vrijdag 21 juni 2019

Eretitel: 'You Do Something To Me'



Een collega van de post is met vakantie en hierdoor ben ik momenteel weer vooral aan de slag in de Meppeler wijk Oosterboer. Dat is, naast mijn PostNL-wijkje, waarschijnlijk de enige wijk die ik op mijn duimpje ken. Toch kun je jezelf wel eens overschatten en dat heb ik woensdag gedaan. ,,Er is véél post", is de boodschap die ik krijg, maar kom op zeg...? Ik heb zo vaak deze wijk gedaan dat ik het wel binnen een paar uur moet kunnen doen zodat ik vrolijk aan de PostNL kan beginnen. Helemaal mis! Ik ben pas om vier uur 's middags klaar met de 'eigen post' en moet daarna de hulptroepen inschakelen om de PostNL weg te krijgen. Gisteren had ik alleen de PostNL en het was een 'daldag'. Vandaag wa een 'piekdag' in de PostNL en, jawel, ik heb bij hoge uitzondering eens op vrijdag post bezorgd! Dat was ook in een vloek en een zucht gebeurd. Morgemiddag alleen de PostNL en dan mag ik weer van het weekend genieten. Omdat ik vanmorgen moest beginnen, ben ik niet aan publiceren toe gekomen en ach... dat zijn jullie inmiddels ook wel gewend op donderdag en vrijdag. Ik trap nu dan af met de 'Eretitel' en daarin staat vanavond de titel 'You Do Something To Me' centraal.

3. Mary Wells (1964)
Ik weet wel van een 'evergreen' af met deze titel, maar het is pas begin 2018 als ik besluit te gaan zoeken naar een derde 'You Do Something To Me'. Dat is het moment dat ik de nummer twee in deze 'Eretitel' vind. Vreemd dat ik dat nummer nooit eerder heb opgezocht om te zien of het een 'uniek' nummer was. Mary Wells heeft in 1964 haar verdiende hit met 'My Guy' en mag vervolgens van Motown een album opnemen. Het is achteraf gezien de enige 'beloning' die ze heeft gekregen voor 'My Guy', want Motown investeert de winst net zo hard in een nieuw album van The Supremes en dat terwijl Wells tevergeefs op haar royalties wacht. Ze is in 1965 de eerste Motown-artiest waarvan het contract wordt ontbonden na gesteggel over niet uitbetaalde gelden. Het is een klein keerpunt in de geschiedenis van de muziekindustrie. Berry Gordy beschouwd zijn artiesten immers als werknemers van een muziekfabriek. De artiesten eisen een aandeel in de winst op hun creatieve uitspattingen en gelukkig is dat tegenwoordig (vaak) beter geregeld. Ik geloof dat het eerste album van Mary Wells er een beetje rap moest komen en dat Wells hierdoor 'You Do Something To Me' toevoegt alsmede een aantal andere covers. Er zijn vast betere uitvoeringen van het nummer te bedenken, maar ik vond deze 'exotisch' genoeg voor de radioshow.

2. The Kinks (1964)
Als The Kinks in 1971 'Muswell Hilbillies' uitbrengt (met 'Holiday' uit de vorige 'Eretitel') is het een gevestigde popgroep dat enerzijds vrolijke hitsingles voortbrengt en op albums een meer kritische kant laat zien. Ik heb de observaties van Raymond Douglas Davies hier een week geleden al lof toegezwaaid. In 1964 is The Kinks vooral een snoeiharde rhythm & blues-band. Als je het tussen The Beatles en The Rolling Stones plaatst, slaat het in de periode van 'You Do Something To Me' vaak over naar de ruige kant van The Stones. Toch kán The Kinks ook klinken alsof het van de overs van de Mersey afkomstig is. 'You Do Something To Me' klinkt bijna als een Beatles-pastiche en dan het betere soort. En toch moet ik eerlijk zijn: Zelf ga ik voor de iets latere songs van The Kinks en zet 'You Do Something To Me' op een tweede plek.

1. Paul Weller (1995)
Over de nummer 1 is geen discussie mogelijk. In de zomer van 1995 volg ik nauwlettend de Top 40 en ben medeschuldig aan heel wat hits die we de komende week zullen horen in de 'Foute 500' van Q Music. Ik wil mezelf immers presenteren als drive-in-show-dj anno 1995 en móet dus verplicht alle grote hits in huis hebben. Toch bevalt het me de helft van de tijd niet echt. Het doet pijn om tien gulden neer te leggen voor 'Sjeng Aon De Geng' van Nachtraove, om maar eens een dieptepunt te noemen. De zomer van 1995 is in vele opzichten weinig memorabel: Qua Top 40 zindert de invloed van Radio Noordzee Nationaal door, hebben we te maken met uiterst platte Eurohouse en zijn de échte goede nummers op een hand te tellen. Dan denk ik zo aan bijvoorbeeld Little River Band ('Forever Blue') en The Connells ('74-'75'). Dan is het augustus 1995, twee dagen na mijn tweede Dicky Woodstock. Ik ben zondag met de Solex terug gekomen van de Baarse Vrijstaat en hoor op maandagmorgen op Omrop Fryslân de nieuwe single van Paul Weller. Samen met 'Country House' van Blur is dit een schaars lichtpuntje in de nazomer van 1995, ook al zal ik de cd-single pas met de kerst kopen.

Volgende week weer een 'Eretitel' want het schouwspel zal een vervolg moeten krijgen. We kunnen nu niet opeens stoppen, het zal moeten doorgaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten