vrijdag 13 maart 2015

De dolle roes (2): Gents genieten



De naam is me de laatste 24 uur door het hoofd gevlogen, maar ik kan hem maar niet te pakken krijgen. Ach, het is ook maar een detail. Buiten de muzikale voorkeur om hebben we erg weinig gemeen en het contact zal ook niet langer duren dan deze ene week. 'Milord' is zo gezegd de enige tent waar we nog binnen komen en dan komt het goed van pas wanneer je in gezelschap bent van nóg een jongeman. Als één van het duo dan ook nog een leren broek draagt, ik dus, dan heb je de honderd punten te pakken in 'Milord'. Ze vieren daar trouwens het carnaval met Songfestival-liedjes uit vervlogen tijden. Wij doden vooral onze tijd daar. Het kraakpand komen we niet meer in en mijn compaan heeft besloten de eerstvolgende trein naar huis te pakken. Het is al licht als we de 'Milord' uit komen. Als aan de bar blijkt dat we geen 'koppel' zijn, krijg ik spontaan een oneerbaar voorstel van een gast. Ik bedank hem vriendelijk en wij smeren hem. Ik twijfel tussen Brussel of Antwerpen. ,,Ik zou Antwerpen nemen", zegt de festival-vriend. Ik dwaal nog even eenzaam door Hasselt en ontbijt met warme koffiekoeken uit een ambachtelijke bakkerij. Dan pak ik de trein naar Antwerpen.

Even het plaatje compleet maken? Ik ben na een wilde vrijdagavond op zaterdagmiddag 'voorzichtig' begonnen met een paar speciaalbiertjes. Vervolgens een flinke lading pils op het festival. Ik ben sinds zaterdagmorgen half negen wakker en ben dus doodop. Ik probeer in alle macht wakker te blijven in de trein, maar dat valt me zwaar. Op Berchem stap ik over op de trein naar het centrum van Antwerpen. Eenmaal buiten het station, het is koud, voel ik mijn blaas. Omdat ik een jaar eerder in Rotterdam een boete heb gehad voor wildplassen, been ik snel het centrum in op zoek naar een tentje voor koffie en toiletbezoek. Het wordt iets met 'Rembrandt'. Ik ledig mijn blaas en drink ettelijke koppen koffie, maar dan wordt het drukker in de zaak en de overige klanten gaan ook al snel aan de borreltjes. Ik gooi er, hup, nog maar een paar Palmkes er tegenaan. Dat kan er ook nog wel bij. De zoektocht naar de jeugdherberg van Antwerpen is vruchteloos. Hij blijkt kilometers buiten het centrum te zitten en het is ook maar de vraag of deze in maart al open is. ,,In Gent is die vast wel open", hoor ik iemand zeggen en zo ben ik alweer onderweg naar het station. Iemand heeft me ooit een fabel verteld over hoe duur het leven in Gent is. Ik durf niet naar de bussen te kijken en besluit naar het centrum te lopen. Dat is een heel eind en met de stap hunker ik meer naar een bed. Ik doe snel een (fris) drankje bij een kroeg aan de rand van het centrum en dan op naar de jeugdherberg. Die zit vol! Het valt me meteen op dat verder alles gesloten is in Gent op zondag. De toeristeninformatie is gelukkig wel open en als ik mijn wensen kenbaar maak, word ik naar het Flandria-hotel gestuurd. Daar boek ik voor een nacht, doe eerst een schoonheidsslaapje, eet friet bij een kot in de stad en ga daarna meteen weer slapen. Toch weet ik dat ik hier niet lang wil blijven en dus sta ik maandagochtend alweer bij de toeristeninfo.

Slechts 3 euro duurder per nacht en wat een verschil... Een bed & breakfast op loopafstand van het centrum, maar nét ver genoeg om hinder te hebben van de stad. Een kamer met een tweepersoonsbed, een fonteintje en een televisie die ik niet aan de praat kan krijgen. De douches zijn gedeeld met de andere kamers. 's Middags stap ik op de trein om weer eens in Sint Niklaas in Den Denker te kijken, de kroeg waar ik een half jaar eerder heb 'gewoond' na het concert van Fursaxa in Belsele. Het is, geloof ik, best gezellig. De volgende dag, dinsdag, lees ik 'Vang Me Als Ik Val' uit en begin meteen opnieuw. Het boek, de muziek van de afgelopen dagen en het feit dat ik Gent erg op York vind lijken, maakt dat ik een opvallende melancholieke staat terecht kom. Via een foldertje heb ik kennis gemaakt met de museum-kaart van Gent. Gedurende drie dagen heb je gratis entree op vertoon van deze kaart. Je moet er wel tegenaan jagen om de prijs eruit te halen, maar dat is wat anders. Ik begin 's middags in het SMAK. Ik ben vooral onder de indruk van het werk van de Ierse kunstenares Orla Barry. Haar 'Blue Volumes', de plakboeken vol losse quotes en gevonden voorwerpen, maar ook haar korte films sluiten geheel aan op mijn gemoedstoestand. Ik wil naar nóg een museum in de buurt, maar dat is gesloten vanwege verbouwing. Ik zoek een kroegje op voor koffie en alsof de duivel ermee speelt: Ik maak hier kennis met Davina, een transseksueel, en ja hoor... de rest van de klandizie is ook heer en vandaar dat er geen dames-wc's zijn. Ik loop terug naar de stad, eet onderweg wederom friet, en ga terug naar de bed & breakfast. Niet voor lang, want daarna ga ik wederom naar 'Het Dambord', waar de muziek van vinyl komt en uitsluitend jazz wordt gedraaid.

Woensdag begin ik in het Design-museum, lunch in de stad en maak me dan op voor het museum dat hélemaal past in dit uitstapje: Het museum van Dr. Guislain. We hebben aan deze man de huidige psychische zorg te danken. Dr. Guislain probeert geesteszieken te helpen in plaats van ze op te sluiten. Het museum is gevestigd in het gesticht van Gent en ik bots bijna tegen een patiënt aan in de gang. Het heeft een thema-tentoonstelling over de symboliek van het hart, maar zelf ben ik het meest geïnteresseerd in de ontwikkeling van de psychiatrische hulpverlening. Ik word op het laatst door een suppoost weggestuurd, ik ben echt de hele middag zoet geweest.

De volgende ochtend het afrondende museumbezoek en dan heb ik twee of drie euro verdiend aan de kortingskaart: Het textielmuseum. Ik lunch nog in Gent, maar heb mijn bagage al meegenomen uit de Bed & Breakfast. 'Geertje Heinkes' heet het en ik kan het een ieder aanraden! Het ontbijt is geen ochtend hetzelfde: Eén ochtend is het een vol Engels ontbijt, een andere morgen heeft ze flensjes gebakken. Ik ben de enige gast en zet op een bepaald moment de new age-cd af en stop 'Amulet' van Fursaxa erin. Dat kan de dame toch niet echt waarderen...

Waarom Godley & Creme boven dit bericht? Welnu, ik weet niet of ik het op de radio heb gehoord, maar die zondagmiddag tussen station en Hotel Flandria speelt dit nummer als een 'loop' in mijn hoofd. Het houdt me op de been, want ik ben afgepeigerd. Telkens als ik de plaat weer hoor, ben ik weer in Gent op die zondagmiddag. Mijn voeten doen zeer, mijn knieën protesteren en ik heb een kater, ook al weet ik me dat laatste steeds moeilijker te herinneren. Donderdagmiddag stap ik op de trein naar Sint Niklaas en daar begint het derde en laatste deel van 'De dolle roes'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten