vrijdag 15 december 2023
Singles round-up: december 3
Als ik woensdag de 'Honderd achteruit' publiceer, reken ik mezelf al een beetje rijk. Morgen een 'Singles round-up' en dan wellicht vrijdag de volgende 'Honderd achteruit'. Dan herinner ik mezelf aan de afspraak dat ik van vrijdag tot en met zondag de Blauwe Bak Top 100 wil doen. Qua ontspanning is deze rubriek zeer welkom want ik heb er relatief weinig werk aan. Het is het uitstallen van twaalf singles op de vloer van de zolder, foto nemen en vervolgens alle labelinformatie overnemen voor in het bericht. Omdat er dan nog maar één bericht is voor het weekend wacht ik bewust even af tot vandaag om te zien of intussen al nieuwe singles zijn gearriveerd. Nee, dat is niet het geval. Ik heb vanmorgen overigens nog wel een bestelling geplaatst bij Juno met twee van één 'artiest' waarvan ik vorige maand al een plaatje heb aangeschaft. Meer daarover in één van de komende weken. Vorige week woensdag heb ik eens geluisterd naar een opname van een vrij recente show van een bevriende Nederlandse radiopresentator. Hij behandelt hier de Tipparade van iets meer dan 53 jaar geleden. Ik hoor hierin een nummer dat dankzij het origineel de laatste paar jaar flink is gegroeid bij mij en opeens heb ik behoefte aan de plaat. Ik heb deze vorige week donderdag op Discogs gekocht en de platen zijn dus al een week binnen. Eentje voor de Gele Bak, drie voor de Blauwe Bak en een twijfelgeval dat waarschijnlijk plaats mag nemen in de Blauwe Bak.
* Ruby Andrews- Just Lovin' You (UK, Goldmine Sevens, 1966, re: 1996)
Het verhaal begint voor mij in juni 2012. De verhuisvergoeding is een aardig eind op en ik ben naarstig op zoek naar een vers exemplaar van 'Summertime' van Billy Stewart nadat de oude in 2009 slachtoffer is geworden van het 'kiwisapincident'. Ik zie een aantrekkelijk geprijsd exemplaar op Marktplaats en zie dat de verkoper in Uffelte woont. Dat is niet zo gek ver vanaf Nijeveen en dus stel ik hem voor of ik de plaat niet kan ophalen in plaats van verzendkosten. Dat is prima! Die donderdagavond fiets ik naar Uffelte en kom thuis met ruim dertig singles. Bart is kort daarna verhuisd maar heeft in de jaren 2015 en 2016 een deel van zijn handel in 'De Tafel' in Meppel waar ik bijna wekelijks singles kom aanschaffen. Sindsdien heb ik een paar maal zaken met hem gedaan op Discogs en nu heeft hij Linda Christine voor een aantrekkelijke prijs. Uiteraard kijk ik ook even onder zijn soul-singles en dat levert de rest van het pakket op. 'Just Lovin' You' van Ruby Andrews staat al een tijdje op mijn verlanglijstje. '1966' komt van het label, het is pas in 1968 voor het eerst verschenen als b-kant. Het is een absolute Northern Soul-klassieker en niet geheel verrassend één van de eerste nummers in de Goldmine Sevens-catalogus. Het is pas sinds een paar maanden dat de plaat me écht kan bekoren en dan heb ik al meteen deze Goldmine op het oog. 'Seven Day Lover' van James Fountain op de keerzijde heeft nooit zoveel gedaan voor mij. Bart heeft ook nog een andere Goldmine waarvoor ik interesse heb maar die ik eerst even heb uitgesteld.
* Linda Christine- Send Me No More Letters (NL, Purple Eye, 1970)
Het zal geen verrassing zijn dat ik een enorme fan ben van The Moody Blues. In 1969 zet The Moody Blues haar Threshold-label op en dat manifesteert zich vooral door de eigen releases van de band en haar leden. Toch biedt Threshold ook onderdak aan onder andere Timon, Asgard en Trapeze. De laatste is wellicht de meest bekende naam maar dan weer niet dankzij haar werk voor Threshold. Trapeze is de eerste band van Glenn Hughes, van 1973 tot en met 1976 de bassist en tweede zanger van Deep Purple. De eerste single van Trapeze heet 'Send Me No More Letters' en verschijnt in 1969 op Threshold. Een prachtig stukje barokke pop waarbij je geen voorstelling kan maken dat deze band later brute hardrock gaat produceren. Het origineel moest ik nu ook maar eens gaan zoeken, maar dan ontdek ik dat Linda Christine's 'Send Me No More Letters' feitelijk een cover is van Trapeze. Als het meiske ook nog eens uit Emmen blijkt te komen, moet ik de plaat wel in de verzameling hebben. Het is een 'carbon copy cover' maar wel erg charmant gedaan. Trapeze is bij vlagen iets meer 'over the top'.
* Major Lance- The Matador (UK, Columbia, 1964)
Tja, de Major kan gewoon niet verkeerd doen bij mij en van zo'n Engelse persing krijg ik het meteen extra warm. 'The Matador' is hier de officiële a-kant en dat geeft ons een samenwerking van Lance, Billy Butler en Carl Davis. Méér Chicago soul dan dat wordt het niet. De b-kant is dan weer van Curtis Mayfield, maar ook 'The Matador' klinkt alsof het van de hand van The Impressions zou kunnen zijn. Een echte dijenkletser van de Major. 'Gonna Get Married' is iets meer popcorn en eigenlijk mijn favoriet van de twee. Maar dan opnieuw... Major Lance kan niet stuk bij mij.
* Van Morrison- Crazy Face (Barbados, Warner Bros., 1971, re: 1977)
Discogs heeft de single ingedeeld bij de blues, funk en soul en dus kom ik deze plaat tegen bij de soul-singles van Bart. Twee nummers van Van Morrison's album 'His Band & The Street Choir' uit 1971 die oorspronkelijk nimmer zijn uitgebracht op een single. In 1977 ontstaat er een zekere vraag op Barbados waardoor deze single een feit is. 'Crazy Face' is klassieke Van Morrison uit de vroege jaren zeventig en inclusief zijn oorverdovende saxofoon-solo. Het past op een gekke manier perfect binnen het idioom van de 'spouge', de Barbadiaanse popmuziek van omstreeks 1977. Ik gun het een plekje tussen de soul-singles van Barbados, Jamaica en Suriname. 'If I Ever Needed Someone' op de keerzijde is méér klassieke Van, maar misschien is mijn oordeel een beetje gekleurd door het feit dat ik de Van Morrison-elpees uit de vroege jaren zeventig het ultieme lounge-materiaal vind.
* Nell & Tim- The Vow (UK, Orbitone, 1975)
Op Discogs wordt gesproken van 1978 terwijl 45cat 1975 aanhoudt. De laatste kan echter geen bronvermelding geven, maar ik vind 1975 zeer aanvaardbaar. Nell is in werkelijkheid Ornell Hinds, een Jamaicaanse zangeres welke lid is van The Marvels en enkele klassieke reggae-singles op haar naam heeft staan. Ik heb mezelf eerder vandaag omver laten blazen door 'I Who Have Nothing' van Nellie op het Gas-label. Tim Chandell maakt meerdere platen op het Orbitone-label en in 1978 heeft dat een heel ander catalogusnummer waardoor 1975 opeens erg plausibel wordt. 'The Vow' is echter pure soul met prachtige Caribische blazers in de brug. Hartverwarmend. Op de flip doet Tim Chandell solistisch een uitvoering van Ivory Joe Hunter's 'Since I Met You Baby' maar nee... ik mis de geringe bijdrage van Nell. Dit heb ik echt vaker gehoord!
Overigens verwacht ik binnenkort ook een flinke partij singles van Mark. Het is niet onwaarschijnlijk dat deze echter blijven liggen tot januari.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten