zaterdag 18 mei 2013

Raddraaien: Japan



Een klein foutje... Vanavond moest een plaat uit de jaren tachtig (of later) aan bod komen en ik heb me blijkbaar al die jaren vergist: Japan had een hit in 1979 en niet 1980. Ik ben vanwege zo'n foutje eerder nog wel eens afgeweken, maar in dit geval... Japan is net zo jaren tachtig als een Rubik-kubus of hoe heette dat zenuwslopende speelgoed? En tijdens het bladeren kwam ik een aantal singles tegen waarbij ik dacht: Ik hoop dat dit hem niet wordt. Ach, het is maar een detail en je kan qua informatievoorziening mindere groepen of artiesten treffen. Vandaag heet onze Raddraaier 'Adolescent Sex', de enige Nederlandse hitsingle voor Japan.

David Allen Batt wordt op 23 februari 1958 geboren, zijn broer Stephen Batt op 1 december 1959. Samen staan ze aan de wieg van Japan, maar wisselen daarvoor hun achternaam wel in. David gaat zich vanaf nu David Sylvian noemen, terwijl zijn drummende broer Steve Jansen gaat heten. Samen met hun schoolkameraden Richard Barbieri en Mick Karn lopen ze in 1974 wat te pielen op hun instrumenten, het meeste om de grijze grauwheid van Catford in Zuid-Londen te ontvluchten. De groep heeft aanvankelijk nog geen naam en speelt de rauwe twee akkoorden-liedjes van Sylvian, maar als er een optreden in het verschiet komt, bedenkt Sylvian de naam Japan 'totdat er een betere naam komt'. Dat laatste zal nooit gebeuren. De groep speelt zichzelf in de kijker bij Hansa-Ariola. Hoewel de glamrock-rage in Engeland al is overgevlogen, ziet men een dergelijke act in Duitsland nog wel zitten en om die reden wordt Japan gecontracteerd. De groep komt onder het management van Simon Napier-Bell, die in het verleden met The Yardbirds had gewerkt en in de toekomst nog lauweren gaat oogsten met Duran Duran. Napier-Bell kan de groep aanvankelijk maar moeilijk kwijt in Engeland, dat anno 1978 helemaal in de ban is van de punk. In Europa doet de groep aanvankelijk goede zaken. 'Adolescent Sex', de titelnummer van de eerste elpee, verschijnt in 1978 op single in Spanje, maar enkele maanden later is reeds een nieuwe versie gemaakt van het liedje. Deze schopt het in Nederland in week 10 van 1979 tot een 27e plek in de Top 40. We zien Japan niet weer terug in de hitparade, maar in Engeland begint het dan pas.

De groep wordt dikwijls geassocieerd met de New Romantic-beweging, waar ze zelf openlijk afstand van hebben genomen. Toch is 1980 hét jaar van de New Romantic en Japan hinkt mee op dat succes. In 1979 heeft de groep een single opgenomen met Giorgio Moroder, het meesterbrein achter de Eurodisco en de man die Donna Summer naar de top heeft geholpen. Met hem neemt Japan de single 'Life In Tokyo' op, voor de groep vooral een vlucht uit het verstikkende glamrock-imago. Vanaf dat plaatje wordt Japan steeds meer electronisch en dit past erg goed in het plaatje van de New Romantic. Met het electronische album 'Quiet Life' neemt Japan in 1979 afscheid van Hansa-Ariola, dat de groep nog tijden blijft bestoken met opnieuw uitgegeven singles en een compilatie-album. In 1980 wordt de groep door Virgin binnen gehaald. Voor deze maatschappij maakt Japan haar laatste twee studio-albums: 'Gentlemen Take Polaroids' en 'Tin Drum'. Dan wordt de groep geconfronteerd met de hippe New Romantic en het feit dat de leden make-up dragen. Dit is echter iets dat Japan al vanaf het vroegste begin doet en ze zijn daardoor een hele tijd niet bepaald hip geweest. Ze hekelen dan ook de New Romantic, maar liften er wel op mee.

Er zijn maar weinig groepen te bedenken die met een 'live'-album hun grootste succes hebben behaald. Qua artiesten schiet Peter Frampton me ten eerste te binnen, maar voor anderen is het meestal een extraatje. 'Oil On Canvas' bereikt de Engelse Top 5. Intussen heeft de groep ook samengewerkt met Ryuichi Sakamoto van Yellow Magic Orchestra. Sylvian en Sakamoto zullen uiteindelijk samen een paar successen hebben, waarvan 'Forbidden Colours' de meest bekende is. Van Japan zélf is 'Nightporter' nog zo'n nummer dat niet onvermeld mag blijven. Oorspronkelijk op de elpee 'Gentlemen Take Polaroids', maar sinds jaar en dag ook in de Top 2000 te beluisteren. Opvallend voor een groep met een ruimtelijk geluid dat het beste op de langspeelplaat tot zijn recht komt, heeft Japan een flinke rij Engelse single-hits. De groep is al lang uit elkaar als in 1983 de score op negen komt. Een opvallende titel daartussen is 'I Second That Emotion', hun uitvoering van het Tamla Motown-succes. In Engeland is het in 1982 goed voor de top tien.

Japan gaat in december 1982 uit elkaar, net als de zaken internationaal goed op gang komen. In Engeland gaan de hits onverminderd door tot eind 1983. De groep heeft in 1991 een reünie gehad die niet Japan mocht heten. Onder de naam Rain Tree Crow verschijnt een album met nieuw werk en dit smaakt wel naar meer. Toch krijgt Sylvian het aan de stok met de andere leden en haalt de groep 1992 niet. Toetsenist Richard Barbieri duikt in de midden jaren negentig op in de progressieve rockband Porcupine Tree. David Sylvian is altijd al een duizendpoot geweest en weet zich tot op de dag van vandaag prima te vermaken, gevolgd door een schare hondstrouwe fans. Sinds het overlijden van Karn in 2011 is iedere kans op een Japan-reünie nu wel verkeken...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten