maandag 24 februari 2014

Dagplate: maandag



Vier jaar Soul-xotica vind ik vrij lang. Het zijn jaren vol ontwikkeling geweest, zowel in mijn privé als op het blog. Ik heb de horizon verbreed ten opzichte van de eerste maanden Soul-xotica en de berichten zijn langer geworden. In mijn privé is het van eens in de vier maanden een kroeg- of club-optreden naar drie radioprogramma's per week. Van de troosteloze ellende van de Rembrandtstraat in Steenwijk naar het kasteel waar ik nu huis. Bovendien heeft de Northern Soul-hobby in die vier jaar ook een omwenteling gemaakt. Ja, ik vind vier jaar veel op mijn mensenleven, maar het verbleekt wanneer je het afzet tegen de vijfentachtig lentes van Fats Domino. Hem zet ik vandaag centraal in de Dagplate waarmee ik New Order nog een jaartje uitstel.

Woensdag is de beste man jarig en viert dan zijn 86e verjaardag. Antoine Domino Jr. wordt dus geboren op 26 februari 1928 in New Orleans, Louisiana. Domino heeft een Creoolse achtergrond en evenals de meeste bewoners in Lower Ninth Wand komt zijn familie eveneens uit Vacherie, Louisiana. Zijn vader is een beroemde violist, maar de eerste muzikale lessen worden heb bijgebracht door zijn oom, de jazzgitarist Harrison Verrett. Domino ontwikkelt alras een overgewicht, maar in de jaren veertig wordt dat nog niet erkend als zijnde een ziekte als wat het nu is. Het levert hem de bijnaam 'Fats' op die hij met trots draagt. In 1949 neemt hij zijn eerste plaatje op, toepasselijk getiteld 'The Fat Man'. Het is zes jaar voordat Bill Haley met 'Rock Around The Clock' en Elvis Presley hun opwachting maken, maar Domino legt met 'Fat Man' de basis voor de rock'n'roll. Hoewel de platenhandel dan nog maar stug gaat, heeft het nummer de miljoenenstatus in 1953 bereikt. Overigens is 'The Fat Man' oorspronkelijk uitgebracht als b-kant. 'Goin' Home' is in 1952 de eerste plaat die ook de Billboard Hot 100 behaalt, zij het bescheiden met een dertigste plek. 'Going To The River' doet het een jaar later ietsje beter, maar de stoommachine komt pas in augustus 1955 op gang als 'Ain't That A Shame' de top tien bereikt. Het staat nummer 1 in de rhythm & blues-lijsten en het is de eerste van een karrevracht aan hits. Buiten Elvis is Fats de 'classic rock'-artiest in Amerika met de meeste single-hits. Zijn laatste is in 1968 hekkensluiter van de Hot 100 en is een cover van 'Lady Madonna' van The Beatles.

'Blue Monday', de dagplate, verschijnt in december 1956 als opvolger van de wereldwijde doorbraak-hit 'Blueberry Hill'. Het komt tot nummer 1 in de Amerikaanse rhythm & blues-lijsten, piekt op vijf in de Billboard en haalt de 23e plaats in Engeland. Tegen die tijd is Domino in de Amerikaanse muziek een begrip geworden, zijn geluid is uit duizenden herkenbaar, maar hij blijft zichzelf ontwikkelen. Zo maakt hij op 'Be My Guest' (oktober 1959) gebruik van een eigenzinnig ritme-patroon, steeds een tik ernaast. Dit zal massaal worden overgenomen door de Jamaicanen en daar wordt het 'Blue Beat' genoemd. Reggae-zanger Justin Hinds besluit zijn begeleidingsgroep te noemen naar zijn grote idool en dat wordt dus The Dominoes. Domino's songs zijn door tal van artiesten opgenomen in de reggae. In Nederland heeft Bitty McLean in de jaren negentig een grote hit met Domino's 'It Keeps Rainin' uit 1961.

In Nederland komt de platenhandel pas later op gang, maar als dit in 1960 in beweging is, is Domino inmiddels ook een huishoudnaam. Domino's platen worden hier aan de man gebracht door Artone-Funckler en deze maatschappij begint al heel vroeg met het uitgeven van fotohoezen. Zelfs als Domino het aanvankelijk zwaar krijgt te verduren in Amerika met de komst van de Merseybeat, verschijnen Fats' platen hier nog in de hitparade. Toch is het Domino en zijn begeleiders wel duidelijk dat er iets moet veranderen. Met name The Beatles heeft een hoge pet op van Fats Domino en hij maakt daar in 1968 dankbaar gebruik van. Zijn elpee 'Fats Is Back!' bevat een aantal Beatles-covers: 'Lovely Rita', 'Lady Madonna' en 'Everybody's Got Something To Hide Except Me And My Monkey' verschijnen als single en ook in Nederland kan hij nog op enig succes rekenen. In 1970 maakt Fats zijn laatste single voor Reprise met de veelzeggende titel 'New Orleans Ain't The Same'. Hij blijft New Orleans trouw, door dik en dun, maar de hit-successen zijn even afgelopen.

Een revival vindt altijd twintig jaar na de oorsprong plaats en in 1976 staat het geheel in het teken van de vroege rock'n'roll. Dankzij Domino's actieve platenmaatschappij verschijnt 'Blueberry Hill' zomaar opnieuw op de hitparade en bereikt een tweede plek in de Top 40. In 1978 verschijnt in Engeland de nieuwe single 'Sleeping On The Job' en heeft Domino in 1980 dankzij de speelfilm 'Any Which Way You Can' een bijna-hitje met 'Whiskey Heaven'. In de jaren tachtig toert Domino ook nog volop door Europa, dankzij een Sneker boekingsbureau (en ergens ook nog hele verre familie) is hij geregeld in 'onze' contreien te bewonderen. Zijn laatste Europese tournee is echter in 1995. Omdat Domino een ontzettende hekel heeft aan reizen en niet kan wennen aan 'dat vreemde eten', kiest hij ervoor om voortaan thuis te blijven in New Orleans en van zijn royalties te genieten. Hij doet dit in een fraai optrekje dat echter is gesitueerd in een arbeiderswijk. Domino is met zijn roze Cadillac een opvallende verschijning. Hij weigert het uitstapje naar de Rock And Roll Hall Of Fame als hij wordt bijgezet en slaat eveneens een optreden op het Witte Huis af. Wel speelt hij jaarlijks op een festival in New Orleans. Domino's huis staat op een plek die hevig wordt getroffen door de orkaan Katrina. Omdat Fats' vrouw een slechte gezondheid heeft, blijft hij binnen. Even wordt gedacht dat Fats overleden is. Iemand spuit met verf op zijn gevel 'R.I.P. Fats, you will be missed'. Fats zit echter nog binnen en wordt later die dag gered door een helicopter. Hij raakt al zijn bezittingen kwijt door de orkaan inclusief zijn medaille die hij pas in ontvangst heeft genomen van president Clinton. Als Clinton's opvolger Bush het rampgebied bezoekt, krijgt Domino opnieuw de onderscheiding toegekend. Domino blijft verrassen, ondanks zijn hoge leeftijd. In oktober 2012 ziet het publiek hem plotseling verschijnen in de televisieserie 'Treme', waarin hij zichzelf speelt. Buiten dat maakt Domino zich niet meer zo druk en met een leeftijd en een platenverkoop als die van hem, zou ik dat ook niet doen...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten