woensdag 14 mei 2014

Raddraaien: Daniel Boone



Raddraaien is niet alleen een verrassende bezigheid, niet wetende waar het bericht van die avond over zal gaan, maar het brengt eveneens artiesten en groepen onder de aandacht die ik anders zou zijn vergeten. Neem nou Shepstone & Dibbens. Ik dacht tot zondag dat The Rokes 'gewoon' een Italiaanse popgroep was en dat het een hit had met een cover van The Grassroots. Vanmiddag kwam ik opeens die tweede single van het duo tegen, maar ik heb de portemonnee in de zak gehouden. Hij ligt bij een kringloopwinkel in Meppel en zal daar over drie maanden nog steeds liggen, dus ik vermoed dat die hoe dan ook nog wel in mijn koffers gaat komen. Zonder het Raddraaien was dit uitgesloten geweest, maar inmiddels ben ik nieuwsgierig geworden. Dan de Raddraaier van vandaag. Natuurlijk heeft iedere programmamaker zijn of haar favorieten, maar vaak zijn deze wel te verklaren. Dat onze stoere radiobaas, een punker in hart en nieren, geregeld 'Beautiful Sunday' van Daniel Boone draait, vind ik op zijn minst merkwaardig. Hem, Daniel Boone, hebben we vandaag te gast met een single die alleen in Europa is uitgebracht. Mijn exemplaar is de Franse van de bovenstaande fotohoes: 'Love Spell' (1974).

Zijn naamgenoot wordt in het verhaal over Daniel Boone nauwelijks genoemd, maar toch neemt deze Peter Green in de vroege jaren zestig een pseudoniem aan. Omdat Peter Green pas in 1967 bij John Mayall's Blues Breakers furore maakt, lijkt het me onwaarschijnlijk dat 'onze' Peter Green dáárom een andere naam heeft aangenomen. Peter Charles Green komt op 31 juli 1942 ter wereld in Birmingham. Als zestienjarige formeert hij de band The Beachcombers waarmee vooral de omgeving wordt platgespeeld. In 1962 bestaat deze band uit zanger-gitarist Green, Peter 'Mac'McGinty op bas, zijn broer Donald McGinty op drums en tweede zanger Bobby Coral. De groep klinkt in dat genoemde jaar zeer professioneel, tot aan de achtergrondzang aan toe. In dat jaar ontmoet de groep Tommy Bruce in een club. Bruce heeft in 1960 een dikke Engelse hit gescoord met 'Ain't Misbehavin' en enkele van zijn latere plaatjes zijn uitgebracht als Tommy Bruce & The Bruisers. Toch bestaat tot 1962 praktisch geen vaste groep met die naam, Bruce maakt gebruik van studiomuzikanten, maar als hij The Beachcombers heeft gehoord en gezien, weet hij het zeker: Hier zijn The Bruisers.

Door het werk met Tommy Bruce komt Green en zijn gevolg terecht bij EMI en bij de manager van Bruce: Barry Mason. In 1963 heeft Green zoveel vertrouwen gewonnen bij de platenmaatschappij dat hij een single mag opnemen: 'My Heart Commands Me', welke hij uitbrengt onder de naam Lee Sterling. Kort daarna schrijft hij samen met manager Mason 'Blue Girl' voor The Bruisers. Het is notabene de eerste maal dat Mason een liedje schrijft en eveneens de eerste maal dat het hem op de hitparade brengt. Mason zal vanaf de jaren zestig een pact sluiten met Les Reed en het duo voorziet Tom Jones en anderen van talrijke hits. In 1964 verschijnt de eerste single van Peter Lee Sterling, de nieuwe naam van Peter Green. Als Peter Lee Sterling wordt hij eveneens een populaire songschrijver. 'I Think Of You' en 'Don't Turn Around' zijn van zijn hand en doen goede zaken voor The Merseybeats. In 1965 schrijft Sterling de Britse inzending van het Eurovisie Songfestival. In de uitvoering van Kathy Kirby eindigt 'I Belong' als tweede achter France Gall. The Bruisers valt na een reeks flops in 1967 uiteen en Sterling wordt mede-eigenaar van een platenstudio in Londen die zich als doel heeft gesteld om de grote hits uit die tijd te 'coveren'. Hij sluit zich aan bij de studiogroep Hungry Wolf en maakt een elpee met hen. Als deze groep overgaat in Rumpelstiltskin werkt Peter Lee Sterling eveneens met hen op de volgende twee albums, die allemaal erg gezocht zijn onder verzamelaars van psychedelica en Britse progressieve rock.

In 1971 begint Peter Green een langdurige samenwerking met Larry Page, voormalig manager van The Troggs. Page's eerste platenmaatschappij, Page One, is dan net opgeheven en hij is reeds aan de slag met een tweede: Penny Farthing. Green wordt aangenomen als songschrijver, maar verandert wel zijn naam in Daniel Boone. De naam 'leent' hij van de Amerikaanse volksheld. Natuurlijk begrijpt Page dat je iemand als Daniel Boone gerust een plaatje kan laten maken en in 1971 heeft hij een bescheiden Engels succes met 'Daddy, Won't You Walk So Fast'. Vertaal dit letterlijk naar het Nederlands en... je krijgt 'Pappie Loop Toch Niet Zo Snel'. De deun wordt in Nederland een grote hit voor Herman Van Keeken, daarbij vergeleken is de nummer 17 in Engeland een 'flop'. Toch is dit nummer niet een compositie van Boone, maar van de vooraanstaande schrijvers Geoff Stephens en Peter Callander. De opvolger, 'Mama', is de eerste compositie van Boone met zijn nieuwe compaan Rod McQueen, maar deze raakt kant noch wal. Op een zekere ochtend komt het duo zeer opgetogen het kantoor binnen van Terry Noon. ,,Wij hebben gisteren een hit geschreven", roept het duo enthousiast, maar Noon heeft in eerste instantie nog weinig aandacht voor hun nieuws. Hij heeft de verhalen immers vaker gehoord. McQueen en Boone bedanken voor de thee en herhalen hun boodschap. Noon zucht en neemt contact op met Larry Page. Even later zijn de heren samen in een klein kamertje met een piano. Het liedje is nog niet eens af, maar het moment is onvergetelijk voor zowel Noon als Page. ,,Ik wil het volgende week op de plaat hebben staan", besluit Page. Zo gezegd, zo gedaan.

Het nummer in kwestie heet 'Beautiful Sunday' en is overal ter wereld meteen een grote hit. Het is in Japan zelfs de bestverkochte plaat van een westerse artiest! 'Beautiful Sunday' piekt op 13 in de Top 40 en wordt in andere landen vertaald tot aan een Russische cover uit 1996 toe. Boone zélf vindt zijn beste oude dag-voorziening in Duitsland, mede dankzij Duits gezongen versies van 'Beautiful Sunday' en 'Annabelle'. In zowel de Engelse als de Amerikaanse discografie ontbreekt 'Love Spell', een soort van 'Beautiful Sunday deel 7', maar met name in Duitsland en Frankrijk kent 'Beautiful Sunday' een rits opvolgers. In Nederland staat alleen 'Skydriver' in 1973 even in de Tipparade. Ik haal deze Franse persing in harde kartonnen fotohoes bij Buster vandaan, het muffe boekwinkeltje in Sneek waar ik meerdere leuke dingen vandaan heb getrokken. Dat moet in 1992 zijn geweest. Ik moet bekennen dat ik hem soms nog wel eens op de draaitafel leg.

Boone is nog immer onder ons, over zijn handel en wandel sinds de midden jaren zeventig is echter weinig geschreven. Toch duikt hij in 1992 nog op als schrijver van twee liedjes op 'Athens Andover' van The Troggs. Dat album is geproduceerd door een stel Troggs-fans die plots erg populair zijn geworden: REM.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten