maandag 3 februari 2020

Blauwe Bak Veteranen deel 27



Ik ben in de vorige aflevering geëindigd bij 20 februari 2012. De wandeling op de zondagmiddag naar Nijeveen om de post op te halen. Het is ook de tijd dat ik gestopt ben met roken. Ik heb dan net kennis gemaakt met wellicht één van de eerste elektronische sigaretten. Het ding oogt als een filtersigaret. In het filterstukje zit een soort van poeder dat wordt 'aangestoken' door de batterij. Als gimmick ligt het puntje van de sigaret op en je krijgt een geringe hoeveelheid nicotine binnen en een beetje damp. Ofwel: Het zal niet een groot succes worden bij mij. Ik haal namelijk niet genoeg voldoening uit de e-sigaret en bovendien breekt het gebrek aan nicotine me op. Ik ga onrustig slapen. Ik heb nu bijna twee maanden de sleutel van Nijeveen en zou druk moeten zijn met inpakken. Ik sta vroeg op na een rusteloze nacht en kieper een anderhalf uur later om van de slaap. Om toch verder te kunnen, besluit ik weer te gaan roken, maar... beslist niet in het nieuwe huis! Ik sta mezelf toe dat ik in het hok mag roken en niet in de woonkamer of elders in huis. Ik fiets in deze weken meerdere malen op en neer naar Nijeveen. Zo wordt het vinyl gelegd op de vloer en neem ik de wasmachine en koelkast in ontvangst. Ik zal binnenkort echt even moeten doorpakken maar voorlopig blijf ik dat uitstellen. Intussen kleppert de brievenbus met enige regelmaat doordat er meer en meer plaatjes binnenkomen vanuit Engeland.

De wandel- en fietstochten worden gedaan met de mp3-speler en daarop een selectie van de 'Northern Soul Jukebox'. Helaas past niet de gehele dvd op één mp3-speler en zo koop ik in maart nog eens een meer uitgebreide speler bij de Kijkshop. Deze blijkt echter helemaal niet te werken en gaat net zo hard weer retour. Ik hoor de liedjes op de mp3-speler en kies mijn favorieten uit. Eenmaal thuis kijk ik op Ebay en koop de eerste de beste of doe mee in veilingen waar ik soms wil vergeten dat ik teveel betaal voor een single. In deze aflevering van de 'Blauwe Bak Veteranen' zit een klassiek voorbeeld waarover ik vanavond nog heb geschreven op Facebook.

248. Take Me For A Little While-Jackie Ross (US, Chess, 1965)
249. I Got What You Need-Kim Weston (US, MGM, 1967)
250. The Secret Of Livin'-Maxine Brown (US, Wand, 1967)
251. I Thank You Kindly-Diane Lewis (US, Wand, 1968)
De herinnering van Jackie Ross gaat terug naar 2008. Ik heb net mijn Nokia N95 en kijk daarop vaak naar een Northern Soul-kanaal op Youtube. Daar ontdek ik 'Take Me For A Little While' dat ik zelf beter ken als b-kant van 'You Keep Me Hanging On' van Vanilla Fudge. Ik tracht zelfs enige tijd Vanilla Fudge te 'pitchen' naar een hogere snelheid. Gewoon belachelijk. Vooral als je bedenkt dat de single helemaal niet duur hoeft te zijn. Ik ontdek 'Honey Dear', de b-kant, slechts een paar jaar geleden en daardoor komt de schijf opnieuw in de koffers te staan. De b-kant van Kim Weston, 'Someone Like You', is deze week precies een jaar geleden de Week Spot geweest. Toch is het vooral 'I Got What You Need' dat me in februari 2012 in actie brengt. Je ziet hem trouwens niet heel erg vaak met de fotohoes. Ook deze staat nog steeds in de koffers. Maxine Brown wordt aangeprezen met de b-kant maar ook de a-kant is niet verkeerd: 'I Don't Need Anything' is een ballade in de traditie van Dusty en Dionne. 'The Secret Of Livin' is de feelgood Northern-kant. Anno 2020 slechts goed voor de Ere-Blauwe Bak. Voor Diane Lewis leg ik al een paar pond teveel neer. Ik heb dan begrepen dat één specifieke plaat nogal in trek is ('Without Your Love') en meen dat dit automatisch geldt voor alle singles van Diane. Niet dus. Deze had ook een tientje goedkoper gemogen. De plaat staat desondanks nog altijd in de koffers. Deze platen heb ik respectievelijk op 21, 22, 23 en 25 februari gekocht bij verschillende verkopers op Ebay.

252. I've Found Love-Sharon Tandy (US, ABC-Paramount, 1965)
253. Just One Look-Doris Troy (UK, Atlantic, 1963, re: 1968)
254. All Of A Sudden-Jeanette Williams (US, Back Beat, 1966, re: 197?)
255. Don't Pretend-The Belles (UK, Goldmine, 1966, re: 1998)
Ik zie tot mijn grote verrassing meerdere Amerikaanse persingen op ABC-Paramount van Sharon Tandy. Ik heb lange tijd gedacht dat dit een bootleg moest zijn. Niet dus! De eigenlijke a-kant is 'Perhaps Not Forever' maar ik heb altijd de voorkeur gegeven aan 'I've Found Love'. The Hollies brengt in 1963 'Just One Look' naar de Engelse hitparade en in 1968 is het origineel klaar voor een 'revival'. Op de b-kant staat een ander oudje van Troy: 'Whatcha Gonna Do About It', maar deze moet niet worden verward met het nummer van Small Faces. Dan krijgen we het pijnlijke verhaal van Jeanette Williams. Ik hoor het nummer op de 'Northern Soul Jukebox' en, ja, die wil ik meteen hebben! Ik doe mee aan een veiling waar ik ver moet gaan, maar voor 26 pond ben ik dan toch de trotse eigenaar. Ik krijg echter argwaan als de verkoper me vraagt 'of ik anderen ken die ook 26 pond willen betalen voor de single' want 'hij heeft nog een paar liggen'. Honderd procent bootleg en in werkelijkheid twintig euro minder waard. Bovendien is het ding ook nog eens enorm uit het lood geslagen, maar ja... dit definieert voor mij wel het geluid van 'rare soul'. 'Don't Pretend' wordt op de plaat gezet door Sherlie Matthews met de gezusters Brenda en Patrice Holloway. Toch staan de laatste twee onder contract en formeert de platenmaatschappij een nieuw groepje dat het mag gaan uitvoeren op de bühne. Vanaf 1969 is de plaat in trek in de Northern Soul een dat resulteert in enkele bootlegs en heruitgaven. In 1998 is het een kwart eeuw sinds de opening van The Casino in Wigan (dat in 1981 is gesloten en een jaar later is uitgebrand) en Goldmine viert dat met een set van tien singles met op elke kant een Casino-kneiter. Op de keerzijde van 'Don't Pretend' staat het aanstekelijke 'Say It Isn't So' van de jaren zestig-zangeres met de naam Betty Boo. The Belles en Sharon Tandy staan in de Ere-Blauwe Bak, Doris Troy in de reserve en Jeanette Williams in de koffers. Sharon Tandy en Doris Troy heb ik op 25 februari afgerekend. Jeanette Williams volgt op 28 februari en The Belles op 29 februari 2012. De dag van The Belles besluit ik weer te gaan roken.

256. Jumpin' At The Go-Go-The Detroit Sound (UK, Wyncote, 1966, re: 1975)
257. Just Say You're Wanted-Gwen Owens (UK, Velgo, 1967, re: 2011)
258. Getting Mighty Crowded-Betty Everett (UK, Fontana, 1964)
259. Rescue Me-Fontella Bass (UK, Chess, 1965)
Op 15 maart 2012 verhuis ik met mijn eerste spul naar Nijeveen en slaap daar mijn eerste nacht. Een week later heb ik een optreden in De Buze in Steenwijk en probeer nog een plaat te scoren in een veiling, maar deze verlies ik op het laatste moment. Met andere woorden: Na twee drukke maanden koop ik in maart 2012 geen enkele plaat! Op 2 april 2012 neemt het een aanvang met de bootleg van The Detroit Sound. Oorspronkelijk is 'The Detroit Sound' een budget-album uit Philadelphia met onbekende artiesten die Motown-dingen coveren en zelfs 'Festival Time' van San Remo Golden Strings van een tekst voorzien. Een aantal nummers van de elpee zijn populair in Engeland omstreeks 1975, maar ja... elpees zijn 'not done' in de 'scene' en dus worden eigenhandig singles geperst in Engeland. 'Jumpin' At The Go-Go' is een cover van The Four Larks en op de keerzijde staat een matige versie van 'You Can't Hurry Love'. Het staat naast Detroit Shakers in de Ere-Blauwe Bak. Dat is ook de huidige plek voor Gwen Owens. Het Velgo-label kent enkele tegenslagen en deze Gwen Owens-plaat is daar een voorbeeld van. De platen worden gekenmerkt door een té harde bas waardoor de plaat in het laatste refrein zelfs tweemaal overslaat. Velgo ziet geen andere mogelijkheid dan de boel te vernietigen. Er overleven een paar originele singles en eentje wordt opgenomen voor toekomstige releases met een baksteen op de toonarm. Zo klinkt die dus ook! Betty Everett leer ik kennen in de polders tussen Steenwijk en Nijeveen en al gauw word ik hebberig als ik de Engelse Fontana zie. Ik haal de plaat voor een vriendelijke prijs binnen middels een veiling. Nog altijd stijlvol om in de show te draaien en dus staat het nog altijd in de koffers. Fontella Bass heb ik in september 2011 in Utrecht gekocht als Old Gold, maar ik meen dat deze niet lekker klinkt. En ach... zo'n Engelse Chess hoeft ook niet duur te zijn. De plaat staat evenwel in de Ere-Blauwe Bak tegenwoordig maar zou van mij zo terug mogen in de koffers. Hij blijft namelijk lekker! Detroit Sound en Gwen Owens koop ik op 2 april bij Rarenorthernsoul. Betty Everett win ik op 9 april in een veiling en Fontella Bass op 11 april. Hoewel ik half april de sleutel inlever van Steenwijk maakt Betty Everett dat ik nog tweemaal de sleutel moet lenen van de woningstichting. Ik heb mijn adres op Paypal nog niet aangepast en omdat Everett erg lang onderweg is, ga ik tot tweemaal terug naar Steenwijk om alsnog de plaat van de mat te halen.

260. Come Go With Me-Gloria Jones (UK, white label,1966, re: 2012)
261. Everything's Gonna Be Alright-P.P. Arnold (UK, Virgin, 1967, re: 1980)
262. Don't Stop Lookin'-Ann D'Andrea (US, Jamie, 1968, re: 197?)
263. Gone With The Wind Is My Love-Rita & The Tiaras (UK< Kent, 1967, re: 2009)
Als we de waarde van de originele singles bij elkaar optellen, zou je kunnen overwegen om een paar maanden niet te werken en achterover te gaan liggen op een zonovergoten strand. Gloria Jones is het type dat enerzijds vaak als een 'test pressing' wordt verkocht, maar ik kan niet zien aan welke officiële release deze is gekoppeld. Het kan dus evengoed een bootleg zijn. Op één kant staat 'Come Go With Me' en op de andere 'Tainted Love'. Inderdaad, het origineel van de Soft Cell-hit. Overigens is Jones lange tijd de vriendin van Marc Bolan en ook lid van T.Rex. Bovendien bestuurt ze op de noodlottige avond de Mini waarbij Bolan verongelukt. De plaat staat in de Ere-Blauwe Bak. P.P. Arnold heb ik een paar maanden eerder als bootleg gekocht. Het ding lijkt alsof het een Amerikaanse Immediate-persing is op styreen maar is in werkelijkheid tien jaar later ergens in Engeland geperst. De plaat oogt goed maar dat is het bedriegende van styreen. De plaat klinkt nergens naar! Tenslotte zie ik de 'double pack' van Virgin met alle klassieke Immediate-singles samengebracht op twee EP's. De andere single staat met klaphoesje in de jaren zestig-bak en 'Everything's Gonna Be Alright' in de Ere-Blauwe Bak. Ann D'Andrea is dermate leuk dat ze nog altijd in de koffers mag staan. Het origineel is vrij zeldzaam. Deze bootleg bevat de instrumentale versie op de b-kant. Dan tenslotte het verhaal van Rita & The Tiaras. Platenmaatschappij Doré laat The Tiaras de backing tape opnemen van 'Gone With The Wind Is My Love'. Aanvankelijk zingt Gloria Jones (van 'Tainted Love') de lead, maar zij staat reeds onder contract bij een andere maatschappij. Doré vindt uiteindelijk Rita Graham en haar versie verschijnt in 1967 op Doré. (Gloria's versie wordt ruim veertig jaar later pas in Engeland uitgebracht). De plaat is erg gewild onder Northern Soul-verzamelaars en zou inmiddels een waarde vertegenwoordigen van zesduizend euro! De plaat verschijnt in 1979 voor de eerste maal in Engeland op het Destiny-label. Deze Kent-uitgave is de eerste stereo-versie, maar... eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik niet kapot ben van de stereo. Veel galm en een lelijke bas ontsieren het nummer dat gewoon beter klinkt in mono. Het staat echter nog altijd in de koffers. En zo eindigen we bij Ebay-aankopen op 18 april 2012. Dezelfde dag ga ik naar de kringloopwinkel in Meppel en dat leidt ons naar de volgende aflevering van de 'Blauwe Bak Veteranen'!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten