donderdag 10 oktober 2013

Raddraaien: Cat Stevens



Laten we eerst eens beginnen met een huishoudelijke mededeling. Volgende week ga ik, evenals vorig jaar, een Nederlandse week doen. De groepen en artiesten die ik ga behandelen komen uit Nederland en iedere dag staat een ander decennium centraal. Hier hoort ook een Nederlandse Week Spot bij. Maandag begin ik in de jaren zestig, dinsdag de Week Spot, woensdag de jaren zeventig, donderdag de jaren tachtig, vrijdag de jaren negentig en zaterdag de eerste tien jaren van nieuwe eeuw. Tenslotte geen Schijf van 5 op zondag, maar een hedendaagse artiest van eigen bodem in de schijnwerpers. Dan ga ik nu met frisse moed beginnen aan een tweede Raddraaier. Ditmaal een man die van mij een standbeeld zou kunnen krijgen, maar ik vrees dat de 'beeldenroute' voorlopig ten einde is. Onderwerp van deze aflevering van Raddraaien is een man waar je een moppentrommel over kan open trekken, maar die tegelijk tóch wel ontzag afdwingt. Al krijg ik heel erg jeuk van de a-kant van deze single en heb ik hem voornamelijk op 'Moonshadow': 'Father And Son' van Cat Stevens.

Ik kan de informatie helaas nergens meer vinden. Ja natuurlijk, wel na de 'niet-gemeende, maar foutief opgevatte' uitspraken over Salman Rushdie, maar volgens Mart Smeets moest er een Amerikaanse staat zijn die ieder jaar nog een rituele verbranding heeft van Cat Stevens-elpees. Het weblog van Annie Angel schijnt te zijn verkozen tot het 'beste weblog van het internet', maar ze leeft in een afgelegen gebied of is erg traag van begrip, daar ben ik niet over uit. Zij roept in december 2005 op tot verbranding van Stevens' platen. Ze heeft dan net ontdekt dat Cat Stevens moslim is geworden en walgt van zijn uitspraken over Rushdie. En dan hebben we het over actualiteiten uit respectievelijk 1977 en 1988. Cat wordt op 21 juli 1948 geboren als Steven Demetre Georgiou als zoon van een Grieks-Cypriotische vader en een Zweedse moeder. Zijn ouders runnen een restaurant in de omgeving van Marylebone in Londen. Ondanks verschillende godsdienstige afkomsten van zijn ouders, wordt de jonge Steven gewoon naar de rooms-katholieke school gestuurd, omdat die het dichtste bij zijn huis is. Hij is zowel artistiek als muzikaal aangelegd, het laatste doet blijken op de piano. Omdat er niemand is die hem het pianospel kan leren, ontwikkelt Stevens zijn eigen stijl. Hij is vijftien als The Beatles doorbreekt en dat doet hem verlangen naar een gitaar. Zijn vader geeft hem acht pond en Steven koopt zijn eerste gitaar. Hij schrijft binnen de kortste keren een boek vol liedjes en wil aanvankelijk als Steve Adams de planken op. De muziek absorbeert Stevens volledig en hij besluit op een bepaald ogenblik zijn doel als cartoonist/tekenaar te laten varen. Zijn talent doet blijken uit de hoestekeningen op zijn eigen albums uit de jaren zeventig.

In 1966 ontmoet Steve Adams ex-Springfields-muzikant Mike Hurst. Deze ziet wel brood in de liedjes. Steve Adams wordt Cat Stevens. Een vriendin zou gezegd hebben dat hij 'ogen van een kat' had, bovendien denkt Stevens dat Amerika even dieren-minnend is als Engeland. Op zijn eerste demo-tape staat ook een liedje dat hij zelf in eerste instantie niet zal uitbrengen, maar wat hem wel erkenning zal geven. Onder leiding van Mike Hurst, bekend vanwege zijn lawaaierige quasi-psychedelische orkestraties, neemt Stevens zijn beoogde folkrock-liedjes op. 'I Love My Dog', 'Matthew And Son', 'I'm Gonna Get Me A Gun' en 'A Bad Night' worden allemaal grote hits, maar Stevens is zelf niet erg tevreden. Hij vindt dat Hurst zijn muziek kapot maakt, maar bevindt zich tevens in een wurgcontract. Stevens wordt gedwongen een vieze manier te gebruiken om van Deram af te komen, maar slaagt erin. Het bekendste liedje uit die tijd is geen hit voor Stevens zelf: Hij verkoopt de song in 1967 aan P.P. Arnold voor het wereldbedrag van dertig pond: 'The First Cut Is The Deepest'. Het zal een evergreen worden met duizenden cover-versies.

In 1969 wordt Stevens besmet met tuberculose en is op sterven na dood als hij wordt opgenomen. Van de, met klatergoud behangen, popcultuur naar een zaal met stervende mensen: Deze ervaring zet Stevens tot nadenken. Hij doodt zijn tijd met het lezen over religieuze stromingen, praktiseert yoga, wordt vegetariër en neemt liedjes op. Een jaar later wordt hij ontslagen en heeft al snel het gewenste platencontract op zak: Charles Blackwell van Island Records belooft hem volledige artistieke vrijheid. Stevens kiest voormalig Yardbird Paul Samwell-Smith als zijn producer. Cat Stevens is op dat moment bijna de mannelijke tegenhanger van Joni Mitchell, iemand die eenvoudige rustige muziek maakt met teksten die stemmen tot nadenken, maar niet té pretentieus zijn. Hij weet daarmee een nieuwe folk-stroming op de radio te krijgen. En na de radio volgt direct de hitparade, zowel voor singles als albums. In 1977 bekeert hij zich definitief tot de islam en in 1979 veilt hij zijn instrumentarium voor het goede doel. Sinds een paar jaar is Stevens, pardon... Yusuf Islam, weer een publiek figuur. Hij is een geaccepteerd gezicht geworden van de vredelievende moslims. Hoewel? Zijn oproep voor een fatwa op Salman Rushdie was 'maar een grapje', de glimlach die erop volgde, zou door de regisseur uit het interview zijn geknipt. Kort na de aanslagen op 11 september 2001 publiceert Yusuf een video-boodschap. In 2005 wordt hem de toegang geweigerd tot Amerika. Hij wordt dan verdacht van banden met Hamas, maar hier is opnieuw een misverstand: Yusuf wist niet van het bestaan af van die organisatie toen hij in 1999 uitspraken deed over de Israëlisch-Palestijnse kwestie.

Sinds 2006 heeft hij de gitaar weer opgepikt en heeft een paar albums gemaakt als Yusuf. Of hij daarbij ook de speciaal geschreven nieuwe versie van 'Where Do The Children Play' vertolkt, is maar de vraag. Aangeboden door Annie Angel, een trots maar wereldvreemd christen met een weblog: 'Where Do The Tourists Play'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten