woensdag 18 september 2019

Het zilveren goud: augustus 1994 deel VII



De deathmetalband is al een tijdje niet ter sprake gekomen en wellicht dat ik het daar volgende maand over ga hebben. September 1994 is immers een keerpunt in het bestaan van de band. Vanavond ga ik het over een randverschijnsel hebben. Iets dat speelt in de week van de negen singles in 'Het zilveren goud'. Ons dorp is niet meteen een religieuze enclave hoewel de kerk wel een centrale plek in neemt in de gemeenschap. We hebben tot de 'samen op weg'-constructie zelfs keuze uit twee kerken: Hervormd en gereformeerd. Het dorp kent slechts één basisschool en deze heeft de christelijke identiteit. Als je jong bent in ons dorp en je wilt een beetje rebelleren, dan is het verzet tegen de kerk en het geloof een schot voor open doel. En een succesvol doelwit kan ik jullie verzekeren! Als de eerste schetsen voor een band worden gemaakt (en dat is ver voordat er instrumenten worden gekocht), is de stijl al duidelijk. Er is een gezamenlijke liefde voor de band Altar. Deze jongens komen vanuit de 'blble belt' op de Veluwe en hebben de 'oorlog' verklaard aan de kerk. Dat is gezien hun opvoeding wel enigszins te begrijpen maar voor Hommerts en omgeving een tikkeltje té extreem. Naar aanleiding van dit bericht heb ik weer eens nagedacht over de materie en moet ik een kwart eeuw later erkennen dat ik het nooit heb begrepen en eigenlijk nog steeds niet, zonder dat ik ook maar de minste interesse heb om in het satanisme te verdiepen. We gaan terug naar de zomer van 1994.

Metal is een verzamelnaam voor verschillende genres waarin de elektrische gitaar de hoofdrol heeft en de drums meer gecompliceerd zijn en een 'groove' vormen anders dan bij punk of rock'n'roll. De voorvoegsels hoeven niet beslist de nadruk te leggen op de muziek. Horrible Dying beschrijft haar stijl als deathmetal, maar... was het uiteindelijk wel deathmetal? Na jaren van bandjes recenseren en festivals bezoeken in De Buze kom ik tot de conclusie dat deathmetal niets meer is dan een beetje keten. In de tekst wordt de dood niet zo zeer verheerlijkt, maar wordt het rottingsproces op zeer onsmakelijke wijze beschreven. Wat dat betreft hangt het voor mij tegen de grindcore aan. Het is echter de black metal dat zich verzet tegen de kerk en het geloof in het algemeen. Toch is satanisme weer een hele andere tak van sport en meteen ook weer een brug te ver. Waarom zou je strijden tegen een evangelie en een kerk door zelf een kerk op te richten met een tegenstrijdig evangelie? Horrible Dying wordt, zo gezegd, meteen beïnvloed door 'opruiende' bands als Altar en Deicide (de band die schapen slacht op het podium). Er gaat geen dreiging van uit, het is gewoon zeer onsmakelijk en strijkt flink tegen de haren in van de lokale autoriteiten. Ik ben één van de voornaamste tekstschrijvers voor de band en, helaas, ik kan niet meer goed herinneren waar de teksten van de zanger over gingen. Mijn teksten herinner ik als nogal puberachtige godslastering en de wens om op een dolkomische wijze deze wereld te verlaten. Ik heb de teksten niet meer, tot zover ik weet, maar deze zullen nimmer een Nobelprijs ontvangen. Evenmin zal een satanische sekte inspiratie kunnen putten uit mijn schrijfsels.

Een paar weken eerder zijn we met een groep uit het dorp naar het Wâldrock-festival geweest. Ik ga vooral voor één van de 'headliners'. Ik heb in 1992 het optreden van shockrockers GWAR gezien in Het Bolwerk in Sneek en dit heeft een diepe indruk achtergelaten. De show maakt minder impact op een festival. Ook zie ik voor de tweede maal binnen een paar weken de band NoFX. Op de markt op het festivalterrein koop ik een klein omgedraaid kruisje dat aan een piercing kan worden gedragen. Ik berg het artikel goed op en wacht voor het juiste moment. Dat is de vrijdag van mijn allereerste Dicky Woodstock-festival. Ik ga 's ochtends met een excuus naar Sneek en laat bij een juwelier de oorring zetten mét het kruisje. De juwelier is daar op tegen en dat is niet vanwege het symbool. Hij vreest dat het oorlel zou kunnen gaan scheuren door het kruisje en dat ik de kans zou lopen dat het zou gaan zwellen. Ik sla het advies in de wind en het kruisje komt in het oor te hangen. Het is vier uren voordat ik op de Solex naar Steenwijk ga en in die tijd weet ik steeds mijn haar over mijn linkeroor te houden. Het valt niet op. Het komt pas uit op de zondagmiddag als ik terug kom van Woodstock en dan zijn de rapen gaar. Toch blijft het kruisje stug hangen tot dat het op 2 mei 1996 afbreekt. Hierover heb ik in 2016 nog geschreven (zie: 'Het broos' zilveren kruis' van 2 mei 2016). Het oorlel is nimmer uitgescheurd. Wel zit het kruisje na een avond feesten vaak vastgeplakt in mijn haar en moet ik voorzichtigheid toepassen om niet het oor of het kruisje te vernielen. Het kale ringetje is blijven zitten totdat ik begin 1998 voor mijn eerste Engelse sollicitatie ga. Het kruisje is in bijna twee jaar een soort van statement geworden dat ik gebruik naar de andere leden toe: Een kruis aan een ketting kun je afdoen, een t-shirt met een opruiende tekst kun je uittrekken, maar dit kruisje in mijn oor is een 'verbond' dat ik niet zomaar kan verwijderen. Ik heb in die tijd wel eens geprobeerd te lezen over satanisme maar het strandt steeds weer in een vroeg stadium. Ach vooruit, ik wil nergens bij horen, ik wil alleen maar rebelleren. En dat is me goed af gegaan in die jaren!

1950 If I Only Had Time-John Rowles (NL, MCA, 1968, re: 1980)
1951 Love Is Love-Barry Ryan (Duitsland, MGM, 1969)
1952 No Money For Roses-The Shoes (NL, Polydor, 1968)

Het lijkt een schril contrast maar toont toch de 'diversiteit' aan van ondergetekende. Naast opruiende teksten met een metalband en het permanent dragen van een omgedraaid kruis in de oren, blijf ik de vredelievende hippie die muzikaal nog altijd helemaal in de jaren zestig zit. Bovenstaande drie singles zijn een vervolg van de vlooienmarkt in Harlingen. John Rowles staat met 'Hush... Not A Word To Mary' in de kaartenbak want dat is de b-kant van deze heruitgave. De originele 'If I Only Had Time' heb ik net een paar weken eerder gekocht. Barry Ryan neemt me terug naar 1991 als ik nog volop bezig ben met de 'Arbeidsvitaminen' en cassettebandjes. Het is waar mijn liefde is begonnen voor 'underdogs' en daartoe mogen we deze opvolger en 'part two' van 'Eloise' ook zeker rekenen. Dit is echter niet dezelfde single die ik in 1994 heb gekocht, deze laatste heb ik een paar jaar geleden met Peter geruild. John Rowles heeft vandaag eindelijk een neutraal hoesje gekregen, dat zat nog altijd verpakt in het fotohoesje van 'Blackstar' van Georgie Davis. Snel verder met de volgende drie!

1953 My Special Prayer-Percy Sledge (NL, Atlantic, 1969, re: 1974)
1954 Love Is All Around-The Troggs (NL, Page One, 1967)
1955 Gebeurtenissen-Pierre Kartner (NL, Delta, 1966, re: 1971)

Je zou het in alle commotie vergeten maar ook Vader Abraham is ooit als protestzanger begonnen. 'Gebeurtenissen' is in 1966 de eerste single voor Pierre (dan nog zonder achternaam). Op de b-kant van deze heruitgave staat 'Een Deftige Buurt' dat ik eigenlijk iets beter vindt. De single wordt in 1971 opnieuw uitgegeven als Kartner met Wilma hoog in de hitlijsten staat. 'Gebeurtenissen' zal in 1973 nog eens in de Top 40 staan maar dat is een andere persing: Daar is het de b-kant van Kartner's nieuwste lied over de 'Autoloze Zondag'. Percy Sledge moet een kassakoopje zijn geweest want ik heb lange tijd een hekel aan de man en zijn twee grote hits. 'My Special Prayer' kan ik nog altijd niet uitstaan maar voor de rest heb ik het sinds een paar jaar ingehaald. The Troggs heeft oorspronkelijk geen hoesje en ik kan me niet herinneren waar ik dit exemplaar met de fraaie fotohoes vandaan heb gehaald.

1956 Veronica-Cornelis Vreeswijk (NL, Fontana, 1972)
1957 Baby I Need Your Loving-Blues Dimension (NL, Decca, 1968)
1958 Love Story-Alan Price Set (NL, Decca, 1968)

Vreeswijk heeft naar verluid al een lied over 'Veronica' op het repertoire staan als hij in 1972 de tekst aanpast ten behoeve van de zenderwisseling van het radiostation. Toch kan ik op 45cat niet zien of de single eerder is uitgebracht. Bovenstaande is uiteraard de reguliere versie over de vrouw met de naam Veronica. Het is de laatste van de vlooienmarkt in Harlingen. De vakantie is voorbij en ik ga weer aan het werk, maar... heb iets moois in het verschiet hoewel ik het nog niet bespreekbaar heb gemaakt met mijn ouders. Deze staan niet te juichen bij het idee, maar ik ben negentien en dus kunnen ze me niet tegenhouden. Volgende week méér over dat eerste Woodstock-festival. De laatste twee singles van vandaag komen van het antiquariaat in de Woldpromenade in Steenwijk dat jaren later nog altijd bestaat. Het heeft zich nu meer gericht op de materialen voor het ouderwetse boekbinden, als ik me niet vergis. In 1994 heeft het een bescheiden aanbod van singles en ik neem twee jaren zestig-singles mee. Blues Dimension heeft een fotohoesje dat echter gemakkelijk scheurt. Ik meen dat ik een paar jaar geleden nog eens de voorkant heb gezien, maar het zit alweer jaren in dit neutrale hoesje. In die hoedanigheid heeft het nog in de Blauwe Bak gestaan. Alan Price heeft daarentegen het fotohoesje nog altijd intact.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten