zaterdag 23 oktober 2021

Van het concert des levens: 1984


'Hoe kun je ooit zó fietsen?'. Een vraag die regelmatig voorbij komt als iemand kijkt naar mijn fietszadel. Dat staat namelijk nooit helemaal recht. 'Zo krijg je ongelukken', hoor ik dan vaak, maar dat is niet waar. Als ik in 2009 de buiteling met de fiets maak, staat het zadel nog vrij recht in verhouding tot het stuur. Het is pas in de laatste jaren dat ik meer 'last' heb gekregen. Vandaag ga ik over mijn schouder kijken naar het jaar 1984 en het zal vooral over de mankementen gaan. De reden dat mijn zadel niet helemaal recht op de fiets staat, is een gevolg van 1984. En dan is er nog dat andere 'defect' waar ik in 1984 al ben begonnen de schade te herstellen tot zover dat mogelijk is. Ik ben negen jaar oud in 1984 en een stukje mondiger dan een paar jaar eerder als ik het maar over me heen laat komen. Nu laat ik in 1984 nog altijd teveel over me heen komen, maar dat stukje heb ik proberen te herstellen. In 1983 of 1984 wordt geconstateerd dat ik een afwijking heb waarvoor de kinderen tegenwoordig medicijnen krijgen. Ik ben blij dat ik ze niet heb gehad, want eigenlijk kunnen medicijnen er niets aan veranderen. Je wordt ermee geboren, je gaat ermee dood en in die tussentijd moet je het maar even zien te rooien. Aldus mijn motto als het aankomt op de afwijking.

Als fotomodel heb ik vandaag eens niet een favoriete plaat uit het jaar, maar wel een schijfje dat me meteen terug brengt in 1984. In december 1984 om precies te zijn. De periode tussen sinterklaas en kerst. Ik bezit een redelijk hoge pijngrens. De eerste 'pijn' is vaak geen pijn maar een schrikreactie. Ik denk niet dat het van de ene dag op de andere is gebeurd maar op een gegeven ogenblik gaat het pijn doen in het strakke onderbroekje. Mijn ene bal heeft het formaat van een tennisbal terwijl dat de andere zak 'leeg' is. En ja, het vel is strak komen te staan, dus dat doet wel pijn. Er is sprake van een liesbreuk en dat moet in het ziekenhuis worden verholpen. Ik weet niet precies hoe lang ik er heb gelegen. Iets van drie of vier dagen mét de operatie? Op donderdagavond kijken we op de afdeling naar Countdown. Mijn 'buurman' ligt er met iets aan zijn voet. Een voetbalblessure. Hij is op dat moment dol op 'When The Rain Begins To Fall' en het volume gaat ook even iets omhoog als het voorbij komt in de top tien. Dus ja, net zoals ik bij Clout de rand van de formica tafel zie, lig ik onder de lakens in het ziekenhuis als ik dit nummer hoor. Ik zou de herinnering niet missen als ik het nooit meer hoefde te horen want ik vind het een boutnummer. Uiteraard heb ik hem wel op vinyl.

Ik heb de eerste dertig jaar vrijwel geen last, maar dan gaat het opvallen tijdens een paar lange fietstochten. Eigenlijk merk ik het ook al tijdens de 'Monstertocht' van 2001 maar dan weet ik de oorzaak van de zadelpijn niet goed te verklaren. Ze hebben het in 1984 open gehad tussen mijn benen en ik krijg meer en meer het gevoel dat het vel daar net ietsje strakker zit. Als ik gewoon op een fietszadel ga zitten, komt het zwaartepunt daar te liggen en dat wordt pijnlijk na verloop van tijd. Door het zadel ietsje schuin te zetten, moet ik de houding corrigeren met mijn kont. Dat haalt wel meteen de druk af van dit kleine plekje en vooral de laatste jaren zweer ik bij deze methode. De Pioneer is dan helemaal ideaal want daar zit je letterlijk op je kont. Tot zover het mankement dat ik in 1984 heb opgelopen en waar ik nog dagelijks mee te maken heb. Ik ben er inmiddels wel aan gewend geraakt.

Mijn geboorte verloopt niet eenvoudig en bij de eerste minuten op deze planeet is er iets stuk gegaan. Nu ken ik verschillende mensen die een zuurstoftekort hebben gehad bij de geboorte en als ik naar hun afwijkingen kijk, dan voel ik me gelukkig met mijn onvolkomenheid. Het is iets dat je niet aan de buitenkant kan zien en als ik drie of vier jaar oud ben, heb ik nog niet het vocabulaire om uit te leggen dat ik écht niet eigenwijs ben. Ja natuurlijk, eigenwijsheid is een familiekwaaltje, maar een soeplepel vasthouden, heeft daar niets mee van doen. Ik geloof dat het de schoolarts is die het probleem een naam geeft en me doorverwijst naar een therapeute. Volgens mijn herinnering is ze in de eerste plek vooral fysiotherapeute. Mevrouw Kingma-Boltjes. Ze is al overleden toen ik nog bij mijn ouders woonde. Een schat van een vrouw die me ontzettend veel dingen heeft geleerd waar ik nog dagelijks profijt van heb. Het gaat spelenderwijs. Het begint eerst met bal overgooien. Dat kan ieder kind? Niet onze Gerrit. Als de bal komt, weet hij niet hoe hij de handen moet plaatsen om het te vangen. Als hij de bal terug moet gooien gaat die een halve meter links of rechts van de persoon. Het moet helemaal stil zijn en ik mag niet praten. Dan gaat het namelijk wél! Alle concentratie bij de bal en de handen. Dan de gedroogde kapucijners. Tien op een rij en ik moet ze tellen door ze aan te wijzen. Ik roep acht als ik nog maar bij de derde kapucijner ben. Ik heb van tevoren al gezien dat het er tien zijn. Niets mis met mijn tellen, maar dit proefje laat zien dat mijn hersenen sneller gaan dan het lichaam.

Ze heeft geen vechtersbaas van me kunnen maken en dat hoeft ook niet. Wel leert ze me weerbaarder te maken. Iedere schoolklas heeft een pispaaltje en ik ben degene in mijn klas. Het kwijlen is daarvan vooral een oorzaak. Ook iets van de vertraagde motoriek. Als ik té diep in concentratie ben, vergeet ik mijn speeksel te reguleren. Ik heb het iets beter onder controle gekregen, maar het gebeurt nog steeds wel eens dat na publiceren van Soul-xotica mijn broek voor een gedeelte nat is. Zoals jullie zien zijn het allemaal kleine 'defecten' en ben ik al lang blij dat ik goed kan denken, lopen, fietsen, praten en niet blind, stom of doof ben. We klungelen lekker verder het leven door. Sinds de hersenschudding in 2009 is het allemaal nog net ietsje duidelijker geworden in mijn dagelijkse leven en sinds een jaar of tien heb ik het geduld om te accepteren dat het nu eenmaal zo is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten