maandag 16 juni 2014

Week Spot: Eloise Laws



Bingo! Ik heb ontdekt hoe ik weer gebruik kan maken van 45cat, want bijgaande afbeelding komt uit de betreffende database. Ik ben daar erg content mee, want anders werd het erg lastig om van deze single een label te vinden. Ik meende eentje van Soul Source te kunnen gebruiken, maar dat is en blijft een 'gif'-bestandje, ongeacht welke naam je het geeft. En ik wil jullie niet lastig vallen met 'close-ups' van matrijsnummers, dat soort van griezelige informatie waar hele volksstammen vinylverzamelaars bezeten van zijn. En nu hebben we gewoon weer het vooraanzicht van de originele Music Merchant-uitgave van deze single. Want als we de 'cracks' mogen geloven, is deze oorspronkelijk zowel op vinyl als styreen uitgebracht, hoewel er nog altijd betweters zijn die de vinyl-versie als een 'bootleg' beschouwen. De meest grove 'fout' die ik tegenkom bij mijn huiswerk is van het nimmer zaligmakende Wikipedia. Die telt zomaar zes levensjaren op bij Eloise Laws. Zij staat deze week in de schijnwerpers met haar voortreffelijke 'Love Factory' uit 1973.

Gehannes met leeftijden is niet nieuw. Dikwijls kreeg een artiest een later geboortejaar toegewezen, want 'hoe jonger, hoe beter'. In het geval van Eloise Laws lijkt Wikipedia het bij het verkeerde eind te hebben, terwijl deze het geboortejaar op verschillende pagina's noemt. Als je uitgaat van het feit dat Eloise uit een muzikale familie komt, is het niet logisch dat ze pas op haar 27e haar eerste platencontract tekent. Dan is 21 jaar wel aannemelijk. Wikipedia noemt 6 november 1943 als haar geboortedatum, maar overige bronnen beweren 1949. Ik ga dan ook uit van het laatste. Eloise is een telg uit de muzikale Laws-familie uit Houston, Texas. Eigenlijk heet ze Lavern Eloise Laws, maar gebruikt vanaf het begin haar tweede naam. Fluitist Hubert, saxofonist Ronnie en zangeres Debra Laws maken eveneens deel uit van de kroost van Hubert senior en Miola Luverta Donahue. Als Holland-Dozier-Holland in 1968 bonje krijgt met Motown, vertrekt het team om zelf een aantal maatschappijen op te zetten. Het kort levende Music Merchant is de meest obscure van de drie, waarschijnlijk omdat het Holland-Dozier-Holland/Motown-geluid er niet zo dik op ligt als bij Invictus en Hot Wax. Tegenwoordig zijn Music Merchant-opnames erg gewild bij de liefhebbers en ook in de Northern Soul-beweging weet men al vroeg raad met de plaatjes. Onlangs was het veertig jaar geleden dat Music Merchant werd opgericht en Outta Sight heeft dat gevierd met een single. Daarop vinden we twee van de grootste cult-hits van Music Merchant. Op de ene kant staat het instrumentale 'Sliced Tomatoes' van Just Brothers, later gesampled door Fat Boy Slim, en 'Love Factory' van Eloise Laws op de keerzijde. Dankzij die release kan ik 'Love Factory' uitroepen tot Week Spot.

Music Merchant bestaat slechts een jaar, maar brengt in 1972 en 1973 maar liefst zestien singles uit en een eenzijdig bespeelbare promo. Daarbij moet gezegd worden dat Just Brothers drie kansen krijgt op het label, zowel 1008 als 1010 is feitelijk dezelfde single met een afwijkend label en dus ook een ander catalogus-nummer. Brenda Holloway is de eerste die in 1972 een plaatje mag maken voor Music Merchant, The Jones Girls sluit de rij met de promo die nooit officieel uitgebracht zal worden. Eloise Laws maakt twee singles voor het label. In 1972 verschijnt 'Tighten Him Up' als 1011, terwijl 'Love Factory' met 1013 de eerste release van 1973 is. De oorspronkelijke b-kant van 'Love Factory' heet 'Stay With Me' en deze zal later nog een herkansing krijgen op Invictus. Het is feitelijk dat plaatje dat mijn aandacht andermaal doet vestigen op Eloise Laws, waardoor ik deze heruitgave op het spoor kom. Die originele 'Stay With Me' ga ik vast nog eens kopen, die is over het algemeen voor een paar dubbeltjes in Amerika te vinden. Aangezien Mojoboneyard een mooie catalogus heeft, moest ik daar maar eens boodschappen doen?

Het is enkele jaren na de oorspronkelijke uitgave van 'Love Factory' dat het nummer via The Casino in Wigan wordt binnengehaald in de Northern Soul. Het origineel is dan al dermate lastig te vinden dat al spoedig bootlegs de ronde doen en tegenwoordig is een originele uitgave stevig aan de prijs. Volgens leden op Soul Source is de plaat oorspronkelijk op styreen uitgebracht, maar pas nadat Buddah de nationale distributie op zich had genomen, verschijnt het eveneens op vinyl.

Na 'Stay With Me' uit 1974 is het even erg stil rond Eloise Laws, hoewel haar vorige plaatjes ook niet bepaald een storm hebben doen oplaaien. Wel krijgt ze van Holland-Dozier-Holland de eer om Invictus haar laatste fase in te dragen. In 1977 verschijnt haar debuutalbum 'Ain't It Good Feeling Good' op het Invictus-label en maakt ze nog twee singles voordat ook deze maatschappij een zachte dood sterft. Ze volgt Holland-Dozier-Holland naar ABC en eind 1977 verschijnt aldaar het album 'Eloise'. Vervolgens maakt ze albums voor Liberty en Capitol (respectievelijk 1980 en 1982) en verschijnt een single op Columbia. Eloise is daarnaast ook te horen als gastzangeres op albums van Lee Oskar (voorheen War), Harvey Mason, Ahmad Jamal en platen van haar broers en zus. In de late jaren tachtig neemt ze voorlopig even afscheid van de showbiz, maar als broer Hubert zijn Scepterstein-label opzet, begint het te kriebelen. In 1999 verschijnt het album 'The Key' en ze volgt dit in 2003 met 'Secrets'. Haar debuutalbum is inmiddels herontdekt door deejays en verzamelaars en krijgt een aantal cd-heruitgaven met bonus-tracks. Toch is het ontzettend jammer dat Eloise Laws bij het grote publiek nog onbekend is, want behalve een bloedmooie vrouw is het ook nog eens een zeer goede zangeres!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten