zaterdag 22 juni 2013

Raddraaien: The Marmalade



Voordat ik me ga bogen over de Blauwe Bak Top 40, toch eerst maar even een berichtje schrijven. Je weet immers maar nooit hoe de planning morgen verloopt. Morgenavond heb ik immers een uitzending van drie uren en moest daarna niet te lang in de chatroom blijven hangen en dan maar eens met de Schijf van 5 beginnen. Ik zal straks nog even op zoeken wat het thema is, want dat is me ontschoten. Ja, de Blauwe Bak Top 40, over ongeveer twee tot drie uren zal ik de knoop hebben doorgehakt en weet ik wat de ultieme nummer 1 is uit drie maanden singles-aankopen. Ik heb er op zichzelf best wel zin in, maar het is wel zweten en eindeloos dubben tussen vier platen (of daaromtrent). Eens opgeslagen is niet meer veranderen, dat is een ijzeren regel. Je blijft anders bezig... En dan moet ik de komende dagen de hele hups nog opnemen. Ja, je hebt er wel werk van, maar dan... het is zó leuk! Vandaag ga ik Raddraaien met een single uit de jaren zeventig van The Marmalade: 'Rainbow' (1970).

Het is geen toeval dat The Tremeloes in 1966 een grote rol speelt in de carriére van The Marmalade. Naast dezelfde manager en platenmaatschappij zitten beide bands nog eens in hetzelfde schuitje: De platenmaatschappij zet ze onder druk om hit-materiaal op te nemen, maar op elpees en b-kantjes pakken ze beide stevig uit. Hoewel het menigeen niet zal zijn opgevallen, bestaat The Marmalade al even langs als The Rolling Stones. Ze hebben een paar naamswijzigingen gehad en het was ook een komen en gaan van leden, maar verder bestaat de formatie reeds sinds 1961. Het verhaal begint in dat jaar in een buitenwijk van Glasgow, waar de groep The Gaylords wordt opgericht. In 1963 wordt de groep vergezeld door de zanger Thomas McAleese. Deze heeft Dean Ford als podiumnaam geadopteerd en als Dean Ford & The Gaylords krijgt de groep een contract bij Columbia. Hoewel het productie-personeel geen 'credits' krijgt, staat de groep onder leiding van Norrie Paramor. Deze heeft dan lauweren geoogst met Cliff Richard & The Shadows. De daaruit vloeiende singles zijn lokaal erg grote hits, maar buiten The Scottish Borders slaat de groep geen deuk in een pakje boter. In 1965 wordt de groep al wel geadverteerd als 'Scotland's No. 1 Pop Group', maar de groep wil méér. En zo maken ze de oversteek naar Londen, maar krijgen vooralsnog een laaiend enthousiast publiek in Keulen en Duisburg. Terug in Engeland, in 1966, verandert de groep van management en gaat The Marmalade heten.

Daarin speelt The Tremeloes zo gezegd een rol. De band krijgt een contract bij CBS, maar de singles zijn allesbehalve een succes. Er verandert nogal eens iets in de bezetting, maar voor de uitkomst van de singles heeft dat geen betekenis. Hoewel met 'I See The Rain' toch wel een kleine ommezwaai wordt geboekt. Die plaat mist de Britse zeezenders als geen ander en in Engeland kan CBS het aan de straatstenen niet kwijt. Middels een laaiende recensie in de Hitweek en steun van Veronica bereikt het in Nederland een 23e plek in de Top 40. Wikipedia heeft het over een 'charttopper', maar dat is die 23e positie wel in vergelijking met de vorige singles. The Marmalade laat horen dat ze hun oor te luister hebben gelegd bij Jimi Hendrix en deze noemt 'I See The Rain' de beste productie die in 1967 is gemaakt. De opvolger, 'Man In A Shop', raakt weer kant noch wal qua verkoopsucces. De groep heeft zich dan wel opgewerkt in 'Swinging London'. Ze verzorgen voorprogramma's voor Pink Floyd en The Action en gaan later in dat jaar op tournee met grote namen als Traffic, Joe Cocker en The Who. In 1967 staat de band op het Windsor Jazz & Rock Festival naast Jerry Lee Lewis, maar dat doet hun nog geen plaat meer verkopen.

CBS zet de groep onder druk. Er móet een hit komen en anders worden ze gedumpt. Een nieuw arrangement van 'Everlasting Love' moet daarvoor zorgen, maar de groep wimpelt het af en The Love Affair heeft even later een nummer 1 met het liedje. De volgende aanbiedingen moeten ze accepteren, zo simpel is dat! Het wordt 'Lovin' Things', een poep-commerciële popsong die in Engeland een zesde plaats bereikt. 'Wait For Me Mary-Anne' doet het niet zo goed, maar CBS laat de groep op z'n minst een elpee opnemen. Eind 1968 volgt de grootste hit voor CBS, hun uitvoering van 'Ob-La-Di Ob-La-Da' van The Beatles. 'Baby Make It Soon' wordt ook nog een Engelse hit, maar tegen het einde van 1969 kan de groep van het wurgcontract af en maakt het de overstap naar Decca.

Hier stelt men als voorwaarde dat ze hun eigen materiaal mogen opnemen. Dat resulteert in hun grootste verkoopsucces: 'Reflections Of My Life'. De gitaarsolo in de brug is achterstevoren afgespeeld, zo leer ik net. De opvolger, 'Rainbow', blijft wat onvermeld en dat vind ik onterecht. Een minstens zo mooi nummer als 'Reflections', in Nederland eveneens goed voor een top tien-positie. In 1971 komt het klad in de groep als eerst Junior Campbell afhaakt voor een solo-carriére. Hem hebben we onlangs nog in de Schijf van 5 gehad met 'Hallelujah Freedom'. Tussen 1971 en 1973 gaat het opeens erg hard met de bezettingswisselingen en intussen drogen de hits op. In 1976 heeft de groep nog een lichtpuntje met 'Falling Apart At The Seams'. Het jaar ervoor is Sandy Newman bij de groep gekomen als toetsenist en zanger. In 1979 dreigt de groep een hit te krijgen met 'Talking In Your Sleep', maar die eer moeten ze Crystal Gayle te beurt geven. In de jaren tachtig verdwijnt de groep het 'revival'-circuit in. Bassist Graham Knight is in 1966 bij de groep gekomen en is tussen 1973 en 1975 even weg geweest. In 2010 heeft hij afscheid genomen van de groep en daarmee is hij de laatste der oorspronkelijk Marmaladanen geweest.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten