zondag 30 november 2014
Raddraaien: Bobbie Gentry & Glen Campbell
Ik had het gisteravond even helemaal gehad. Ik ben wel begonnen aan een bericht, maar kon maar niet op dreef raken. Zeker als het niet een heel vast onderwerp heeft, wordt het uiteindelijk als een uitgedroogde gevulde koek. Dus ga ik vandaag, op de laatste van de maand, dubbel publiceren. Eerst een aflevering van Raddraaien en straks de laatste 'gewone' Schijf van 5 van dit jaar. Afgelopen nacht heb ik de Blauwe Bak Top 100 samengesteld. Het heeft her en der even pijn gedaan, maar dit is de lijst die het moet zijn. De eerste twee delen verschijnen hier het volgende weekend. Ik mag Raddraaien uit de bak waar ik zojuist nog The Vinyl Countdown mee heb gedaan: De jaren zestig van Raymond Froggatt tot en met Peter Heymann. Deze heb ik alleen niet gezien in de bak en ik betwijfel of ik hem had gedraaid. Meer een plaatje voor 'de heb': 'All I Have To Do Is Dream' van Bobbie Gentry & Glen Campbell (1969)
'Ladies first', zullen ze op de meeste plaatsen hebben gedacht. Het is een duet tussen twee gevestigde artiesten. De ene komt niet op bezoek bij de andere. Bobbie Gentry krijgt in veel gevallen de eer van de eerstgenoemde artiest omdat ze een liedje heeft gecomponeerd voor het album van haar en Glen Campbell. Het label van mijn Deense persing noemt Bobbie als eerste. Ik weet eerlijk gezegd niet waar bovenstaand hoesje vandaan komt, maar het is in ieder geval de enige die Glen als eerste noemt. En dat is in dit geval wel zo eerlijk, temeer omdat dit bericht vooral over Bobbie Gentry zal gaan.
Op een ene of andere rare manier heb ik Bobbie Gentry jarenlang geassocieerd met 'soul'. Nu ik meer in de soul ben gaan verdiepen, lijkt het minder vreemd. Bobbie is een 'southern lady', waarbij country, gospel en rhythm & blues in elkaar zijn verweven. Als ik in 2006 even heel diep in de folk zit en met name 'geraakt' wordt door zogenaamde 'murder ballads' krijg ik ineens een interesse in 'Ode To Billie Joe'. Het liedje mag dan gaan over zelfmoord en het gebeurt niet op dat ene moment, maar toch spits ik mijn oren en scharrel binnen een paar maanden twee exemplaren op van de single. Beide zijn ze trouwens 'verrot', maar dat terzijde. Ik kom Bobbie's naam in 2011 opnieuw tegen als ik 'Action Speaks Louder Than Words' koop, de tien-single-box met opnames uit de archieven van SSS International. Eén van de onmiddellijke favorieten is 'Fancy' van ene Rosalind Madison en dat is geschreven door... Bobbie Gentry! Rosalind is ook een 'southern lady' en bij haar zijn de muziekstromingen ook verweven. De samenstellers bij het Spaanse Vampi Soul-label vinden het 'soul' genoeg voor deze singles-box.
Roberta Lee Streeter wordt op 27 juli 1944 geboren in Chickasaw Country in Mississippi. Haar ouders scheiden als ze een baby is en Roberta Lee groeit op op de boerderij van haar grootouders. Oma ziet een klein muzikaal wonder in Roberta Lee en ruilt een melkkoe tegen de piano van de buren. Roberta schrijft haar eerste liedje als zevenjarige: 'My Dog Sergeant Is A Good Dog'. Ze studeert daarna in Greenwood, Mississippi en maakt de gitaar, bas, banjo en vibrafoon eigen. Als dertienjarige trekt ze naar Californië en gaat samenwonen met haar moeder. Ze slaagt in 1960 van school, maar is dan eigenlijk meteen klaar om de muziekbusiness binnen te stormen. Ze ontleent haar podiumnaam aan de film 'Ruby Gentry' uit 1952, een verhaal over een personage uit een armoedig milieu dat zich opwerkt tot een ster. Dat zal tevens vaak het thema zijn van Gentry's liedjes. Aangemoedigd door Bob Hope treedt ze op in Las Vegas en vestigt zich in Los Angeles om filosofie te studeren. In 1964 zingt ze een tweetal duetten met zanger Jody Reynolds, wie in 1959 een hit heeft gehad met de 'death disc' 'Endless Sleep', en moddert door tot 1967. Dan wordt een demo van haar opgepikt door Capitol en mag Gentry haar eerste professionele opnames maken.
'Mississippi Delta' is de eigenlijke a-kant, maar het is al snel 'Ode To Billie Joe' dat de meeste aandacht trekt. Capitol schijnt de oorspronkelijke versie te hebben ingekort en er zouden dus twee coupletten missen. Deze coupletten zouden antwoord moeten geven op die prangende vragen: Waarom pleegde Billie Joe zelfmoord en wát gooiden de ik-persoon en Billie Joe van de brug? We zullen het nooit weten. Bobbie vindt het zelf allerminst interessant, ze heeft andere bedoelingen met het nummer. Verdeeldheid. Niet alleen de impact van Billie Joe's verscheiden op de gemeenschap, maar vooral de band tussen 'ik' en moeder. Als het bericht van Billie Joe de ronde doet is 'ik' ontroostbaar, maar kan moeder haar verdriet niet begrijpen. Hetzelfde gebeurt als moeder haar echtgenoot verliest, dan treurt de 'ik' nog steeds over het verlies van Billie Joe.
Bobbie Gentry is een van de weinige zangeressen uit het genre die zelf haar liedjes schrijft. Toch levert ze slechts eentje aan als ze een album opneemt met Glen Campbell. Voor de rest zijn het covers van 'evergreens' als 'All I Have To Do Is Dream' alsook moderne nummers als 'Sunday Morning' van Margo Guryan. Haar 'Fancy', zoals bij mij bekend in de versie van Rosalind Madison, vertelt nogmaals het verhaal van Ruby Gentry uit de film die Bobbie haar professionele naam geeft. Een kleurrijk, maar ook diep droef, verhaal van een meisje uit een armoedige omgeving. Ze is zwanger geworden en haar moeder koopt van haar laatste centen een wolk van een baljurk voor haar dochter. Dit is de enige kans voor dochterlief om het te maken in de grote wereld. Het lukt haar ook nog, hoewel de kinderbescherming het kind afpakt en ze haar moeder nooit meer zal zien of spreken. 'Fancy', de dochter, maakt het intussen helemaal in de jetset. Ik lees trouwens net dat Reba McEntire een hit heeft gehad met 'Fancy' in 1991.
In de late jaren zeventig verliest Bobbie haar interesse in optredens en dat luidt een einde in van haar muzikale loopbaan. Ze leeft sindsdien afgezonderd. Minder is het afgelopen met de Tallahatchie Bridge, want dat bouwwerk heeft in juni 1972 vrijwillig de strijd opgegeven.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten