maandag 1 januari 2024

Het zilveren geheugen: januari 1999 deel I


Hierbij verklaar ik het nieuwe jaar geopend op Soul-xotica. De praatpaal gaat zijn vijftiende jaar in en ik trap af met een kleine liefhebberij die ik recent heb ontdekt. Er is veel te doen over Artificial Intelligence maar als ik af ga op de kwaliteit van de 'woord-naar-foto'-afdeling, dan kan ik vaststellen dat het niet kan wedijveren met de mensch. Als je een persoon laat uittekenen, kun je met jezelf een weddenschap afsluiten hoeveel vingers er aan een hand zitten en of de persoon één of twee schele ogen heeft. Als je de personen een arm om elkaar laat slaan, blijken er opeens zeven armen te zijn die niet eens zijn bevestigd aan een lijf. Nee, wellicht staat het nog in de kinderschoenen, maar vooralsnog ben ik niet bang dat AI de mens gaat vervangen. Wat zal ik eens gebruiken als passende afbeelding bij de eerste aflevering van 'Het zilveren geheugen'. Een naakte jongedame in een Schotse vlag? Ook nog snel even gecheckt of een Schotse vlag nu blauw met wit of wit met blauw is want AI biedt ze beide. De jongedame is niet helemaal representatief voor de dochter des huizes, maar in mijn herinnering nog altijd wel bloedmooi. Wellicht dat dit verhaaltje in twee delen gaat, maar ik ga, hoe dan ook, Hogmanay vieren in Schotland.

Er zijn mensen in Mossley die denken dat we iedere dag vakantie hebben, maar allesbehalve dat. We werken vaker zes dagen per week dan vijf. Uiteraard voor kost en inwoning plus een beetje zakgeld. Als je drie maanden achtereen hebt gewerkt in een Emmaus-vestiging heb je recht op een lang weekend vakantie, na een half jaar een week en drie maanden later weer een lang weekend. Pas na een jaar kun je twee weken weg blijven. Ik weet alles altijd in overleg te doen en ben zowel in de zomer van 1998 als 1999 twee weken in Nederland. Inmiddels heb ik weer recht op een lang weekend en dat wil ik gaan gebruiken om oud en nieuw te vieren in Schotland. Met mijn goede kameraad John, hoewel deze niet weet dat ik hem ga bezoeken. Het is wederom het verrassingseffect dat, achteraf gezien, behoorlijk lomp is. Om de feestvreugde te verhogen, ga ik met de bus en trein naar Newcastleton zonder dat ik een adres weet waar John woont. Het wordt dus weer een spannend verhaal?

Ook weer het verhaal van verschillende vervoerders per trein, vooraf reserveren of (zoals ik) op de gang moeten zitten. Een overstap die niet door gaat en waarvoor we een uur moeten wachten in de middle-of-nowhere. In Carlisle koop ik een paar cassettes waaronder een compilatie van The Moody Blues en 'Astral Weeks' van Van Morrison. Dan met een belbus-achtig iets naar Newcastleton. Een speldenkop op de kaart en een dorpje in de grensstreek van Schotland en Engeland. Je bent in Schotland maar kan over de grens pissen. Ik arriveer in de pub waar men eerst probeert me te negeren en zeer plat Schots gaat bezigen. Na een paar minuten zitten te broeden zeg ik met stemverheffing.: 'As jim no tinke dat ik gjin frjemde talen kin, dan ha jim it mis'. 'Where are YOU from?'. Kijk, Friezen en Schotten kunnen elkaar wel waarderen. Opeens praat iedereen weer Queen's English met een accent. Ik moet even vieren dat ik in Schotland ben en wil dit met een speciale whiskey doen. The Balvenie heet het goedje en die van tien jaar oud is de goedkoopste, maar nog altijd vijftien euro per glas. Ze kijken vol afgrijzen hoe ik het water negeer. Je doet toch geen water bij de whiskey? Dan leer ik dat je dat juist wél moet doen om de whiskey te proeven. Zonder water is het alleen maar hard en scherp.

Ik heb geleerd om met Hogmanay een fles whiskey en aanmaakblokjes bij me te hebben. Deze heb ik in Carlisle aangeschaft. Na een paar uur laat ik de naam van John Wright vallen. Weet iemand waar die woont? Nee, er is niemand die ooit van John Wright heeft gehoord. Oef! De pub gaat 'after hours' doen vanavond en ik mag blijven. Ik ontmoet Pete, een man in de veertig, die wel een whiskey uit mijn fles wil hebben. Hij kiepert het glaasje leeg boven zijn en mijn pint. 'Het komt allemaal bij elkaar', is zijn opvatting. Ik sta even na middernacht op mijn kop. Ik krijg weer pijn in mijn hoofd als ik eraan terug denk. Sluitingstijd komt in zicht en nog altijd heb ik geen slaapplek geregeld. Pete stelt voor dat ik bij hem op de bank kan blijven pitten. Zo gezegd zo gedaan. We sluipen zijn huis binnen om de rest van de familie niet te wekken en hij geeft me een deken. Daar val ik in een diepe slaap en wordt een paar uur later wakker van een ijselijke gil. Even denk ik dat ik dood ben want dit kan alleen maar het uitzicht zijn in de hemel. O ja, gelukkig nieuwjaar!

Pete heeft een paar puberdochters en eentje ervan is gewend om naakt te slapen. Als ze beneden naar de wc moet loopt ze dus ook spiernaakt door het huis. Ze kijkt even in de woonkamer en ziet dan één meter en 98 centimeter horizontaal op de bank liggen. Ze schrikt zich een hoedje en vandaar de gil. Als ik mijn ogen open sta ik oog in oog met een jongedame in vol ornaat. Pete snelt naar beneden en stelt het meisje gerust. Ik weet alleen niet meer of het deze dochter was of haar zus. Feit is dat één van de twee weet wie John Wright is en waar die woont. En zo brengt Pete me een uur later naar het huis van John, ruim acht kilometer buiten het dorp Newcastleton. John laat me binnen hoewel het niet van harte gaat. Ja, hij heeft me ooit uitgenodigd, maar niet op deze manier natuurlijk. Hij heeft al plannen voor de komende dagen en ik zal me daaraan moeten schikken. Hij neemt me mee naar twee 'jamsessies' waar de aanwezigen met een muziekinstrument rond een tafel gaan zitten. Beurtelings mag iemand een volksdeuntje voorstellen waarna ieder met zijn of haar instrument kan invallen. Als het mijn beurt is, wil John uitleggen dat ik uit Nederland kom en een toehoorder ben. Ik heb echter al een besluit genomen. Ik ga 'It Feintsje van Menaem' zingen, zo goed en kwaad als ik de tekst ken. Wat denk je? Na het eerste refrein gaat de eerste fiddle-speler al mee spelen. Kippenvelmomentje!

Op zondag zal ik weer naar huis en John brengt me naar Newcastleton. Ik kan in de pub wachten totdat de bus komt maar hij heeft écht andere plannen voor vandaag. Na een uurtje maak ik kennis met een echtpaar dat uit... Oldham komt! 'Small world'. Ja, ik kan een lift van hun krijgen en dus gaan alle remmen los in de pub. Als ik echter even naar de wc ben, neemt het echtpaar de benen en dan heb ik een fiks probleem. Het is inmiddels in de avond en heb al mijn geld verbrast in de pub. Ik kan niet anders dan John om een aalmoes en een gunst vragen. Hij wil me het allerliefste een knal voor mijn kop verkopen, dat voel ik gedurende de rit naar Carlisle. Tegelijk wil hij me kwijt en brengt me met vijftig pond naar het station. Vanuit daar op de trein naar Manchester Victoria en dan...? De laatste trein naar Mossley. Ik vermoed nog steeds dat ik op het verkeerde perron heb staan wachten maar ik zal geen trein naar Mossley zien. Als ik me het realiseer is het al té laat. Ik zit vast in Manchester.

Ik denk dat ik woensdag het tweede, nóg spannender, deel ga doen. Inclusief iets dat ik vijfentwintig jaar later wel eens durf op te biechten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten