zondag 24 mei 2020

Een weinig hemelse vaart



Iets meer dan drie en een half uur. Dat is de tweede aflevering van de honderd albums uit 1979. Het staat nu al op de Mixcloud-pagina van Wolfmanradioshows en ik voel me fit genoeg voor een tweede bericht voor vandaag. Tot een paar maanden geleden gingen we op Soul-xotica geregeld twintig jaar terug in de tijd. Zo heb ik voor het eerst geschreven over de periode in York maar met de komst in De Bilt stokt het verhaal een beetje. Ik was al van plan om iets te doen met Hemelvaart als thema. Eerst zou het een 'Rondom 10' worden, maar ik kan me niet herinneren wat ik in 2011 heb gedaan. En 2013 is eveneens een zwart gat. Twintig jaar geleden maakt ik op Hemelvaartsdag noodgedwongen een fietstocht welke het enthousiasme voor het fietsen terug heeft gebracht. Heb ik eerder hierover geschreven? Ja, maar dat is in 2011 bij de aanvang van de 'Monstertocht' uit 2001. Het verhaal van allemaal onbezonnen acties gedurende één weekend. Gelukkig ben ik in de afgelopen twintig jaar verstandiger geworden!

Ik heb in april de scooter laten repareren en persoonlijk opgehaald uit Friesland. Het ding is een enorme sta-in-de-weg in De Bilt. Ik wil het liever niet aan de openbare weg hebben staan en dus staat die eerst op het binnenplaatsje achter onze winkel annex woning. Overdag moet die dan wel buiten de winkel staan want door de week is het binnenplaatsje de werkplek van Gabriel, onze schrootboer. Gabriel is met zijn gezin gevlucht naar Nederland en gebruiken de bovenwoning van onze voormalige meubelzaak. Op een gegeven ogenblik kan de scooter in deze winkel staan, alleen... als ik eens spontaan uit rijden wil, moet ik net het geluk hebben dat Gabriel thuis is. Niet handig. Bovendien is de scooter weinig betrouwbaar maar gelukkig woont Woodstock-maat Des vlakbij en hij is handig met brommers. Op Koninginnedag kan ik zo een weekendje naar Tuk. Voor Hemelvaart heb ik eveneens grootse plannen. Eerst een paar dagen bij mijn ouders en dan wederom een avondje zuipen in Tuk. Overnachten in de caravan is geen optie, omdat het dakraam stuk is en de boel binnen vochtig en schimmelig is. Denk ik? Donderdagmiddag kort na de lunch ben ik dan eindelijk reisvaardig. De scooter start keurig voor de winkel maar ik ben de straat nog niet uit of het is voorbij met de pret. Hier durf ik niet op naar Friesland te gaan, maar wat nu...? Ik heb een paar dagen vrij en wil niet rondhangen in De Bilt. Ik leen in deze tijd wel eens de fiets van een collega en ik durf het hem bijna niet te vragen. ,,Ga je gang", is zijn reactie en zo stap ik op de fiets.

Hoewel ik in mijn jeugd veel heb gefietst, is dat met de komst van de Solex snel vergeten. In Engeland maak ik nog wel wat mijlen op de racefiets maar dat is voornamelijk voor sollicitatiegesprekken. In Mossley gaat het niet verder dan Oldham of Uppermill (beide keren ongeveer twintig kilometer). Ik ben een 'groentje' als ik Hemelvaartsdag 2000 op de fiets stap. Walkman en genoeg cassettebandjes mee. Ik leer tijdens deze rit 'Urban Hymns' van The Verve waarderen en zal later dit jaar de cd kopen. Ik denk dat ik wind in de rug heb want het gaat in ieder geval van een leien dakje. Via Eemnes de polder in en in de buurt van Zeewolde steek ik aan bij een paviljoen dat open is. Dan fiets ik weer verder en er is geen vuiltje aan de lucht. Ik verbaas me zelfs dat ik nog zo'n conditie heb na zes jaar gemotoriseerd vervoer. Dan nader ik Swifterbant en daar wacht de man met de hamer. Ik zal niet overdrijven maar verdoe wel heel veel tijd om Swifterbant door te komen. Dan zie ik een picknickbank en strijk neer. Ik strek mijn benen en eet en drink een beetje. Ik blijf wel een half uur zo zitten en moet dan weer in de benen. En...? Ik voel me als herboren! Tot Lemmer waar dezelfde man opeens weer opduikt. Nog maar een half uur met de benen rechtuit op een bankje en het is reeds middernacht als ik in Jutrijp arriveer.

Zaterdagmiddag fiets ik via Schoterzijl een toeristische tocht naar Tuk. Evenals in 1995 het geval is, blijf ik ook nu weer dagen lang hangen. De caravan is té vochtig geworden en dus nodig ik mezelf maar onfatsoenlijk uit bij mijn Woodstock-vrienden. Dat is niet allemaal netjes gebeurd en het heeft als direct gevolg dat ik uit de groep wordt gezet. En terecht! Met Kees heb ik altijd contact gehouden en met de Koudumer broers (ik 'overnacht' bij een van hen) zal het nadien moeizaam gaan. Toch komt het gevoel van 1995 weer naar boven bij mij. Ik raak opnieuw 'verliefd' op de omgeving van Steenwijk en stel me voor dat ik hier wel oud en grijs kan worden. Ik informeer opnieuw bij de huisbaas waar ik in 1995 ook al aan de deur heb gestaan. Hij verhuurt kamers in een pension in Tuk. Terug in De Karre raak ik in gesprek met een stamgast. Als die van mijn plannen hoort, zegt die: ,,Ik stel je straks even aan iemand voor. Die is op zoek naar een kostganger". En zo zit ik even later met hem bij Harrie aan de koffie. Ja, Harrie heeft een royale slaapkamer voor en een kleintje achter. Ik kan ze samen huren en over de bijdrage in het huishouden worden we het ook wel eens. En weet je wat? Ik mag meteen het comfort van het huis voor de nacht uit proberen. De volgende dag vertrek ik weer op de fiets naar De Bilt. We hebben die avond een sjoelwedstrijd en ik ben maar net op tijd thuis. Later op de avond is er telefoon uit Steenwijk. Het is de Woodstock-vriend die me vertelt dat ik niet welkom ben op hun aanstaande huwelijk een dat ik verder ook maar een beetje uit de buurt moet blijven. Twee maanden later drinken we overigens alweer een biertje samen maar de hechte vriendschap is voorbij.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten