years Ago Today: 634-635

Exact twintig jaar geleden zat ik met de familie in het Drentse Wittelte. Toen vierden we dat onze ouders dertig jaar waren getrouwd. En hoewel er vandaag niets te vieren valt, zal het toch wel de hele dag op de achtergrond spelen. Bij 20 Years Ago Today liggen we een beetje achter, maar gaan we na vandaag ook alvast een beetje vooruit werken. Dinsdag is het twintig jaar geleden dat ik alle singles op een fancy fair van de Hervormde gemeente in Sneek mee kaapte. Dat zijn er behoorlijk wat en een aantal daarvan (of op zijn minst eentje) wil ik apart behandelen. Bovendien is het na 20 maart 1992 voorlopig weer even rustig met de singles, dus we kunnen even vooruit! Ga ik allereerst 635 even noemen, dat is 'Shock Rock' van B.B. Jerome & The Bang Gang. Voor 1,95 gulden gekocht bij V&D. Het hoesje oogt 'alternatief', muzikaal is het wat een slap aftreksel van de Britse 'Madchester'-rage. Meer wil ik niet kwijt over deze Belgische productie.

Doorgaans bewaren artiesten en bekende persoonlijkheden enige afstand op Facebook. Een directe vriendschap als met Marissa Nadler is dan ook beslist uniek geweest. Veel artiesten houden er een algemene pagina op na die je 'leuk' mag vinden. Doordat ik een paar vriendschappen met Radio 2-medewerkers heb ik al de mogelijkheid gehad om vrienden te worden met de halve KRO. Peter Van Bruggen, die ik beschouw als een soort van held, heeft mijn vriendschapsverzoek nimmer beantwoord. Iedereen kan, naar het schijnt, vriend worden van Frits Spits, maar daar heb ik voor bedankt. Enkele deejays lijken er een sport van te maken wie de meeste 'vrienden' kan krijgen. Ik ben twee weken 'bevriend' geweest met Rob Stenders, maar ik zag het toch niet zitten om 1 van de 2000+ te zijn.

Dan verschijnt opeens onder het kopje 'mensen die je waarschijnlijk kent' een erg bekende naam: Rod Argent. We hebben al een paar gezamenlijke vrienden, ontdek ik alras. Zélf twijfel ik nog even en kijk op zijn profiel. Het schijnt dat Rod regelmatig 'proefbalonnetjes' los laat op zijn Facebook, maar ik ben nu ook weer niet zo'n fan van mans' werk dat ik een 'vriendschap' aan ga. Het is echter één van de zeer weinige artiesten die ik heb gezien die op deze manier, in eigen persoon, zijn Facebook-account runt. Voor veel mensen begint de uiterlijke aftakeling naarmate ze ouder worden, maar bij Rod Argent is het precies andersom. Niet dat hij nu meteen als een jonge god oogt, maar hij was vroeger een zombie. Argent was in 1964 mede-oprichter van The Zombies, een popgroep uit het Britse Athens. De groep zal 'thuis' echter nooit veel betekenen, het meeste succes wordt gescoord aan de overzijde van de oceaan. In Amerika zijn 'She's Not There' en 'Tell Her No' grote hits en de band neemt zelfs elpees op die in Engeland niet eens leverbaar zijn. 'Odessey And Oracle' is dat wel, maar de zwanenzang van The Zombies blijft in eerste instantie onopgemerkt. Het is laat 1968 als de verschillende groepsleden elk met iets anders bezig zijn. Colin Blunstone studeert nog maar eens 'She's Not There' in, alvorens deze in een 'psychedelisch' jasje op te nemen met Mike Hurst als Neil MacArthur. Rod Argent, toetsenist en belangrijkste schrijver voor The Zombies, neemt een vijftal demo's op met een nieuwe formatie. Mac MacLeod is als bassist te horen op die banden, maar hij zal nimmer officieel deel gaan uitmaken van de groep.

,,Ik wil niet arrogant klinken, maar ik probeer om perfecte muziek te maken", zegt Rod Argent in 1970 in een interview. Zijn debuutalbum als Argent is dan pas uitgekomen, eind 1969, en zit ergens nog wel dicht in de buurt van The Zombies, hoewel de jazzy invloeden meer en meer de overhand krijgen. 'Schoolgirl' blijft als single onopgemerkt in zowel Engeland als de Verenigde Staten, maar woont in Nederland even in de Tipparade. Voor het hoesje hoefde ik ditmaal niet Google te raadplegen, want de single stond eind vorig jaar op nummer 1 in de Schijf van 5 over 'school'. Het is in 1992 de allerlaatste single die ik bij Sunrise uit de vijf gulden-bak haal. In april volgen nog twee van een gulden en dan sluit de zaak de deuren. Het grote succes voor Argent volgt in vroeg 1972. 'Hold Your Head Up' haalt in Engeland in een korte single-versie de top 10 en ook het album 'All Together Now' gooit hoge ogen. In Engeland is de opvolger 'Tragedy' een bescheiden succes, maar met 'God Gave Rock'N'Roll To You' slaat de groep nog eenmaal toe aan beide kanten van de oceaan. 'God' en 'Hold Your Head Up' kccht ik onlangs (in 1992) nog op een single in Leeuwarden. 'God Gave Rock'N'Roll To You' stond toen net weer in de belangstelling dankzij een succesvolle cover van Kiss.

Als Russ Ballard in 1974 de groep verlaat, lijkt dat op het eerste gezicht een drama te worden. Ballard heeft namelijk een aantal bekende nummers van Argent geschreven. Met vervangers John Verity en John Grimaldi slaat Argent een andere weg in. Het geluid wordt progressiever en het resulteert in twee langspelers in een zeer korte tijd. Bovendien neemt de groep een film op, maar die zal nimmer het witte doek halen. In 1977 valt het doek voor de band Argent, maar Rod Argent herrijst in 1980 met het album 'Phoenix'. De successen liggen dan al lang achter hem, maar hij kan rekenen op een loyale groep fans. Na de eeuwwisseling gaat hij weer toeren met Colin Blunstone als The Zombies, maar hoewel geen avond compleet is zonder 'She's Not There' en 'Time Of The Season', is deze formatie niet zo'n wanstaltig 'back-to-the-sixties'-spektakel, maar nemen de heren onder de oude naam nieuw repertoire op die de kwaliteitsstandaard van het oude werk benaderd.

Snel weer terug naar de dozen en de zakken... Het gaat gebeuren! Ik ga morgen de eerste helft verhuizen en hoop stiekem dit weekend zelf ook nog over te gaan. Ik hou jullie op de hoogte!

woensdag 14 maart 2012

De Video Draait: Ondine

Geloven we nog in sprookjes? Nee, natuurlijk niet. Er was eens Nederlander in een land niet zo heel ver hier vandaan die zich erover verbaasde hoe bijgelovig ze in dat land waren. Okay, hij kreeg zelf ook iets te zien, waardoor hij nu weet dat er meer is tussen hemel en aarde, maar alsjeblieft: Negen verschillende 'ghost tours' in York, iedere avond volle bak en niemand jonger dan zestien? De Schotten hebben een verborgen wereld onderwater, denk maar aan het monster van Loch Ness, met 'selkies'. De Ieren zijn wat dat betreft nuchter, mits ze geen whiskey of Guinness hebben lopen hijsen. En vooral als je dan een stoere oceaanvisser bent, dan wil je niet graag geassocieerd worden met kinderachtige verhaaltjes over menselijk leven onder water. Totdat er zo'n griet in je sleepnet zit. Ziehier het begin van 'Ondine' (Ierland, 2010, 111 min.), een 'modern romantisch sprookje', of is het toch niet helemaal wat het lijkt?

De Ierse visser Syracuse overkomt het, het meisje kan zowaar praten en wil niet gezien worden, behalve door hem. Terwijl zij aan boord een liedje zingt, zwemt zalm en kreeft bij kilo's tegelijk de sleepnetten in. Bekend deuntje trouwens, dat heb ik veel vaker gehoord. De film even op 'pauze' gezet en met mijn oor boven de afvoerputje van de douche. Conclusie: Onder Steenwijk liggen alleen de resten van Spanjaarden, geen 'selkies' in het riool. Dan moet ik dus even opletten bij de aftiteling. Juist ja, Sigur Ros, maar ik heb écht 'Ascent (An Ending)' van Brian Eno halverwege de film gehoord, maar die wordt niet genoemd. Wel 'Takk' van Sigur Ros, leek dat ook niet erg op 'Ascent'?

Natuurlijk raakt de fantasie op hol bij de gedachte aan zo'n bloedmooie selkie-vrouw. Helaas worden er een paar dingen duidelijk tijdens de film: Ze zwemmen niet spiernaakt rond in de oceaan, de selkievrouwtjes dragen gewoon confectie-ondergoed. Dat is weer jammer... Het leven onderwater is van vele gemakken voorzien en dus kan Ondine, zoals ze aanvankelijk genoemd wil worden, zelf thee zetten. Zoals gewoonlijk zijn selkievrouwtjes getrouwd en komt de selkie-man hun halen. Schotse sprookjes zijn vaak bloederig en ook de scheiding van de 'landsman' gaat niet gepaard zonder dat rode goedje. Wat schetst onze verbazing: Silkie-man komt boven water en kan zo in één keer omgaan met een BMW! Het moet niet gekker worden...

De verklaring voor de 'selkies' komt van de dochter van Syracuse en hoewel Ondine's achtergrond iets anders blijkt te zijn, gebeuren er een paar wonderlijke dingen in het verhaal. Kan de zang van Sigur Ros alleen al zorgen voor een gigantische visvangst? Kan de wens van een sterveling op genezing van een kind uitkomen? En als we zien hoe soepel Ondine het water in duikt om Annie, de dochter van Syracuse, te redden, is het moeilijk niet te geloven dat het een waterwezen is. Nee, we verklappen niet de plotwending, wel het einde: Ze leefden nog lang en gelukkig!

Dat is ook meteen de smet op de film, het zwakke einde. Verder is het best een aardige film. Een beetje surrealistisch her en der, alsof je jezelf in een droom waant, en in Ierland is het altijd nét even wat groener dan in de rest van de wereld. 'Ondine' is net als het sprookje dat je vroeger werd verteld. Ook dan keek je niet uit naar het slot, maar bleef je het liefste midden in het verhaal steken om ook in die droomwereld van kikkers, prinsessen en grote boze wolven te blijven hangen. Het eerste royale uur van 'Ondine' is smullen, daarna wordt het gewoon allemaal ietsje minder. Ik heb me niet verveeld...

dinsdag 13 maart 2012

voorjaarsverliefdheid van Sharon Tandy

De postbode heeft een dankbaar beroep. De arme man schrok zich zojuist wezenloos toen ik uitriep: ,,Ha! Singles!". Niet eentje, maar vier pakketten met totaal vijf singles vanuit het enge land. Als je op 24 aankopen tweemaal bij de neus bent genomen, valt dat nog reuze mee, zeker als een paar andere platen ver boven verwachting blijken te zijn. Ik dacht dat ik goed gegokt had op een tweede persing van P.P. Arnold's zeer gezochte 'Everything's Gonna Be Alright', eerste persingen zijn of onbetaalbaar of in een erg slechte staat. Op het oog lijkt dit exemplaar inderdaad helemaal nieuw, glanst als een spiegel en geen kras te bekennen. Maar het lachen vergaat je snel als je hem op zet. De plaat is herhaaldelijk gedraaid onder een versleten naald met een veels te hoge druk. De achtergrondzangeressen klinken nergens zuiver. Nee, hij was niet goedkoop... In deze conditie zelfs nog voor de helft té duur! De handelaar doet niet aan retourzendingen, dus moeten we het er voorlopig maar mee doen en intussen heel voorzichtig rondkijken naar een beter exemplaar.

Maar je kan het ook treffen! Zo kocht ik twee eerste persingen van een verzamelaar uit Oldham. Mossley, mijn vroegere woonplaats, had de postcode van Oldham en dit grijze industriestadje lag eveneens in ons ophaal- en bezorggebied van de kringloopwinkel. Het sympathieke contact dat ik vanaf veiling 1 onderhield met de verkoper gaf al een goed gevoel. Een klein manco aan de plaat was dan ook acceptabel geweest, maar met name de plaat van Sharon Tandy is boven verwachting. De kans is nihil dat je die ooit in een betere staat tegen komt. Dat is maar goed ook, want met deze was ik wel een beetje ver gegaan. Het is vanaf heden de duurst betaalde single in mijn collectie!

Hoe komt die gekte tot stand om herhaaldelijk het bod te verhogen totdat andere bieders er geen zin meer in hebben? Het geheim van 'I've Found Love' van Sharon Tandy uit 1965 ligt op de b-kant: 'Perhaps Not Forever'. Niet bepaald een stamper als 'I've Found Love', maar een pure schoonheid. Ik hoef me niet te schamen. Sharon Tandy heeft al meer verzamelaars het hoofd op hol gebracht. Sharon wordt in 1947 geboren als Finkelstein in Zuid-Afrika. Op aanraden van de Engelse president van Atlantic Records maakt ze in 1965 de oversteek naar Engeland, maar neemt intussen ook nog op in de Stax-studio's. Het is een unicum dat een blanke zangeres daar opneemt met Booker T. & The MG's als ritmesectie. In 1967 begint ze een korte samenwerking met één van de meest complexe groepen van Engeland: Les Fleurs De Lys. Lastig in de zin van geschiedschrijving. Het gezelschap wisselt bijna constant van leden, maar nam ook onder zeer diverse namen platen op voor verschillende platenmaatschappijen. Les Fleurs De Lys is een favoriet van de mod-beweging en met Sharon Tandy krijgt dat een gezicht. Hoewel critici superlatieven te kort komen om de kwaliteiten van Tandy te beschrijven en ondanks de stroom van kwalitatief hoogstaande 'blue eyed soul'-singles, blijft de gehoopte doorbraak uit. In 1970 keert ze terug naar Zuid-Afrika, om in 2004 een Engelse comeback te maken.

Bijna veertig jaar na haar klassieke plaatopnames is Tandy dan al een cult-heldin. Qua veelzijdigheid en vakmanschap komt ze dicht in de buurt van Dusty Springfield. Net als Dusty bedient Tandy zich ook van een breed repertoire, van soul en jazz tot The Beatles en met Les Fleurs De Lys zelfs 'freakbeat' (Engelse psychedelica met een herkenbare beat, dus niet de zweverigheid van oude Pink Floyd). Kennen we de naam niet ergens van? Dat zou kunnen, want in augustus 2010 kocht ik een EP van Les Fleurs De Lys met daarop demo-opnames van 'Gotta Get Rnough Time' en 'Two Can Make It Together' (de laatste als 'Tony & Tandy'). Met name die eerste, met zelf ingezongen achtergrondkoortjes die later zijn weggemixt, is sinds die tijd een Blauwe Bak-favoriet. Over favorieten gesproken: 'World' stond een paar weken geleden nog in de Schijf van 5. Op Youtube wordt de opname begeleid door bovenstaande foto.

Ik ben zo ontzettend in mijn nopjes met deze aankoop, dat de single herhaaldelijk door mijn hoofdtelefoon klinkt terwijl ik dit bericht schrijf. 'I've Found Love' maakt dat ik zin krijg in het voorjaar. Maar volgens mij zijn we allemaal de winter inmiddels wel beu?

maandag 12 maart 2012

gone with the wind are The Tiaras

Het is luxe op Soul-xotica. Jullie hebben nog één 20 Years Ago Today te goed voordat we weer op schema zitten. Op 20 maart 1992 kocht ik opeens heel veel singles, enkele daarvan ga ik apart behandelen, maar na deze 20e maart duurde het bijna weer een maand voordat ik de volgende kocht. Zo kan het gebeuren dat ik vandaag even niet wist waarover ik zou gaan schrijven. Ik heb vrijdag immers net nog een 'jeukdoos' gedaan. Toch is het alweer een paar dagen geleden dat Gwen Owens voor het laatst voorbij kwam op de mp3-stick en dus zocht ik hem uit van de dvd. Als we dan toch bezig zijn, nog maar een paar favorieten gedraaid, waaronder 'Gone With The Wind Is My Love' van Rita & The Tiaras. Niet veel later ben ik, redelijk onbewust, aan het 'googlen' met Rita & The Tiaras en ontspint zich langzamerhand een prachtig verhaal om deze frisse week mee te beginnen. De precieze leeftijd van deze oma houdt ze angstvallig geheim, bovenstaande prent werd vorig jaar april geschoten bij een optreden in Wales. Daar zong ze overigens maar één liedje, het reeds genoemde 'Gone With The Wind Is My Love', dat ik vandaag met alle liefde in de schijnwerper zet.

Op zijn ogen kon hij niet vertrouwen, maar Ray Charles had wel een oor en een neus voor fijne zangeressen. Zijn immer wisselende Raelets (of Raelettes of Raeletts, het was net hoe de wind stond) was een toonzaal van fraaie zangeressen. Als Ray een totaal onbekende zangeres in de arm nam en deze een album liet opnemen voor zijn pas opgerichte Tangerine-label, dan moeten we het wel over een zangeres van formaat hebben. Het overkwam Rita Graham, een jongedame uit Detroit die leerde zingen bij de jukebox in de kapperszaak van haar vader. Haar ouders zien weinig in muziekonderwijs en vinden een diploma belangrijker, waardoor Rita aanvankelijk wordt opgeleid tot schooljuf. Zover komt het niet, want sinds 1968 is ze professioneel zangeres, ook al is het niet altijd een vetpot bij de Graham's thuis.

Die elpee heet 'Vibrations'en wordt geproduceerd door Charles zélf. Het is niet haar eerste plaatopname, die andere is bijna iedereen alweer vergeten. In februari 1967 komt via het piepkleine Dore-label 'Gone With The Wind Is My Love' uit als single. Rita zegt The Tiaras nooit te hebben ontmoet. Lou Barreto, schrijver van 'Gone', is vooral actief met het damestrio The Tiaras. Hij schrijft 'Gone With The Wind Is My Love' in de vroege jaren zestig, maar verlangt een Motown-achtig arrangement bij het nummer. Jack Eskew neemt de zorg op zich en Barreto boekt een studio voor The Tiaras. De leadzangeres Edna (achternaam onbekend) heeft echter niet de juiste stem om dat Motown-geluid naar voren te brengen. Hoe Barreto uitkomt bij Graham is een raadsel waarop hij zelf evenmin antwoord kan geven. Rita leeft dan met haar moeder in Los Angeles, hoort de demo-versie en zingt hem ter plekke in. Volgens Barreto was het 'pure magie', Rita's stem was juist die waar hij op zoek naar was. De platenmaatschappijen staan echter niet te popelen. De distributie van Dore is te minimaal om een golfbeweging in gang te brengen en er is geen vraag naar de plaat. Zie hier het verhaal van menig northern soul-klassieker. Originele persingen zijn lastig te vinden. De vraag is vele malen groter dan de oplage van de single en dat resulteert in de huidige veehandel.

Graham herinnert zich weinig van de opname, wel dat ze verplicht werd een taalkundige fout te zingen. Terwijl het liedje in de verleden tijd is geschreven, moet ze 'I freeze' in plaats van 'I froze' zingen. Dat laatste rijmt namelijk niet op 'breeze'. Ze krijgt van het Dore-label twee of drie exemplaren van de single, waarvan ze nog eentje over heeft. Volgens haar info is de single ingekort ten opzichte van de oorspronkelijke studio-opname. Deze laatste zou te beluisteren zijn via haar website, maar ik kan maar geen link vinden. Website? Jazeker! Graham is vanaf de single met The Tiaras, een eenmalige samenwerking, continu actief gebleven in de muziek. Het eerste vervolg was het album 'Vibrations' (1968), waarna ze op een bepaald moment om assistentie wordt gevraagd door Ray Charles en per ongeluk deel gaat uitmaken van zijn Raelets. Sinds 1991 houdt zij en haar familie residentie in Atlanta en heeft Graham een zondagse residentie in de jazzclub Sambuca.

Een aantal jaren geleden hoorde ze van haar populariteit onder northern soul-fans en -verzamelaars in Engeland. Zoals de foto laat zien, maakt ze met alle plezier de oversteek om voor de liefhebbers te zingen en met hen te babbelen over deze hooggeprezen single. Rest wel de vraag die door niemand wordt beantwoord: Wat is er van de dames The Tiaras geworden? Als Edna, Joyce en Latosha dit lezen, stuur even een mailtje en jullie komen eveneens in de schijnwerper!