dinsdag 2 juni 2015

Week Spot: Eddie Floyd



De 'Week Spot' begint zijn leven als 'Tune-of-the-week' en is in de eerste maanden van zijn bestaan alleen een 'feature' op een Facebook-pagina ter ere van mijn dj-activiteiten. Pas als ik in mei 2012 begin met het vervaardigen van podcasts, doet de 'Tune-of-the-week' zijn intrede op Soul-xotica. Hoewel we allemaal de twintigste december van 2012 hebben overleefd, is 2012 in zekere zin een omslag voor mij. De verhuizing maakt dat ik iets totaal anders wil en dat valt mooi samen met mijn recent opgedane interesse in Northern Soul. Zoals het vaker gaat bij mijn muzikale interesse verschuift het ook binnen de Northern Soul-hobby. Eerst alleen maar oog voor 'hard en snel' en later meer subtiliteit en melodie. Bovendien is niet iedere Week Spot strikt Northern Soul, er zitten ook funky singles tussen. Gisteren kwam het andermaal ter sprake in de chatroom: De Northern-beweging is halsstarrig in het accepteren van 'nieuwe' geluiden en een gedeelte van de 'scene' lijkt het gevoel voor plezier te zijn verloren. Toch presenteer ik jullie deze week een Northern Soul-plaat als Week Spot, ook al wil geen enkele 'serieuze' Northern-dj hieraan toegeven: 'People Get It Together' van Eddie Floyd (1969).

Tijden veranderen? Niet in het geval van de zakelijke kant van de muziek. Of je nu in de jaren zestig voor Polydor, Motown, Telstar of een regionaal label werkt... er moet geld worden verdiend! Leuk dat een flop dertig jaar later een fortuin opbrengt onder verzamelaars, maar op dat moment is een flop een strop. De hoeveelheid vernietigde exemplaren van 'Do I Love You' van Frank Wilson is een strop voor Motown, maar als de boel niet hoogstpersoonlijk door Wilson zélf was 'geknakt', had de plaat nooit 25.000 euro opgebracht. De Northern Soul-beweging richt in eerste instantie de blik op platen en labels dat geen grammetje succes heeft gekend. Hoewel Motown een bron van inspiratie is voor menig zwarte platenmaatschappij, is het hit-repertoire van Motown 'not done'. Hetzelfde geldt feitelijk voor iedere plaat welke bij een 'major' is uitgebracht. Stax staat eveneens te boek als een 'grote commerciële maatschappij', maar net als bij Motown zijn het hier slechts enkele titels die de top behalen en is er nog genoeg 'onontdekt' werk. De Week Spot is daar een mooi voorbeeld van, het staat weggestopt op een b-kantje en is daardoor bij de massa niet bekend. Toch heeft het nummer een even grote 'fun'-factor als Eddie Floyd's grootste hit: 'Knock On Wood'.

Eddie Lee Floyd mag de 25e van deze maand 78 kaarsjes uitblazen op de taart. Hij wordt geboren in Montgomery in Alabama, maar groeit op in Detroit. Hij is in 1957 mede-oprichter van The Falcons. Mack Rice, Joe Stubbs, Lance Finnie en Robert Ward zijn overige leden van het eerste uur, waarbij Stubbs het vaakst de leadzang voor zijn rekening neemt. Je zou kunnen spreken van een 'supergroep', want Mack Rice zal ruim een decennium later 'Respect Yourself' schrijven en Ward verdient later zijn sporen in de blues. The Falcons zélf is een inspiratiebron voor The Four Tops en The Temptations. Stubbs zal de groep in 1960 verlaten en wordt vervangen door Wilson Pickett. Als de laatste de voorkeur geeft aan een solo-carrière betekent dit het einde van The Falcons.

Eddie Floyd moet zijn bakens verzetten en komt als liedjesschrijver terecht bij Stax in Memphis. In 1965 maakt hij een naam door 'Comfort Me' te schrijven dat een hit wordt voor Carla Thomas. Vervolgens gaat Floyd samenwerken met gitarist Steve Cropper en het duo is eerst verantwoordelijk voor de hits van Wilson Pickett. Pickett staat onder contract bij Atlantic, maar dat label doet ook de distributie van Stax en Jerry Wexler brengt Pickett samen met Booker T. & The MG's, het huisorkest van Stax. In 1966 krijgt Wexler een demo te horen van een nieuw liedje. Het is ingezongen door Eddie Floyd, maar bedoeld om opgenomen te worden door Otis Redding. Wexler is dermate enthousiast over hetgeen dat hij hoort dat hij Stax-president Jim Stewart aanspoort om het onder Stax uit te brengen. Het is Floyd's eerste solo-hit. 'Knock On Wood' bereikt een 28e plek in de Hot Hundred, nummer 1 op de R&B en negentien in Engeland. Otis zal een jaar later 'Knock On Wood' opnemen met Carla Thomas en het nummer zal door een lange stoet artiesten worden gecoverd. 'Raise Your Hand' doet het eveneens goed in de verschillende hitlijsten. 'Things Get Better' is feitelijk de single vóór 'Knock On Wood', maar bereikt in 1967 alsnog de 31e plek in Engeland. In Nederland staat het genoteerd in de Tipparade.

Floyd wacht op Heathrow voor het vliegtuig dat hem naar de uitvaart van Otis Redding moet brengen als hij een liedje schrijft: 'Big Bird'. De single piekt in Amerika op nummer 132. In Nederland is het de tweede en laatste single van Eddie Floyd in de Tipparade. Dit groeit echter wel uit tot een cult-klassieker en The Jam zal het jaren later nog eens dunnetjes overdoen. Eind 1969 verschijnt dan 'Why Is The Wine Sweeter' met de Week Spot als b-kant: 'People Get It Together'. In de Billboard bereikt het nummer 98, in de R&B nummer 30. In Nederland en Engeland doet het totaal niets. 'People Get It Together' is net zo'n rauwdouwer als 'Big Bird', eveneens in de Blauwe Bak, met toch een stevige ritme-sectie zoals we dat gewend zijn van Stax. Het is het aanstekelijke koperwerk dat de plaat zo aantrekkelijk maakt voor mij.

Er is in de jaren zestig geen artiest op Stax die niet iets op het repertoire heeft van Floyd. Deze blijft tot en met 1975 verbonden aan Stax en maakt daarna platen voor Malaco, Mercury, Ichiban, Turnstyle, Plane en Rock House en sinds een paar jaar op het, nieuw leven ingeblazen, Stax-label. 'Down By The Sea' uit 2013 is de meest recente plaat van Floyd. Zijn zoon Anthony Floyd is eveneens een zanger en is geregeld samen met zijn vader te horen. Eddie Floyd toert bovendien geregeld als 'special guest' met Bill Wyman's Rhythm Kings. De laatste samenwerking tussen Pickett en Floyd tot nu toe is hun bijdrage, een duet, in de grandioos geflopte film 'Blues Brothers 2000'. De film brengt nog niet eens de helft van het budget op.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten