maandag 5 december 2016

Raddraaien: Herb Alpert & Tijuana Brass



Soms werkt de 24 uurs-economie in mijn voordeel. Ik ben halverwege Nijeveen en Havelte als ik me realiseer dat het pakjesavond is en de Albert Heijn in Havelte wellicht om zeven uur is dicht gegaan. Ik ga in gedachten door mijn keukenkastjes. Roerbakgroente in de koelkast, een halve pot pastasaus, een beetje rijst en eieren. Even lijken dit de ingrediënten te worden van de dis op pakjesavond. Tot mijn grote verrassing is de Albert Heijn gewoon tot acht uur open en dus kan ik vanavond genieten van de roerbakgroenten met aardappeltjes en vlees in plaats van rijst en ei. En zowaar een toetje na de maaltijd. Nu zit ik aan de koffie en peuzel de laatste stukjes van de chocoladereep die ik van de baas heb gekregen en ben klaar om de 49e week van het jaar op af te trappen op Soul-xotica. Dat doe ik met een aflevering van 'Raddraaien' en vandaag is 'Tijuana Taxi' van Herb Alpert & Tijuana Brass (1966) aan bod.

Amerikanen hebben er een handje van om 'andere' platen uit te brengen dan de Europeanen. Denk aan de afwijkende Beatles-albums, maar ook singles van The Fab Four die niet in Engeland zijn uitgegeven. Europa doet eveneens mee. Vreemd te bedenken dat 'Yesterday' vóór 1976 alleen een album-track is geweest in het Verenigd Koninkrijk. Andersom doen we het ook wel eens en Herb Alpert is daarvan een voorbeeld. Natuurlijk spreekt zijn oeuvre minder tot de verbeelding dan The Beatles, maar 'Raddraaien' herinnert ons andermaal aan het feit dat 'Spanish Flea' en 'Tijuana Taxi' als afzonderlijke singles zijn uitgebracht in Amerika. De eigenlijke 'Raddraaier' is de Amerikaanse 'Tijuana Taxi' met een afwijkende, onbekende, b-kant. Zo heb ik ook 'Spanish Flea', alsook de Nederlandse single zoals ik die hier heb afgebeeld. Waar en wanneer? De vakantie van 1993 in Denemarken. In een tweedehands winkeltje in de stad Vejle vind ik deze 'Tijuana Taxi'. Voor mij is het een 'novelty' dat me terug brengt naar de late jaren tachtig als ik met de cassetterecorder in de aanslag naar Veronica's 'Terug In De Tijd' zit te luisteren. Voor een veertienjarige is dit immers een geweldige 'ontdekking'!

Hij komt als Herbert Alpert op 31 maart 1935 ter wereld in Boyle Heights, de oostkant van Los Angeles. Zijn vader is een begaafd mandoline-speler, moeder Alpert geeft vioolles en zijn oudere broer David is drummer. Herb leert trompet spelen als hij negen is, doet schooloptredens en gaat in 1952 het leger in. Daar speelt hij geregeld tijdens ceremonies. Toch is hij niet zeker van zijn toekomst als hij uit het leger komt. Hij probeert aan de bak te komen als acteur, maar speelt vervolgens weer trompet in de befaamde USC Trojan Marching Band. Hij speelt een aantal rollen in films, meest als de trompettist. In 1957 gaat hij nauw samenwerken met Rob Weerts, een aanstormend tekstdichter. Alpert en Weerts gaan samen liedjes schrijven en dit levert een paar hits op: 'Baby Talk' voor Jan & Dean en ook 'Wonderful World' voor Sam Cooke. Rond die tijd probeert Alpert het nog eenmaal als zanger. Onder de naam Dore Alpert neemt hij 'Tell It To The Birds' op. Hij is dan in zee gegaan met Jerry Moss en de plaat wordt uitgebracht op het nieuwe label van de heren: Carnival Records. De plaat verkoopt drie-achteruit en dan ontdekken de mannen dat er reeds een platenlabel bestaat met deze naam. Ze besluiten een 'unieke' naam te kiezen, de eerste letters van hun achternamen. A&M is een feit.

Alpert bouwt zelf een studio in de garage en brengt op een zeker moment een bezoek aan Mexico. Hij komt terecht bij een stierengevecht waar de mariachi-blazers publiek en stier opzwepen. Alpert kijkt niet alleen zijn ogen uit, maar realiseert zich ook een hit-potentie voor dit Tijuana-geluid. Hij gaat terug de studio in en bewerkt een liedje dat voor hem is geschreven door Sol Lake. 'Twinkle Star' wordt 'The Lonely Bull' en Alpert speelt alle partijen op de plaat en weet het met mixen en dubben tot een geheel te brengen. De plaat wordt dus ook uitgebracht als Herb Alpert & Tijuana Brass. Voor volgende platen heeft hij echter niet de moed om uren te klooien in een studio en dan maakt hij gebruik van de band The Wrecking Crew. 'The Lonely Bull' wordt een hit en in de loop van 1964 ontstaat de interesse om Alpert te boeken voor live-optredens. Dan stelt hij de Tijuana Brass samen: John Pisano, Lou Pagani, Nick Ceroli, Pat Senatore, Tonni Kalash en Bob Edmondson. Herb Alpert & Tijuana Brass groeit niet alleen uit tot de duurste 'act' van dat moment, met haar komische filmpjes voor de liedjes is het praktisch de voorloper van de latere videoclip.

Nóg een verschil tussen Amerika en Europa. In Amerika is Tijuana Brass voornamelijk een album-groep. De singles verkopen onder de maat en worden derhalve in grote hoeveelheden geëxporteerd naar Europa. Zo kun je de Amerikaanse 'Tijuana Taxi' in principe overal vinden: Van een kringloopwinkeltje in Havelte tot aan het Deense Vejle. Het zijn elpees als 'The Lonely Bull', 'Going Places' en 'Whipped Cream And Other Delights' welke de kaskrakers zijn in het land van oom Donald. De hoes van de laatste elpee blijkt minder pikant te zijn dan dat wordt gedacht. Het model draagt een wit laken over haar lichaam. De enige slagroom op de hoes zit op haar vinger, de rest is scheerschuim. Eigenlijk best logisch: Het is heet in de fotostudio en slagroom zou meteen smelten. Singles gaan in Amerika nauwelijks over de toonbank, de liedjes worden wel populair. Eind 1965 debuteert Alpert op de Top 40 met 'A Taste Of Honey'. London Records (Decca) doet op dat moment de distributie voor A&M in Nederland en brengt vervolgens twee succesnummers als dubbele a-kant uit in ons land. Ik denk dat 'Tijuana Taxi' de winnaar is geworden van beide. De plaat bereikt met beide kanten een 26e plek in de Top 40 en houdt het negen weken uit in de lijst.

Hoewel de Tijuana-sound een korte houdbaarheidsdatum heeft, gaat de groep door tot 1969. In de jaren zeventig en tachtig vinden enkele reünies plaats met albums, maar het is een beetje vergane glorie. Alpert kan meer dan alleen trompet spelen, zijn gezongen versie van Burt Bacharach's 'This Guy's In Love With You' is wellicht de meest klassieke heren-versie. In 1979 scoort Alpert een grote Amerikaanse hit met 'Rise', een nummer dat vooral vanaf de jaren negentig door diverse mensen is gesampled. In 1987 besluiten Alpert en Moss in te gaan op het aanbod van Polygram en A&M van de hand te doen, hoewel beide mannen een rol blijven vervullen in het proces. In 1993 krijgen de mannen mot met Polygram en slepen in 1998 nog eens 200 miljoen dollar in de wacht als het de 'major' aanklaagt. Alpert en Moss' oorspronkelijke A&M gaat dan verder als Almo Music en in 2000 wordt Alpert andermaal eigenaar van zijn jaren zestig-werk dat hij stukje bij beetje de digitale wereld binnen brengt. Een onderbelichte kant van Alpert is dat hij een expressionistisch kunstenaar is en samen met vrouw Lani Hall (voormalige zangeres van Sergio Mendes & Brasil '66) een filantropische stichting beheert. Eenentachtig lentes jong en nog steeds niet toe aan zijn pensioen: Dit jaar heeft hij het album 'Human Nature' uitgebracht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten