maandag 17 augustus 2015

De paden in, de bergen over



De vakantieverhalen zijn 'op'? Tja, na deze weet ik het echt niet meer. Vandaag gaan we maar liefst 51 weken terug in de tijd en komen dan uit bij de vakantie in het Limburgse Hoogcruts. Een vakantie die ondanks hevige regenval op vrijdag en maandag- tot dinsdagavond weigert om in het water te vallen. Ik heb me best vermaakt in deze week en kijk ook niet anders terug op de vakantie dan met genegenheid. Als ik dan toch een dag moet uitkiezen? Donderdag en vrijdag zijn een magere voldoende. Zaterdag is het prachtig weer en toch is het bezoek aan Aken een kleine teleurstelling. Het bezoek aan Myriam is memorabel, maar dan is daar die ellendige regen die, vrijwel continu, aanhoudt tot dinsdagavond. Er is een regenrecord genoteerd en ik ben bijzonder trots dat ik daar getuige van ben geweest. Niet bepaald... Nee, als er één dag uitspringt, dan is dat de zondag. Ik kom een beetje laat op gang, maar dan volgt een lange actieve dag!

Een eerste nacht in de tent is altijd hetzelfde. Bij het opkomen van de zon doe ik ook de ogen open hoewel ik ze ook snel weer sluit. Vrijdag ben ik al mooi op tijd onderweg, alleen stuurt het gasflesje me van Gulpen naar Margraten en daarmee is Aken van de kaart. Zaterdag vertrek ik eveneens mooi op tijd, arriveer nu wel in Aken en kan in Vaals bijtijds schuilen voor een hevige, en zeer lokale, onweersbui. Tot zover best een memorabele dag. Daarna ga ik toch wel heel erg 'stuk' en is de tocht vanaf Vijlen min of meer een martelgang. Het gooit een kleine domper op de dag. Zondagochtend is het bijna middag als ik wakker word. Het belooft de mooiste dag van de week te worden, maar toch krijg ik er niet de juiste hoogte van. Op het ene moment is het heet, dan ook weer verraderlijk en het zal die middag een paar maal stevig regenen. Omdat ik de maandag naar Myriam zal, wil ik het nuttige met het aangename verenigen. Ik wil alvast oriënteren wat de kortste weg is. Ik fiets de camping af en fiets eerst tot Banholt een stuk dat ik van vrijdag ken. Dan ga ik 'improviseren' met een fietstocht en kom op het laatst in Gronsveld uit. Ik wil nu richting Maastricht, maar zie dan opeens een pontje over de Maas. Deze is alleen vandaag nog in de vaart. Voor 1,50 euro of iets dergelijks brengt het je naar de overkant en het bonnetje kun je inleveren voor een gratis kopje koffie bij de mergelgrot op de Sint Pietersberg.

Ik heb voor deze vakantie een korte 'bucket list'. Ten eerste moet ik vlaai hebben gehad in deze week en een portie Vlaamse frieten mogen daar ook bij gerekend worden. Hoewel ik de koffie net achter de kiezen heb, besluit ik toch het bonnetje te gaan inwisselen en koop zelf nog een tweede kopje en een stuk vlaai. Het terras is eerst nog zonovergoten, maar dan betrekt de lucht. Na twee koppen koffie stap ik op. Ik heb werkelijk geen idee wat ik wil gaan doen. Simpelweg de Maas volgen het zuiden in en een volgende brug pakken? Of toch over de Sint Pietersberg? Ik kies voor het laatste en bijna op de top krijg ik een stevige bui. Ik schuil onder een boom en hou het nog redelijk droog. Dan begin ik aan de afdaling en dat gaat steil naar beneden. Voor mij doemt een dorp op, maar ik heb geen gevoel voor oriëntatie en dus is het een verrassing. Het is Kanne, de plek waar Myriam is geboren en waar ze, achteraf bezien, niet zal wonen. Even later ben ik ook bij de brug en zie ik de heuvel waar haar Facebook-profielfoto is gemaakt. Het is geenszins de bedoeling om haar op te zoeken en deze entree in Kanne is puur overmacht, maar nu weet ik wel hoe ik moet fietsen.

In België ga ik wederom het fietsroutenetwerk op, met één verschil ten opzichte van de Nederlandse: Hier heb je geen plattegrondjes op ieder kruispunt. De zwakke wind is mijn kompas en natuurlijk houdt de Maas me op het goede spoor. Ik fiets een behoorlijk stuk, maar begin me daarna wel zorgen te maken. Hoever ga ik? Ben ik al op een lijn met Luik? Even voor Hallembaye, als ik me niet vergis, is een vervaarlijke klim waar ik maar tegenop loop. Ik word ingehaald door een jongen en een meisje die hun tandwielen op de donder willen geven. Hallembaye is in dat geval het eerste dorp dat we passeren op de route. Ik zoek naar een plek waar ik een versnapering kan krijgen, maar alles is uitgestorven. De jongen en het meisje zijn ook de weg kwijt, maar ik heb het snel met deze Frans-sprekende wezens gehad en kies het hazenpad. Ofwel: Tegen de wind in en dan moest het goed komen. Dat blijkt, want even later ben ik onderweg naar Visé, aan de overkant van de Maas.

Nog steeds weet ik niet hoe diep ik in België zit en hoever ik van Luik af zit. Dat zal blijken: Vijftien kilometer. Dit kon wel eens een 'latertje' worden. Met name omdat ik in Wezet niet begrijp dat ik op 'de grote weg' mag fietsen en ik klungel nogal een tijdje om op doodlopende wegen in industriegebieden. Rechttoe-rechtaan blijkt de remedie en in Moelingen streep ik de Vlaamse friet van mijn lijstje. Dat ik vlak daarna opeens in het gebied van Voeren zit, is een aangename verrassing. Ik wil nu de heuvel pakken die ik vrijdag heb mogen afdalen, maar ik mis een afslag en ga ter hoogte van De Plank de grens over. Lopende, wel te verstaan, want dit is niet te doen en zeker niet met deze aangename temperatuur. Ik geloof dat ik terug op de camping nog wel iets probeer met eten koken, maar eigenlijk zit ik vol van de friet in Moelingen. 's Avonds haal ik een ijsje in Slenaken en loop de Schilberg rond. Een fraaie fietsdag met veel kilometers en een klein avontuur, zo heb ik ze niet vaak meer...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten