maandag 27 februari 2017

Maandagplate: The Bangles



Het doel bij deze 'Weekplate' is om artiesten en groepen te vinden waarover ik nog niet heb geschreven in de afgelopen zeven jaar. Dat dit niet meevalt, blijkt wel uit vrijdag en zaterdag. Zowel 'Black Friday' van Steely Dan als de beoogde 'Zaterdagplate' van The Cure zijn reeds aan bod geweest. Aan The Small Faces heb ik in 2010 eens een berichtje gewijd, maar de 'Maandagplate' is samengesteld uit verse ingrediënten. Hoewel? Ik heb tijdens de 'Weekplate' van 2013 een 'Schijf van 5' gedaan met maandagen en daar komt deze eveneens in voor, maar er is niet sprake van een volledig bericht. Verder lijk ik The Bangles altijd terloops te hebben genoemd en komt het nog eens voorbij in een 'Singles round-up'. Vandaag en morgen compleet verse 'Dagplates', vandaag met een plaatje dat ik in 2013 op nummer twee plaats in de 'Schijf van 5 maandagen' achter 'Home On Monday' van Little River Band: 'Manic Monday' van The Bangles (1986)

Waar en wanneer? Ja, hier kan het dus wel! Bij 'Lazy Sunday' had het ook gekund, maar daar ben ik voorbij gegaan aan het moment van aanschaf. Het neutrale hoesje om mijn Engelse 'Manic Monday' vertelt een verhaal op zichzelf. Het is de tijd dat ik in Mossley woon en heb de hoes 'gemarkeerd' met naam, plaats van aanschaf en ook de datum. Ik heb de single even niet bij de hand, maar weet uit mijn hoofd dat dit eind mei 1998 moet zijn geweest. Een weekend vol heimwee. Ik heb een paar zware maanden in York overleefd en woon een goede maand in Mossley. Een volle maag en weer een beetje tot mezelf gekomen, overspoelt dit weekend het gevoel dat ik terug naar Nederland wil. Niet direct naar Friesland, maar met de opgedane 'levenservaring' terug naar Amsterdam. Gelukkig maar dat ik dat heb gelaten! De volgende dag ga ik voor het eerst naar Tollemache Arms, dat mijn stampub zal worden in Mossley, en stap daar binnen met het verhaal dat ik volgende week terug ga naar Nederland. Als dit in oktober 1999 dan toch definitief staat te gebeuren, willen ze me daar niet eens meer geloven! Ik heb 's ochtends in de winkel gewerkt en ga 's middags naar Ashton-under-Lyne. Ambitieus op de fiets, maar daar heb je niet veel aan. Tussen Mossley en Ashton is een heuvel waar je niet tegenop kan fietsen. Wandelen naar de top en bergafwaarts op het zadel. Ik koop die middag een stapel singles bij een platenwinkeltje in Ashton waaronder enkele 'black label jukebox pressings'. 'Sunchyme' van Dario G., een hit uit november 1997, brengt mijn herinneringen terug naar Amsterdam en daar ontstaat eveneens het verlangen om terug te gaan. Ik zal uiteindelijk bijna anderhalf jaar in Mossley blijven 'plakken'. 'Manic Monday' is één van de aanwinsten. Volgens mij zijn de singles 50 pence per stuk geweest.

Terwijl in Engeland de post-punk en new wave heerst, heeft Los Angeles in de vroege jaren tachtig een eigen muzikale beweging: 'Paisley Underground'. Bands die zich muzikaal laten leiden door de psychedelische underground-bands uit de late jaren zestig. In 1980 formeert Susanna Hoffs met de zussen Vicki en Debbi Peterson een groepje in deze stijl en noemt het The Bangs. In 1981 maakt het trio een single voor een lokaal label dat inmiddels een fortuin opbrengt op platenbeurzen. Kort daarop tekent het trio een contract bij Miles Copeland voor zijn nieuwe Faulty Products-label. Annette Zilinskas vult het trio aan op zang en bas, maar deze wordt reeds in 1983 vervangen door Michael Steele. Zilinskas concentreert zich daarna op haar project Blood On The Saddle, Michael Steele heet eigenlijk Susan Nancy Thomas en is voorheen lid geweest van The Runaways. In 1982 verschijnt de single 'The Real World', maar dan krijgt de groep te horen dat er reeds een andere 'The Bangs' bestaat. De naam wordt veranderd in Bangles en de plaat krijgt meer aandacht wanneer het via Copeland's reguliere I.R.S.-label op de markt wordt gebracht. Het leidt naar een contract bij Columbia ('onze' CBS) waar de groep de rest van het decennium zal blijven. Het eerste album voor Columbia is 'All Over The Place' uit 1984. Het is met name de single en bijbehorende video voor 'Going Down To Liverpool' dat de band op grote schaal laat doorbreken. The Bangles gaat mee op tournee met Cyndi Lauper welke dan juist is doorgebroken met 'Girls Just Wanna Have Fun' en dat breidt het supporters-bestand van het kwartet alleen maar uit.

Prince heeft 'Manic Monday' oorspronkelijk geschreven voor Apollonia 6 als hij van The Bangles hoort. Hij biedt hen de compositie aan, maar gaat op de platenlabels schuil achter de naam 'Christopher'. De plaat wordt op veel plekken van de eerste plaats gehouden door... 'Kiss' van de prins in zijn eigen paarse persoonlijkheid. De band is halverwege de opnames van 'Different Light' als het plots 'Walk Like An Egyptian' krijgt toegeschoven. De dames twijfelen. Of dit wordt de flop van het jaar óf het levert dé hit van het jaar op. Het laatste blijkt het geval. Opvallend is ook dat de meeste fans nu van het vrouwelijk geslacht zijn en vaak stukken jonger dan de dames zelf. Toch is het niet peis en vree binnen de groep. Net als bij Diana Ross en The Supremes zoekt ook Columbia een 'leider' van The Bangles en de keuze valt op Susannah Hoffs. Onterecht, want The Bangles is een band waarin elk lid afzonderlijk liedjes schrijft en een album meerdere zangeressen laat horen. Toch is Columbia van mening dat alleen de Susanna Hoffs-liedjes kwalificeren als singles en dat zet kwaad bloed bij de zussen Peterson en Michael Steele. Toch slaagt de platenmaatschappij er niet meteen in. Hoffs speelt de hoofdrol in de film 'The Allnighter' (1987), maar de prent wordt tot de grond toe afgebrand door critici. The Bangles scoort vervolgens een hit met de Simon & Garfunkel-cover 'Hazy Shade Of Winter'. Eind 1988 verschijnt 'Everything' en wordt wederom voorafgegaan door een single waarop Hoffs de leadzang heeft: 'Eternal Flame'. Het wordt de laatste grote hit van de groep en verbreekt alle verkooprecords. Meer zit er voorlopig niet in want de dames staan elkaar naar het leven. Hoffs begint aan haar solo-carrière en Vicki Peterson toert met The Continental Drifters en is oproepkracht bij The Go-Go's.

'When You're A Boy' is het solodebuut van Hoffs en heeft in 'My Side Of The Bed' een bescheiden hitsucces. Ze is al bezig aan een tweede album als Columbia haar de wacht aan zegt. Het tweede solo-album verschijnt pas in 1996 bij Elektra, maar is evenmin een succes. Toch kan dit album rekenen op betere kritieken dan het geforceerde 'When You're A Boy'. Hoffs is getrouwd met filmproducent Jay Roach en deze regisseert in 1999 'The Spy Who Shagged Me' in de Austin Powers-serie van films. Het is Roach' idee om Hoffs samen te brengen met The Bangles en een opname te realiseren voor de soundtrack. 'Get The Girl' is het resultaat en de dames kunnen het weer goed vinden met elkaar. Ze gaan zelfs op tournee in 2000 en brengen in 2002 een nieuw album uit: 'Doll Revolution'. De groep treedt op voor het Duitse 'Wedden Dat?' en dat verzekert het album van een hitstatus in Duitsland. In de overige gebieden blijft de verkoop achter. De tournees worden Michael Steele in 2005 teveel en ze verlaat de band. Haar opvolger heet Abby Travis. Het mmest recente album is 'Sweetheart Of The Sun' uit 2011. Het album wordt geproduceerd door Matthew Sweet waarmee Hoffs al eerder heeft gewerkt. Travis is enkel in The Bangles voor de live-optredens, op het album worden de baspartijen ingespeeld door Sweet en Derrick Anderson.

Morgen een 'Dinsdagplate'. De Week Spot verschuift voor een week naar vrijdag en gezien ik '0' singles heb gekocht in februari is er geen reden tot een 'Eindstreep'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten