zondag 29 oktober 2023

Het zilveren geheugen: oktober 1998 deel III


Na weken lang te hebben nagedacht, heb ik eindelijk een slot gevonden voor 'Het zilveren geheugen' van oktober 1998. Dat is niet helemaal waar maar ik moest de link even maken. Ik heb pas twintig minuten geleden de radioshow afgesloten en dus ben ik nog ietwat in deze stemming. Vanavond is het 'slechts' drie uren en een kwartier geworden, gisteravond heb ik maar liefst vier en een half uur vol gemaakt met alle resterende singles uit 'The 2023 Collection' inclusief eentje die gistermiddag nog is binnengekomen. Deze gaat waarschijnlijk mee voor volgende maand of ik moet morgen nog tegen singles aan lopen. In 'Het zilveren goud' herinner ik me opeens Paul en heb besloten 'Het zilveren geheugen' vanavond aan hem op te dragen. Ik ben zijn achternaam kwijt maar ik denk dat hij anders ook het liefst onvindbaar wil blijven en vast niet zal rondhangen op sociale media. Ik heb dus geen flauw idee of hij nog onder ons is. Er zijn momenten in 1998 en 1999 dat ik een hele sterke verwantschap voel bij Paul maar hij is veranderlijk als het weer en ik volg hem niet in al zijn grillen. Hij is al met al een jaar in Mossley geweest en vertrekt, niet geheel vrijwillig, een paar weken voor mij. Ik laat jullie in dit bericht kennis maken met 'companion' Paul.

De Emmaus is een charitatieve stichting. Het heeft als doel om geld in te zamelen voor diverse doelen die verband houden met dak- en thuislozen. Ex-daklozen kunnen eveneens terecht bij de Emmaus en zo vind ik in april 1998 onderdak in Mossley als mijn toekomst in York erg onzeker wordt. Alcoholisme is het meest voorkomende probleem bij de 'companions', ook omdat drugs in Engeland uit den boze is. Je belandt zelfs achter de tralies als ze een korreltje wiet in je broekzak vinden. Ook 'jailbirds' kunnen rekenen op een nieuwe start in de Emmaus. De meesten hebben dan een akkefietje met drugs gehad en van 'geezer' John weet ik dat hij vroeger eens iemand heeft omgelegd en daarvoor passende straf heeft gekregen. Paul is eveneens op vrije voeten gesteld alleen heeft hij zijn streken nog niet verleerd. En we zullen een aantal keren dankbaar gebruik maken van zijn vakmanschap.

Zomaar een doordeweekse dag ergens in een Engels dorpje. De deurbel gaat en de vrouw des huizes doet de deur open en ziet deze keurige jongeman. Een beetje gezet maar keurig in het pak en met een vlotte babbel. Hij stelt zich voor als iemand die is gestuurd namens de boedelverzekering en hij komt de sloten controleren. De vrouw vertrouwt hem volledig en Paul werpt een blik op de sloten. Hij heeft een fotografisch geheugen en weet precies welk type sleutel hij nodig gaat hebben. Omdat hij nog wat papierwerk in orde moet maken, brengt de vrouw hem naar de woonkamer. Terwijl zij in de keuken bezig is om een kopje thee te maken, geeft Paul zijn ogen de kost en noteert alvast een aantal dure zaken. Na de thee en nog wat gebabbel vertrekt hij. Zijn maat gaat de daaropvolgende weken posten in de buurt om erachter te komen of er een moment in de week is dat er niemand thuis is. Als ze dat moment hebben gevonden, rijden ze het busje voor en gaan met de juiste sleutel het huis binnen. Als de gedupeerden later aangifte willen doen van inbraak blijkt dat er geen sporen zijn van inbraak en ze dus geen poot hebben om op te staan. Pas na een aantal zaken wordt de overeenkomst gevonden tussen de inbraken en de bezoeken van de keurige man van de verzekeringsmaatschappij waar ze nog nooit van hebben gehoord bij de betreffende firma. Paul en zijn kompaan worden op heterdaad betrapt en moeten beide brommen.

Als in 1999 alle nieuwe kamers klaar zijn, krijgen we een telefoon voor de 'companions'. Het is vooral vanwege de buitenlanders, mezelf meegerekend, dat de telefoonrekening regelmatig schrikbarend hoog is. We krijgen dus een munttelefoon. Paul hoort ons klagen en is een paar nachten later druk in de weer. Hij neemt me apart. 'Volgende keer als je gaat bellen moet je wel contant geld klaar hebben. Ik heb de telefoon zó gemaakt dat hij zowel met als zonder geld werkt. Als je staat te bellen en er komt iemand langs van de leiding, dan gooi je gewoon 10 pence in het apparaat. Als er niemand langskomt, heb je mazzel'. Het duurt maanden eer de leiding ontdekt dat de telefoon is gesaboteerd. Niemand van ons noemt een naam, maar natuurlijk is er maar eentje zó technisch dat hij dit voor elkaar kan krijgen. En dat is Paul...

Paul is eveneens een computernerd en is de eerste binnen de Emmaus die kan omgaan met dat nieuwe internet. Hij helpt me bij het zoeken naar een adres van de Poolse Emmaus (waarover later meer) en verstuurt mijn email. Let wel... we hebben het over 1999! Paul heeft een erg vlotte babbel en vooral bij de dames. Ik zit regelmatig met hem op de bestelbus en niet zelden krijgen we een fooi van de dame waar we iets hebben opgehaald of bezorgd. Dat komt dan helemaal op het conto van Paul. Zijn compagnon komt de laatste maanden in 1999 steeds vaker in beeld en op kantoor houden ze hun hart vast. Paul zal toch weer niet op het inbrekersspoor gaan? Dat durf ik niet te bevestigen of te ontkennen. Het is een hele kwade dronk die hem in de Emmaus de das heeft omgedaan. Zelfs ik probeer hem nog gerust te stellen maar dat blijkt olie op het vuur. Hij wordt dan ook door de politie afgehaald.

Hij zal echter nog jaren bij me blijven. Ik leen op het laatst een paar cd's van hem en ben vergeten ze terug te geven. Ik verheerlijk op zichzelf geen mensen die zich schuldig maken aan criminele activiteiten maar zijn werkwijze dwingt op een rare manier respect af.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten