maandag 10 juni 2024

Singles round-up: juni 2


Inmiddels lig ik een flink aantal berichten achterop schema en ook het weekend is rustig geweest. Ik denk dat ik het beste eerst kan doorgaan met de beloofde twee afleveringen van de 'Singles round-up' om weer iets op de rit te komen. De koffie is in de aanslag en ik ga de apparatuur aanzetten. Vanavond geen pauze houden op Youtube tussen twee berichten in want anders blijft het er weer bij. De 'used-but-not-abused' van Mark is nog altijd onderweg naar het schijnt en qua nieuwe releases komen ze binnendruppelen en hoop ik volgende week alvast een aflevering te doen met deze nieuwe singles. In deze tweede aflevering van juni heb ik maar liefst negen singles voor jullie in de aanbieding. Ik hou de inleiding maar ietsje korter in dat geval.

* Celest Hardie- You Touched The Inner Part Of Me (US, Loadstone, 1978)
Deze plaat heb ik meteen gereserveerd zonder ook maar één noot te beluisteren. Daar zijn twee redenen voor. Ten eerste heeft Celest Hardie in 1972 'You're Gone' gemaakt wat tegenwoordig een duur betaald collector's item is. Ten tweede trekt het Loadstone-label mijn aandacht. Ik heb een paar jaar geleden 'A Frown On My Face' van Jacqueline Jones gekocht welke in 1974 op het Loadstone-label is uitgebracht. Bij mijn weten zijn er verzamelaars die specifiek naar dit label speuren maar dat blijkt niet helemaal waar te zijn. Het is niet allemaal goud wat er blinkt op Loadstone. Toch heb ik op zichzelf goed gegokt bij Celest Hardie. Het is midtempo soul waarop naar hartenlust gedanst kan worden zonder dat het echt disco wordt. Wel een erg fraai arrangement en productie. Op de keerzijde staat de instrumentale versie en traditiegetrouw slaan we die weer over.

* Tommy Hunt- Stop The Bus (UK, RK, 1978)
Tommy Hunt is één van de Amerikaanse artiesten die op een gegeven ogenblik verneemt dat er in Engeland een heuse soul-scene is en besluit de oceaan over te steken. Met 'Crackin' Up' en 'Loving On The Losing Side' heeft hij in 1975 en 1976 grote Engelse hits. Als 'Stop The Bus' uitkomt heeft Blues & Soul-magazine de singles-recensies uit handen gegeven aan populaire sterren van dat moment. Sylvester van 'You Make Me Feel' heeft geen goed woord over voor 'Stop The Bus'. Hij noemt het middle of the road-disco maar gaat voorbij aan de bijna Jamaicaans aandoende blazers. Het is een echte feelgood-plaat. 'Susanna Baby' op de keerzijde is een pure ballade en ik heb Tommy beslist meer geïnspireerd gehoord in dergelijk materiaal. 'Stop The Bus' is een fijn plaatje! Daar kan Sylvester niets aan veranderen.

* The Internationals- Beautiful Philosophy (UK, Soul Junction, 1970, re: 2018)
Evenals Vivian Copeland uit de vorige aflevering heeft ook deze Soul Junction-uitgave een connectie met de Poindexter Brothers. Beide kanten is prettige crossover hoewel de b-kant in populariteit wint bij mij. 'Too Sweet To Be Lonely' is iets eenvoudiger qua ritme dan het drukke 'Philosophy' en dat komt de soul alleen maar ten goede.

* Walter Jackson- Anyway That You Want Me (US, Cotillion, 1969)
Oorspronkelijk heb ik deze gereserveerd voor 'Life Has It's Ups And Downs' maar deze kant wordt ontsierd door een paar stevige tikken in het intro. De officiële a-kant van het nummer is in een iets betere staat. Het is het nummer van Chip Taylor dat in 1966 een grote hit is geweest voor The Troggs. Ik weet niet of ik de plaat voor deze kant had gereserveerd maar naarmate ik hem beluister, vind ik het steeds beter worden. 'Life Has It's Ups And Downs' is een pure ballade over de alledaagse (geld-)zorgen maar daar is de lol na drie 'jumps' wel vanaf.

* L.J. Johnson- Dancing On The Edge Of A Dream (UK, Mercury, 1976)
Je kan in Engeland je reputatie ermee te grabbel gooien, maar ik heb niet een dergelijke status en dus hoef ik het niet onder stoelen of banken te steken. Ik heb een groot respect voor Ian Levine. De Northern Soul-dj die in 1975 besluit dat hij zelf ook Northern Soul-platen kan produceren. Het leidt tot zijn ontslag in The Casino in Wigan maar Levine heeft daar nimmer spijt van gekregen. Hij heeft een paar gigantische Engelse hits in de midden jaren zeventig en ontwikkelt in 1982 de Hi-NRG, de voorloper van de latere housemuziek. Hij is nog altijd actief met het produceren van neo-soul. Dit plaatje van L.J. Johnson is eveneens een compositie en productie van zijn hand en dat is geen verrassing. Het past naadloos tussen de platen van Evelyn Thomas, The Exciters en Doris Jones uit dezelfde periode. Het is de poppy Northern Soul-disco waar menig 'serieuze' dj de neus voor ophaalt maar ik zie de kunst er wel van.

* Albert Jones- Vida Blue (US, Tri-City, 1971)
Vida Rochelle Blue Jr. is zijn volledige naam. De linkshandige 'pitcher' is een professionele honkbalspeler en speelt van 1969 tot en met 1982 in de Major League. Hij is vorig jaar op 6 mei op 73-jarige leeftijd overleden aan de gevolgen van kanker. Albert Jones brengt in 1971 dit eerbetoon aan de sporter met een funky deuntje. Op de keerzijde staat nog zo'n eerbetoon aan Vida Blue maar ditmaal in een blues-achtige setting door een zekere Tom Newton. Die heeft overigens ook de tekst geschreven van Jones. De b-kant is nogal gehavend maar het lijkt erop alsof beide nummers identiek zijn maar in verschillende stijlen.

* Little Buster- Lookin For A Home (Jamaica, Jubilee, 1964)
Weer een vraagstuk opgelost! Ik kwam afgelopen week in het pakket van Mark een Jamaicaans hoesje tegen en kon deze niets plaatsen. Nu blijkt deze van Little Buster een Jamaicaanse persing te zijn. Beide kanten zijn lekker rauw in rhythm & blues-vorm waarvan 'River's Invitation' het meest upbeat is. Toch heb ik persoonlijk iets meer met 'Lookin For A Home'.

* Donna Mitchell- Love You More (US, Gamma, 1984)
'Oddball' is één van de woorden waarbij ik meteen in actie kom. Deze van Donna Mitchell krijgt ook een dergelijke beschrijving en ik trek drie tot vier keer uit om het nummer te beluisteren. Dan besluit ik te investeren in de plaat want het ding is zó obscuur en gewild dat die niet bepaald voor dubbeltjes en kwartjes gaat. Wat hebben we hier? Welnu, een zangeres die tracht een hele professionele en eigentijds opname te maken, maar waarbij het schort aan de studiokwaliteit. Donna zit met haar stem in het hogere segment, de drums zijn net ietsje te hard en de synthesizer klinkt alsof die voor een andere plaat is opgenomen. Het klinkt al met al een beetje gammel maar wel met de beste intenties. Op de andere zijde doet ze een duet met William Kennedy Jr.: 'Could There Be A Future'. Dat klinkt al minder 'oddball' hoewel het bij een grote platenmaatschappij nooit door de ballotage was gekomen. Een 'lo-fi doublesider' in mijn boek. Ook fijn om te horen dat Donna ook in een lagere octaaf kan zingen.

* The Royal Collection- I Want To Make It With You (US, Cotillion, 1969)
Zeven jongemannen waarvan eentje met een donkere huidskleur. Ze werken in de jaren zestig als The Pop Tops en hebben uiteraard niets van doen met 'Mamy Blue'. Ik weet niet goed waarom ik deze plaat heb gereserveerd want hij is flink aan de prijs. Het heeft op zichzelf best een fijn Northern-geluid met de xylofoon maar verder is het niet echt een hoogvlieger. Het is echter wel in een prachtige staat als demo met de 'birth sleeve' en het gaat groeien bij mij maar het is geen 'instant hit' voor mij. 'I Can Live' op de keerzijde is iets meer een ballade maar dit overtuigt me niet echt hoewel dit wel zou passen in de Carib-soul.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten