woensdag 24 april 2019
Week Spot: Nickie Lee
Laat me vandaag beginnen met de huishoudelijke mededelingen. Ten eerste een correctie. Maandag schreef ik dat het Uffelter Binnenveld een ANWB-bord had gekregen aan de rijksweg. Het is echter een bord van het Holtingerveld en goed bekeken staat dat dus op de verkeerde plek mits het Uffelter Binnenveld bij het Holtingerveld wordt gerekend, wat ook wel weer zou kunnen kloppen. Het Holtingerveld is de plek waar de Duitsers in de begin jaren veertig hun vliegveld hebben gedroomd en het Uffelter Binnenveld heeft verscheidene barakken om dat grondgebied te beschermen. Ik heb gelezen dat Holtinge meer bombardementen heeft gehad dan de stad Rotterdam. De bomkraters zijn nu vennetjes met een unieke flora en fauna. Ik heb gisteren een verhaal beloofd over 'Whitfriday', maar... dat verhaal bestaat al en kan ik weinig anders aan toevoegen (zie: 'Toeters noch blazen', 6 januari 2012). Tot slot heb ik vanmiddag besloten dat ik zondag thuis blijf en dat het bezoekje aan de kust met een paar weken wordt uitgesteld. De fiets is nog altijd niet gerepareerd en momenteel zijn we in Uffelte in blije verwachting van een tweede bui met een geschatte tien millimeter aan water. Nu ga ik me dan toch eindelijk buigen over de Week Spot van deze week. Een zware bevalling? Ja, dat kun je wel zeggen! De plaat staat al wel een tijdje vast en dan wil ik met frisse moed aan een bericht beginnen. En dan...? De kersverse Week Spot is 'And Black Is Beautiful' van Nickie Lee (1968).
Hoewel 'Goodbye Nothin' To Say' van The Javells & Nosmo King even snel wordt uitgespuugd als dat het wordt verwelkomd, staat als een paal boven water dat het een Northern Soul-klassieker is. Er zijn boeken vol geschreven over Northern Soul maar overal ontbreekt een deugdelijke biografie van The Javells. Middels Youtube-video's en dergelijke weten we dat Nosmo King is afgeleid van een 'no smoking'-bordje in een zaal waar twee Northern-dj's moeten optreden. Op de meeste plekken wordt de plaat echter beschimpt. Ik heb goede hoop als ik heb besloten dat Nickie Lee de nieuwe Week Spot moest worden. De plaat is in 1969 uitgebracht op het legendarische Deep Soul-label en dus verwacht ik een uitgebreide rubriek op de weblog van Sir Shambling. En dan...? Helemaal niks! Het enige dat we weten van Nickie Lee is dat hij dj is geweest bij een station in Miami en ook een plaat heeft gemaakt als Leroy. Zijn gehele output staat op 45cat maar slechts met summiere informatie en slechts een enkele Youtube-link. Daar zal ik het vandaag mee moeten doen.
Er zijn slechts weinig voorbeelden bekend waar een latere persing meer waard is dan het origineel en Nickie Lee is een goed voorbeeld. Hoewel? Ik heb zojuist even gekeken op Discogs naar wat de Deep Soul-persing doet van Nickie Lee en dat valt op zichzelf nog wel mee. Twintig pond is een gangbare prijs voor een 'VG' met het mooiere Deep Soul-label en het oorspronkelijke labelhoesje. Het is echter het dubbele van wat de Mala-persing doet. Ik lees ook op Discogs dat Nickie Lee in 1963 claimt dat hij het wereldrecord radio maken heeft gevestigd. Het record zou dan op negen dagen en tien uren staan en hij moet de poging staken op medisch advies. Hoe wrang ook, maar het Guinness Book Of Records houdt dit soort 'gevaarlijke' records buiten de boeken. Of zijn single als Leroy op het Alberta-label van voor zijn Dade- en Mala-tijd is of van erna, dat is niet bekend. Feit is wel dat Leroy niemand minder is dan Nickie Lee. Er is ook een Jamaicaanse Nickie Lee en die houden we hier buiten beschouwing. Toch heeft Nickie Lee kleine link met Jamaica: Hij neemt in 1967 een erg leuke soul-versie op van Prince Buster's 'Ten Commandments Of Man'. Ook die heb ik even opgezocht en is ook zeer billijk geprijsd. Er kunnen dus meer Nickie Lee-platen volgen in de komende maanden.
Hoewel ik de gele Mala heb, kies ik voor de afbeelding toch voor de Engelse Deep Soul-uitgave uit 1969. Dave Godin heeft hier een paar jaar geleden eens een standbeeld gekregen in de 'Beeldenroute' (3 december 2014). In 1969 is hij de eigenaar van een platenzaak in Londen en geldt als de belangrijkste importeur van zwarte rhythm & blues uit Amerika. De zaak heet 'Soul City' en dat is ook de naam van het eerste label dat Godin opzet in maart 1969. Zijn doelstelling is eenvoudig: Platen waarin hij geloofd en die zijn uitgebracht op onafhankelijke labels zonder een vertegenwoordiger in Engeland. Nu heeft Mala in Bell bijvoorbeeld wel een vertegenwoordiger in Engeland, maar Bell ziet het absoluut niet zitten om de plaat aldaar uit te brengen en dus neemt Godin deze taak op zich. Godin zal later de term 'Northern Soul' bedenken en komt zo ook al snel met 'Deep Soul' op de proppen. David Nathan en Robert Blackmore zijn de compagnons in geval van Deep Soul Records. In 1969 en 1970 verschijnen slechts zes singles op het Deep Soul-label: 'I Still Love You' van Jean Stanback, 'Giving Up' van The Ad Libs, 'And Black Is Beautiful' van Nickie Lee, 'Somebody New' van The Emotions, 'A Love That Never Grows Cold' van Jimmy & Louise Tig en 'Dark End Of The Street' van Roy Hamilton. Vanaf 2016 is Ace Records gestart met een nieuwe serie 'Deep Soul' met exact dezelfde labels en nu met een uitbreiding van de catalogus. Dat herinnert me opeens aan een plaatje dat ik bij Mark in de bestelling had totdat zijn voorraad was uitverkocht. Zojuist nog even geluisterd naar de beide tracks en de single geeft me nog altijd hetzelfde gevoel en ook hier zijn de prijzen niet erg omhoog gegaan.
Zo heb ik toch al een bericht van normale lengte terwijl we niks meer te weten zijn gekomen over Nickie Lee. 'And Black Is Beautiful' sluit naadloos aan in het idioom van 'Say It Loud, I'm Black And Proud'. Tekstueel gezien natuurlijk. Het is het gospelkoortje in de achtergrond dat maakt dat ik helemaal smelt bij het nummer. Hopelijk volgende week weer wat meer biografische informatie over de artiest of band, maar dit móet gewoon Week Spot zijn.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten