maandag 21 oktober 2024

Het zilveren goud: 1999 deel IX


Van een warm bad naar een koude douche. Zo voelt in oktober 1999 de overstap van Mossley naar De Bilt. Alhoewel? Zoals ik eerder heb geschreven in 'Het zilveren goud' wordt de Emmaus in Mossley ook aldoor groter en ontstaan al de eerste 'eilandjes' binnen de groep. Hoewel iedereen in De Bilt in het begin erg hartelijk is, voel ik al wel meteen dat dit niet de magie van Mossley gaat evenaren. Het afscheid in Mossley valt me zwaar. Ik ben drie dagen bezig om de koffers in te pakken en wil het liefste alles meenemen. Helaas gaat dat niet lukken en zo moet ik geliefde platen achterlaten, maar ook mijn hifi. Het afzichtelijke schilderij gaat wél mee. Bij de mensen is het afscheid nogal luchtig. Bij Sadie ligt dat anders. Zij begrijpt immers niet dat haar 'baasje' straks de deur uitloopt en waarschijnlijk nooit meer terugkeert. Als ik haar in 2001 opzoek, is ze ook eerder verbaasd dan uitgelaten. Ze heeft nog weken voor mijn deur staan blaffen, maar dan opnieuw... ik heb ook maanden van haar gedroomd. Na drie dagen zit alles ingepakt en is de overtocht naar Rotterdam geboekt. Het einde van een tijdperk? Op dat moment ben ik daar nog niet bewust van, maar ja... het zal het einde van een tijdperk inluiden.

Ik geloof dat hij Sean heet. Het is een 'companion' waar ik niet veel mee heb, maar hij is de enige met rijbewijs die een middag kan worden gemist. Hij mag me dus naar de boot in Hull brengen. Met onze nieuwe 'people carrier'. Een Nissan Prairie uit de jaren tachtig, zo'n achterlijke blokkendoos op wielen. De vorige eigenaar ziet er geen heil meer in om een prijskaartje te plakken op een auto die niemand wil hebben en schenkt hem dus aan het goede doel. Voordeel is wel dat we met acht mensen passen in de auto en dus hoeven we niet meer in colonne met de Austin Metro en de Rover 216. Vandaag doet het dienst als verhuiswagen, hoewel het allemaal handzaam genoeg moet zijn om met me mee te zeulen. Ik had eigenlijk gehoopt dat Bob en Carol me zouden afzetten in Hull maar helaas hebben die andere verplichtingen op deze dag. Ik heb totaal geen verhaal met de chauffeur en geniet nog maar even van het uitzicht. Zo vaak zie ik Engeland niet vanaf de snelweg. We stoppen onderweg nog bij een mobiele 'greasy spoon' op een parkeerplaats en de chauffeur bestelt een broodje met een gebakken ei. Ik heb wat leedvermaak als hij een hap neemt en het eigeel over zijn shirt loopt. Van de boottocht weet ik weinig meer te herinneren. Het is meestal de heenweg als ik flink zeeziek ben en vandaag stap ik met gemengde gevoelens aan boord van de ferry. Ik had ergens gehoopt een bestaan in Engeland op te bouwen maar voel dat dit niet is gelukt. Aan de andere kant wachten er weer nieuwe avonturen en dus ben ik tegelijk ook niet heel erg somber.

Vriend Kees wacht me de volgende dag op bij de boot in Rotterdam. Hij zal me later vandaag naar De Bilt brengen. Waar Mossley is gevestigd in één gebouw met een winkel en een woongemeenschap, daar is De Bilt verspreid over een paar plekken. Wij wonen boven de kleingoed- en kledingwinkel. Even verderop zit onze voormalige meubelwinkel en daar woont een echtpaar dat vrijwilligerswerk doet bij ons. De coördinator woont apart van de gemeenschap. Verder hebben we een meubelwinkel een eind verderop zitten en ook daar wonen twee 'companions'. De Bilt heeft tijdelijk bezoek gehad van twee jongemannen uit Zweden en nu deze weg gaan, kan ik de kamer overnemen. Het is een royale kamer voor mij. Met een bed zou het alweer krapper worden, maar ik slaap dan sinds enkele maanden rechtop in een stoel. Niet gezond en niet goed voor mijn rug, maar ik heb het gevoel dat ik beter slaap en ben meer bewust van mijn 'spiritualiteit'. Jawel, ook ik ben eens een 'zweefteef' geweest. Ondanks mijn ervaring als winkelbediende in Mossley begin ik in De Bilt weer in de ophaal. Toch speelt mijn rug al aardig snel op waardoor ik ook parttime in de winkel mag werken. Dat is dan de winkel in het kleingoed en de kleding. We zijn open op woensdag tot en met zaterdag en uitsluitend 's middags. Iedere woensdag hebben we een etalageverkoop met een thema. Belangstellenden staan al een uur vóór openingstijd bij de winkel en krijgen lootjes voor maximaal twee of drie artikelen.

Peter is onze chauffeur op de bus en wordt bijgestaan door een Ierse knaap waarvan ik de naam ben vergeten. Zij wonen samen (als 'companions', niet als levensgezellen) boven de meubelwinkel aan de Looydijk. We hebben een oud Mercedes-busje in bouwvakkersstijl en dus met een bank achter de voorste stoelen. Ik ben al snel de derde man aan boord voor het ophalen en bezorgen van meubilair. Het gaat mis als we een loodzware archiefkast moeten halen die we van de grond moeten optillen. Dat gaat mijn rug niet meer doen na de wasmachines-met-beton op de vuilstort in Heeg en zo mag ik van de auto af. De winkel is dan nog niet in zicht. Nee, ik ga het huishouden in en vind dat helemaal niet erg! Ik schrob de vloer iedere dag met veel plezier want ik ben alleen en kan dus mijn cd's lekker hard draaien tijdens het werk. Geen platen? Nee, we hebben geen draaitafel in de woonkamer staan, maar wel een cd-speler. Ik ga in deze periode trouwens ook even door een fase van cd's kopen. In de laatste maanden in Engeland heb ik al verschillende cd's aangeschaft en in Nederland koop ik eerst twee singles en ga daarna door naar Utrecht voor cd's. 'Odelay' van Beck is één van de grote 'hits' voor mij in deze periode nadat ik het album heb leren kennen in de Popkelder.

Ik ben naar De Bilt toe gegaan met het idee dat er een verkoopweek georganiseerd gaat worden om mijn schuld af te lossen. Tot mijn grote verbazing begint de boekhouder de volgende dag over een uitkering. Dan kom ik in een spagaat terecht. Het blijkt dat de bewoners hebben besloten tot een verkoopweek maar daar wil de boekhouder niets van weten. Het is het voorteken van een loodzware periode waarover ik de komende maanden vast meer over ga schrijven. Het zal uiteindelijk ertoe leiden dat ik het helemaal heb gehad met het idealisme en weer klaar ben om terug te keren in de echte wereld.

De vijf singles van deze maand zijn drie 'restanten'. Sounds Nice heb ik, volgens mij, in 1997 gekocht in Molkwerum maar nog niet genoemd in 'Het zilveren goud'. Freddie & The Dreamers heb ik genoteerd als 'I'm Tellin'  You Now', maar deze zit in een Nederlands EMI-hoesje. 'You Were Made For Me' heb ik vermoedelijk in juni 1999 gekocht. Herbie Mann is de plaat die ik vanmiddag heb genoemd. Die hoort weer in de Blauwe Bak! Dit plaatje heb ik in mei 1999 van de buren in Mossley gekocht maar toen over het hoofd gezien. Sparks en Ray Charles koop ik de eerste zaterdag in De Bilt bij 'Cor de stoelenboer'. Als we een partij afzichtelijke Gispen-kantoorstoelen kunnen bemachtigen, neemt Cor ze in één koop over. Dat hij ze vervolgens voor het drievoudige verkoopt, maakt ons niet uit. Het is cash in het handje voor de Emmaus.

3210 Love At First Sight - Sounds Nice (Duitsland, Odeon, 1969)
3211 You Were Made For Me - Freddie & The Dreamers (UK, Columbia, 1963)
3212 Our Man Flint - Herbie Mann (US, Atlantic, 1966)
3213 Georgia On My Mind - Ray Charles (NL, ABC-Paramount, 1960, re: 1962)
3214 This Town Ain't Big Enough For The Both Of Us - Sparks (Duitsland, Island, 1974)

Ik leer net dat de Ray Charles met de zwarte labels in 1962 zijn uitgebracht. Ik heb overigens ook nog de heruitgave uit 1964 op het Artone-label. Sounds Nice is overigens een instrumentale versie van 'Je T'Aime... Moi Non Plus' en schiet me te binnen als ik de Antic-uitgave van Serge Gainsbourg & Jane Birkin heb genoteerd voor september. Voor november heb ik geen singles staan, maar ga dan alvast zeven behandelen die in december bij de collectie zijn gekomen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten