zondag 26 januari 2025

Het zilveren geheugen: januari 2000 deel II


Goed beschouwd markeert de start van Soul-xotica een hernieuwde belangstelling voor de vinylsingles. Natuurlijk zijn ze nooit ver weg geweest maar er zijn jaren dat de singles vrij incidenteel zijn ten opzichte van albums en cd's. In de eerste maanden van de nieuwe eeuw ga ik bijvoorbeeld even door een stadium met cd's. Dat heeft ook te maken met de praktische kant want in deze periode heb ik nog de wildste toekomstplannen. Daarvoor zal ik moeten reizen en elpees of singles zijn dan niet praktisch genoeg. Omdat het wellicht de laatste keer is dat ik in redelijke welvaart leef, probeer ik de meest essentiële muziek te verzamelen op cd. In januari 2000 komen er dan ook geen nieuwe singles de verzameling binnen maar ben ik wel actief met het kopen van cd's. Ik ben naar De Bilt gekomen als een soort van tussenstop. Het dient alleen om de schuld bij de Rabobank in te lossen en vervolgens verder te reizen naar de Emmaus-gemeenschap in het Poolse Lublin. Hoe komt het dat ik daar niet terecht ben gekomen? En hoe zit het met de 'vlucht' de andere kant op? In dit bericht ga ik het jullie uitleggen. Een van de cd's uit deze maand mag het bericht vergezellen en dat is het album 'Eli And The Thirteenth Confession' van Laura Nyro uit 1968.

'Ik heb het onlangs nog gehad over de Hitweek', denk ik bij mezelf. Maar in welke context? Welnu, dat is het bericht van de Week Spot geweest. Ik haal daar de vermakelijke recensie aan van 'The March Of The Flower Children' van The Seeds, een single op het GNP Crescendo-label. De Hitweek-recensies zijn een soort van legendarisch. Als een plaat een beetje niet bevalt bij de schrijver, gaat het meteen in de overdrive en wordt het compleet afgezeken. Voor 'Eli And The Thirteenth Confession' schrijft het zelfs een waarschuwing uit: Koop deze plaat niet! Het trekt de vergelijking met Greetje Kauffeld en het is niet het soort plaat waarmee een hippe hippie gezien wil worden. Ik leer Laura Nyro in 1996 kennen middels het lieflijke 'Stoned Soul Picnic' en dat is aanleiding genoeg om de rest van het album ook eens te checken, ondanks de waarschuwing van Hitweek. En wat blijkt? Het is een cult-album. Laura's vocale uithalen rieken naar jazz maar zijn tegelijk folky en de teksten gaan vrij vaak over de zelfkant van het leven. Het is een periode waarin Laura ernstig verslaafd is aan cocaïne en er niet van terug deinst om daarover te zingen. Ook geeft het de mogelijk om eens de originele versie van 'Eli's Coming' te horen, later gecoverd door Three Dog Night. De cd maakt overuren bij mij, al moet ik stellen dat het voor mij in 2000 is blijven hangen. Naderhand voel ik geen behoefte meer om het album in zijn geheel te beluisteren en pik ik zo nu en dan een track voor een mixtape of minidisc. 'Sweet Blindness' is uiteindelijk de grootste favoriet van het album.

Waar sta ik in januari 2000? Welnu, ik ben onder valse voorwendselen naar De Bilt gekomen. Er is me dan beloofd dat er een 'verkoopweek' georganiseerd gaat worden en de opbrengst ten goede komt aan het opvullen van het gat. Daarna kan ik verder op mijn reis naar Polen. Als ik in De Bilt kom, blijkt dit plan afkomstig te zijn van de bewoners en niet van het bestuur. De laatste wil dat ik gewoon een uitkering ga aanvragen. Ik heb twee weken geleden al uitgelegd dat ik hierin totaal geen steun hoef te verwachten. Intussen komt 'geezer' John terug in mijn leven en hij helpt me van het Poolse idee af. Dat is even zó frustrerend dat ik een weekendje vrijaf neem en naar Friesland ga om verder na te denken. Bij terugkeer in De Bilt heb ik Polen definitief geparkeerd, dit gaat geen optie meer worden. Hoe nu verder? In De Bilt bevalt het me ook totaal niet en krijg steeds meer heimwee naar Mossley. Ik wil weer rond lopen in Longlands Mill, een wandeling door de heuvels maken met hond Sadie en in een prettige en positieve omgeving werken. Onder de 'companions' is wellicht nog wel iets van idealisme te vinden, maar de boekhouder denkt maar aan één ding: Geld. Hij ziet in mijn een gemakkelijke melkkoe.

Binnen een Emmaus-gemeenschap werk je voor kost en inwoning en een klein beetje zakgeld per week. Nu ik een uitkering krijg, moet ik opeens kostgeld betalen plus de normale hoeveelheid werk verrichten. Ik doe dus eigenlijk vrijwilligerswerk waarvoor ik moet betalen. Dat dit voor geen meter klopt, heb ik meteen al in de gaten. Als ik dreig mijn uitkering stop te zetten, krijg ik te horen dat ik dan meteen kan ophoepelen. Ik zit dus klem en kan geen kant op. Dan is het een zondagmiddag en maak ik een lange wandeling over onder andere Den Dolder. Een wandeltocht van uren waarin ik kan nadenken hoe ik het ga aanpakken. Komende vrijdag wordt de uitkering gestort. Ik moet in het geniep mijn spullen pakken en deze in de nacht het huis uit smokkelen want niemand mag het in de gaten hebben. Ik moet een plek vinden in de omgeving van de bank waar de koffers veilig kunnen staan. Dan zal ik op vrijdagmorgen op kantoor melden dat ik even naar de bank loop om het kostgeld te pinnen, kan dan lopen naar de plek waar mijn koffers staan en de eerstvolgende bus naar Utrecht pakken. Vanuit Utrecht naar Rotterdam en ik ben een héél eind van De Bilt als ze erachter komen dat ik niet meer kom. Ik ga terug naar Mossley!

Nee, zover is het toch niet gekomen. Ik zal toch even in De Bilt moeten blijven om te zien hoe de dingen gaan lopen, maar ik begin wel steeds meer tegenzin te krijgen. In de volgende aflevering in deze serie de wisseling van de wacht van de Engelsen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten