woensdag 20 januari 2021

Het zilveren goud: januari 1996 deel III


De prijs van de pond ligt op dit moment helaas alweer een stukje hoger dan in het begin van dit nieuwe jaar en ik wil even kijken of deze nog daalt voor vrijdag. Uiteindelijk denk ik dat ik morgen toch gewoon zal moeten betalen. Overigens komen er nu opeens 52 singles mijn kant op. Ik heb vandaag nog een extra titel toegevoegd. Ook heb ik de volgende Cannonball alvast gereserveerd, maar deze verschijnt pas in maart. Morgen ga ik mijn nieuwe telefoon halen en hoewel er (beperkt) internet op zit, zal ik deze niet meer benutten voor Soul-xotica. Heel stiekem zit ik eraan te denken om eens te kijken of er 4GB Nokia N95's zijn geproduceerd. Dat is nog altijd mijn favoriete telefoon gebleven. Het ding waarmee ik in een uur een kattenbel schrijf voor Soul-xotica. Het apparaat waarop het weblog is geboren. Op deze praatpaal ga ik vanavond weer eens een kwart eeuw terug in de tijd. Het pijproken schuif ik door naar volgende maand, vanavond eerst maar eens een sjekkie pielen.

Als het duurder wordt dan zes gulden, dan stop ik ermee! 'Famous last words'. We hebben al bijna twintig jaar geen guldens meer in de portemonnee en een pakje shag kost dan ook al meer dan zeven. Als ik aan de zware Javaanse Jongens denk dan zie ik meteen het zegel met daarop de prijs: Zes gulden en vijftien cent. Zes gulden en veertig cent met een pakje rode Rizla-vloeitjes. Sinds vader in 1988 is gestopt met roken, ligt het onderwerp gevoelig in huize Louwsma. Als ik een jaar of zeventien ben, voel ik steeds meer de drang om me te verzetten tegen de omgeving. Het haar reikt me al tot de schouders. Zodra ik op stap ga, biets ik al snel eens een sigaretje van een meisje in het clubhuis. Zij rookt Marlboro en hier heb ik mijn eerste peuk. Iedere (ex-)roker kan het eerste trekje nog herinneren? Het schiet mij meteen in de keel en ik hoest me de barsten. Het tweede trekje smaakt al beter en met de derde begint het te wennen. Vlak voor mijn zeventiende koop ik mijn eerste pakje Marlboro, maar... het thuisfront mag hier niets van merken! Ik rook in het clubhuis, Het Bolwerk en tijdens fietstochten. Dat de kleren stinken naar rook komt door de horecabezoeken. Eerst word ik al eens betrapt met een half pakje sigaretten 'die het eerdergenoemde meisje is vergeten en welke ik de volgende keer aan haar zal geven'. Zoals een alcoholverslaafde ook dikwijls lege flessen spaart in een fietsenschuur, zo heb ik een laatje op mijn kamer waar de lege pakjes in verdwijnen. Oudejaarsavond 1992 komt het hoge woord eruit, maar mijn ouders zijn natuurlijk niet van gisteren.

Bij het eerste werk op de zuivelfabriek leer ik sjekkies draaien. Aanvankelijk is dat Samson of Drum, maar middels Amsterdam maak ik kennis met driekwart Javaanse Jongens en vanaf 1994 ga ik aan de zware Javaanse Jongens. Het heeft als nadeel dat het niet in de sigarettenautomaten zit en dat ook niet ieder benzinestation het op voorraad heeft. Hoewel ik echt van pakje naar pakje rook hou ik altijd wel rekening met mijn plannen voor een weekend en koop desnoods één of twee pakjes extra.  Sloffen shag koop ik echter pas in 2000, maar dat is een heel eind verder. Ik heb dan al moeite met weggooien. Zakjes shag met restjes (vaak gruis) worden opgerold en blijven in de jaszak zitten totdat het zover is uitgedroogd dat het even hard van het vloeitje glijdt. Ik heb in deze tijd een kunstleren etui voor de shag en een uitsparing voorin voor de vloeitjes. Achter het pakje shag komt van allerhande rommel terecht waar ik niet meteen ruimte voor heb. De shag-portefeuille wordt dus al snel mijn equivalent van de handtas voor de dames. In 1996 ga ik ook niet van huis zonder shag en als dat al eens gebeurt, draai ik om en rij naar huis. De shag zal ik bijna twintig jaar volhouden, sindsdien is het sigaren roken en dampen. Ik heb vanmiddag net een tweede damper gekocht. Op het eerste gezicht hetzelfde type als de Justfog die ik in juli heb gekocht, maar bij nader inzien net even anders. De oude Justfog-boxmod heeft zijn beste tijd gehad.

2381 Rainmaker-Machine (NL, Polydor, 1970)
2382 Too Busy Thinking About My Baby-The Mardi Gras (Frankrijk, Jukebox-Oldie, 1971, re: 1982)
2383 Moest Dat Nou-De Martino's (NL, Philips, 1968)
2384 One And One Is One-Medicine Head (Duitsland, Polydor, 1973)
2385 Take Me Bak 'Ome-Slade (NL, Polydor, 1973)
2386 Living Next Door To Alice-Smokie (NL, Rak, 1976)

De single van The Mardi Gras is een eigenaardig ding. Het heeft de Franse persing in het hoesje zitten, maar de Nederlandse zou, volgens 45cat, de tweede release moeten zijn op het Nederlandse BR Music. BR wordt verder niet genoemd op het hoesje, wel de distributie door Van Den Bosch & Van Nieuwkoop. Deze zullen halverwege de jaren tachtig singles uitbrengen van onder andere The Cats als Boni Records. Bij de BR wordt een datum in 1982 genoemd als release, maar het label begint niet eerder dan 1984? De Franse persing staat als 1984 genoteerd. De single heeft echter een Sneker horeca-verleden en DJ Wibo van De Lichtboei heeft de datum op het hoesje geschreven: 25 juni 1983. 1984 kan dus niet kloppen. Als iemand meer informatie heeft over de Nederlandse BR-uitgave, dan hoor ik het graag! De Martino's, een afsplitsing van After Tea, zit oorspronkelijk weer in zo'n 'fout' plastic hoesje waarover ik onlangs heb geschreven. Het mag voor de foto even in een nieuw papieren hoesje, ik gooi er straks een ander oud hoesje omheen. De plaat is niet een nieuw hoesje waard... Volgende week besluit ik de maand met vier uit januari en twee die ik vermoedelijk in februari heb gekocht. De volgende maand presenteer ik jullie 24 singles die al langer in de verzameling zijn, maar welke ik nooit een plekje heb gegund.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten